Koffie drinken op zeebodem is rustiger dan boven HOEDEN- Duitse Kirchentag jaarlijks appèl van leken Kleine duik ging grote vooraf cocktail r voor O 21 MOEILIJKHEDEN? Nogmaals: de vacantie Langdurige debatten over de herbewapening EEN DAG AAN BOORD VAN DE ONDERZEEBOOT O 21 5 801 NED. DETACHEMENT VERENIGDE NATIES Zaterdag 6 September 1952 (Van een onzer verslaggevers) KOM, het loopt tegen twaalven. Ik heb geen zin 0111 met allemaal rammelende borden en koppen te lun chen. Laten we maar wat naar beneden gaan." zei de commandant van de 0-2I. Op dat ogenblik voeren we ongeveer vyftien meter beneden de waterspiegel. Door de periscoop zag ik vlak bij een kustvaardertje passeren, waar twee mannen onbekommerd over de railing een pijpje hingen te roken. In de verte lag de kust van Texel. „Zestien meter, zeventien meterachttien meternegentien meterdreunde de stem van de man aan de duikroeren. We doken ver der. By 32 meter hield hy opeens op. Ik hoorde uit de watertanks aan de zükanten van de on derzeeër weer wat water ontsnappen en de meter, die onze diepte aanwees, zakte nog een klein stukje verder. „Komt u mee koffie drinken?" vroeg de com mandant, „we liggen nu op de bodem, da's wat rustiger dan zo helemaal boven." Inderdaad hebben we prettig rustig zitten eten. Er was wat weinig ruimte natuurlek en ook niet veel comfort, maar verder verschilde deze maaltyd niets van iedere lunch aan de wal. Speciale opdracht In de zomer van '41 opereerde de Nederlandse onder zeeboot 0-21 van Gibraltar uit. Het zal in Juli of Augus tus zijn geweest, dat het schip een gevaarlijke opdracht kreeg, die het tot vlak onder de Italiaanse kust zou bren gen. De 0-21 moest naar Spezia. om twee mannen van de Engelse Commando-troepen af te zetten en de volgen de nacht weer op te pikken. In de 24 uur. die deze twee mannen op Italiaanse bodem moesten doorbrengen, zou den zij een spoorwegtunnel opblazen. Om twee uur des nachts boorde de neus van de onderzeeër zich voorzichtig boven het wateroppervlak uit. Op de commando-toren werd zacht het luik opengemaakt. De commandant klom in de frisse lucht, gevolgd door onderofficieren en matro zen en de twee Commando's. De eersten omzichtig en ge ruisloos, maar toch welbewust en zeker, de landrotten wat onwenniger, maar ook niet zo zwijgzaam. De een had een rij staafjes dynamiet om zijn middel hangen. Beiden waren bewapend met een lang en scherp dolkmes. In stilte werd een rubberbootje in gereedheid gebracht. De bemanning liep uit pure voorzichtigheid op blote voeten. Vijf minuten nadat het schip boven was gekomen, werd het rubberbootje met de twee Commando s afgeduwd en iedereen verstijfde van angst, toen de een vrolijk over het water schalde: Nou Captain, tot vanavond". De 0-21 heeft die twee mannen nooit weer gezien. Even later flitsten schijnwerpers aan op de wal, bliksemsnelle motortorpedoboten schoten over het kalme water. Overal werd geschoten, overal was licht. Twee mtnuten later was de 0-21 weer weggedoken. Zij heeft daar nog 24 uur rondgezworven, maar door de periscoop was te zien. dat de kustbewaking nog lang niet ingeslapen was. Je kunt geen onderzeeboot met vijftig man opofferen voor twee man, die waarschijnlijk toch niet meer in leven zijn. De 0-21, met vijftig Nederlandse marinemannen aan boord, moest terugkeren. Op weg naar Gibraltar werd nog een klein koopvaardijschip getorpedeerd. Dat wus in 1041. Nu, in 1952 J (Advertentie l. M.) de beste tandpasta die men U raden kan Voorkom oververmoeid heid bij jonge soldaten Er worden ernstige waarschu wingen gegeven tegen overver moeidheid om besmetting met kinderverlamming tegen te gaan. Ook voor studenten in de groe- ningstyd zyn zij gegeven. Maar zyn deze waarschuwingen niet nog véél meer nodig voor de jongens, die pas onder de wape nen zijn, die dag in, dag uit zware oefeningen of vermoeiende marsen moeten maken, die met veel jongens op één zaal met weinig frisse lucht moeten sla pen. In de oude kazernes is dat vooral zo. Daar ook laat het sa nitair en de wasgelegenheid nogal veel te wensen over. Is de regering niet verplicht hier direct maatregelen te treffen, zodat niet onze jongens die wij met moeite en zorg groot brengen onnodig bloot staan aan besmetting van deze vrese lijke ziekte? EEN MOEDER Jong geleerd, oud gedaan Als dr Lamberts als speciale schoolvoeding, om de onvoldoende voedingstoestand te verbeteren, taptemelk aanraadt (zie ons arti kel „Voedingstoestand is na 1948 gedaald", geplaatst 26 Augustus, Red.) zal hij daarmee bereiken dat de animo om melk te drinken nóg verder zal dalen. Hetgeen men nu melk noemt verdient deze naam allerminst Laat men ons de melk geven, die we vóór 1940 hadden, dan zal het verbruik met sprongen omhoog gaan en de volksgezondheid verbeteren. C. WESTERINK- den Ouden DE Nederlandse 0-21, die zon bewogen aanvangshistorie ach ter zich heeft, kan zich tegenwoor dig een dergelyke rustige luxe. als een lunch op de bodem van de Noordzee, permitteren. Ze zou te genwoordig geen oorlog meer kun nen voeren, ontdaan van bijna alle wapens als ze is De 0-21 een poëtischer naam heeft het schip nooit gehad bezit nog slechts één wapen. En dat is dan ook het voornaamste, dat een onderzeeboot bezit: de torpedo-lanceerbuizen. Vier voor de boeg en vier achter. Daar worden tegenwoordig tor pedo's mee „ingeschoten" Bij enigs zins redelijk weer vaart deze onder zeeboot elke ochtend de haven uit. vergezeld van „De Jachthond", een motortorpedoboot. De hele dag schiet het schip dan torpedo's af; van dat moordtuig is de explosieve kop weggehaald en elke torpedo is uitgerust met een kop. die het ding laat drijven, als het zijn baan heeft afgelegd „De Jachthond" heeft dus geen moeite haar te achtervolgen en ton slotte weer op te pikken. Dan gaat de torpedo terug naar het magazijn zij heelt haar jaarlijkse test onder gaan en er wordt weer een explo sieve kop op gemonteerd. De tor pedo is weer voor cén jaar goedge keurd voor eventuele actie. Neder land heeft blijkbaar het aantal is geheim veel torpedo's, want de 0-21 heeft het druk met dit werk. Het is met deze onderzeeër als met een renpaard, dat in de eerste jaren van zijn leven volop in de belangstelling staat en vele triom fen behaalt, maar dan te oud wordt en nog slechts de kar met voer mag trekken voor de andere, jongere paarden. De 0-21 is nog best in orde. Dat mag trouwens ook wel voor een schip, dat pas kort geleden zijn twaalfde verjaardag vierde. In Mei 1940 legde Wilton Fijenoord in Rotterdam er de laatste hand aan. Toen kwamen de Duitsers. De vier schepen ontsnapten od de dertiende Mei en toen ze uit veiligheidsover wegingen op de Noordzee onder water gingen, wachtten de beman ningen met kloppend hart af, hoe het zou gaan. Want deze duik was Nette mensen 11 De heer H. B. heeft in deze rubriek een stukje „Nette men sen" gepubliceerd, naar aanlei ding van het rassenvraagstuk in Z. Afrika. Ik vind het begrijpe lijk, dat hij aan zijn opgekropt gemoed lucht geeft. Ik voor mij geloof, dat wij van deze kleur lingen-vervolging niet alleen dr. Malan en zijn kliek, maar de ge hele blanke bevolking van Zuid- Afrika de schuld moeten geven omdat zij het tenslotte is, die zulks tolereert. De kleurlingen zijn daar voor de blanken de koe lies, die door hen niet als mens worden beschouwd, laat staan als naaste. De heer H. B. zou deze kwestie door de V.N. behandeld willen zien. Weet hij dan niet, dat daarvan ook de Ver. Staten deel uitmaken, waar de kleurlin gen niet anders behandeld wor den dan in Zuid-Afrika? K. de eerste, die de vier boten ooit maakten. De 0-21 hield zich by die eerste duik zo goed als haar zusjes en zo betrouwbaar is zij nu nog. Er kwam heel wat voor kijken alvorens onze verslaggever (met instrumenten en lood behangen) zijn verhaal kon schrijven. VEEL van deze vertrouwenwek kende informatie had ik al ge kregen, voor ik op een goede dag. vroeg in de nog wat kille ochtend, door het slaperige Den Helder naar de Buitenhaven liep. Naar de 0-21. Ei stak maar een klem stukje bo ven de havenkade uit. Dat was het bovenste van de commandotoren, die als een felle vin op de wal visachtige romp staat Ik dacht eerst verkeerd te zijn. want er stond wit op grijs op die toren: S-801. Maar dat is het nummer van het schip m NATO-verband: „0-21" staat slechts in kleine lettertjes op de boeg. Deze onderzeeër meet ongeveer duizend ton. is 75 meter lang. van het puntje van de toren tot de kiel een zeven meter hoog en nergens meer dan vijf meter breed. Daar werken vijftig mensen in. Vijftig mensen, zoals u en ik. die toevallig niet timmerman of advocaat, met selaar of bankier zijn geworden, maar militair zeeman. En die in dat vak de voorkeur hebben gege ven aan de onderzeedienst van de marine. Licht en lucht DE dertig matrozen hebben een verblijf voor eten. wonen en slapen van vijf bij vijftien meter. Een flinke hoek wordt in beslag genomen door de keuken en de broodbakkerij. De torpedo-lanceer buizen vormen het vooraanzicht van hun slaapkamer en als er wat ex tra torpedo's worden meegevoerd, blijft er bitter weinig plaats over. Een torpedo is bijna net zo lang als hun verblijf. Als zij naast de „Centrale" het bedieningscentrum willen, passeren zij eerst het ver blijf van de onderofficieren en dan dat van de officieren. Die hebben het wel iets, maar niet veel, beter. Meestal moet men gebukt lopen om zich niet te stoten aan een van de talloze instrumenten, kleppen en buizen. Licht en lucht zijn overal vol doende. Een schip als de 0-21 kan. als het moet, ongeveer 48 uur on der water blijven zonder daar iets van te merken in de kwaliteit van de lucht. ALLE verblUven en de „Centra le" zijn in de 0-21 op één „ver- I dieping" gebouwd. Daarboven is nog i slechts de commandopost. Als het schip boven water vaart, staat de commandant buiten Maar in die binnenpost vindt men de „kykem- den*' van de twee periscopen. Twee i periscopen: een dikke met een groot gezichtsveld, die een breed wit spoor in het water achterlaat, en i een smalle aanvalsperiscoop. Daar achter staat nog de derde peris coop, die radiomast is. Duiken ONZE scheepswand kan een druk weerstaan van tien at mosfeer. Een dergelijke druk on dervinden we pas op honderd meter diepte", vertelt de commandant, lui tenant ter zee eerste klasse J. Fen- nema. „We gaan niet vaak zo diep. maar veertig of vijftig meter is toch geen uitzondering.Als deze zeeman Engelandvaarder en sinds 1952 vrijwel voortdurend op onder zeeboten dit zegt, varen we op 35 meter diepte. Van het duiken heb ik niets gemerkt, behalve natuuriyk Ruim zes weken voor ik met de 0-21 buiten de haven van Den Hel der onder water dook, moest ik op last van de Koninklijke Marine geheel alleen een andere duik nemen. Dat gebeurde op een och tend in het Oosterzwembad in Rot terdam. Want de marine-autoriteiten in Den Haag waren niet afgeweken van hun stelregel, wie met een onderzeeboot vaart, moet eerst we ten hoe h\j er in geval van nood uit moet komen. Matroos I. J van Belzen heeft me met een vaderlijke vertrouwenwek kende, prettige glimlach alles ver teld. Bibberend en een beetje aar zelend stond ik in mijn zwem broekje voor hemNaasj ons was het diepe gedeelte vijf meter van het Oosterzwembad Na vijf minuten uitleg kende ik, in theorie, het „Davis-reddingsapparaat". Toen deed hij me alles wat daar bij hoort an. Eerst tien kilo lood om mijn middel, opdat ik lopend op de bo dem van het bad niet „onvrijwil- I lip" naar bonen zou stijgen. Daarna een volkomen water-afsluitende bril op. En ten slotte de hoofdzaak: het ademhalingsapparaat. Dat bestaat uit een grote gele zak, die op de borst wordt gebonden, twee zuur stofflesjes vastgemaakt en met kraantjes verbonden aan die zak. dan een rubberbuisje naar de mond I met een „bit", dat ten dele tussen de tanden en de wangen en ten dele achter de tanden wordt beves tigd Door dat buisje moet ge ademd worden, want er komt een soort klem op de neus. Ten slotte kreeg ik nog een touw om mijn pols. waar mijn instructeur mij in geval van nood aan naar boven kon hijsen. Ik kan u verzekeren, dat de eer ste halve minuut on de bodem van pen zwembad een ervaring inhoudt, I die een vervloeking van het ganse I onderzeebootwezen met zich mee- I brengt. Het plotseling omringende koude water belemmert de normale ademhaling en hoewel ik hiervoor gewaarschuwd was. was ik er even volkomen van overtuigd, dat ik een kapot Davis-apparaat had. Na die halve minuut wordt het beterJé gaat op je omgeving let ten en een beetje wandelen over de bodem van het bad. Ik heb daar, voortdurend nauwkeurig bekeken door matroos Van Belzen. een half uur gewandeld. Toen was ik ook wel uitgekeken op de tegels van het bad en de benen van zwem mers en zwemsters enkele meters boven mij. Achteraf gezien, was het eigenlijk een aardige ervaring. Maar ik kreeg wel een klap, toen ik hoorde, dat marine-mensen voor deze oefening onder water een dubbeltje per mi nuut gevarengeld krijgen dat ik uit de buitenlucht naar be neden het schip in ben gestuurd. Mijn ademhaling bleef volkomen normaal. Onder een hele flauwe hoek zijn we gedoken en iedereen doet normaal zijn werk. Een der officieren geeft les in krijgstucht. We varen langzaam in Noordelijke richting, dicht onder de kust van Texel. Twee mannen besturen de duikroeren. die tijdens het duiken voor de gewenste „duikhoek" en onder water voor het evenwicht zorgen. De duikroerbediening gaat ook van de midscheeps gelegen Cen trale uit. Telkens als een lid van de bemanning door de Centrale loopt, roept hij (zoals het geval is): „Mannetje naar voren" of ..Man netje naar achteren". De duikroei- gangers moeten dan bijsturen om het evenwicht van het schip te be waren. Een verschil in belading van bijvoorbeeld één of twee maal 75 kilo (het gemiddeld gewicht van een man) maakt voor het voor- r»f ach terschip van een onderzeeboot veel uit. Naar boven 'Tussen de middag gaan wij A even „naar boven". Door de periscoop zie ik de druipnatte neus van de 0-21 zich vlot en soepel boven het water verheffen Een mi nuut later is het hele schip boven water en onmiddellijk wordt het luik in de commandotoren openge maakt. Als ik boven kom is het schip nog bezig de watermassa's van zich af te schudden. „Attentie, attentie, er mag weer gerookt wor den". klinkt het door de scheeps- luidsprekers. Een uurtje liggen we rustig te dobberen in de zon. Tegen twee uur gaan de luiken weer dicht. Weer klinkt driemaal achtereen de nasale auto-claxon, die er de hele bemanning van op de hoogte stelt, dat wij voor de tweede koer op die dag onder water y gaan. Langzaam zie ik door de pe- 'f.. riscoop de 0-21 wegduiken. Ten- I slotte sluiten de golven zich boven i de romp. Ik kan mij nauwelijks voorstellen dat ik zelf in die romp zit, dat ik nu al een paar meier onder water ben. Het is aan niets te merken. Ik krijg pas een wat benauwd gevoel als het water zich ook over de periscoop sluit en er tenslotte niets meer te zien is. Het is weer rustig, 's middags in de onderzeeër Iedereen doet kalm zyn werk. hier en daar zitten wat mensen te praten. Het is een stille dag voor hen: de „Jachthond" is stuk en er wordt maar één tor pedo gelanceerd. Als die ene wordt afgevuurd en er een rilling gaat door het hele schip, schrikt iedereen toch even op. Het was zo stil ge weest, dat niemand daar nog aan had gedacht- f^EN hoed is dit 11/ seizoen een klein ding, dat de vrouw, óf achter op haar hoofd zet, óf naar voren toeschuift geheel recht wel te verstaan of op eén oor laat zakken. Om deze variaties te kunnen dragen wor den de haren dus allemaal kort ge knipt en is het kap sel, dat tot ver over de schouders hangt, tot ouderwets ge stempeld. Wie ech ter bezwaren ge voelt onder het mes van de kapper te geraken, horstele haar coiffure naar boven toe en make van de rest een zo plat mogelijke chi gnon. Zo deden ook de mannequins van Balenciaga; het komt er maar op aan er ordelijk en zonder te veel ge- krul bij te lopen. Dat maakt steeds jonger dan men is. Jacques Heim heeft zijn hoedjes „bibi- choux" genoemd. Ze hebben een hoge bol en zijn vervaardigd van taupe, vilt, en ook dikwijls van fluweel of bont. „Tortillous" heet deze toque van paarse, geborduurde fluweel, welke hier vertoond wordt door Heims mannequin numero één: de zuster van de zo tragisch om het leven gekomen filmster Maria Montez. „Bourrasque", de gedrapeerde toque van rose fluweel welke up de foto hij een zwarte astra kan jas gedragen wordt. Beide hoedjes zijn even eenvoudig als bekoorlijk. Muziek A LS we 's avonds weer meren 1 aan de kade in Den Helder, be gint de avond al te vallen. De meeste bemanningsleden gaan met een de wal op. Achttien van hen biyven achter om *s nachts de wacht te houden. Door de scheepsluid- sprekers. waarmee de hele dag door slechts zakelijke mededelingen zijn gedaan, klinkt nu dansmuziek. In het officiersverblijf rinkelt een tele foon, die altijd direct na aankomst met de wal wordt verbonden en een vaste aansluiting op het net in Den Helder heeft. De 0-21 is weer thuis. Het oude racepaard heeft weer een dag voor de kar met haver en stro gestaan en bovendien nog aan een belang stellende het terrein van zijn vroe gere triomfen kunnen laten zien. Olifant verkoos de vrijheid FLECK (BEIEREN) Een man nelijke circusolifant is ontsnapt bij het Beiersedorp Fleck. Hij ontwor telde bomen, die hij van een hel ling in het dorp wierp. Later drong hij het dorp binnen en vertrapte daar alles wat hem voor zijn poten kwam. Men slaagde erin de olifant te vangen, waarbü twee oppassers wer den gewond. Het dier wist echter na korte tyd wederom te ontvluch ten en het nam de wijk in 't woud. Men zal thans een wijfjesolifant laten aanvoeren in de hoop dat de voortvluchtige zich door haar tus senkomst zal laten verschalken. (Advertentie LM.) i n verband met de aflossing van Korea- vrijwilligers. die een jaar in Korea heb ben gediend, bestaat by het opnieuw gelegenheid tot dienstneming. Leeftijdsgrenzen van 19 tot 30 jaar (voor onderofficieren tot 35 jaar). Ook zij. die nimmer in militaire dienst zijn geweest, komen voor uitzending in aanmerking. Aanmelding dient mondeling of schrifte lijk te geschieden bij het Aanmeldingsbu reau Korea. Nwe Frederikkazerne. van Alkemadelaan. geb. E 4. kamer 19a. 's-Gravenhaee. Tel 185070 Voor het gehele seizoen kan men slechts van vier a vijf „ty pes" hoeden spreken. Hierin liggen dan alle mogelijkheden voor verdere modellen, zoals bijvoorbeeld die vrolijke pun tige minstreelkapjes en die kleine bijna onnozele dopjes, welke veel aan boeren mutsjes doen denken. Maar boven alles triomfeert de turban. De tur ban in duizend en één varia ties. En haar zusie, de baret, die somtijds aan één kant rond en aan de andere vierkant is. Klein zijn al die hoofddeksels, zoals ook van Simone Cange een vilthoedje met turquoise satijn bewerkt en bovendien met zilver stiksels opgesierd Zij heeft dit seizoen de hoeden- randen overboord gegooid, niets dan calotjes, in grillige wissel valligheid uitgeroerd Gilbert Orcel brengt een charmant hoedje van ivoorkleurige taupe met een hanepluim in dezelf de tint gehouden Een ware hoedencocktail dus. waarbij de vorm van het hoofd heel wat belangrijker is ge bleken dan de diverse versie ringen. Daarom, nogmaals, is daf moderne kapsel noodzake lijk. wil men de nieuwe na- jaarshoed met gratie kunnen dragen. Marcel Rochas laat op zich wachten TM TANNEER alle shows reeds rr tot liet verleden zullen be horen zal Marcel Rochas op 15 September a.s. zijn collectie to nen die hij met zijn vrouw in Port-Manech (Bretagne) heeft uitgedacht. Ver van het Parijse leven heeft hij hier twee nieuwe mannequins ge vonden, die in de letterlijke zin van het woord bij hem zijn geland: de actrices Michèle Morgan en Simone Paris Ro chas inspireert zijn modellen op de Bretonse folklore en Michèle en Simone laten alles rustig op zich spelden. Bre tagne is echter maar een deel van het motief van zijn col lectie. Hoewel zijn modellen in de eerste plaats bestemd zijn om Parijs te charmeren, dus groot-steeds te zijn. heeft hij als leidraad de klederdrachten van Fran'krijks provincies hier voor genomen. Dit, en de late datum van zijn show werken eraan mede, dat Marcel Rochas wederom veel van zich laat spreken.' *.!,!jninum,iM!> Wii seven raad „MIJN werkgever weigert ons In de zomermaanden vacantie te geven. Iiy zegt, dat wy de vacantie moeten bewaren voor het geval, dat er door stagnatie in het bedrüf niet gewerkt kan worden," schrift ons een abonné. „Ook andere jaren heeft hy van ons geëist, dat wü met vacantie gingen, wanneer wy b.v. door een manquement aan de machines, niet konden werken. Wij hebben dat toen geaccepteerd, omdat de vacantie voor ons bedryf niet wettelijk geregeld was. Nu dat tegenwoordig wel het ge val is. menen wij, dat we in deze regeling niet meer behoeven te be rusten. Is dit juist?" Ook wij menen dat de houding van deze werkgever volkomen on juist is. Wij moeten echter het voor behoud maken, dat op dit geval vele. wel degelijk toelaatbare, va riaties mogelijk zijn cn dat, bij het volkomen zwijgen van de meeste loonregelingen over wat in dit op zicht toelaatbaar is en wat niet. he» altijd mogelijk blijft dat de rechter er anders over denkt dan wij. Om te beginnen: de arbeider kan In het na-oorlogse Duitsland is de jaarlijkse Evangelische „Kirchentag" tot een belang rijke traditionele gebeurtenis geworden. Naast allerlei offi- cieel-kerkelijke bijeenkomsten, waar het woord uiteraard vooral aan de geeste lijken is, is de „Kir chentag" het grote jaarlijkse appèl van de leken. „De kerk is pas dan kerk, wanneer zij leeft in al haar leden," zei dan ook dr Von Thadden, de voorzitter van deze leken- bijeenkomsten, die in 1950 te Essen, in 1951 te Berlijn en nu in Stuttgart plaats vonden. Zo'n Kirchentag is allereerst mas saal: de slotbyeenkomst werd te Stuttgart door 200 000 mensen byge- woond. De verleiding is natuuriyk groot dat massale te overschatten („wy zün geen kerkeluke Olympi ade". waarschuwde' Von Thadden anderzijds echter zal zo'n ontmoeting van tienduizenden tot de onderlinge bemoediging sterk kunnen bU'dragen. De Kirchentag te Berlijn in 1951 werd door 87 000 man uit Oost-Duits- land bijgewoond. „Berlijn" was een indrukwekkende ontmoeting tussen het kerkelijke Westen en het kerke luke Oosten. Die mogelijkheid bood „Stuttgart" niet. Men verwachtte er 20.000 protestanten uit Oost-Duits- land, hun werden echter door de Deze week K. EN VI Oost-Duitse regering de interzonale passen geweigerd, er waren er nu slechts veertig. Maar in de Oost- Duitse kerkelijke gemeenten heeft men zich nu gelijktydig op dc zelfde vraagstukken bezonnen, die te Stutt gart onder het algemene congres- motto „Kiest het leven" aan de orde kwamen. Er waren vyf secties. Begrijpelü- kerwijze trokken de büeenkomsten van ae politieke sectie, die het on derwerp „Leben im Volk" behandel de. de meeste belangstelling. Of moei men het betreuren, dat in Duitsland (trouwens, waar niet?) het leven der mate verpolitiseerd is, dat daardoor ook een bijeenkomst van gelovigen als deze tot tournooiveld van politiek pro en contra dreigt te worden? Bisschop Dibelius gewaagde van het stilzwijgende verbond, dat kerk en arbeider in Oost-Duitsland in de strijd om de vrijheid hebben geslo ten. Verder echter legden de „Wes terse" sprekers zich kennelyk veel reserve op, om aldus te verhinderen dat de eenheid der kerk in het Duitse Oosten en Westen niet nog meer ge vaar zou lopen dan zij al doet. Hoorde tot die behoefte om zich zelf reserve op te leggen ook het be sluit van Niemöller om van de Kir chentag weg te blijven? De West-Duitse herbewapening bleef in Stuttgart niet onbesproken. Niemöller was dan wel afwezig, maar zijn geestverwanten Heinemann, Mochalsky cn Grubcr kwamen met een oproep tegen de West-Duitse her bewapening. Op de slotbyeenkomst heeft dr Heinemann zijn persoonlijke mening bij die van de Kirchentag achterge steld. Men mocht, zei hu, van de Kirchentag geen duidelijk woord over de herbewapening verlan gen, „omdat aan onze broederschap geen uni form inzicht geschonken is aangaande de weg die God ons ge biedt te gaan." In het „woord", dat tenslotte offici eel van de Kirchentag uitging, wordt gewaagd van een toekomstruk van vrede en gerechtigheid Doch wij verzetten ons tegen hen die menen dat zij dat rijk met allerlei systemen kunnen afdwingen. Dat zal niet ge lukken. Wij aanvaarden de politieke en maatschappelijke spanningen en zoeken naar datgene wat God ons be veelt. Ten aanzien van velerlei vra gen zün wy niet allen tot hetzelfde antwoord gekomen, maar wij nemen van elkander aan. dat ieder onzer die vragen voor het aanschijn van onze gemeenschappelijke God zal trachten te beantwoorden." naar onze mening niet eisen, dat hij de vacantie in een bepaald gedeelte van het jaar (b.v. de zomermaanden) zal genieten, tenzij de loonregeling of de CAO. dit uitdrukkelijk regelt Sommige bedrijven kennen jaarlijks op vaste til den terugkomende perioden van drukte en van slapte. Wanneer er niets spe ciaals is voorgeschreven, is de werk gever bevoegd het vacantie nemen in een drukke periode te verbieden cn van zijn personeel le verlangen, dat het ln de slappe periode met vacantie gaat. Het belangrijke is hier echter, dat men van te voren weet wanneer men wel cn wanneer men niet met vacantie kan gaan. zodat men zich daarop kan in stellen. Iets anders is het. wanneer de werkgever bij een plotseling optreden de stagnatie van zijn arbeider eist, dat zij nu maar meteen met vacantie gaan. In zo'n geval heeft dc arbeider geen gelegenheid zijn vacantie voor te be reiden. En juist de mogelijkheid tot voorbereiding lijkt ons een der meest belangrijke voorwaarden om de vacan tie werkelijk te kunnen genieten. Dc werkgever, die zo handelt, ont trekt zich eigenlijk aan één zijner ver plichtingen Hij is n.l verplicht bij be- drijfsstagnatie het loon door te betalen aan hen die bereid zijn gebleven te werken Hij Is ook verplicht vacantie tc geven. Door het combineren van deze twee heeft hij zich eigenlijk aan een verplichting onttrokken. Ons in ziens heeft de arbeider het recht op deze manier plotseling gegeven vacan tie te weigeren Hij moet dan wel be denken. dat hij, wil hij later met enige kans op succes zijn vacantie kunnen opvorderen bepaalde formaliteiten ui acht moet nemen. Ten eerste moet hij onmiddellijk dui delijk te kennen geven, dat hij deze vacantie niet accepteert. Verder moet hij bereid blijven gedurende de stag natie te werken en desnoods ander werk te verrichten, dan zijn normale arbeid. Deze bereidheid moet hij even tueel kunnen aantonen. Het beste is, wanneer hij zich Iedere dag op het normale aanvangsuur gaat melden op het bedrijf, liefst in het bijzijn van ge tuigen. Blijkt het bedrijf gesloten te zfin. of kan men geen getuigen krijgen, I dan moet de melding toch worden I voortgezet (men kan immers niet weten wanneer het bedrijf weer open gaat) doch verdient het ook aanbeveling de molding op gezette tijden (minstens éénmaal per week) bij aangetekende brief te bevestigen. Onder alle omstan digheden moet de indruk worden ver meden, dat de arbeider in werkelijk heid toch met vacantie is gegaan. Djakarta ratificeert Vriendschapsverdragen DJAKARTA. Het Indonesuche parlement heeft Vrijdagmorgen met algemene stemmen de vriend schapsverdragen. gesloten met In dia. Birma, Pakistan en de Philip- plinen geratificeerd. De minister van Buitenlandse Zaken, de heer Mukarto, heeft bu deze gelegenheid medegedeeld, dat er met verschillende Arabische landen nota's zun gewisseld over het openen van diplomatieke be trekkingen Indonesië onderhoudt cieze reeds met Egypte, Saoedie- Arabië en Irak.

Historische kranten - Archief Eemland

Dagblad voor Amersfoort | 1952 | | pagina 4