De vrouw in het bedrijf heeft
haar eigen problemen
Beren vangen is niet
ieders werk
SEN
VOORAL VOOR Dl: VROUW
Bette Nesmitli maakte een
Hollandse muurschildering
Zingen
Het was er zo heerlijk stil
Je/. 6253
Prima popeline „DENO" shirt
Deurkleedjes
en foyers
ZONSOPGANG
De Kerstman op Hawaii
komt in badpak
Indrukken van een congres
Impressies van een Simpele Ziel
Vier sterke mannen houden een
dier van anderhalf jaar
nauwelijks in bedwang
Van het dierenpark
naar 't, circus
Sp&clals
aanbidding
TïlaiAon Kahisd
INLICHTINGEN
BIJ HET
KERSTFEEST
Fa. WILLEM GROENHUIZEN
Feathercord
5.75 p. meter
Corduroy
6.25 p. meter
.Vrijdag 21 December 1951
5
(Van onze correspondent te New York)
]N de „Christian Science Monitor" vertelde Bette Nesmith. een jonge
dame uit Dallas in Texas, hoe zij er toe kwam een „Hollandse" muur
schildering te maken. Het was een vlot en niet zonder humor geschreven
verhaal en ik vroeg haar of ik het voor onze krant zou mogen vertalen.
Ik kreeg die toestemming, maar helaas de bijbehorende foto's bleken zoek
geraakt te zijn, zodat ik de lezer geen indruk er van kan geven hoe een
schilderes uit Texas zich Holland voorstelt Ik kan u alleen vertellen dat
molens, lage huisjes, tulpen, een zeilboot en ook iets dat veel gelijkenis
vertoont met een Venetiaanse gondel, de hoofdmotieven vormen.
ZIEHIER hoe het gebeurde. Ik I
werkte te Houston in Texas
voor een aannemer voor wie ik ont
werpen en perspectief-tekeningen
maakte. Op een morgen kwam hij op
kantoor, de wanhoop op zyn gelaat
„Goede morgen", sjilpte ik. in de
hoop hem tot een glimlach te kunnen
inspireren. „Goede morgen", mom
pelde hij binnensmonds. Ik aarzelde.
„Is er iets gebeurd?"
Hij vertelde, dat hij ten gevolge
van slecht weer weer geld verloren
had op het theater, dat hij bezig was
te bouwen en er over dacht dat ver
lies te dekken met het bedrag, dat
gereserveerd was voor de inwendige
versiering van de zaal. Maar dan
bleef er zelfs nog geen geld over
voor de verf; nodig om de zaal een
gezellige kleur te geven.
Ik moes toegeven, dat het een on
plezierige situatie was. Terwijl ik er
over piekerde, kreeg ik een lumi
neuze inval. Ik stelde hem voor de
onderste helft van de bepleisterde
muur een vrolijke kleur te geven en
de rest gewoon in pleisterkleur te
laten; „en", voegde ik daaraan toe,
„waarom zou u mij niet een muur
schildering daarop laten maken?"
Mijn eerste suggestie vond hij pa
tent. Maar de gedachte, om een ama
teur te laten experimenteren met
een project als een muurschildering
voor een theaterzaal, dat leek hem
niet erg. Nadat ik evenwel vele da
gen achtereen over mijn bijzondere
talenten als muurschilderes had uit
geweid en ten slotte met een indruk
wekkende schets kwam aandragen,
werd hij week en gaf hij me toe
stemming eens te tonen wat ik kon.
De eerstvolgende Maandag startte
ik. Ervaren muurschilders gebruiken
een soort patroon, of projecteren een
uitgewerkt ontwerp op de muur. Dat
ontdekte ik echter pas later. Ik be
gon mijn schets met pijnlijke nauw
keurigheid in het groot na te schil
deren op de wand.
De wand was van een soort acous-
tisch materiaal, korrelig als grint. Ik
begon met een waterverf-deklaag.
De tekening van drie tulpen vereiste
een omvang van ongeveer drie bij
zeven meter. Een enkele tulp was
dus heel wat groter dan ik zelf en
besloeg een breedte, die ik met beide
armen niet kon omvatten.
Ik zette de kwast op de muur en
een catastrophe was het gevolg! De
verf kwam terecht op het meest uit
stekende gedeelte van de pleister en
stroomde in een uitbundige rode
straal langs de muur naar beneden.
Mijn kwast was te dik. mijn verf te
dun, alles leek verkeerd te gaan
Maar vastbesloten de op me geno
men taak tot een goed einde te bren
gen, begon ik mijn verf te mengen
en nam ik een dunnere kwast ter
I hand. Ik durfde nauwelijks adem te
halen, toen ik een tweede poging
waagde om de verf op de muur te
brengen. Maar ditmaal lukte het.
Van nu af ging alles gesmeerd. Ik
had er reuze plezier in en in twee
weken kwamen beide zijwanden ge
reed, benevens nog een kleine muur
schildering bij 3 in de hal.
O ja. die Hollandse geruchten
Dat zat zo: iemand schijnt toevallig
opgevangen te hebben dat mijn baas
aan de eigenaar van het theater ver
telde dat, „hoewel de voorstelling
Hollands is. de schilderes beslist
geen Hollandse was." Ze haastte zich
daarop aan haar vriendin te vertel
len dat ik kersvers uit Holland was
gekomen om een authentieke Hol
landse muurschildering te maken
A/f ORGEN is er wat van alle
11-L scholen," vertelt zoontje, ter
wijl we boterhammen eten. „Mor
gen is er een feest."
En als zelfs dikke zusje luistert:
„Onze klas is 't er ook bij, we moe
ten zingen."
„Jij ook?" zeg Ik
En hij, met ferme stem: „Tuurhjk,
Mam. We moeten van de witte vlok
ken, maar dat is niks. En van
slaap nou en dat Is ook niks.
Maar dan komt „Ere zij God" en
die is mooi. Niet omdat die „Ere
zij God" heet, maar dat gaat zo fijn
hard en zacht, hè. Dat is nou zln-
g e n."
Hij kijkt zo zuinig als een kunst
kenner. Meester kon 't eerst ook
hard, maar nou moet-ie oppassen.
Dat komt door een vlies, daar
krijgt-ie buikpijn van."
„Slaap nou" i$ geen Kerstlied."
zeg Ik. „Ken je de woorden wel?"
En hij: „Ach mam, jij altijd. Dat
hoeft geeneens. Zo is dat niet met
zingen. Als ze 't allemaal doen, dan
doe je mee. Dat komt vanzelf."
„Je moet je haar laten knippen,"
knik ik, „ga straks maar meteen."
In tegenstelling tot anders, is er
geen spoor van protest. Voldaan in
casseert hij de dubbeltjes.
„Denk er om. ?iiet te okrt," zeg ik,
„precies als altijd."
's Middags, dikke zusje heeft de
beer willen wassen en kleeft van de
groene zeep, komt hij terug met een
hoofd, zo glad en plat, zo kaal, dat
ik begin te tieren van de schrik
Maar wat ik ook roep, de stille te
vredenheid wijkt niet van z'n ge
zicht.
„Der zit vet in," knikt hij, „en
't is speciaal met zo'n ding gedaan,
zo'n hele korte knipper."
Tenslotte de vflf centen, die over
zijn, op tafel leggend: „Je moet den
ken, dat zingen is 's avonds. Mam.
Dat is in een café...."
BIBEB
DE Amerikaanse Santa Claus is een heel wat
wereldser personage dan onze Sinterklaas. Hij
is 'n goedmoedige dikkerd, die jaar op jaar joelend
met een sleeën-convooi vol pakjes uit het hoge
Noorden arriveert. Toch heeft hij door zijn tradi
tionele staat, door zijn onveranderlijk beminnelijke
uiterlijk een zekere bolstralende plechtigheid, die
dan ook onafscheidelijk verbonden lijkt aan zijn
requisieten.
Maar op Hawaii, het eiland, dat zon-overgoten
en weelderig in de Polynesische archipel ligt te
stralen, zou een Santa Claus bezwijken in wollen,
rode, met bont bezette pakken. En daar ziet hij er
dus van af. „Hij", dat is hier dus een polynesische
Santa Claus. Want wat moet een bevolking, die
een mengsel is van inboorlingen voor zover men
zo mag noemen Chinezen, blanken en Japanners
met een noordelijke, rendieren mennende, goede
gever?
Santa Claus is er dan ook een enorme, oude neger, en bij zijn be
zoeken op het eiland vertoont hij zich in een speciale dracht: een rode
muts. een rode lendendoek, en een rode bloemenkrans. Meer niet.
En zijn intocht is nog specialer. Die kan men jaar op jaar gadeslaan,
zittend in de schaduw van een kolossale bunyan-tree, op het erf van
het grootste hotel van Honolulu Hier komt Santa Claus, net als zijn
collega uit Nederland, over zee aan. Maar niet in een stoomboot. Wan
neer het verwachte tijdstip is aangebroken, dan verschijnt daar op de
lange golven van de Stille Oceaan een „outrigger canoe" (een cano die.
tegen het omslaan, aan weerszijden versterkt is met uitstekende latten,
die door een bootvormig bouwsel verbonden zijn). Daarin zit de Santa
Claus, gekleed in een antiek grijs en rood gestreept badpak. Luid
schreeuwend en wild peddelend bereikt hij het strand en deelt daar
uit een bontgekleurde zak lekkers uit
Zo gaat het in Hawaii, en waarom ook niet?
(Van eon medewerkster)
ARBEID van de vrouw
wor<J' tegenwoordig ir.
het bedrijfsleven erkend als
een positieve en zelfs als een
onmisbare factor". Dat is een
van de vele indrukken, die
ik meenam van het Congres
over de Vrouw in het Bedrijf,
dat de Ned. Ver. voor Maat
schappelijk werk organiseerde
in samenwerking met de Ned.
Ver. voor Bedrijfspsychologie.
Die erkenning is van het al
lergrootst belang. Sinds de
opkomst van het industrialls-
me heeft de vrouw altijd een
plaats in het bedrijfsleven in
genomen. Maar terwijl men
vroeger de vrouwenarbeid in
het bedriifsleven meer zag als
een noodzakelijk kwaad, een
verschijnsel, dat zo gauw mo
gelijk diende te verdwijnen,
erkent men tegenwoordig, dat
de vrouw eenvoudig onmisbaar
is en dat vele industrieën zonder
haar niet zouden kunnen bestaan.
Deze meer positief gerichte be
langstelling maakt het mogelijk, dat
men er aan <*aat beginnen aan de
speciale problemen van de vrouw
in het bedrijf tegemoet te komen.
Heeft de vrouw in het bedrijf
(op het Congres werd hoofdzakelijk
gesproken over de fabriek) nu zul
ke speciale problemen? De prae-
adviseurs prof. Banning, prof. Wa-
TV/T IJN laatste pijnlijke conclusie is, dat een
J-Vl schrijver het makkelijker heeft dan een
schrijfster. Een mannetjes-auteur heeft door
gaans een vrouw, die de wereld van hem èf-
houdt, die als een Cerberus waakt, opdat hij
ongestoord blljve, die de melkboer opvangt, de
man van de personele belasting van de deur
praat, de quitanties afwijst, de kinderen van
papa afsleurt, de telefoon aanpakt en 's avonds
de visite ontvangt. Een vrouwtjes-schrijver
heeft dat niet. De hele dag wordt ze uit haar
ivoren toren gerinkeld; zij kan niet van haar
man verwachten, dat hij aldoor thuisblijft met
een schort voor om groente te nemen. Als ze welgesteld is. kan ze misschien
een eigen werkkamer hebben en een huishoudster. Maar dan nóg en
dat is nu weer het vrouwelijke dan nog kan ze het niet laten, zich met
de bel te bemoeien.
Midden in haar sterf-scène (want
Leendert, haar hoofdfiguur, gaat
dood), midden in die sterf-scène
wordt er gebeld. Met één oor blijft
ze luisteren naar Leenderts roche
lende adem, met het andere oor
hoort ze toch duidelijk, dat het de
visboer is en ze kan het niet laten
om te roepen: „Mina, zeg 'm dat de
bot niet vers was Dinsdag!"
Nee. een vrouw die schrijft, moet
het huis uit, er is niets aan te doen.
Wil die sterf scène werkelijk goed
uitbotten, dan moet ze in een café
gaan zitten, in een hoekje. Er is daar
geroezemoes, maar het is een geroe
zemoes dat haar niet aangaat; het
hindert haar niet. Leendert kan in
vrede sterven tussen het gepraat van
zakenlieden en het geschreeuw van
obers.
Bij mij gaat Leendert nooit dood.
maar toch kun je ook korte stukjes
niet zomaar schrijven tussen de man-
van-de muntjesmeter en de bakker
in Het is mijn noodlot dan ook, om
altijd de hort op te moeten
En nu deze week mef dat Kerst
verhaal Ik zou een Kerstverhaal
schrijven en ging er voor naar een
lunchroom, want al dat Kerstgebak
kan zo lekker inspireren. Maar toen
aan een tafeltje naast me een heer
aan zijn dame vroeg: „Wollen Sie
eine Suppe?" toen was ineens de in
spiratie weg. „Mot Ie soep"'" had nog
gekund, maar „Wollen Sie eine Sup
pe?"de hele vrede op aarde trok
uit mijn bloed weg.
Waarheen thans? Dan maar naar
de Kroon. Ze waren er echter een
Kerstboom aan het opslaan, met veel
getimmer en geroep In de wacht
kamer van het Station, die anders
ook nog wel eens een toevlucht wil
wezen, toeterden ze met luidsprekers
nummers om. Nummers van treinen,
denk ik.
Het werd een trieste gang van de
ene kroeg naar de andere en einde
lijk was het avond, en ik belde mijn
vriend Jan op, die op een zolder
kamer woont.
„Ben je vanavond thuis. Jan?"
„Nee. 'k ben weg."
..Mag ik op je kamer zitten schrij
ven? 't Is bij jou zo stil.
Daar kwam ik dan. Het was heel
hoog, langs een rare wenteltrap in
een leeg huis. Beneden waren uitge
storven kantoren; de rest van de
zolder lag vol papier, en daartussen
twee bleke etalagepoppen.
En toen Jan wegging, roepend:
..Zet maar thee uit 't blauwe busje",
ging ik in de oude fauteuil zitten en
dacht: Een spookverhaal zal het wor
den. Een spook-Kerstverhaal, spe
lend in een huis als dit Maar geen
spook met z'n hoofd onder de arm en
met rammelende ketenen met kerk
hofroestvlekken.Nee. het moet
de allersubstielste. onzegbare, onde
finieerbare Invloed zijn. maar een
duistere, een boosaardige Invloed.
Eerst alleen een geluid het
zachte ritselen van een gesteven ja
pon, dan een kille tocht, die de kaar
sen doet wapperenhet even op
bollen van een gordijn
Ik schreef al, ik was er helemaal
in, ik staarde voor me uit en zag het*
de eenzame vrouw op Kerstavond iii
een leeg huis. met om haar heen die
geluiden, haast onhoorbaar, maar on
miskenbaar en gruwelijk boosaardig.
Toen liep de wekker af.
..Ha, ha," zei ik hardop, „Jan z'n
wekker loopt af!"
Met dat al was mijn ruggegraat
opeens ijskoud, ik wou liever geen
thee gaan zetten uit het blauwe bus
je, daar ergens in het keukentje.
Kom nou. zei ik stoer tegen me
zelf. Verder! Het wordt goed! Een
voor een waaien de kaarsen uit. Zij
hoort achter zich een flauw zuch
tenze draait zich om. het is lang
stil. dan hoort ze weer achter zich
het wanhopig zuchten
Tjassesik draaide me om Wat
had daar bewogen achter me? Niets,
maar er was iets op de zolder er
liep iets over de zolder. Daar liep
iemand!
Ik deed de kamerdeur met een ruk
open, zag in 't donker de bleke ge
zichten van de etalagepoppen.
De rest van de avond zat ik stof
stijf bij 't bureau, alle haren rechtop
en prikkend, luisterend naar ieder
geluid. Ik durfde niets spokigs meer
te verzinnen en om weer gewoon te
worden schreef ik op het blote vel
papier: Prei Tuinboontjes. Kaas
sausje voor prei en tuinboontjes.
„Ben je opgeschoten?" vroeg Jan,
die na drie eeuwen thuiskwam.
„Ja." zei ik dankbaar. „Ja! Ja! O,
't was heerlijk stil hier!"
ANNIE M. G. SCHMIDT
terink, mevr. dra. Dresen-Coenders
en mej. Berden, meenden van wel,
evenals de debaters.
De vrouw heeft meer dan de man
behoefte haar hart aan haar werk
te geven. De fabriek biedt echter
weinig kans deze „hartsinstelling" op
het werk tot haar recht te doen
komen. De arbeid en meer nog de
omstandigheden waaronder deze
wordt verricht, leiden niet tot lief
de voor de opgedragen taak.
Het fabrieksmeisje komt op haar
14de of 15de jaar in een voor haar
vreemde omgeving, waar het tempo
in de eerste plaats door de machine
wordt bepaald en pas in de laatste
nlaats door haar psychische behoef
ten. Zij werkt dikwijls samen met
ouderen, die slechts naar jaren,
doch geenszins naar de geest vol
wassen zijn en die geen of weinig
vr—>ntwoordelijkheid voor haar voe
len. Is het wonder, dat dit meisje
weinig zorg voor het haar toever
trouwde materiaal toont en alleen
maar snakt naar het einde van de
werktijd? Is het zo onbegrijpelijk,
dat deze kinderen in haar vrije tijd
niet meer tot het volgen van ont
wikkelingscursussen komen?
Op welke manier kan hulp wor
den geboden? Het was verblijdend
van ondernemerszijde op het Con
gres te horen verklaren; dat de 48-
urige werkweek voor dc jongsten
beslist te lang is en dat b.v. 44 uur
aangevuld met 4 uur algemeen vor
mend onderwijs wel zeer gewenst
is. Een kwartier pauze 's ochtends
en 's middags is bovendien noodza
kelijk. Die pauzes kunnen worden
besteed aan zang en gymnastiek.
De prae-adviseuse mej. Berden
wees op de noodzaak van eon wet
telijke regeling op het punt van
onderwijs in werktijd.
ER zijn nog andere oorzaken
waardoor het jonge meisje wei
nig binding met haar arbeid voelt.
Zij ziet deze als iets tijdelijks. Een
phase tussen school en huwelijk. Ge
deeltelijk komt deze houding voort
uit de instelling van de meeste vrou
wen. die als haar uiteindelijke be
stemming toch het huwelijk zien
maar voor een niet onbelangrijk
gedeelte wordt, deze houding door
het bedriifsleven zelf in de hand
gewerkt. Het biedt n 1. wpinig toe
komstmogelijkheden voor de vrouw.
Daarom werd on het Coneres meer
aandacht gevraagd voor He oudere
vrouw in het bedrijf. Wij moe'en
voorkomen, dat de oudere vrouw
uit het bedrijf vlucht in het huwe
lijk' riep één der snreeksters uit.
Bijzondere aandacht verdient m i
de opmerking van de Tae-adviseuse
mej. Hiimans, die s'elde. dat de ou
dere eetrouwde vrouw dikwijls een
uitstekend leidster is voor de jonge
ren. De getrouwde vrouw heeft
reeds door haar gehuwde staat een
zeker gezag en. als ze zelf kinderen
heeft, vaak ook voldoende begrip.
Opmerkelijk was wel de, vraag
van één der debaters: hoe wij tege
moet moeten komen aan het gevoel
van onbevredigd zijn en niet meer
aan zich zelf toe te komen, dat
vele huisvrouwen bliiken te hebben.
Jammer, dat het antwoord op dit
Congres in nevels bleef gehuld!
Ten slotte nog dit: Men was una
niem van oordeel, dat de 14-jarigen
en eigenliik ook de 15-jarigen in de
fabriek niet thuis horen en dat te
dien aanzien een wettelijk verbod
behoorde te worden ingevoerd. De
mogelijkheden om deze groepen bij
een verbod op te vangen, zijn ech
ter niet diepgaand besproken En
toch ligt hier een groot probleem.
Een arbeidsverbod voor de fabriek
dient samen te gaan met verplichte
vormings- of leertijd.
(Van een onzer verslaggevers)
Het stond erg indrukwekkend in de uitnodiging, die we kregen: of we
zin hadden om mee te gaan op de berenvangst. Berenvangst In Nederland,
stel je voor... Het bleek echter waar te zUn, al kwamen aan deze vangst
geen vallen, klemmen of wapenen te p3s. De bruine beren, waarom het
ging bevonden zich In Ouwehands Dierenpark. Het waren drie dieren van
anderhalf Jaar, die in het komende programma van het Nederlandse circus
Boltini zullen gaan optreden. Toch was het woord „vangst" allerminst
overdreven, want het heeft heel wat moeite gekost om de beren in de
kool-wagen, waarin ze vervoerd werden, te krUgen.
Toni Boltini had er maar een leren
pak voor aangetrokken, want hij
verwachtte terecht, dat de kennis
making met zijn nieuwe „pupillen"
van hun kant niet bijzonder vriende
lijk zou zijn. Een beer van anderhalf
jaar is heus geen speelgoed meer
Die wordt dan langzamerhand zo
sterk als een ...ja als een beer. en
degene, die een „aai" van een van
zijn klauwen krijgt is niet goed af.
Oppasser G. Lubout van het Die
renpark voedde de dieren echter van
jongs af aan op, en hij kende hun
streken. „Met die kleine zullen we
geen moeite hebbenzei hij. en het
bleek precies zo te zijn. De beer liet
zich gemoedelijk aanhalen, en ter-
wijl hij op de duim van de oppasser
sabbelde kon hem gemakkelijk een j
ketting om de hals worden vastge
maakt Gewillig wandelde hij mee.
het rotsterras uit. Het deurtje van de
wagen stond al open. Ziezo, dat was
dat.
Het grote karwei moest echter nog
komen, want Bruun's broertje en
zusje heten zich niet zo gemakkelijk
verschalken. Vooral dat broertje ging
danig te keer, toen de oppasser hem
In een hoek probeerde te drijven, om
hem daar te kunnen grijpen. Het
duurde wel een kwartier voor het
zover was, en toen móesten er vier
sterke mannen aan te pas komen om I
het beest in bedwang te houden. Het
spartelde en sloeg om zich heen. ter
wijl een angstig gebrul over het ter
ras klonk. Maar tenslotte had ook
deze beer een ketting om de hals.
waaraan hij naar de wagen werd ge
leid. .Het was echter geraden om uit
de buurt te blijven!
Nummer drie verging het net zo.
Wijziging statuten
volkserediet
Het bestuur der ..Amersfoortse stich
ting voor volkserediet' 'heeft B. en W.
verzocht te willen bevorderen, dat de
door de raad vastgestelde statuten op
enkele punten worden gewjjztgd en aan
gevuld. Het betreft in de eerste plaats
een artikel, handelende over de aflos
singen.
Dc volgende door het bestuur wense
lijk geachte wijzigingen betreffen een
artikel, hnndelcnde over het tarief. Op
verzoek van Gedcp. Staten wordt nog
een derde wijziging in de statuten voor
gesteld.
op reis gingen. De heer Ouwchand
kwam voor het vertrek nog even af
scheid nemen van z'n vroegere pleeg
kinderen. In het Dierenpark zijn
echter al weer nieuwe jonge beren
op komst.
In Amersfoort begint nu de dres
suur van de dne bruine beren. Toni
Boltini. die met hen gaat optreden,
zal ze elke dag op de zelfde tijd hun
eten brengen; brood, boerenkool en
ander plantaardig voedsel, en als toe
spijs af en toe een klein stukje vlees.
De dieren wennen dan aan hem, en
hij kan hen observeren. Pas als mens
en dier volkomen met elkaar ver
trouwd zijn. kan worden begonnen
met de kunstjes, die de beren in de
.«»--? - - j mei ue Kuuaijc>. uit ut ucn ii ui uc
Weer een langdurige jacht tot de pjste zullen uitvoeren, Beren zijn
,-^rt*- hal fliAr i r* 'im nal/rAi L*nn I
oppasser het dier in zijn nekvel kon
grijpen, en het met vier man be
dwongen kon worden.
AFSCHEID
De berenrots lag verlaten. Slechts
een biscuitje in het water herinnerde
aan de levenslustige bewoners, die
voor de eerste maal in hun leven
echter schrander, daarom heeft de
dompteur alle hoop, dat hij op 14
April, wanneer hel circus zijn ope
ningsvoorstelling geeft in Zeist, zijn
berennummer kan brengen. Amers
foort komt pas later aan de beurt.
Het circus zal hier ongeveer midden
Juli een aantal voorstellingen geven.
Oppasser Lubout van Ouwehands
Dierenpark (2e van rechts) heeft
Bruintje Beer eindelijk in zijn
nekvel kunnen grijpen, en acht
handen houden het dier nu in be
dwang. Dit is een van de drie
beren, die vorig jaar in het dieren
park werden geboren Toni Bol
tini (2e van links) brengt er in het
komende seizoen een circusnummer
Japonnen, zuiver wol 29.75
Deux pièces, zuiver wol 32 75
Maten 38 t.e.m. 46
Zie étalage
Amersfoort, naast Grand Théótre
OVER
DEZE
RUBRIEK
passen fijne cadeaux.
Cadeaux, zoals U ze
vindt in de Kunst
handel.
Onze Kerstetalages
overtuigen U daar
van.
En onze collectie
binnen is nog vele
malen groter.
W<* juist,, bril
maakt juist dat charmante,
dat wat U doet opvallen te
midden van anderen.
DF. JUISTE BRIL
VINDT U ZEKER
bii
Juwelier-Horloger
Opticiën
Leverancier van alle
Ziekenfondsen.
LANGESTRAAT 43
AMERSFOORT.
UtfMNMODIS
2 losse trubenijs
boorden
2 paar afknoop-
bare manchetten
Gevoerde borst
Effen kleuren
EEN HEER DRAAGT TOCH EEN HOED!
Wollen moquette KLEEDJES
40 x 70 c.m. 3.95
50X100 c.m. 5.35
HOLTAP KLEEDJES
40 x 70 c.m. 3.95
50 x 100 c.m. 9.75
Diverse soorten
SLAAPKAMERKLEEDJES
Uw leverancier voor al Uw
woningtextiel.
LANGESTRAAT 22 - TELEF. 6166
Wij brengen een uitgebreide sortering B I B F L L' W EEL
LANGESTRAAT 29
AMERSFOORT
TEL. 4879
Vederlichte, fjjne ribflu
weel voor blouses en ja
ponnen 70 c m. breed
70 c.m. brede, zware rib
fluweel voor sportjasjes,
rokken, pantalons enz.