HEDEL,
gebrandschat en
geteisterd
Ochtense dokter gaat per kano
langs patiënten
Vernieling van Tiel begint
torpedering veerpont
met
0d"n"danedne,eMnaas0ïer: Nederlandse soldaten trekken
Adviezen vanuit vaartuig
's nachts over de Maas
Tiel lagzeven maanden
onder vuur
Zaterdag 6 Mei 1950
10e Jaargang pajj. 7
(Van een onzer verslaggevers)
EEN zware artilleriebeschie
ting gaat aan de landing
vooraf: het gebied van Hedel
moet eerst worden „schoon"
gemaakt, gezuiverd van Duit
sers. Het betekent, dat 't dorp
wordt gebrandschat en ge
teisterd. Bezuiden de Maas
kraken huiveringwekkend
nauwkeurig afgestelde kanon
nen, die de granaten feilloos
naar de vijandelijke stellingen
slingeren. De geschutslopen
schieten naar voren en glijden
terug, naar .voren, terug, me
chanisch en soepel. Het staal
wordt gloeiend, maar nooit
moe. Inslaande projectielen
rukken huizen aan puin, her
scheppen het door de burgers
in allerijl verlaten dorp in een
brandende hel.
Het bombardement duurt
dagenlang voort. Onafwend
baar convergeren de geschuts-
diagonalen naar het rampzali
ge dorp aan de Maas, waar met
doffe explosies een eind wordt
gemaakt aan alles wat dood en
levend is. Het lot van Hedel is
bezegeld, de actie kan be
ginnen.
Kapitein R Fack vertelt in het ge
denkboek van de Irene-Brigade:
„De" opdracht werd uitgevoerd en
het bruggehoofd is geen ogenblik in
gevaar geweest. De Duitsers zagen
he' hachelijke van de toestand zeer
goed in en deden al het mogelijke
ont terug te gooien naar de Zuid
zijde van de rivier. H jewel zij zelfs
aanvielen met een overmacht van
öne tegen één. is voortdurend ge
bleken. dat de kwalitatieve superio-
nteit van" onze soldaat voor nume
rieke meerderheid niet het onder
spit behoeft te delven. Integendeel!
De cijfers spreken voor zich zelf: wij
verloren 14 man gesneuvelden, de
moffen 200250.
Het bruggehoofd was dus volko
men veilig. De troepen echter, die
de aanval Zaltbomme! zouden in
zetten. werden plotseling overge
plaatst naar Duits
land met het gevolg,
dat onze Britse com
mandant besloot de 717" 7 7 7 7 7 lil
"Y
DE TRIESTE RESTEN van de
R.K. kerk te Hedel na de bom
bardementen in April 1945. Op
dezelfde plaats is een nieuwe ge
bouwd en vorig jaar ingewijd.
DE DORPSTRAAT TE OCHTEN,
het kleine dorp in de Betuwe,
dat één der meest getroffen ge
bieden van ons land is.
(Van een onzer verslaggevers)
„Dok" Van Driel moest in die dagen overal verstand van
hebben, of het nu een bevalling gold, een onwillig fornuis of
een boer, die niet wist wat hij tegen de Duitsers moest zeggen,
toen ze een vette koe kwamen vorderen. Hij had er verstand
van: met de bevalling wist hij zonder meer raad, aan het for
nuis prutste hij net zolang, tot het ding wèl wilde branden- en
tegen de Duitsers zei hij dat ze „morgen" maar terug moesten
komen. Ze kwamen terug, maar de koe was verdwenen. De
boer en zijn knechts, vakkundig geassisteerd door de dokter
hadden het dier 's nachts op zolder bij een flakkerend kaarsje
geslacht. Het hele dorp was de volgende dag ruim voorzien
van rundvlees, de Duitsers gingen woedend met lege handen
weer weg.
j te roepen, omdat
hun positie daar op
dat moment geen nut
meer had."
Tot zover kapitein
Fack Inderdaad, de
operatie bij Hedel was maar een
klein onderdeel van de geallieerde
strategie. Toen plotseling troepen
aan het Duitse Rijnfront nodig wa-
ien, werd de strijd bij Hedel ge
staakt Spoedig daarna vo^Ke de ca
pitulatie van de Duitsers in Neder-
land.
Is de vernieling van Hedel dus no
deloos geweest? Ziehier wat een ser
geant van de Irene-Brigade er over
zegt: Twaalf onzer strijders lieten in
Hedel het leven voor de vrijheid van
ons volk. Laat men de nagedachtenis
van deze mannen in ere houden cn
beseffen, dat men nooit zal kunnen
schatten wat er in hun is omgegaan
I toen zij terwille van het vrijheids
ideaal, mee moesten doen aan de
I vernieling van Hedel."
De geschiedenis van dc heimelijke
I tocht over de Maas is als een nacht-
I merrie. Terwijl de puinhopen van
I Hedel nog rookten, voerde een klci-
I nc patrouille een uiterst gevaarlijke
I verkenning in het dorp uit. Ze kwam
I terug met waardevolle inlichtingen
J omtrent de sterkte en dc posities van
I de vijand. De grote sprong kon wor-
oen gedaan.
In de nacht van 22 op 23 Apr'l
I voeren dertig zwaar gewapende
I mannen naar de Noordelijke Maas-
1 oever, er op voorbereid te worden
I ontvangen met kogels, granaten, mij-
I nen, boobytraps, allerlei hinderlagen
1 on listigheden. Ieder nam snel en ge-
ruisloos de hem aangewezen positie
I in Kleurloze gestalten verspreidden
I zich over de kleurloze puinwoestenij,
I die eens Hedel was geveest, bereid
I iich in een wild en ontzettend hand-
1 gemeen met de vijand te begeven.
I Nr. twee dagen van kleine schermut-
I klingen, eikaars klachten meten
I met kortere of langere mitrailleur-
I ratels, dan weer lange dreigende
stilten, ging ue vijand tot de aanval
de Irene-Brigade de
drie bruggehooJ-
vormen, die contact maakten
Ion een hecht offensief front vorm-
den. De oversteekplaats was echrei
door de Duitsers ontdekt en hevig
onder vuur genomen, en verlegd
naar een dode tak van de gekanali
seerde Maas.
Op de vijfentwintigste April. dc$
morgehs om vijf uur, ging de vijand
tot de aanval over. In het hels la
waai van inslaande granaten, tussen
slof- en puimvolken verlieten schim
mige gestalten met de geweren voor
uit, hun schuilplaatsen, geflankeerd
door mitrailleurvuur. dekking zoe
kend en opstaand, moeizaam voor
waarts strompelend. Onze soldaten,
ingegraven en verschanst achter hui-
zenréstcn, vuurden terug, automati-
scher dan een automatisch geweer.
Zij handhaafden hun posities en be
gonnen de tegenaanval. Enkele tien
tallen meters vooruit, opnieuw in
graven, opnieuw verschansen. Het
front verplaatste zien tot diep in cn
om Hedel. dat slagveld was gewor- i
den met soldatenlijken en zich lang
zaam bewegende gewonden. Ze
moesten blijven liggen, ook al lagen
ze op slechts enkele meiers van hun
strijdmakkers Uit de schuilplaats
gaan betekende een onherroepelijk
einde
De Duitsers boden hardnekkig
weerstand. Steeds meer soldaten
werden in de strijd gedreven, nadat
ze eerst op de markt in Zaltbommel
waren toegesproken door hun offi
cieren. „Wir werden siegen. Jeder
Soldat weisz doch. dasz óieser Kricg
ein uns angezwungener Krieg ist.
Das Feld der Ehre
Drie dagen duurde de strijd. Toen
kwam het bevel terug te trekken,
als gevolg van de gewijzigde situatie
bij de opmars in Duitsland. Hedel
was verwoest, de oorlog bijna voor
bij. Veertien moedige langenoten
bleven op het slagveld achter, torn
ze bijna hun doel hadden bereikt:
Hermans, Grootendorst. Kraai,
Kamp, Morel, Schortinghuis, Spren
keling, Picokrie, Lichtvoet. Smit,
Van Veenendaal, Van de Beek. Van
Walsem, Zandvliet
Het verhaal over Hedel is ons verteld door een ser
geant van de Prinses Irene-Brigade. H\j heeft er in
April 1945 gevochten.
In de Mei-clagen van 1940 lag deze sergeant aan de
Maaslinie bij Venlo. Hij trok met de troepen terug
naar Zeeland en stak na de capitulatie over naar
Engeland. Hij voegde zich bij de op 11 Januari 1941
opgerichte Irene-Brigade en onderging een intensieve
militaire training, om eens weer voet op het Europese
vasteland te zetten en de gehate vijand re verdrijven.
Dit gebeurde op de achtste Augustus 1544, negen
envijftig dagen na D-day, de dag, waarop de gealli
eerden hun landing in Normandië begonnen. De Brigade trok al strij
dend over de Seine via Brussel steeds verder in Noordelijke richting.
In de nacht van 20 op 21 September overschreed onze sergeant voor
het. eerst weer de Nederlandse grens, bij Valkenswnard. ten Zuiden
van Eindhoven. De activiteit van de Brigade zou zich de volgende da
gen uitsluitend beperken tot het gebied zuidelijk van de grote rivieren.
Eindelijk, in April 1945, kwam de opdracht een bruggehoofd te vor
men over de Maas bij Hedelom een doorstoot naar Zaltbommel voor
te bereiden.
Iedereen was op iedereen aange
wezen. Ochten, waar men voor Dolle
Dinsdag practisch niets van de oor
log had gemerkt, was in korte tijd
herschapen in een woestenij Toen de
geallieerden in September '44 waren
opgerukt tot de grote rivieren en de
luchtlanding bij Arnhem was mis
lukt, begon de lange lijdensweg van
de bevolking, die zich al had voor
bereid op een spoedige bevrijding.
30 September 1944: zware artille
riebeschietingen, 5 December 1944;
de Duitsers steken de dijk door. de
Betuwe loopt onder. Een vernield,
verdronken dorp, ziedaar waar de
Ochtense arts zijn praktijk moest
voortzetten. Hij deed het, ook toen
de bevolking, op enkele boeren en
arbeiders na. wie de Duitsers voor
allerlei karweitjes konden gebrui
ken, moest evacueren, „weil hier
Partisanen sind". De Ochtenaren
trokken uit hun schuilkelders weg,
de dokter ging mee. Naar IJzen-
doorn, Echteld en andere dorpen in
de buurt. Op het kasteel van Ech
teld woonden dokter Van Driel en
zijn gezin met achttien mensen in
een kamer. Ergens op de bovenver
dieping was dc spreekkamer en
stonden de instrumenten en de apo
theek. Het verblijf daar duurde kort,
want opnieuw kwam een bevel tot
ontruiming In Avezaath vond de
dokter onderdak.
Inmiddels was de watersnood ge
komen. Ochten stond onder water,
maar de drang naar huis werd er
niet door getemperd. Ongeveer ne
genhonderd Ochtenaren verdwenen
weer stiekum naar hun oude woon
plaats De dokter ging terug naar 't
dichtbij gelegen Echteld: genees
kundige hulp was onontbeerlijk.
Nood breekt wet, in dit geval de wet
van het alledaagse. Niet in de auto
bezocht dokter Van Driel zijn pa
tiënten. maar op een vlot, samenge
flanst uit stukken hout en lege bcn-
zineblikkcn, dat hij voortbewoog met
een vaarboom.
De merkwaardigste vaartuigen
hebben in die dagen door Ochten
gedreven. De harde noodzaak inspi
reerde tot vernuftige creaties: bo
venstellen van wagens, die men al
hozend boven water moest houden,
I waren de meest gangbare. Later
I kreeg de dokter de beschikking over
een kano. Paddels waren er niet bij.
maar met gewone roeiriemen ging
het (hoewel moeizaam) ook wel.
De patiënten hoorden al van ver
de piepende riemen. De meesten
woonden op zolder. Het was voor de
dokter niet gemakkelijk uit zyn
wankele bootje naar boven te klim
men. De „lichte gevallen" gaf hij
CUNERATOREN te Rhenen was een der fraaiste van Nederland.
De toren in de steigers ivordt met zorg gerestaureerd.
GA mee naar Tiel,
men zal er u ver
tellen over de ontbe
ringen, die het heeft
doorstaan. Ge ziet er
de ruïnes van de St.
Maartenskerk en van
wat eens de trots van
iedere Tielenaar was:
't schilderachtige wa
terpoortje. Overal in
de binnenstad staan
resten van door artil
lerievuur weggevaag
de huizenblokken.
Verscheidene zijn al
weer door nieuwe
vervangen.
Staat ge op de dijk
bij Wamel aan de
overkant van de Waal,
dan treft daar de
troosteloze aanblik
van een verwoeste
stad. Kijk nu iets naar
rechts, juist langs de
bedrijvig heen cn weer
varende veerpont. Ge
ontwaart de ingang
van de haven Achter
die hoge kademuur,
waar dat limonadetentje staat, lig
gen drie woonschepen laag op het
water, dat al weer meters ver onder
de hoge kruin van de Waaldijk is ge
zakt We gaan er straks naar toe
En daar, naar links, waar het wit
gepleisterde hotel Bellevue hoekig
afsteekt tegen donker geboomte. Er
vóór, in de uiterwaard aan de voet
van de dijk, zijn in 1944 veertien
Tielse burgers door de Duitsers ge
fusilleerd. Een eenvoudig houten
kruis herinnert aan die afschuwelij
ke moordpartij.
Laat u jnet de pont overvaren cn
vraag naar de oude veerman Maas-
bach. Een jonge kerel, gewend aan
een praatje met de klanten <op het
Tielse veer is het altijd druk), ver
telt u waar Maasbach woont: in zijn
woonschuit in de haven. Ge vindt
het zo: ga over de dijk naar Nijme-
cn volg het paadje rechts naar
haven beneden. Naast een plaat-
zeren loods is een trap gelegd naar
e ark van Maasbach. Denk om de
ond. want die is waaks!
Als ge geluk hebt loopt ge dc
oude veerman zo tegen het lijf. Een
stevige, gedrongen man op leeftijd,
die de zwarte schipperstrui niet
heeft afgedankt, toen hij ging ren
fen gold. Maar deze keer was het
menens. De Duitsers waren onrustig
en dreigden ons met hun geweren.
I Toch scheen er geen gevaar te zijn.
In de verte gromde het geschut als
op de andere dagen. Daar waren we
al lang aan gewend."
j De oude veerman houdt even op
met spreken Hij tuurt over de ri-
ier naar de andere oever, waar
een lange rij auto's op de pont staat
te wachten. „Het is of ik het nog
voor me zie", gaat hij dan verder.
Aan de overkant was geen teken
van leven te bespeuren. In een klei
ne motorboot met Van der Steeg en
nog een man of zes trokken we de
pont de rivier op. Het was zelfs zo
vredig, dat we ons de tijd gunden
een roeiboot te bergen, die naar
beneden kwam drijven."
Maasbach gaat naast u op een
stapel hout zitten en wijst naar het
magazijntje, dat tegen de dijk is op-
gelrokken. „Ziet ge daar die kogel
galen'' Die zijn er op die Maandag-
I middag in geschoten. We hadden de
pont juist gelegd, toen de Kriegs-
mariniers onrustig werden en zich
verschansten achter de vcerdam
Plotseling dreunden er zware scho-
I ten. Een grote geallieerde tank was
tenierenr Hij vertelt over de ang- aan de overkant de veerweg afge-
stige dagen in 1944, toen de Kriegs-
marine Tiel terroriseerde De stad
was bezet door enkele honderden
Duitse soldaten. Op een Maandag in
September zag Tiel de eerste geal
lieerden.
,,'s Morgens kregen wij bevel de
pont in de vaart te leggen", zegt
Maasbach. „We hadden geen haast,
zomin als we ooit haast hadden,
wanneer het een bevel van de mof- den."
reden tot vlak aan het water en be
schoot de schepen onder Tiel. Na de
eerste schoten zagen we kleine sol-
datenfiguren zich van de tank los
maken. Ze liepen er om heen en
gesticuleerden heftig. Van der
Steeg en ik zijn het laatst op de
pont geweest. We hadden het schip
nauwelijks verlaten, toen een paar
I voltreffers het in de grond boor-
rilT was Ochten Velen zul-
iy*Slen het bordje met dit op
schrift bij de ingang van het ge
teisterde dorp aan de Waal hebben
gezien en zich geïnteresseerd heb
ben afgevraagd welke „leukerd"
het op dat verveloze paaltje heeft
gespijkerd. Ze hebben zich vergist:
net was geen leukerd, maar een
cynicus, één van de paar duizend
Ochtenaren die de oorlog hebben
overleefd. God mag weten hoe.
Na de bevrijding was Ochten een
soort openluchtmuseum, voor „och,
ach, erg" en arme mensen" roe
pende toeristen, die de enorme
puinhopen overigens „machtig interessant" vonden. De toeristen ver
dwenen met het voornemen de acties voor de geteisterde gebieden te
steunen. De meesten hebben het vergeten, anderen stuurden de on
mogelijkste dingen: bloemtafeltjes, prullemandcn. schemerlampjes
De Ochtenaren bleuen achter in de chaos. Ze huisden in opgelapte
schuurtjes en varkensstallen. De hele dag ploeterden ze onder leiding
van de vastbesloten burgemeester Houtkoper met houwelen cn spaden
en alle mogelijke en onmogelijke gereedschap in een warwinkel van
puin. Ze waren niet ontevreden, maar voelden zich verongelijkt. Door
die toeristen.
Komt men nü in het dorp, dan staat men versteld van dc vorderingen
van de wederopbouw. Vijf en tachtig procent van dc huizen was ver
nield. Nu is er al weer een vrijwel compleet nieuw dorp; onaangenaam
nieuw echter, zonder een enkel grassprietje, zonder een ouderwets
boerderijtje.
Dc materiële schade komen de Ochtenaren wel te boven: maar niet
de morele klap. de verwildering door de vreselijkste ontberingen. Ze
zijn en zij blyjven daardoor oorlogsslachtoffers. We hebben over al
deze dingen gepraat met dokter M. van Driel, de Ochtense arts.
„Het zal generaties lana duren, voor hier de sporen van die morele
knoei zijn uitgewist," zet hij. „We zijn met de geestelijke wederopbouw
onmiddellijk begonnen en doen al wat mogelijk is."
De doktersvrouw, de burgemeestersvrouw en een groepje anderen
hebben door het hele land gesjouwd om er een rebusactic in te krijgen.
Ochtense meisjes stonden in een stand op de bloemententoonstelling
„Berg en Bos" in Apeldoorn om geld te krijgen. Hun moeiten zijn niet
vergeefs geweest. Er kwam een wijkgebouw met een bibliotheek van
drieduizend boeken en er is al een flink bedrag voor een nieuwe
kleuterschool.
Merkwaardigerwijs is het met de ziekte- en sterfgevallen in de
zware maanden (van September '44 tot de bevrijding) in Ochten vrij
goed gegaan. „De vaste wil om de ergste beproevingen :e weerstaan
heeft de bevolking er door geholpen", zegt dokter Van Driel. „Maar als
de mensen hi er eindelijk hun nieuwe huis hebben gekregen, waar ze
iaren lang naar hebben uitgezien, dan breekt die weerstand. Ze krijgen
kwalen en kwaaltjes, waar ze, zolang hun doel nog niet was bereikt,
geen tijd voor hadden."
Dokter Van Driel heeft veel meegemaakt. Eerst in September '44, bij
het bombardementlater, toen de Betuwe onder water stond en hij in
een kano langs zijn patiënten moest varen. Hierbij vindt U het relaas
afgedrukt van enkele belevenissen van deze dokter, die met een onver
woestbaar optimisme onder vaak afgrijselijke omstandigheden, voor de
gezondheid van Ochtens bevolking heeft gewaakt. Sommige van die
'avonturen zijn amusant. Lach er om, maar vergeet niet de trieste ach
tergrond van ellende en ontbering.
DE TIELSE PONT is in 1944
door een geallieerde tank in de
grond geboord. Na de bevrijding
is het schip gelicht en gerepa
reerd. Op de foto ziet men aan
de overkant van de Waal het ge
bied, vanwaar Tiel maandenlang
is gebombardeerd.
Verscheidene schepen onder Tiel
ondergingen hetzelfde lot. Naar la
ter zou blijken was er een poging
van de Duitsers om over te varen
en een bruggenhoofd op de andere
oever te vormen, mee voorkomen
Dit simpele verhaal van de eerste
geallieerde soldaten bij Tiel was de
inleiding van een afmattend artille-
rieduel, dat de stad in een puin-
woestenij heeft herschapen Het
dwong zesduizend burgers met ach
terlating van have cn goed te eva
cueren naar veiliger oorden. De
meestcn vluchtten naar Friesland.
Toen het land eindelijk was be
vrijd was Tiel zeven maanden doel
wit van fosforbeschietingen ge
weest. Vrijwel alle winkelwijken
waren vernield en de monumenten
die de stad bezat verdwenen. Drie
kerken, honderdzesenvijftig huizen,
tal van openbare gebouwen, alle
banken, de schouwburg en de wa
tertoren zijn verwoest. De prachtige
St. Maartenskerk Is zwaar geha-
\end. het majestueuze orgel ver
brand De Waterpoort is aan ver
nielzucht geofferd, omdat de Duit
sers puin nodig hadden voor barri
caden
Thans, vijf jaren na de bevrijding,
is de wederopbouw van Tiel in
\ollc gang. In de binnenstad verrij
zen moderne winkels en in de bui
tenwijken wordt huizenblok na hui
zenblok opgetrokken. Tiel schept
zich vastberaden een nieuwe toe
komst.
daarom vanuit zijn kano adviezen.
Anders voer hij door een raam de
kamer binnen, bond de boot aan de
trap en klom naar boven; of zoals
ook wel gebeurde: manoeuvreerde de
kano onder een zolderluik, waaruit
de bewoners een touw lieten zak
ken en liet zich optrekken. Tijdens
het bezoek zorgde iemand met« een
lange stok of een touw, dat het
bootje niet weg dreef. Als de dokter
de dagelijkse ronde had gedaan,
voer hij naar de dijk en begon de
urenlange fietstocht naar Tiel, om
medicijnen en levensmiddelen te ha
len.
Herhaaldelijk gebeurde het, dat dok.
ter Van Driel er *s nachts voor een
spoedgeval uit moest. De weg door
't water was in het donker moeilijk
te vinden. Nadat hij eens een uren
lang gevecht had geleverd met de
venijnige takken van een uitgestrek
te boomgaard, waarin hij was ver
dwaald, moest ook daar iets op wor
den gevonden. In het vervolg verge
zelde een scheepstoeter de dokter op
zijn nachtelijke reizen. Verdwaalde
hij, dan zond hij een noodkreet uit.
De doktersvrouw klom dan op het
dak van de boerderij, waar ze toen
woonden, en beantwoordde het sig
naal met een grote waldhoorn, het
enige instrument voor dat doel be
schikbaar. Maar nog speelde de be
kende vicieuze cirkel de roeiende
dokter parten. Als hij vijfhonderd
meter per uur in de goede richting
vorderde ging het al prachtig!
Het begon te vriezen. De eerste
dagen konden vlotten en bootjes nog
door het ijs breken, daarna zat men
twee dagen opgesloten. Toen zette
de vorst door, en kon men buiten
lopen! Doodgewoon lopen, zónder
natte voeten te krijgen! Spoedig
kwam er echter een gevaarlijke
kwakkeldooi. Het ijs was onbe
trouwbaar, varen was nog onmoge
lijk. Een jonge boer, wiens vrouw
een baby verwachtte, legde de twee-
en-een-halve kilometer naar de dok
ter af, glijdend op planken, die hij
onder zijn klompen had gespijkerd.
.Dokter, het is zo ver!" Dokter Van
Driel ging mee, glijdend en van
schots op schots springend Lang ging
het goed, maar op enkele tientallen
meters van het boerenhuis deed hij
een fatale misstap. Met alleen het
hoofd boven 't ijskoude water waad
de hij naar de boerderij. Daar heeft
hij zich in allerijl gedroogd en met
alleen een broek aan de verlossing
verricht. Er was tenminste nog een
brandende kachel, maar geen ledi
kant, geen stoel, geen behoorlijk
beddegoed.
Op 19 Januari werd opnieuw bevel
tot ontruiming gegeven. Weer bij
een bevalling geroepen, moest dok
ter Van Driel in die dagen onder de
meest ondenkbare omstandigheden
werken. De aanstaande moeder lag
op een soort podium van fruitkistjes,
waar het water nog maar enkele de
cimeters onder stond. De kaarsen
waren op. Met brandende bosjes stro
werd de half in het water werkende
dokter bijgelicht Het kind was net
geboren, toen Duitse soldaten binnen
kwamen en bevel gaven 't huis on
middellijk te verlaten In een wan
kel bootje heeft de dokter zijn werk
moeten voortzetten. Eerst na ander
half uur varen vonden moeder en
pasgeboren kind onderdak
Toen eindelijk de bevrijding was
gekomen, hebben de Ochtenaren nog
vier dagen moeten wachten, voor ze
naar hun dorp terug konden keren.
Onder leiding van dokter Van Driel
heeft de B.S. lijken van Duitse sol
daten, die uit de graven waren ge
spoeld, opnieuw moeten begraven.
Pas toen besmetting?- en mijngevaar
waren verdwenen, kon worden be
gonnen met de moeizame arbeid van
de wederopbouw en een nieuw be
staan.
De verwoeste St. Maartenstoren
te Tiel, met op de voorgrond de
overblijfselen van de Spaarbank.
DIT BLEEF OVER van één van
de grootste Tielse winkelpanden.