Naast grote
verrees een
tentenkamp
luxe-hotels
Gereformeerde heeft eigen
taak op filmgebied
De Rivièra thans ook
open voor minder
gevulde beurzen
ANDRE SELLA, DE SFINX
OP DE ROTS VAN EDEN
MOEILIJKHEDEN?
Heb ik recht op loon ir
geval van ziekte?
r
Uitvoerig rapport over
vrijetijdsbesteding
Wij geven raad
Zijn hotel altijd vol
omdat het zo duur is
X.
A
Zaterdag 5 Juli 193;
Sociale vraagbaak
(Van een onzer verslaggevers)
DE kleine man aan de grote zee. Waarom vroeger niet en nu
wel? Zó zit het in elkaar: De Franse arbeider en tot op
zekere hoogte gold dit ook voor de middenstander verplaats
te zich vóór 1936 in zijn vacantie niet, voornamelijk omdat
Bruin dat niet kon trekken. Maar in dat jaar kwam de congé
payé (betaalde vacantie) er in het Franse parlement door. Die
betaalde vacantie schonk tenslotte het aanzijn aan de „derde
Riviera", de „camping" met alle variaties en modificaties van
dien. Ondanks het aanvankelijk verzet van diverse grote hotels,
die heus niet bang waren voor verlies van debiet (stel u voor:
hun clientele in een tent!) maar voor inbreuk op de distinctie.
De tijd heeft reeds thans afdoende geleerd, dat beide catego
rieën vacantiegangers vreedzaam naast elkaar kunnen genieten
van hun plekje onder de zon, in de meest letterlijke zin.
DIT alles ben ik aan de weet ge
komen, dank zij een logeer
partij op uitnodiging van de direc
tie van de Touring Club Holland,
die de ..Cercle Hollandais" exploi
teert. bij mijn weten de enige Ne
derlandse „Camping" aan de Franse
Middellandse-Zeekust. Deze „Cercle
Hollandais" is bovendien het enige
kamp, dat concessie heeft op een
der exclusiefste plaatsen van deze
exclusieve kust, Cap d'Antibes.
Er zijn natuurlijk Franse arbei
ders. die niet al te ver van de toe
ristencentra aan de kust hun woon
plaats hebben, en die op de een of
andere manier, met ma en de kin
deren in de vacantie een tentje op
slaan, op een van de vrij talrijke
terreinen in deze omgeving, waar dat
is toegestaan Maar ook uit diverse
industrie-centra, zelfs uit Noord-
Frankrijk komen de „kleine" Fran
sen naar de Zuidkust.
In La Napoule waar men zelfs op
drie strandjes met echt zand kan
bogen, is een kampcentrum voor
mijnwerkers uit Noord-Frankrijk en
in Biot beschikken de textielfabrie
ken van Roubaix over wat zomer
huisjes voor haar personeel. In to
taal zijn er tussen de vijftien en
twintig soortgelijke mogelijkheden
langs de gehele kust. Maar boven
dien bestaat er de organisatie „Tou-
risme et travail", die ten behoeve
Stralende vacantie
aan blauwe zee (II)
VV
van haar leden hotels en pensions
heeft ingeschakeld. Hier kunnen de
aangeslotenen betalen met spaarze-
gels, die zij het hele jaar door kun
nen kopen in de bedrijven waar zij
werkzaam zijn. Ik heb geen cijfers
kunnen vinden, waaruit blijkt hoe
veel Fransen er in totaal van deze
niet onaanzienlijke verscheidenheid
van mogelijkheden profiteren, maar
dat dit aantal vrij groot moet zijn,
moge blijken, uit het feit. dat van
de gelegenheid in La Napoule 5000
a 6000 mijnbeambten per jaar ge
bruik maken.
E) AT de „Cercle Hollandais", die
in 1949 is gestart met een proef-
kamp. het vorig seizoen ca. 3500 Ne
derlanders naar Zuid-Frankrijk
heeft gebracht, bewijst dat ook bij
ons in brede Lagen een reislust be
staat, die er niet voor terugdeinst
in twee dagen 1600 km per autobus
af te leggen, om een nieuwe, zonni
ge. ik zou willen zeggen „mous
serende" wereld te ontdokken en te
verkennen. Naast de betrekkelijke
Van het Grand hótel du Cap
d'Antibes op de achtergrond,
leidt een pad naar het Paviljoen
Eden Roe op de voorgrond. Hier
worden bij voorkeur de dure
maaltijden geserveerd. De pijl
links voor wijst naar het zoet
water-zwembad.
eenvoud van het kamp is n.l. het
reizen per bus wel de voornaamste
factor, die de prijs voor zulk een
belevenis binnen het bereik van een
betrekkelijk groot publiek brengt.
Dat deze Cercle Hollandais de
enige concessionaris voor een kamp
centrum op de Cap is, heeft een
voorgeschiedenis.
Volgens de een of andere Franse
wet, was vroeger een bepaalde
strook langs de kust, als staats
eigendom, voor een ieder vrij, om
er letterlijk zijn tenten op te
slaan. Een van de bij voorkeur door
de kampeerders gefrequenteerde
strandjes, was dat bij het Chateau
de la Croë, vacantieverblijf van de
hertogin en de hertog van Windsor,
die van deze belangstelling echt
overlast ondervonden. Hertogelijke
stappen in 1948 bij de betrokken
autoriteiten hebben er toe geleid,
dat althans voor Cap d'Antibes. paal
en perk is gesteld aan de kampeer-
mogelijkheden. Maar inmiddels was
de concessie aan de Touring Club
Holland reeds verleend En inbreuk
maken op gevestigde rechtenzó
zijn de Zuid-Franse autoriteiten nu
ook weer niet Bovendien en dit
is het getuigenis van de heer Jehan-
Foucaud, mijn collega van de Espoir
de Nice zijn de Nederlanders, die
in de Cercle Hollandais komen, rus
tige, gedisciplineerde mensen, al
thans heel wat kalmer dan de La
tijnse gasten, uit andere „campings".
Laat ons deze uitspraak in de
eerste plaats beschouwen als voor
beeld van Gallische wellevendheid.
SOMMIGE mensen arbeiders zowel als werkgevers verkeren In i
mening, dat door de Invoering van de Ziekte- en de Ongevallenwet
het recht op loon tijdens ziekte of bü een ongeval, voor hen op wie dez.
wetten van toepassing zUn, onder alle omstandigheden verloren is. Deze
mening is niet juist. In de meeste bedrijven bestaat althans voor de
arbeiders op weekloon tijdens ziekte en bij ongeval inderdaad geen
recht op loon, doch dit is zeker niet altijd het geval. Artikel 1638c van bet
Burgerlijk Wetboek zegt, dat de arbeider bü ziekte of ongeval gedurende
betrekkelijk korte tijd zijn recht op loon behoudt. Hetgeen de arbeider
krachtens Ziekte- of Ongevallenwet ontvangt, mag de werkgever natuur
lijk van het loon aftrekken.
De wet zegt niet wat als een be
trekkelijk korte tijd moet worden
beschouwd. Bij verschil van mening
hierover, heeft de rechter het laat
ste woord. Allerlei omstandigheden,
zoals de duur van het dienstver
band, de gewoonten in een bepaalde
bedrijfstak enz. kunnen hierbij een
rol spelen. Men zegt wel eens: voor
ieder jaar. dat de dienstbetrekking
heeft geduurd moet het loon een
week worden doorbetaald, met een
maximum van 6 weken. Deze regel
kan als minimum-voorschrift wel
worden aanvaard, hetgeen niet wil
zeggen, dat er geen gevallen zijn,
waarin de rechter een langere tijd
n|£>dzakelijk zal achten.
Er is bij dit alles één grote
„maar". De wet zegt n.l. wel dat
het loon bij ziekte moet worden
doorbetaald, maar zij zegt tevens
(Van een onzer verslag
gevers)
Toen in Januari 1870
het Grand Hotel du
Cap d'Antibes was vol
tooid, had het bouwen er
van frs 636.121.062 gekost.
Het gebouw heette toen
La Villa Solcil en het was
allerminst neergezet met
het oogmerk er 'n super-
de-luxe-hotel van te ma
ken. La Villa was opgezet
als een pied-d-terre voor
scheppende kunstenaars,
om er rustig te kunnen
werken, op initiatief van
Auguste Villemessant, 'le
oprichter van het dagblad
„Le Figaro".
Bij het pompeuze inwij
dingsfeest was er een her
tog de Vallombrosa. die
in een bloemrijke toe
spraak verklaarde, dat
Antibes met de vestiging
van dit paleisachtige te
huis was geworden als
een jongere zuster van
Cannes. Dit heeft noch
tans een faillissement van
de maatschappij tot ex
ploitatie van de Villa
Soleil, kort na de oorlog
van "70, niet belet. Het
pand sleepte een moeilijk
bestaan voort, tot de ge
hele zaak in 1887 overging
in handen van Antoine
Sella, een Italiaanse hotel
houder, die in eigen land
zijn sporen reeds dubbel
en dwars had verdiend.
Zijn zoon André, die thans
54 jaar is, volgde hem op
en zette de vaderlijke tra
ditie voort, die het hotel
heeft gemaakt tot een
vacantieverblijf voor ieder
die in de wereld op enig
gebied maar prominent
mag heten.
AT de verhouding van
■Ly de hoteldirectie tot
velen van die vooraan
staanden verre van uit
sluitend zakelijk is, moge
blijken uit het feit. dat de
heer Sella mij niet alleen
het appartement kon laten
zien, waar de Windsors
bij hem logeerden, vóór
zij hun eigen „optrekje",
het Chateau de la Croë
hadden, maar dat hij mij
ook de levensgeschiedenis
van de hertog, het onlangs
verschenen „A King's
story" kon tonen, met een
persoonlijke opdracht van
de hertog erin.
André Sella heeft een
rond gezicht, intelligente,
vriendelijke ogen, een
kaal hoofd en zijn kleding
is van een uiterst zorg
vuldige onopvallendheid.
Niet alleen neemt hij
rustig de tijd om mijn
vragen te beantwoorden,
maar bovendien had hij
me de avond te voren,
zocht vacantieverblijf ón
danks zijn hoge prijzen,
maar juist omdat het zo
duur is. Een één-persoons
kamer zonder bad kost er
minstens f 20 per dag, een
tweepersoons met bad
hoogstens f 70. Als ge uw
eigen personeel mee
brengt. betaalt u voor een
bediendenkamer met vol
ledig pension f 25 en voor
een compleet appartement
kunt u tussen f 160 en
f 200 per dag aardig
terecht.
Eten en bediening
(lunch of diner f 15, ont
bijt f 3.50) zijn bij die
prijzen niet inbegrepen,
toen ik een afspraak met
hem kwam maken, zijn
plakboek met allerlei pu
blicaties over het hotel
geleend. Daar waren om
vangrijke knipsels bij en
waardevolle curiosa, die
ik meekreeg, zonder dat
hij om enige legitimatie
had gevraagd. Later hoor
de ik. dat Sella een grote
reputatie van „press-min-
dedness" heeft en dat hij
in het seizoen soms vijf
tien journalisten van al
lerlei nationaliteiten per
dag ontvangt. En nu kan
het wel zijn, dat zijn wel
willendheid er toe heeft
bijgedragen, zijn faam te
verbreiden als „Ambassa
deur van de Azuren Kust".
„Petrus van de grote rots
van Eden" en „Sleutelbe
waarder van het aardse
paradijs" (om slechts een
paar koppen uit de inter
nationale pers te citeren),
zijn succes is hiermee na
tuurlijk niet verklaard.
Tot Ji 200 per dag
E voornaamste oor-
zaak er van lijkt me
overigens niet moeilijk te
raden: het Grand Hotel
du Cap d'Antibes is na
melijk niet zulk een ge-
maar wel de toegang tot
de tennisbanen en het
zwembad van het hotel.
Dit laatste is een in de
rotssteen uitgehouwen
zoetwater-bassin van ca.
20 x 10 m, wat voor de
gasten blijkbaar oneindig
attractiever is dan het
zoute water van de Mid
dellandse Zee op tien
meter afstand.
De prijzen garanderen
de toeristen, dat zij zowel
in het hotel als in het
Paviljoen Eden Roe ge
vrijwaard zijn tegen con
tact met „gewone men
sen". Bovendien waar
borgt een bijzonder kunst
zinnige inslag in het
hoteliersgemoed van de
heer Sella hen, dat zij
zich bewegen temidden
van „leuke lui", waarbij
iedereen wel conversatie
naar eigen smaak en
voorkeur vindt. Het hotel
heeft n.l niet meer dan 85
kamers en het is Sella's
door beroepstrots geleide
streven die ruimte zo te
„bevolken", dat het ge
heel een plezierig aan
doende compositie is.
„Want," zo zegt hij mij.
„het belangrijkste element
voor het succes van een
établissement als het
mijne is de levende stof
fering. Vandaar dat ik
altijd tracht een cocktail
te mengen van een beetje
film, wat diplomatie, een
vleugje schoonheid, enige
kunstenaars en. tenslotte,
enkele nouveaux riches."
Tact
Li R doet een fraai ver-
-^haal de ronde over de
tact van deze gastheer in
het groot. Enige jaren ge
leden in 1947 toen
er in Antibes iets prils
ging ontluiken tussen
Rlta Hayworth en Ali
Khan, vertoefde in het
hotel de Sjah van Perzië,
die, eveneens onder Rita's
bekoring, de schone film
ster voor de lunch in
Eden Roc had geïnviteerd.
Niemand zal ooit weten
of Rita de uitnodiging
heeft vergeten ofver
drongen of wat dan ook,
maar ze kwam niet
Slechts de stugheid van
het tempo, waarmee de
wachtende Sjah zijn glas
liet vullen en het weer
ledigde kon wedijveren
met de somberte van de
gloed in zijn blik. die een
snel naderende explosie
deed vrezen. Sella, die al
les ziet en weet, fluisterde
achter een discrete hand
een enkele zin in het oor
van de maitre d'hotel, die
daarop de zaal verliet.
Tien minuten later ruiste
een bijzonder mooi meisje
Binnen, dat aan een tafel
tje in de onmiddellijke
omgeving van de woeden
de vorst plaats nam. Er
brak iets in zijn somberte
en zjjn drinktempo. „Ook
deze is schoon", moet de
Sjah hebben gedacht, het
geen aardig klopte, want
zij was „miss Cóte d'Azur
1947". De kennismaking
was snel geschied en de
Sjah behoefde niet alléén
te lunchen. De heer Sella
weigert met een volstrekt
„vrijblijvende" glimlach
de juistheid van dit ver
haal te bevestigen of te
ontkennen.
DE „KALVERSTRAAT" van de
Cercle Hollandais, het pad tussen
de slaaptenten. Op het witte bord
je in het midden staat, dat het
er verboden is te roken.
What's in a name?
(Van een onzer verslaggevers)
TTAN de particuliere villa's op
Cap d'Antibes is ongetwij
feld die van de heer Dubonnet
een van de meest pompeuze. Er
is een onderaardse gang in de
rotsen uitgehakt van de garage
aan de zeekant naar de woning,
die op en in het gebergte is
gebouwd. H\j heeft er zijn eigen
benzinepomp staan en ook de
reclame is niet vergeten, want
op het garagehek kunt U lezen:
du, bon Dubonnet net als in
Parijs' métro-station.
Van de Villa Eilen Roc, in de
onmiddellijke omgeving van
Eden Roe heeft men mij de
aardige herkomst van de naam
verteld. Het huis is in 1862 ge
bouwd door een jhr Loudon,
waarschijnlijk een voorvader
van onze voormalige ambassa
deur in de Verenigde Staten.
Om de naam van zijn buiten
verblijf aan de omgeving aan
te passen, heeft de heer Loudon
de voornaam van zijn echtgenote
Cornélie omgedraaid.
Ten slotte is daar nog een
huis met de voor Nederlanders
opvallende naam Villa Hou Zee.
De eigenaar is een Nederlander,
maar naar men ons verzekerde
heette dit huis al zo, lang vóór
de tijd dat goede vaderlanders
deze uitdrukking ietwat onfat
soenlijk gingen vinden.
J
Het lekenspel kan. bij goede beoe
fening, vooral in de jongerenkrin
gen. een waardevolle bijdrage zijn
in de vrije tijdsbesteding.
Moderne
lectuur
gelijkheid in het oog moeten houden
en moeten pogen te verwerkelijken.
Schouwburg,
samenspraak,
lekenspel
de voornaamste uitingen der dra-
Eind Augustus komt in Rot- L/ö/ „0~in Hel gezin is de eerst "?atjsche, kunst. De Gereformeerde
c,mnjn net ë>e"ltl aangewezen plaats om Kerken hebben zich vrijwel van het
terdam de Generale Synode de vrije lijd op zfnvoiie en verant-
van de Gereformeerde Kerken woorde wijze te besteden. Dit vraagt
hiippn 7ii 7al 7irh na hp7icr van de ouders en van de andere
dij een z,y zat zien o.a. nezig gezinsleden de bewuste wil in het
houden met een rapport over gezinsleven de sfeer te scheppen
de vrijetijdsbesteding. Dat rap- die hiertoe naar Gods orde nodig is.
port is samengesteld door een Jn de film hebbenwe
aantal deputaten (afgevaar- r um en tc doen met oen cui-
digden), die in 1949 de op- bioscoop
I dracht ontvingen ,,een onder- paedagogische mogelijkheden; daar-
zoek in te stellen naar de om mag de Christen zich zonder
1 j meer zeker niet onttrekken aan zijn
toestand in onze kerken ten roeping op dit terrein".
aanzien van het vraagstuk van De gereformcei.de zede om de
de vrijetijdsbesteding, van ont- bioscoop niet te bezoeken, is zinvol,
Qnannino pn vprmaak in dp- omdat de film, ook de speelfilm, in
spanning en vermaak in ae zonderheid in de vorm zoals die in
ze moderne tijd (bioscoop, het doorsneeprogramma in de bio-
schouwburg, dans, sport, mo- scoop wordt gegeven, tot dusver een
j v i ernstige bedreiging voor het gees-
derne lltteratuuien zich te- telijk en zedelijk welzijn van ons
vens te bezinnen op de roeping volk heeft betekend,
der kerk in deze." De omstandigheden voor eigen
Het rapport bevat een aantal con- georganiseerde activiteit op dit ter-
crete conclusies. De samenstellers rein. filmvorming en -distributie,
stellen, in verband met die conclu- zijn voor het ogenblik zeker niet
sies, de synode voor het volgende gunstig. Intussen zullen de gelovi-
onder de aandacht van de gerefor- gen in verband met hun roeping
meerde kerken te brengen. vooral het perspectief van deze mo-
begin der reformatie gekant tegen
l et publieke toneel (schouwburg
van saccularisatie en
ontkenning van zede
lijke normen, die speciaal voor jon
geren, maar ook voor ouderen, een
niet tc miskennen gevaar betekent.
Ook op dit terrein mag men zich
met nodeloos in gevaar begeven.
Betere voorlichting ten deze blijft
dringend nodig.
Dc mogelijkheid Dansen 0r? de bedenkelijke ge-
tot dramatische volgen die hier dreigen,
uitbecldin" is handhave men de afwijzing van de
de mens "inge- Parcilclan3 De volksdans mits in de
schapen. Het to- rechte sjeer e" in het eigen milieu
neel is een van beoefend, verdient als gezonde ont
spanning overweging.
C nnrl Een op Gods WoOr<* ge-
fundeerde beschouwing
van de mens sluit ten volle in de
erkenning van de waarde van de
beoefening van
aanvaard de apostolische herinne
ring aan het „Zijt heilig, want Ik
ben heilig". (1 Petr. 1:16).
In verband met het bovenstaande
Hierin heerst over 't 's het van belang iets te vernemen
algemeen een geest over de enquête door de betrokken
deputaten onder 1229 gereformeer
de jongeren van 18 tot 22 gehouden
en waarop 909 hunner antwoord in
zonden.
Van die 909 gingen er 678 (74.5%)
Zondags tweemaal; 191 (21%) een
maal naar de kerk; 39 (4.5r: gin
gen ongeregeld naar de kerk.
Van 802 jonge mensen werkten
er 100 mee aan de evangelisatie
(12.5%), 649 of 31% werkten niet
mee.
Van 870 besteedden er 330 (38%)
tijd aan bijbellezen voor zich zelf
540 62%deden dat niet.
Van 850 gingen er 532 (62.5%)
soms naar een toneeluitvoering, 318
(37.5%) nooit.
Van de 855 deden er 140 (16.5%)
aan kaartspelen, 715 (83 5%) deden
ei* niet aan.
Wat het dansen betreft: van de
856 dansten, (geen volksdans) er 68
(8%). 92% danste niet.
Bioscoopbezoek: van de 850 gin
gen er 392 (465%) nooit naar de
dat van dit voorschrift bij s c h r i f-
t e 1 ij k e overeenkomst of reglement
kan worden afgeweken. Bovendien
wordt algemeen aangenomen, dat 't
voorschrift ook bij een bindende
loonregeling van het College van
Rijksbemiddelaars of bij Ciollectie-
ve) A(rbeids) O(vereenkomst) kan
worden uitgesloten of gewijzigd. Dit
is nu in een groot aantal bedrijfs
takken geschied. Om te weten of
men recht heeft op loon bij ziekte
of ongeval, moet men dus eerst
nagaan of er een schriftelijke over
eenkomst tussen werkgever en
werknemer bestaat, welke hierover
iets zegt, of misschien een regle
ment. Zo'n reglement moet aan een
groot aantal voorwaarden voldoen
om geldig te zijn. Hierop komen wij
later wellicht terug.
Verder moet men nagaan of er
een C_A.O. of bindende loonregeling
bestaat die op de dienstbetrekking
van toepassing is en welke over dit
onderwerp iets bepaalt. Op deze
wijze kan men met zekerheid vast
stellen of men recht op loon heeft.
Bestaat dit recht, dan betekent dit,
dat ook over de z.g.n. wachtdagen.
welke men in veel gevallen moet
doormaken, alvorens ziekengeld te
ontvangen, het loon moet worden
doorbetaald.
K. M schrijft: Ik heb een klein on
geval gehad. De Rijksverzekeringsbank
aanvaardde 'het als ongeval in verband
met de dienstbetrekking en ik kreeg
dus doktersbehandeling voor rekening
van de Bank. Ik moest de dag van het
ongeval en de volgende dag thuis blij
ven. maar ik kreeg geen uitkering en
van mijn werkgever kreeg ik ook niets.
Dit is toch niet juist?
Antwoord: De Ongevallenwet
kent een recht op uitkering toe, als
men de derde dag na het ongeval nog
arbeidsongeschikt is Herstelt men bin
nen dien tijd. dan heeft men wel recht
op genees- en heelkundige behandeling
maar niet op uitkering. Als men uitke
ring krijgt wordt deze echter verleend
met ingang van de dag na het ongeval
De wachttijd wordt dus achteraf ge
deeltelijk weer goed gemaakt.
U hebt dus geen recht op uitkering
van de Rijksverzekeringsbank. Een an
dere vraag is. of U over Uw ziekteda
gen ook recht op loon hebt. U kunt dit
uit h«t bovenstaande nagaan. In leder
geval zal Uw werkgever naar onze me
ning U de uren moeten uitbetalen,
welke U op de dag van het ongeval
nog gewerkt hebt, voordat het ongeval
U overkwam.
oneel) en het beroepstoneel.
De moderne schouwburg wordt
door haar modern repertoire steeds
meer een opvoedingsinstituut, dat
beschouwingen en voorstellingen
brengt, die om Christus' wil moeten
worden afgewezen Ook in deze ver
dient aanbeveling de handhaving
van de gereformeerde zede, welke
ook ten aanzien van de moderne
schouwburg afwijzend staat.
Tegen de terecht beruchte .stuk
ken voor Christelijke verenigingen
waarin de eenvoudigste eisen van
schoonheid en waarheid worden
verwaarloosd, moet ernstig worden
gewaarschuwd. In plaats daarvan
zijn stukken gewenst, die de toets
wordt besteed. Uiteraard moet te
gen eenzijdigheid cn overdrijving
worden gewaakt en zal de heili
ging van de Zondag nimmer in
gedrang mogen komen.
V Het doel hier-
iv am peren en van iS de ver-
trekken
zowel lichamelijk als geestelijk.
Daarom moet er in christelijke le
vensstijl gekampeerd worden; zó
sport en gym
nastiek en van
de eis. dat aan
de lichamelijke
bioscoop; 387 (45.5%) soms.37 (4.5%)
!j f.eens per maand en 30 (3.5%) eens
per week.
Schrijvende over deze enquête po
neert ds G. Toornvliet in „De Strij
dende Kerk": „Vooral als men de
lijst van plaatsen beziet waar de
formulieren zijn uitgezet, krijgen
kwikking van WU de indruk, dat hier wel het
de gehele mens, hele land is afgetast, maar dat be-
paalde streken te weinig meege
sproken hebben. Het is te verwach
ten, dat in plaatsen als Waarder.
vinde het hartelijke waardering. De Zierikzee. Zevenbergen Vollcnho-
daartoe aangewezen organisaties be
horen verscherpte aandacht te ge
ven aan de vorming van goede
kampleiders en aan de stichting van
goede vacantieverblijven waar de
van een bezonnen critiek kunnen christelijke levenstoon heerst.
doorstaan „Zij kunnen een bijdra
ge zijn tot verhoging van het peil
van onze samenkomsten tn van on
ze huiselijke feesten'.
Voor het trekken is van beheer
send belang dat de rustplaatsen ver
antwoord zijn. Ook bij het kampe
ren en trekken worde in geloof recht gekomen'
ven, Vleuten, Oosternijkerk enz de
gereformeerde zede zo vastgewor-
teld is, dat men daar trouw ter
kerke gaat. niet danst, minder kaart
speelt, trouwer ter catechisatie
gaat Maar naar verhouding geven
plaatsen als Arnhem, Den Haag.
Leiden, een geheel ander beeld, en
dat is o.i. niet voldoende tot zijn
Fries separatisme?
Zaterdag j.l. beklaagde de heer
Monster zich in deze rubriek er
over, dat de mensen in Friesland
het „over het algemeen vertikken
zich als Nederlander tegenover Ne
derlander verstaanbaar te maken".
Deze uitlating heeft mij verbaasd.
Het is namelijk de ondervinding
van de meeste toeristen, dat men
in Friesland „over het algemeen"
juist geneigd is om. zelfs indien
men slechts vermoedt met een
vreemdeling te doen te hebben, te
trachten zo goed mogelijk „Hol
lands" te spreken. Persoonlijk heb
ik deze ervaring eveneens opge
daan en geconstateerd, dat deze
geneigdheid in Friesland zeker niet
geringer is dan in streken met een
voor vreemdelingen moeilijk ver
staanbaar dialect. Er is echter een
vrijwel feilloos werkend middel
om Friezen tot een zo recalcitrante
houding te brengen als de heer M.
schetst. Dat is het aannemen van
een hooghartige houding als waar
van zijn ingezonden stukje getuigt.
J. DRIJVER
ff aar blijven de rechten
van de, mens?
Mag ik nog even terugkomen op
de foto van het vervoer van Ko
reaanse krijgsgevangenen, waar
over Zaterdag j.l. ook al enige in
zenders aan het woord zijn ge
weest Bij het zien van deze foto
is mij het schaamrood van veront
waardiging. naar het hoofd geste
gen. Een vereniging tot bescher
ming van dieren zou een protest
laten horen als een troep vee op
een dergelijke wijze behandeld zou
worden. Hier betreft het onze me
demensen en dan nog wel ondér
sanctie van de democratische Ver
enigde Naties.
M. S LEBEAU—HERMAN
Nogmaals:
krijgsgevangenen
Zonder het vervoer der Noord-
Koreaanse krijgsgevangenen goed
te keuren zou ik de schrijvers van
de ingezonden stukjes, die vorige
week in deze rubriek werden op
genomen er op attent willen ma
ken, dat 1.) de stoottroepen der
Japanners die Indonesië in 1942
bezetten Koreanen waren, dat de
beulen der Kempetai (de Gestapo
der Japanners) Koreanen waren en
dat wanneer de geachte inzenders
met de beestachtige methoden, die
de Koreaanse soldalen gebruikten
hadden kennis gemaakt, zij wel
licht een andere maatstaf hadden
aangelegd. Het is juist het aanleg
gen van de maatstaf van Westers
denken (Christelijk, socialistisch,
humanistisch) die de grote opstand
in kamp Koje heeft veroorzaakt.
De Japanners, die duizenden Ne
derlandse onderdanen in kampen
hadden opgesloten behoefden \oor
opstanden niet te vrezen. Want het
waren wederom de Koreaanse sol
daten. die de kampen bewaakten
en met hun onmenselijke metho
den zelfs de gedachte aan een op
stand buitensloten. Aangaande de
ze methode verschenen in de Ko
reaanse kranten géén ingezonden
stukken, waarin men het voor de
krijgsgevangenen en burger-geïn
terneerden opnam. D. A. FUKKEN