Koffie drinken op zeebodem is
rustiger
dan boven
HOEDEN-
Duitse Kirchentag jaarlijks
appèl van leken
Kleine duik ging grote vooraf
cocktail
r
voor O 21
MOEILIJKHEDEN?
Nogmaals: de vacantie
Langdurige debatten over
de herbewapening
EEN DAG AAN BOORD VAN DE ONDERZEEBOOT O 21
5 801
NED. DETACHEMENT VERENIGDE NATIES
Zaterdag 6 September 1952
(Van een onzer verslaggevers)
KOM, het loopt tegen twaalven. Ik
heb geen zin 0111 met allemaal
rammelende borden en koppen te lun
chen. Laten we maar wat naar beneden
gaan." zei de commandant van de 0-2I.
Op dat ogenblik voeren we ongeveer
vyftien meter beneden de waterspiegel.
Door de periscoop zag ik vlak bij een
kustvaardertje passeren, waar twee
mannen onbekommerd over de railing
een pijpje hingen te roken. In de verte
lag de kust van Texel.
„Zestien meter, zeventien meterachttien
meternegentien meterdreunde de stem
van de man aan de duikroeren. We doken ver
der. By 32 meter hield hy opeens op. Ik hoorde
uit de watertanks aan de zükanten van de on
derzeeër weer wat water ontsnappen en de
meter, die onze diepte aanwees, zakte nog een
klein stukje verder.
„Komt u mee koffie drinken?" vroeg de com
mandant, „we liggen nu op de bodem, da's wat
rustiger dan zo helemaal boven." Inderdaad
hebben we prettig rustig zitten eten. Er was
wat weinig ruimte natuurlek en ook niet veel
comfort, maar verder verschilde deze maaltyd
niets van iedere lunch aan de wal.
Speciale opdracht
In de zomer van '41 opereerde de Nederlandse onder
zeeboot 0-21 van Gibraltar uit. Het zal in Juli of Augus
tus zijn geweest, dat het schip een gevaarlijke opdracht
kreeg, die het tot vlak onder de Italiaanse kust zou bren
gen. De 0-21 moest naar Spezia. om twee mannen van
de Engelse Commando-troepen af te zetten en de volgen
de nacht weer op te pikken. In de 24 uur. die deze twee
mannen op Italiaanse bodem moesten doorbrengen, zou
den zij een spoorwegtunnel opblazen. Om twee uur des
nachts boorde de neus van de onderzeeër zich voorzichtig
boven het wateroppervlak uit. Op de commando-toren
werd zacht het luik opengemaakt. De commandant klom
in de frisse lucht, gevolgd door onderofficieren en matro
zen en de twee Commando's. De eersten omzichtig en ge
ruisloos, maar toch welbewust en zeker, de landrotten
wat onwenniger, maar ook niet zo zwijgzaam. De een had
een rij staafjes dynamiet om zijn middel hangen. Beiden
waren bewapend met een lang en scherp dolkmes. In
stilte werd een rubberbootje in gereedheid gebracht. De
bemanning liep uit pure voorzichtigheid op blote voeten.
Vijf minuten nadat het schip boven was gekomen, werd
het rubberbootje met de twee Commando s afgeduwd en
iedereen verstijfde van angst, toen de een vrolijk over
het water schalde: Nou Captain, tot vanavond".
De 0-21 heeft die twee mannen nooit weer gezien. Even
later flitsten schijnwerpers aan op de wal, bliksemsnelle
motortorpedoboten schoten over het kalme water. Overal
werd geschoten, overal was licht. Twee mtnuten later was
de 0-21 weer weggedoken. Zij heeft daar nog 24 uur
rondgezworven, maar door de periscoop was te zien. dat
de kustbewaking nog lang niet ingeslapen was. Je kunt
geen onderzeeboot met vijftig man opofferen voor twee
man, die waarschijnlijk toch niet meer in leven zijn. De
0-21, met vijftig Nederlandse marinemannen aan boord,
moest terugkeren. Op weg naar Gibraltar werd nog een
klein koopvaardijschip getorpedeerd.
Dat wus in 1041. Nu, in 1952
J
(Advertentie l. M.)
de beste tandpasta
die men U raden kan
Voorkom oververmoeid
heid bij jonge soldaten
Er worden ernstige waarschu
wingen gegeven tegen overver
moeidheid om besmetting met
kinderverlamming tegen te gaan.
Ook voor studenten in de groe-
ningstyd zyn zij gegeven. Maar
zyn deze waarschuwingen niet
nog véél meer nodig voor de
jongens, die pas onder de wape
nen zijn, die dag in, dag uit
zware oefeningen of vermoeiende
marsen moeten maken, die met
veel jongens op één zaal met
weinig frisse lucht moeten sla
pen. In de oude kazernes is dat
vooral zo. Daar ook laat het sa
nitair en de wasgelegenheid nogal
veel te wensen over.
Is de regering niet verplicht
hier direct maatregelen te treffen,
zodat niet onze jongens die
wij met moeite en zorg groot
brengen onnodig bloot staan
aan besmetting van deze vrese
lijke ziekte? EEN MOEDER
Jong geleerd, oud gedaan
Als dr Lamberts als speciale
schoolvoeding, om de onvoldoende
voedingstoestand te verbeteren,
taptemelk aanraadt (zie ons arti
kel „Voedingstoestand is na 1948
gedaald", geplaatst 26 Augustus,
Red.) zal hij daarmee bereiken
dat de animo om melk te drinken
nóg verder zal dalen. Hetgeen
men nu melk noemt verdient deze
naam allerminst Laat men ons
de melk geven, die we vóór 1940
hadden, dan zal het verbruik
met sprongen omhoog gaan en de
volksgezondheid verbeteren.
C. WESTERINK-
den Ouden
DE Nederlandse 0-21, die zon
bewogen aanvangshistorie ach
ter zich heeft, kan zich tegenwoor
dig een dergelyke rustige luxe. als
een lunch op de bodem van de
Noordzee, permitteren. Ze zou te
genwoordig geen oorlog meer kun
nen voeren, ontdaan van bijna alle
wapens als ze is De 0-21 een
poëtischer naam heeft het schip
nooit gehad bezit nog slechts
één wapen. En dat is dan ook het
voornaamste, dat een onderzeeboot
bezit: de torpedo-lanceerbuizen.
Vier voor de boeg en vier achter.
Daar worden tegenwoordig tor
pedo's mee „ingeschoten" Bij enigs
zins redelijk weer vaart deze onder
zeeboot elke ochtend de haven uit.
vergezeld van „De Jachthond", een
motortorpedoboot. De hele dag
schiet het schip dan torpedo's af;
van dat moordtuig is de explosieve
kop weggehaald en elke torpedo is
uitgerust met een kop. die het ding
laat drijven, als het zijn baan heeft
afgelegd
„De Jachthond" heeft dus geen
moeite haar te achtervolgen en ton
slotte weer op te pikken. Dan gaat
de torpedo terug naar het magazijn
zij heelt haar jaarlijkse test onder
gaan en er wordt weer een explo
sieve kop op gemonteerd. De tor
pedo is weer voor cén jaar goedge
keurd voor eventuele actie. Neder
land heeft blijkbaar het aantal
is geheim veel torpedo's, want
de 0-21 heeft het druk met dit
werk.
Het is met deze onderzeeër als
met een renpaard, dat in de eerste
jaren van zijn leven volop in de
belangstelling staat en vele triom
fen behaalt, maar dan te oud wordt
en nog slechts de kar met voer mag
trekken voor de andere, jongere
paarden.
De 0-21 is nog best in orde. Dat
mag trouwens ook wel voor een
schip, dat pas kort geleden zijn
twaalfde verjaardag vierde. In Mei
1940 legde Wilton Fijenoord in
Rotterdam er de laatste hand aan.
Toen kwamen de Duitsers. De vier
schepen ontsnapten od de dertiende
Mei en toen ze uit veiligheidsover
wegingen op de Noordzee onder
water gingen, wachtten de beman
ningen met kloppend hart af, hoe
het zou gaan. Want deze duik was
Nette
mensen
11
De heer H. B. heeft in deze
rubriek een stukje „Nette men
sen" gepubliceerd, naar aanlei
ding van het rassenvraagstuk in
Z. Afrika. Ik vind het begrijpe
lijk, dat hij aan zijn opgekropt
gemoed lucht geeft. Ik voor mij
geloof, dat wij van deze kleur
lingen-vervolging niet alleen dr.
Malan en zijn kliek, maar de ge
hele blanke bevolking van Zuid-
Afrika de schuld moeten geven
omdat zij het tenslotte is, die
zulks tolereert. De kleurlingen
zijn daar voor de blanken de koe
lies, die door hen niet als mens
worden beschouwd, laat staan als
naaste. De heer H. B. zou deze
kwestie door de V.N. behandeld
willen zien. Weet hij dan niet,
dat daarvan ook de Ver. Staten
deel uitmaken, waar de kleurlin
gen niet anders behandeld wor
den dan in Zuid-Afrika? K.
de eerste, die de vier boten ooit
maakten.
De 0-21 hield zich by die eerste
duik zo goed als haar zusjes en zo
betrouwbaar is zij nu nog.
Er kwam heel wat voor kijken
alvorens onze verslaggever (met
instrumenten en lood behangen)
zijn verhaal kon schrijven.
VEEL van deze vertrouwenwek
kende informatie had ik al ge
kregen, voor ik op een goede dag.
vroeg in de nog wat kille ochtend,
door het slaperige Den Helder naar
de Buitenhaven liep. Naar de 0-21.
Ei stak maar een klem stukje bo
ven de havenkade uit. Dat was het
bovenste van de commandotoren,
die als een felle vin op de wal
visachtige romp staat Ik dacht eerst
verkeerd te zijn. want er stond
wit op grijs op die toren: S-801.
Maar dat is het nummer van het
schip m NATO-verband: „0-21"
staat slechts in kleine lettertjes op
de boeg.
Deze onderzeeër meet ongeveer
duizend ton. is 75 meter lang. van
het puntje van de toren tot de kiel
een zeven meter hoog en nergens
meer dan vijf meter breed. Daar
werken vijftig mensen in. Vijftig
mensen, zoals u en ik. die toevallig
niet timmerman of advocaat, met
selaar of bankier zijn geworden,
maar militair zeeman. En die in
dat vak de voorkeur hebben gege
ven aan de onderzeedienst van de
marine.
Licht en lucht
DE dertig matrozen hebben een
verblijf voor eten. wonen en
slapen van vijf bij vijftien meter.
Een flinke hoek wordt in beslag
genomen door de keuken en de
broodbakkerij. De torpedo-lanceer
buizen vormen het vooraanzicht van
hun slaapkamer en als er wat ex
tra torpedo's worden meegevoerd,
blijft er bitter weinig plaats over.
Een torpedo is bijna net zo lang
als hun verblijf. Als zij naast de
„Centrale" het bedieningscentrum
willen, passeren zij eerst het ver
blijf van de onderofficieren en dan
dat van de officieren. Die hebben
het wel iets, maar niet veel, beter.
Meestal moet men gebukt lopen om
zich niet te stoten aan een van de
talloze instrumenten, kleppen en
buizen.
Licht en lucht zijn overal vol
doende. Een schip als de 0-21 kan.
als het moet, ongeveer 48 uur on
der water blijven zonder daar iets
van te merken in de kwaliteit van
de lucht.
ALLE verblUven en de „Centra
le" zijn in de 0-21 op één „ver-
I dieping" gebouwd. Daarboven is nog
i slechts de commandopost. Als het
schip boven water vaart, staat de
commandant buiten Maar in die
binnenpost vindt men de „kykem-
den*' van de twee periscopen. Twee
i periscopen: een dikke met een groot
gezichtsveld, die een breed wit
spoor in het water achterlaat, en
i een smalle aanvalsperiscoop. Daar
achter staat nog de derde peris
coop, die radiomast is.
Duiken
ONZE scheepswand kan een
druk weerstaan van tien at
mosfeer. Een dergelijke druk on
dervinden we pas op honderd meter
diepte", vertelt de commandant, lui
tenant ter zee eerste klasse J. Fen-
nema. „We gaan niet vaak zo diep.
maar veertig of vijftig meter is
toch geen uitzondering.Als deze
zeeman Engelandvaarder en sinds
1952 vrijwel voortdurend op onder
zeeboten dit zegt, varen we op
35 meter diepte. Van het duiken heb
ik niets gemerkt, behalve natuuriyk
Ruim zes weken voor ik met de
0-21 buiten de haven van Den Hel
der onder water dook, moest ik op
last van de Koninklijke Marine
geheel alleen een andere duik
nemen. Dat gebeurde op een och
tend in het Oosterzwembad in Rot
terdam. Want de marine-autoriteiten
in Den Haag waren niet afgeweken
van hun stelregel, wie met een
onderzeeboot vaart, moet eerst we
ten hoe h\j er in geval van nood
uit moet komen.
Matroos I. J van Belzen heeft me
met een vaderlijke vertrouwenwek
kende, prettige glimlach alles ver
teld. Bibberend en een beetje aar
zelend stond ik in mijn zwem
broekje voor hemNaasj ons was
het diepe gedeelte vijf meter
van het Oosterzwembad Na vijf
minuten uitleg kende ik, in theorie,
het „Davis-reddingsapparaat". Toen
deed hij me alles wat daar bij hoort
an. Eerst tien kilo lood om mijn
middel, opdat ik lopend op de bo
dem van het bad niet „onvrijwil-
I lip" naar bonen zou stijgen. Daarna
een volkomen water-afsluitende bril
op. En ten slotte de hoofdzaak: het
ademhalingsapparaat. Dat bestaat
uit een grote gele zak, die op de
borst wordt gebonden, twee zuur
stofflesjes vastgemaakt en met
kraantjes verbonden aan die zak.
dan een rubberbuisje naar de mond
I met een „bit", dat ten dele tussen
de tanden en de wangen en ten
dele achter de tanden wordt beves
tigd Door dat buisje moet ge
ademd worden, want er komt een
soort klem op de neus. Ten slotte
kreeg ik nog een touw om mijn
pols. waar mijn instructeur mij in
geval van nood aan naar boven
kon hijsen.
Ik kan u verzekeren, dat de eer
ste halve minuut on de bodem van
pen zwembad een ervaring inhoudt,
I die een vervloeking van het ganse
I onderzeebootwezen met zich mee-
I brengt. Het plotseling omringende
koude water belemmert de normale
ademhaling en hoewel ik hiervoor
gewaarschuwd was. was ik er even
volkomen van overtuigd, dat ik een
kapot Davis-apparaat had.
Na die halve minuut wordt het
beterJé gaat op je omgeving let
ten en een beetje wandelen over de
bodem van het bad. Ik heb daar,
voortdurend nauwkeurig bekeken
door matroos Van Belzen. een half
uur gewandeld. Toen was ik ook
wel uitgekeken op de tegels van
het bad en de benen van zwem
mers en zwemsters enkele meters
boven mij.
Achteraf gezien, was het eigenlijk
een aardige ervaring. Maar ik kreeg
wel een klap, toen ik hoorde, dat
marine-mensen voor deze oefening
onder water een dubbeltje per mi
nuut gevarengeld krijgen
dat ik uit de buitenlucht naar be
neden het schip in ben gestuurd.
Mijn ademhaling bleef volkomen
normaal. Onder een hele flauwe
hoek zijn we gedoken en iedereen
doet normaal zijn werk. Een der
officieren geeft les in krijgstucht.
We varen langzaam in Noordelijke
richting, dicht onder de kust van
Texel. Twee mannen besturen de
duikroeren. die tijdens het duiken
voor de gewenste „duikhoek" en
onder water voor het evenwicht
zorgen. De duikroerbediening gaat
ook van de midscheeps gelegen Cen
trale uit. Telkens als een lid van
de bemanning door de Centrale
loopt, roept hij (zoals het geval is):
„Mannetje naar voren" of ..Man
netje naar achteren". De duikroei-
gangers moeten dan bijsturen om
het evenwicht van het schip te be
waren. Een verschil in belading van
bijvoorbeeld één of twee maal 75
kilo (het gemiddeld gewicht van een
man) maakt voor het voor- r»f ach
terschip van een onderzeeboot veel
uit.
Naar boven
'Tussen de middag gaan wij
A even „naar boven". Door de
periscoop zie ik de druipnatte neus
van de 0-21 zich vlot en soepel
boven het water verheffen Een mi
nuut later is het hele schip boven
water en onmiddellijk wordt het
luik in de commandotoren openge
maakt. Als ik boven kom is het
schip nog bezig de watermassa's
van zich af te schudden. „Attentie,
attentie, er mag weer gerookt wor
den". klinkt het door de scheeps-
luidsprekers. Een uurtje liggen we
rustig te dobberen in de zon.
Tegen twee uur gaan de luiken
weer dicht. Weer klinkt driemaal
achtereen de nasale auto-claxon,
die er de hele bemanning van op
de hoogte stelt, dat wij voor de
tweede koer op die dag onder water y
gaan. Langzaam zie ik door de pe- 'f..
riscoop de 0-21 wegduiken. Ten- I
slotte sluiten de golven zich boven i
de romp. Ik kan mij nauwelijks
voorstellen dat ik zelf in die romp
zit, dat ik nu al een paar meier
onder water ben. Het is aan niets
te merken. Ik krijg pas een wat
benauwd gevoel als het water zich
ook over de periscoop sluit en er
tenslotte niets meer te zien is.
Het is weer rustig, 's middags
in de onderzeeër Iedereen doet
kalm zyn werk. hier en daar zitten
wat mensen te praten. Het is een
stille dag voor hen: de „Jachthond"
is stuk en er wordt maar één tor
pedo gelanceerd. Als die ene wordt
afgevuurd en er een rilling gaat
door het hele schip, schrikt iedereen
toch even op. Het was zo stil ge
weest, dat niemand daar nog aan
had gedacht-
f^EN hoed is dit
11/ seizoen een klein
ding, dat de vrouw,
óf achter op haar
hoofd zet, óf naar
voren toeschuift
geheel recht wel te
verstaan of op
eén oor laat zakken.
Om deze variaties te
kunnen dragen wor
den de haren dus
allemaal kort ge
knipt en is het kap
sel, dat tot ver over
de schouders hangt,
tot ouderwets ge
stempeld. Wie ech
ter bezwaren ge
voelt onder het mes
van de kapper te
geraken, horstele
haar coiffure naar
boven toe en make
van de rest een zo
plat mogelijke chi
gnon. Zo deden ook
de mannequins van
Balenciaga; het
komt er maar op
aan er ordelijk en
zonder te veel ge-
krul bij te lopen.
Dat maakt steeds jonger dan men is.
Jacques Heim heeft zijn hoedjes „bibi-
choux" genoemd. Ze hebben een hoge bol
en zijn vervaardigd van taupe, vilt, en ook
dikwijls van fluweel of bont.
„Tortillous" heet deze toque van paarse,
geborduurde fluweel, welke hier vertoond
wordt door Heims mannequin numero één:
de zuster van de zo tragisch om het leven
gekomen filmster Maria Montez.
„Bourrasque", de gedrapeerde
toque van rose fluweel welke
up de foto hij een zwarte astra
kan jas gedragen wordt. Beide
hoedjes zijn even eenvoudig als
bekoorlijk.
Muziek
A LS we 's avonds weer meren
1 aan de kade in Den Helder, be
gint de avond al te vallen. De
meeste bemanningsleden gaan met
een de wal op. Achttien van hen
biyven achter om *s nachts de wacht
te houden. Door de scheepsluid-
sprekers. waarmee de hele dag door
slechts zakelijke mededelingen zijn
gedaan, klinkt nu dansmuziek. In
het officiersverblijf rinkelt een tele
foon, die altijd direct na aankomst
met de wal wordt verbonden en
een vaste aansluiting op het net
in Den Helder heeft.
De 0-21 is weer thuis. Het oude
racepaard heeft weer een dag voor
de kar met haver en stro gestaan
en bovendien nog aan een belang
stellende het terrein van zijn vroe
gere triomfen kunnen laten zien.
Olifant verkoos de
vrijheid
FLECK (BEIEREN) Een man
nelijke circusolifant is ontsnapt bij
het Beiersedorp Fleck. Hij ontwor
telde bomen, die hij van een hel
ling in het dorp wierp. Later drong
hij het dorp binnen en vertrapte
daar alles wat hem voor zijn poten
kwam.
Men slaagde erin de olifant te
vangen, waarbü twee oppassers wer
den gewond. Het dier wist echter
na korte tyd wederom te ontvluch
ten en het nam de wijk in 't woud.
Men zal thans een wijfjesolifant
laten aanvoeren in de hoop dat de
voortvluchtige zich door haar tus
senkomst zal laten verschalken.
(Advertentie LM.)
i n verband met de aflossing van Korea-
vrijwilligers. die een jaar in Korea heb
ben gediend, bestaat by het
opnieuw gelegenheid tot dienstneming.
Leeftijdsgrenzen van 19 tot 30 jaar (voor
onderofficieren tot 35 jaar).
Ook zij. die nimmer in militaire dienst
zijn geweest, komen voor uitzending in
aanmerking.
Aanmelding dient mondeling of schrifte
lijk te geschieden bij het Aanmeldingsbu
reau Korea. Nwe Frederikkazerne. van
Alkemadelaan. geb. E 4. kamer 19a.
's-Gravenhaee. Tel 185070
Voor het gehele seizoen kan
men slechts van vier a vijf „ty
pes" hoeden spreken. Hierin
liggen dan alle mogelijkheden
voor verdere modellen, zoals
bijvoorbeeld die vrolijke pun
tige minstreelkapjes en die
kleine bijna onnozele dopjes,
welke veel aan boeren mutsjes
doen denken. Maar boven alles
triomfeert de turban. De tur
ban in duizend en één varia
ties. En haar zusie, de baret,
die somtijds aan één kant rond
en aan de andere vierkant is.
Klein zijn al die hoofddeksels,
zoals ook van Simone Cange
een vilthoedje met turquoise
satijn bewerkt en bovendien
met zilver stiksels opgesierd Zij
heeft dit seizoen de hoeden-
randen overboord gegooid, niets
dan calotjes, in grillige wissel
valligheid uitgeroerd Gilbert
Orcel brengt een charmant
hoedje van ivoorkleurige taupe
met een hanepluim in dezelf
de tint gehouden
Een ware hoedencocktail dus.
waarbij de vorm van het hoofd
heel wat belangrijker is ge
bleken dan de diverse versie
ringen. Daarom, nogmaals, is
daf moderne kapsel noodzake
lijk. wil men de nieuwe na-
jaarshoed met gratie kunnen
dragen.
Marcel Rochas
laat op zich
wachten
TM TANNEER alle shows reeds
rr tot liet verleden zullen be
horen zal Marcel Rochas op 15
September a.s. zijn collectie to
nen die hij met zijn vrouw
in Port-Manech (Bretagne)
heeft uitgedacht. Ver van het
Parijse leven heeft hij hier
twee nieuwe mannequins ge
vonden, die in de letterlijke zin
van het woord bij hem zijn
geland: de actrices Michèle
Morgan en Simone Paris Ro
chas inspireert zijn modellen
op de Bretonse folklore en
Michèle en Simone laten alles
rustig op zich spelden. Bre
tagne is echter maar een deel
van het motief van zijn col
lectie. Hoewel zijn modellen
in de eerste plaats bestemd zijn
om Parijs te charmeren, dus
groot-steeds te zijn. heeft hij
als leidraad de klederdrachten
van Fran'krijks provincies hier
voor genomen.
Dit, en de late datum van
zijn show werken eraan mede,
dat Marcel Rochas wederom
veel van zich laat spreken.'
*.!,!jninum,iM!> Wii seven raad
„MIJN werkgever weigert ons In de zomermaanden vacantie te geven.
Iiy zegt, dat wy de vacantie moeten bewaren voor het geval, dat er door
stagnatie in het bedrüf niet gewerkt kan worden," schrift ons een abonné.
„Ook andere jaren heeft hy van ons geëist, dat wü met vacantie gingen,
wanneer wy b.v. door een manquement aan de machines, niet konden
werken. Wij hebben dat toen geaccepteerd, omdat de vacantie voor ons
bedryf niet wettelijk geregeld was.
Nu dat tegenwoordig wel het ge
val is. menen wij, dat we in deze
regeling niet meer behoeven te be
rusten. Is dit juist?"
Ook wij menen dat de houding
van deze werkgever volkomen on
juist is. Wij moeten echter het voor
behoud maken, dat op dit geval
vele. wel degelijk toelaatbare, va
riaties mogelijk zijn cn dat, bij het
volkomen zwijgen van de meeste
loonregelingen over wat in dit op
zicht toelaatbaar is en wat niet. he»
altijd mogelijk blijft dat de rechter
er anders over denkt dan wij.
Om te beginnen: de arbeider kan
In het na-oorlogse Duitsland
is de jaarlijkse Evangelische
„Kirchentag" tot een belang
rijke traditionele gebeurtenis
geworden. Naast allerlei offi-
cieel-kerkelijke bijeenkomsten,
waar het woord uiteraard
vooral aan de geeste
lijken is, is de „Kir
chentag" het grote
jaarlijkse appèl van
de leken. „De kerk
is pas dan kerk, wanneer
zij leeft in al haar leden," zei
dan ook dr Von Thadden, de
voorzitter van deze leken-
bijeenkomsten, die in 1950 te
Essen, in 1951 te Berlijn en nu
in Stuttgart plaats vonden.
Zo'n Kirchentag is allereerst mas
saal: de slotbyeenkomst werd te
Stuttgart door 200 000 mensen byge-
woond. De verleiding is natuuriyk
groot dat massale te overschatten
(„wy zün geen kerkeluke Olympi
ade". waarschuwde' Von Thadden
anderzijds echter zal zo'n ontmoeting
van tienduizenden tot de onderlinge
bemoediging sterk kunnen bU'dragen.
De Kirchentag te Berlijn in 1951
werd door 87 000 man uit Oost-Duits-
land bijgewoond. „Berlijn" was een
indrukwekkende ontmoeting tussen
het kerkelijke Westen en het kerke
luke Oosten. Die mogelijkheid bood
„Stuttgart" niet. Men verwachtte er
20.000 protestanten uit Oost-Duits-
land, hun werden echter door de
Deze week
K. EN VI
Oost-Duitse regering de interzonale
passen geweigerd, er waren er nu
slechts veertig. Maar in de Oost-
Duitse kerkelijke gemeenten heeft
men zich nu gelijktydig op dc zelfde
vraagstukken bezonnen, die te Stutt
gart onder het algemene congres-
motto „Kiest het leven" aan de orde
kwamen.
Er waren vyf secties. Begrijpelü-
kerwijze trokken de büeenkomsten
van ae politieke sectie, die het on
derwerp „Leben im Volk" behandel
de. de meeste belangstelling. Of moei
men het betreuren, dat in Duitsland
(trouwens, waar niet?) het leven der
mate verpolitiseerd is, dat daardoor
ook een bijeenkomst van gelovigen
als deze tot tournooiveld van politiek
pro en contra dreigt te worden?
Bisschop Dibelius gewaagde van
het stilzwijgende verbond, dat kerk
en arbeider in Oost-Duitsland in de
strijd om de vrijheid hebben geslo
ten. Verder echter legden de „Wes
terse" sprekers zich kennelyk veel
reserve op, om aldus te verhinderen
dat de eenheid der kerk in het Duitse
Oosten en Westen niet nog meer ge
vaar zou lopen dan zij al doet.
Hoorde tot die behoefte om zich
zelf reserve op te leggen ook het be
sluit van Niemöller om van de Kir
chentag weg te blijven?
De West-Duitse herbewapening
bleef in Stuttgart niet onbesproken.
Niemöller was dan wel afwezig, maar
zijn geestverwanten Heinemann,
Mochalsky cn Grubcr kwamen met
een oproep tegen de West-Duitse her
bewapening.
Op de slotbyeenkomst heeft dr
Heinemann zijn persoonlijke mening
bij die van de Kirchentag achterge
steld. Men mocht, zei hu,
van de Kirchentag geen
duidelijk woord over de
herbewapening verlan
gen, „omdat aan onze
broederschap geen uni
form inzicht geschonken
is aangaande de weg die God ons ge
biedt te gaan."
In het „woord", dat tenslotte offici
eel van de Kirchentag uitging, wordt
gewaagd van een toekomstruk van
vrede en gerechtigheid Doch wij
verzetten ons tegen hen die menen
dat zij dat rijk met allerlei systemen
kunnen afdwingen. Dat zal niet ge
lukken. Wij aanvaarden de politieke
en maatschappelijke spanningen en
zoeken naar datgene wat God ons be
veelt. Ten aanzien van velerlei vra
gen zün wy niet allen tot hetzelfde
antwoord gekomen, maar wij nemen
van elkander aan. dat ieder onzer
die vragen voor het aanschijn van
onze gemeenschappelijke God zal
trachten te beantwoorden."
naar onze mening niet eisen, dat hij de
vacantie in een bepaald gedeelte van
het jaar (b.v. de zomermaanden) zal
genieten, tenzij de loonregeling of de
CAO. dit uitdrukkelijk regelt Sommige
bedrijven kennen jaarlijks op vaste til
den terugkomende perioden van drukte
en van slapte. Wanneer er niets spe
ciaals is voorgeschreven, is de werk
gever bevoegd het vacantie nemen in
een drukke periode te verbieden cn
van zijn personeel le verlangen, dat het
ln de slappe periode met vacantie gaat.
Het belangrijke is hier echter, dat men
van te voren weet wanneer men wel
cn wanneer men niet met vacantie kan
gaan. zodat men zich daarop kan in
stellen. Iets anders is het. wanneer de
werkgever bij een plotseling optreden
de stagnatie van zijn arbeider eist, dat
zij nu maar meteen met vacantie gaan.
In zo'n geval heeft dc arbeider geen
gelegenheid zijn vacantie voor te be
reiden. En juist de mogelijkheid tot
voorbereiding lijkt ons een der meest
belangrijke voorwaarden om de vacan
tie werkelijk te kunnen genieten.
Dc werkgever, die zo handelt, ont
trekt zich eigenlijk aan één zijner ver
plichtingen Hij is n.l verplicht bij be-
drijfsstagnatie het loon door te betalen
aan hen die bereid zijn gebleven te
werken Hij Is ook verplicht vacantie
tc geven. Door het combineren van
deze twee heeft hij zich eigenlijk aan
een verplichting onttrokken. Ons in
ziens heeft de arbeider het recht op
deze manier plotseling gegeven vacan
tie te weigeren Hij moet dan wel be
denken. dat hij, wil hij later met enige
kans op succes zijn vacantie kunnen
opvorderen bepaalde formaliteiten ui
acht moet nemen.
Ten eerste moet hij onmiddellijk dui
delijk te kennen geven, dat hij deze
vacantie niet accepteert. Verder moet
hij bereid blijven gedurende de stag
natie te werken en desnoods ander
werk te verrichten, dan zijn normale
arbeid. Deze bereidheid moet hij even
tueel kunnen aantonen. Het beste is,
wanneer hij zich Iedere dag op het
normale aanvangsuur gaat melden op
het bedrijf, liefst in het bijzijn van ge
tuigen. Blijkt het bedrijf gesloten te
zfin. of kan men geen getuigen krijgen,
I dan moet de melding toch worden
I voortgezet (men kan immers niet weten
wanneer het bedrijf weer open gaat)
doch verdient het ook aanbeveling de
molding op gezette tijden (minstens
éénmaal per week) bij aangetekende
brief te bevestigen. Onder alle omstan
digheden moet de indruk worden ver
meden, dat de arbeider in werkelijk
heid toch met vacantie is gegaan.
Djakarta ratificeert
Vriendschapsverdragen
DJAKARTA. Het Indonesuche
parlement heeft Vrijdagmorgen met
algemene stemmen de vriend
schapsverdragen. gesloten met In
dia. Birma, Pakistan en de Philip-
plinen geratificeerd.
De minister van Buitenlandse
Zaken, de heer Mukarto, heeft bu
deze gelegenheid medegedeeld, dat
er met verschillende Arabische
landen nota's zun gewisseld over
het openen van diplomatieke be
trekkingen Indonesië onderhoudt
cieze reeds met Egypte, Saoedie-
Arabië en Irak.