et mmmrnieilaw
De vier Lodewijkjes
Puzzle met verborgen spreuk
Voor onze schakers
Schotse kinderen kunnen
prachtig dansen
Pinksterbloemen kunner
doen of ze slapen
ROBS VRIENDEN!!
ra
Aardrijkskundig
raadsel
ARTHUR
RAMSOME
nieuwe
lente
Zaterdag 22 Maart 1952
„Ik vind het zó fijn in de trein", dikke mannen ineens met zware
zei het kleine meisje opgetogen, bomen sjouwen.
„ik kan wel dansen van plezier!" Maar het aantrekkelijkste waren
„Doe niet zo gek", bromde haar toch de wedstrijden in doedelzak
broer, „de mensen dansen nooit van blazen en dansen. In twee hoeken
plezier!"
van het veld stond een podium; op
Wat een zuur joggie, dacht ik. het ene kuierde telkens een man
Maar, overwoog ik, hij heeft een met een doedelzak heen en weer,
beetje gelijk. Echt uitbundig dan- op het andere werd aan één stuk
sen van blijdschap of geluk doen door gedanst. Soms door één man
de grote mensen maar weinig. En of vrouw, soms ook door drie of
toen ineens dacht ik aan dat vier, maar meestal door kinderen.
volksfeest in Schotland.
Meisjes en jongens, van vier
Een paar jaar geleden waren we vijf jaar af, stonden af en toe te
op bezoek bij zéér gastvrije Schot- trappelen van ongeduld om op het
ten. Zij „sleepten" ons overal heen: podium te mogen klimmen.
naar monumenten en badplaatsen,
naar musea, universiteiten en in
dustrieën. totdat één van hen zei:
De jury zou keuren wie het beste
kon dansen.
Ze zagen er allemaal prachfig
..Als jullie_ iets bijzonders willen uit. met fleurige Schotse rokken
zien. moet je morgen naar de High-
land Games gaan".
Omdat we in Schotland waren,
juist om iets bijzonders te zien.
(ook de jongens), witte blouses,
zwarte jasjes, kleurige shawls en
tasjes, en mooie donkere baretten.
En als ze op het podium hun volks-
tuften we de volgende ochtend dansen ten beste gaven, was het
naar Tornton, een dorpje in de eon féést van rhythme en kleuren.
provincie. Eén dag per jaar ronken
er tientallen auto's en motoren bin-
De jongens en meisjes dansten,
dat de stukken er af vlogen. Zij
nen en loopt het hele dorp uit {jaar tintelden van levenslust,
het sportpark, waar om het terrein ™T::
oen complete kermis tiereliert.
Wij zijn de hele dag blijven kij-
ken. Af en toe wierpen we een
Het feest begon om elf uur des blik op dravende paarden of hard-
morgens en duurde tot zeven uur lopende mannen, maar keken meest-
des avonds. In die acht uur zagen al weer gauw naar het podium,
we zowat van alles: hardlopen. 4'
wielrennen, paardencourses, pols
stokhoogspringen en hamërwerpen.
Als ze in Schotland hun volks
feesten vieren wordt de jeugd niet
vergeten. Omdat die knapen en
Op zeker ogenblik ging een aantal meisjes zo enthousiast dansen en
fleur en kleur geven aan het feest.
Toen Vader Tom naar huis toe kwam, op twee en twintig Maart,
Toen i'-and hij daar vier kindertjes met pluimpjes aan hun staart.
En Moeder Main zat al te roepen: „Kijk eens, vaaer, kijk!
„Dat had je zeker niet gedacht! Vier kindertjes tegelijk!"
Wat moeten die kindertjes 'drinken.
Vader Tom. vader Tom?
Wat moeten die kindertjes drinken
Melk uit een kom.
Waf moeten die kindertjes eten.
Moeder Mam. moeder Mam?
Wat moeten die kindertjes eten?
'n Dubbele boterham!
Hoe moeten die kindertjes heten.
Vader Tom, vader Tom?
Hoe kan ik dat nou weten?
Waf geef ik daar nou om?
„Wel, weet je wat?" zei moeder Mam, „dan doen we dat wel samen:
„Ik geef de dubbele boterham, en jij bedenkt de namen!"
En Vader Tom ging zitten en hij dacht en dacht en dacht
En dacht en dacht en dacht en dacht, de hele lange nacht.
„Ik weet het'" zei hij eindelijk, ,Ik ben de koning le rijk!
,,'t Was moeilijk, maar nou weet ik het. Ze heten LODEWIJK!"
„Maar 't zijn er vier." zei moeder Mam. „hoe helen de anderen dan?"
„Ook Lodewijk," zei vader Tom. „wat vind je daar wel van?"
„Wat knap. wat knap." zei moeder Mam, en zo is het gebleven:
De vosjes heten Lodewijk voor heel hun verder leven.
Als Vader Tom en Moeder Mam nu roepen: „Lodewijk!"
Dan komen alle vier de kleine kindertjes tegelijk.
ANNIE M. G. SCHMIDT
P elke stip of elk streepje moet
één letter komen. Na een juis
te oplossing kun je op de streepjes-
rij. van boven naar beneden, een
aardrijkskundige naam lezen. Hoe
luidt die?
winterappel
windrichting
dagelijks voedsel
graan
lid van het gezin
platte vis
houten schoeisel
brandstoffen
fijnmaken
harde metaalsoort
nekharen v. h. paard
bereide dierenhuid
OPLOSSING
•pueuoH-PJOOM
:)pmi uieeu aSipunns^frap-iee aa
GABRI DE WAGT
„Heeft hij gisteren werkelijk op den hem nog over van de laatste
jullie geschoten?" vroeg kapitein Oudejaarsavond, maar hij was hele.
Jan. „Wij zagen de rook en hoor
den de knal.
„Dat was hij niet; dat waren wij".
maal goed gebleven. Hij knalde
best."
,We hebben het hier gehoord",
Uit het Engels vertaald
zei kapitein Nannie. „Wij zijn dé 2ei Rutger. „Het was een pracht-
1^,.,,1 ,ul knal"
v_
Jac. v. d. Ster
baai ingezeild om het woonschip
heen en keken toen door de raam
pjes van de kajuit naar binner.
Oomkapitein Flint lag te sla
pen. We zagen hem. Toen namen we
een van die grote voetzoekers, die
zo sissen en dan met een knal af
gaan, cn legden die op het dak van
-japat liaucai 'luejs de kajuit. Wij staken hem aan en
'ua|Bui 'uaioii 'duioiit 'pips 'aap zeilden weg. We gingen juist om d»
-ga 'uaio^ *poo.xq 'p.xoou "puaa Punt heen, toen hij afging. We had
knal'
„Het zal hem wel woedend heb-
ben gemaakt", zei Nanme.
„Hij stond op het dek en schudde admiraal. We beginnen morgen.'
met zijn vuist tegen ons, toen we
achter jullie aan naar Rio zeilden,"
zei Jan, „en dat was een hele poos
daarna".
„Nu, we zijn in elk geval met
hem in oorlog", zei Nannie. „Van
daag of morgen veroveren we zijn
woonschip. Met zijn allen zouden
Pinksterbloemen zijn heerlijke
bloemen! Het zijn echte weide-
planten; de grasvlakten kunnen
werkelijk met een paars waas zijn
overtrokken, zoveel Pinksterbloe
men staan er soms!
Er is veel aardigs met ze te be
leven. Om te beginnen het „sla
pen". Als het regent of hard
waait, of na zonsondergang, lijken
de bloemen verdord. Na een uur
tje zonneschijn staat ze er weer
fleurig bij. Ook hier blijkt weer,
dat planten zich bewegen.
Je kunt Pinksterbloemen zelf
ook in slaap maken; dan moet je
hetzelfde doen als wanneer je
mensen wakker maakt: flink
schudden. Madeliefjes doen het
ook!
Heb je wel eens gehoord van
die aardige kamerplant: Kindje-
op-Moeders-schoot? Op de onder
ste bladeren, waar de bladschijf
aan de steel vastzit, ontstaat een
nieuw plantje. Welnu, Pinkster
bloemen hebben soms ook ,,een
Kyk er daï? M„deonsKrlte
eens naar uit.
En dan is er nog die merkwaar
vruchten. Je moet eens een pol
letje uitgebloeide Pinksterbloe-
wordt kapitein Jan admiraal. Als
wij „De Zwaluw veroveren, wordt
„De Amazone" vlaggeschip en ik
niraal. We beginnen morgen.
„En als dat geregeld is gaan
het woonschip innemen", zei
„Ja", zei Jan, „maar jullie weten
waar „De Zwaluw" ligt, omdat jul
lie weten dat wij hier zijn. Als wij
hem niet bewaken, kan je hem
makkelijk genoeg veroveren. Maar
we het makkelijk kunnen doen" „De we weten niet, waar jullie „Amazo-
Zwaluw" aan de ene kant en „de ne" Rfi1"
Amazone" aan de andere. Hij kan „Je hebt toch gisteren gezien waar
niet aan allebei de kanten tegelijk wij heengingen",
zyn. Dan moeten we hem voor de „We zagen jullie verdwijnen ach-
keus stellen. Hij moet met ons mee- ter een ru heuvels aan de west-
doen, zoals verleden zomer, óf hij kant."
moet van de loopplank het water in „Nu, als je die heuvels voorbij
lopen." vaart kom je bij de monding van
„Dat laatste lijkt mij het beste", een rivier. Dat is de Amazonerivier,
zei matroos Tittie, „dan nemen wij Een eindje verder op de rechter
zijn schat, kopen een groot schip en oever, dat is dus de linkeroever als
gaan daarop dan voor altijd wonen }e van het meer komt, is een stenen
en we zeilen de hele werold door." botenhuis met een grote houten
„Dan zouden we naar de Chinese doodskop en gekruiste beenderen,
<2ee kunnen gaan om vader op to die we boven de deur hebben ge-
boeken,zei Suze. spijkerd. Er ligt een motorboot in,
„We zouden nieuwe werelddelen want die is van de inboorlingen
kunnen ontdekken", zei Tittie, „Het maar daar moet je niet aankomen,
kan met Amerika nog niet afgelo- Ook ligt er een roeiboot en „De
pen zijn. Er zijn er vast nog een Amazone," als wij thuis zijn. Nu
hele massa, die nog niet gevonden weet je het."
zijn." „Een ogenblik", zei Jan, „ik heb
„We zouden ook naar Zanzibar een kaart." Hij haalde de gids en
kunnen gaan cn een hele schecpsla- sloeg die open bij de kaart waarop
ding grijze papegaaien halen, die het hele meer stond. Nannie wees
•raten goed', zei Greet. hem de Amazonerivier. Op de kaart
„En apen", zei Rutger. heette die anders. Jan gaf haar het
„Ik houd meer van groene papt- potlood.
iaien", zei Tittie. „Zet eens een kruisje waar het
„Luister eens", zei Nannie, „we botenhuis is", zei hij.
ergeten helemaal onze onderhan- Kapitein Nannie zette met het
elingen. We kunnen niet steeds te- potlood een kruisje. „Het gaat er
en kapitein Flint vechten. Maar wc natuurlijk alleen maar om, om el-
unnen oefenen. We moeten niet kaar de loef af te steken", zei zij.
lkaars schepen tot zinken bren- „We spreken natuurlijk af, dat ac-
engeen, die het wint, met de boot van
„Niemand zal „De Zwaluw" tot de ander even voorzichtig zal zijn
:inken brengen", zei Rutger trots. ais zUn eigen boot."
„Neen", zei Nannie, „dat doet ook -»W« z4Uen winnen', zei G.r.?et'
dige bloem. Dadelijk vallen de men Qp een schoteltje vertroete-
yier paarse, soms witte, losse jen ^ls vruchten rijp zijn kun
bloemblaadjes op, die naar bene
den sterk versmallen; de smalle
je wat aardigs beleven. Raak je
even een rijpe vrucht aan, dan
kracht worden de zaden wegge-
HENK VAN LAAR
onderhelften vormen met z'n vie- springt zy ineens open en'
ren als het ware een buisje. Die kracht
vier bloemblaadjes worden aan slingerd!
hun voet omgeven door vier losse
kelkblaadjes. In het hart van het
bloemetje staan zes meeldraden:
vier lange en twee korte. In het
midden de stamper. Die is bijna
zo lang als de lange meeldraden.
De twee voornaamste „honing
potten" staan naast de stamper,
tussen twee lange meeldraden en
tón korte. De twee kleine staan
tussen twee lange meeldraden.
Bij mooi weer, als de insecten
vliegen, draaien de grote meeldra
den zo, dat de opening van hun
hfclmhokken naar de grote honing
pot is gekeerd. Steekt een bijtje
of pen vlieg zijn slurf uit naar de
Srote honingpot, dan bepoedert hij
zich met stuifmeel. Vliegende van
bloem tot bloem wordt het stuif
meel rondgebracht.
niemand. Maar het zal een goede
oefening voor ons zijn om te pro
beren „De Zwaluw" te veroveren en
voor jullie om „De Amazone" aan
te vallen. Het schip dat wint wordt
het vlaggeschip. Er is altijd een
vlaggeschip bij een vloot. Als jullie
„De Amazone" veroveren, wordt
„De Zwaluw" het vlaggeschip en
Nannie doet altijd wat ze zegt".
„Dat zullen we nog wel eens
zien", zei kapitein Jan.
„Morgen beginnen we", zei kapi
tein Nannie-
(Wordt vervolgd.)
(Advertentie LM.)
JONGENS EN MEISJES, jullie hebben vanavond een
mededeling ontvangen. Is het naar jullie zin?
Doze jeugdkrant kost slechts 0.12 per week.
Vul dan de bon in en geniet van de spannende
verhalen, die wekelijks verschijnen.
Als je het reclamebiljet niet ontvangen hebt. vraag dan
inlichtingen aan de bezorger of op ons kantoor.
'4'*-.-.
TWAALF zetten lang heeft Eliskases
die geperfectlonncerde Weense
stijl te zien gegeven waarmee hij
voor vijftien tot twintig jaren overwin
ningen behaalde In tweekampen met
Spielmann en Bogo-Ljoebow. kam
pioenschappen van (nazl-)Duitsland cn j
toumooien zoals dat te Norodwijk 1938;
Voorzichtig, foutloos en toch agressief,
dank zij een bijna ononderbroken reeks
van kleine dreigingen als middel tot het
verbeteren van zijn kansen in het al
gemeen.
In deze geest had hij nog een poos
kunnen doorgaan, bijvoorbeeld:
a 19. P5c4, Pd5; 20 Pd6. Tf8 20
Tc7 dan 21 Pe4 21 Pec4. of b' 19 P5c4
Lc420 Pc4:, Pd5; 21 Pd6. Tel :t; 22
Advertentie (l. M.)
GESLAAGD... dank ZIJ
MIDDEIB. AKTEN TALEN EN
WISKUNDE M.O.
B»k»nd»
schn/ltli/k» euriui
'HILVERSUM
door
Robert Nathan
17
De agent schudde zijn hoofd.
,.Nou ja", zei hij. „ik weet wat er
achter me is. Ga maar door vriend,
met mij gaat het wel, zo naast dio
boom".
En hij keek mijnheer Sheridan
met moedige blik na.
Mijnheer Sheridan zette zijn wan
deling voort in de richting van het
meer. Het bruine water, donker on
der de winterlucht, trok hem. En
hij stond eèn ogenblik stil aan de
oever, en keek naar beneden,
„Een klein meer", dacht hij.
„maar gevaarlijk- Niet zo breed of
zo diep als de zee. maar in de mod
der van zijn bodem kon het toch
best een vluchteling van de stad
bergon. Maar wat een miezerig ein
de. In dc bruine modder en het
trage slib zou je nooit de druk cn
het bewegen voelen van oceaan
stromingen en van het reinigende
zout, die het moede vlees van het
skelet afwasten, on de afgrijselijke
angsten van de ziel".
„En toch", dacht hij verder, „was
er wel iets te zeggen voor vrede,
al was het maar in de modder"
Maar op dit ogenblik, toen hij
somber stond tc staren, haalde Ell
sabeth Cheney hem weer in. Zb
deed een paar geaffecteerde pasjes,
zette een beleefde glimlach op, en
kwam naast hem staan turen naar
het meer. „Hebt U iets verloren?",
vroeg ze. en liet haar portefeuille
vallen, waar niets in was.
Mijnheer Sheridan kreeg een
schok van schrik cn keek geërgerd
naar Elisabeth, die onschuldig en
smekend naar hem op keek. Hij
kon niet anders doen dan achter
de portefeuille aan te gaan. Hij
scharrelde dc walkant af, en bracht
hem haar terug.
„Dank U wel", murmelde ze ge
maakt. ,,'t viel zomaar uit m'n han
den".
Mijnheer Sheridan antwoordde
niet op deze opmerking, die hij on
nodig oordeelde. Maar Elisabeth
liet zich niet terneer drukken door
zijn stilzwijgen, ,,'t Is een prachtige
dag", zei ze. „Zo koud en zo"
„Ja", antwoordde mijnheer She
ridan
„Ik zag U achter een boom staan",
ging ze voort, „U praatte met een
agent".
„Dat deed ik", antwoordde de
bankier ,,U hebt 't goed gezien".
Hij voelde dat het tijd was om
te gaan. Maar hij had té lang ge
wacht. Het was al te laat. Elisabeth
legde haar hand op zijn arm. cn
stuurde onontkoombaar op een
bank aan. Er was niemand in de
buurt. Mijnheer Sheridan, ineens
doodop, Het zich leiden.
„Nou dan", zei ze, toen ze zaten,
„vertel eens waarom je met zo'n
vreemde uitdrukking naar het meer
stond te kijken. Wou je er in
springen?"
Mijnheer Sheridan rilde. „Zeker
niet", eei hij. En hij keek bezorgd
rond. alsof hij van iets beschuldigd
v/as.
„En toch", drong Elisabeth aan,
..kan ik zien dat je ongelukkig
bent. Je zou me kunnen vertellen
wat het is. Misschien kan ik je
helpen".
Zc staarde hem vol aandacht aan,
haar hoofd wat opzij, als een
spreeuw, en probeerde tezelfdertijd
niet al te hoopvol to kijken.
„Je kunt me niet helpen", zei
mijnheer Sheridan
Maar ze liet zich niet ontmoedi
gen.
„En ook", vervolgde de bankier,
„ben ik niet ongelukkig. Als ik wat
In de zorg zit, dan komt dat door
zakenmooilijkheden".
„Ja", murmelde ze. „het zijn
slechte tijden voor iedereen" Ên
ze glimlachte bemoedigend tegen
hem.
„Is 't met jou ook mis?" zei ze.
,.'t Mag niet hinderen, met mij is
het dito".
Mijnheer Sheridan schudde zijn
hoofd „Ik ben geen mislukkeling",
zei hij, „ik ben president van een
Spaarbank".
En hij probeerde weer weg te
gaan. Maar Elisabeth had zijn arm
beet entoen ze dit hoorde, hield
ze die nog steviger vast. „Ik had
gelijk", zei ze tegen de kale bomen
en de lege paden. Ze ging nog
wat dichter bij hem zitten.
Mijnheer Sheridan keek wanho
pig rond, want hij kon zich niet
voorstellen wat Elisabeth van hem
wlldo. Hij dacht dat ze misschien
in de beurs geïnteresseerd was.
„Vraag me niet om raad, jonge da
me," zei hij. „want die kan ik je
niet geven. Steek je geld in staats-
aandelcn, of in je kous, mij is 't
hetzelfde".
Bij wijze van antwoord trok Eli
sabeth haar rok wat op, en tuurde
naar haar kous, pas gestopt op de
knie. „Dat zou niet mooi stoan",
constateerde ze.
Mijnheer Sheridan sprong diep
verontrust op en trok Elisabeth
met zich mee. Ze was wel bang
dat ze hem aan het schrikken had
gemaakt, maar ze geloofde niet
dat dc strijd al beëindigd was.
Toen ze samen het pad afliepen
merkte ze luchtig op- „Je bent dus
een bankier. En is dat alles waar
je om geeft in de wereld?"
Mijnheer Sheridan antwoordde,
dat dat zo was en haastte zich
voort.
Nou", zei Elisabeth, „dat kan Ik
ook wel begrijpen". En toen ze de
bocht van het meer omliepen, voeg
de ze er aan toe: „Waar zei je ook
weer dat ik mijn geld in moest
steken?"
„In staats-aandelen". zei mijn
heer Sheridan.
„Dat was het", zei Elisabeth,
„maar heb jc nooit van een vrouw
gehouden?"
„Nee", zei mijnheer Sheridan.
En zo snel hij kon, ging hij er
vandoor in dc richting van de stad.
HOOFDSTUK X
Otkar, Rosenberg en Elisabeth
Cheney waren op weg om bij de
Sweeny's Kerstmis te vieren Ze
hadden de kleinst denkbare cadeai^
tjes bij zich. Rosenberg had een
heel klein stukje hars voor Sweeny,
cn Otkar. die voor een dag zijn
diensten aan een bloemist had ver
kocht. droeg een takje mistletoe
voor de vrouw van de straatveger
Elisabeth's gift was niets meer of
minder dan een spreeuw die ze op
een avond onder Sweeny's wagentje
had gevonden. Ze had er een kooi
voor gemaakt uit een schoenendoos,
waarin hij een ongezellig leven
leidde. „Hij zingt helemaal niet",
legde ze uit. „Maar hij piept zo'n
beetje".
Ze ging naar de Sweeny's met
vreugde en met een soort van ver
legenheid, want ze was bang dat
juffrouw Sweeny haar misschien
wel niet zou mogen.
Maar juffrouw Sweeny was be
reid iedereen aardig te vinden. Met
de geluiden van dc vroegmis in de
kathedraal nog In haar oren, was
ze dwv naar huis gekomen om 't
kerstmaal klaar te maken en *t
boompje, dat ze van de kruidenier
had geleend, te versieren. Boven" %n
hing ze een watten engel, en daar
onder, tussen een slinger en zilver
foelie, tussen noten en appelen,
plaatste ze de spiksplinternieuwe
viool en strijkstok, die ze voor
Michael had gekocht.
(Wordt vervolgd*
Bij juiste oplossing van dit
kruiswoordraadsel kunt u op
de horizontale regels, begin
nend met 21 en 60. een aar
dige spreuk lezen.
Horizontaal: 2. metaal
aanslag 6. dierentuin 11.
grootmoeders 13. kleur 14.
uurwerk 16. scheepstouw 17.
bedenkelijk 13. knaagdier 20.
voornaam van Lenstra 25. lid
woordje 26. streep 27. deel
van de mast 29. akker 31.
stamppot 34. insect 36. beteu
terd 38. snelle toeloop 39. ge
sloten 41. eer 42. houtsoort 43.
grassoort 44 vlaktema?t 45.
slordige vrouw 46. opstopper
48. lof 49. vallende druppel
52. in de richting van 55.
Openbaar Ministerie 56. steen
58. water in N. Brabant 66.
bewoner van een Baltisch
land 67. zoogdier 68. muur
holte 69. dakbedekking 70.
korenhalmen 72. winterappel
73. vrouw 74. jongen 75. nood
zaken.
Verticaal: 1. rekening
2. spoorstaaf 3. zoogdier 4.
uitgedorste halmen 5. platte,
vierkante steen 6. wintervoer-
tuigen 7. advies 8. persoonlijk
voornaamwoord 9 klap 10.
stad in Duitsland 12. vorm
van onderricht 15. kellner 17.
met stekels bezette dieren 19
dwingeland 22. plaats op de
Veluwe 23. waterkering 24.
vochtig 28. gespannen 29.
angst 30. eetregel 31. oud-
germaanse schrifttekens 32.
zoogdier, 33. lengtemaat, 35.
zintuig 37. geneesmiddel 38.
belemmering 40. ijzerhoudende cicei van een ooum oi. aangesioKen
grondsoort 45. harssoort 47 kleur vrucht 62. tijdperk 63. hetzelfde 64.
50. vaatv/erk 51. grondsoort 53. stre- geestdrift 65. ingewand 71. onge-
ling 54. grote plas 56. handigheid, noemde 73. lidwoord,
list 57. incasseren 59. aardsoort 60.1
Oplossing van „Opgave
voor cijferkunstenaars
EEN schaakmeester komt langzaam
op volle kracht en kan zich ja
renlang handhaven. Dat ls dc re
den. v/taroin het gczelsch.ip van ccn-
tamporaino kampioenen bljnn niet van
samenstelling verandert. Nu en dan
eens een aanwinst. Bronstein, Gügoric,
Unziker, Matanovic en die blijven dan
weer een generatie lang in het nieuws.
Zuid-Amerika. waar schaken een be
langstelling op grote schaal geniet, heelt
nog in het geheel geen opvolgers van de
bekende groep, die daar nil al sinds de
Buenos-Aires-Olympiade van 1939 aan
het hoofd gaat. Stahlberg en Pilnlk zUn
terug in Europa. Eliskases is in Brazi
lië en Najdorf ln Argentinië gevestigd.
Julio Bolbochan is daar geboren cn al
sinds 1938 ec-n schaker van betekenis,
al schijnt hij niet ouder dan dertig
jaar te zijn.
In de >Zuid-Amerikaanse F.I.D.E.-
zóne zijn hij en Eliskases de uitverko
renen. die met anderen uit Europa.
Canada cn de Verenigde Staten in
Augustus te Stockholm zullen verschij
nen om mee te dingen naar zes zetels
voor het candidaat-wereldkampioen-
schap. Van beider stijl kan geen bete
re illustratie worden gegeven dan hun
partij ln het zöne-tournool, waarin zij
hun Stockholm-rechten verwierven.
Wit: Erich Eliskases. Zwart: Jullo
Bolbochan. Konings-Indlsch.
1. Pgl£3, Pg8-f6; 2. d2d4, g7—
g6; 3 Lel—f4 (er schuilt meer dan men
zou denken ln deze methode tegen het
Konings-Indisch. die tot dusverre nog
slechts sporadisch is gebruikt), 3,
Lf8g74. Pbl—d2 (blijkbaar is Elis
kases niet bevreesd voor 4Ph5
Een houdbare opvatUng is ook, dat
wit 4. Pc3 moet doen om 4Ph5
met 5. Le3 en dan Dd2 te kunnen be
antwoorden) 4 00 (zwart volhardt
in de traditionele Konings-lndische
opstelling, ofschoon hij eigenlijk een
zet ten achter is. omdat wit zich c2—
c4 heeft kunnen besparen. Ik geloof dat
zwart met 4. Ph5; 5. Lg3. d6 of 5
Le5, f66 Lg3. e5 veel hoofdbrekens had
kunnen vermijden), 5. e2—e4. d7d6
(niet verleid door het alternatief 5
Ph5; 6. Le3, d6 dat nog altijd zekere
bekoringen had. terwijl nu daarente
gen wits groepering maximaal tot haar
recht gaat komen). 6. h2h3. Pb-c6; 7.
c2—c3 (nuttig tegen Pd4:, Pd4:, e5. In
dien 7. d5 dan 7e5; 8. Le3, Pe7;
9 g4, Pe8 en f7—f51. 7. e7~c5. 8.
d4xe5 (8. Le3 dan 8d&>. 8
döxe (zwart heeft zijn eerste Konings-
lndische doel, c7c-5, de loper op f4 ten
spijt bereikt, want na 9 Pc5:, Pc3.- 10.
LeSr. Pe4 11 Lg7 Tg3 zou het even
wicht niet zijn verstoord.
Over de nastrevenswatydlgheld van
dit doel kunnen de meningen ln dit ge
val verschillen. Te gelegcnertijd zal e5
toch moeten worden beschermd en In
tussen krijgt wit comfortabele manoeu
vres zoals Pd2, c4—e3 ter beschikking).
9. Lf4—h2, Pf6h5 (vergelijk met 9
ao; 10. Dc2 dreigt Pe5 gevolgd
door Pc4 en Pc3, 10 UI—b5. Lc8— d7;
11 0—0 (nog steeds was e5 indirect be
schermd. zie 11. Lc6-, Lc6:; 12 Pe5:.
Le5:: 13. Le5;. Dg5 in zwarts voordeel.
Toch blijft zorg voor die pion zwart
noodzaken, naar het pijpen te danseni.
11 Tf8e8: 12. Pd2—c4. a7—a6:
13. Lb5xc6, Ld7xc6: 14 Pf3xc5. Lc6xc4:
15. Tflel, Le4d5 (het is een smal
pad, dat zwart moet bewandelen: 15.
U5 dan 16. g4 respectievelijk 15
Ddl16. Tadl gevolgd door Td7):
16 g2j4. Ph5—f6. 17 Pc4—e3. Ld5— e6
nog voortdurend onvrijwillig, want er
dreigdc g4—g5. En 17Le4; 18 f3.
PdS; 19 Pf7 zou wit een pion hebben
opgeleverd Maar 17 h7—h6 kwam
in aanmerking; 18 Ddl—f3, c7c*
Tel:, DdT 23. c4. of c. 19. P5c4 De7; 20.
Pd6. Ted8; 21 Pcf5l en al is het niet
duidelijk dat zijn terreinvoordeel In
ieder geval de doorslag moest geven, de
situatie was toch volmaakt In ztfn han
den.
Van hier af begeeft wit Zich op het
hellende vlak on net is öoioocnans
verdienste, moedig en met vaste hand
dc neerwaartse beweging een eenparig
versneld karakter te verlenen
19 Til—dl, Dd8—«5 (daafmede Ik
Tad8 «n zwans bevrijding, ja met tsree
actieve lopers zelfs een merkbaar Voor
deel verzekerd. Bijvoorbeeld 20 a5, Lb3
of 20. Tal. Tad8. Dus a2 in de steek
laten; maar dat loopt niet goed af 20.
g4—g5. Pf6—h5 (20Pd5 dan 21.
P5c4. Da3 22 Tal en eventueel remi
se door voortgezette aanvallen op de
dam©1 21 b2—b4, Da5xa2: 22 c3—c4. f7
—f6 23. g5x£6, Ph5xf6; 24 Pe3—g2. Da2
c2; 25 Tdl—d4, Ta8—d8- 26. Td4xd8.
Te8xd8;27. Lh2—f4 (dreigt Pe6:, bc6:,
Tc6 wat, voordat dat dc koning over
een viuchtveld beschikte, geen pion zou
hebben opgeleverd wegens Telt. Pel.
Dc4 enz 27. Dc2—f6; 28 b4—b5.
a6xb5 29 c4xb5, Lc6d5 ihet pleit is
beslecht; 30. Dg3, Ph5 of 30 De3. Lg2:.
31. Kg2Pd5)30 Pg2—c3. Df6xe5. wit