Fotografie Atelier
Dr. DE VI
Dr. GROENI
Net Dagmei
„MODERN''
BRILLEN
BETEREN
BILLIJKER
D. F. VOIGT OPTICIEN
Advet-tentü
KERKDWARSSTRAAT 15
■M DAGELIJKS GEOPEND «m
n RUIDSPORTR ETTEN
K ÜNST L, 1CIIT OPNAMEN
EN VERGROOT1NGE N
komt vooral voor de kleine landbouwers
in de toekomst behoefte aan hooi-
weideland, en nu zou het naar mijn
oordeel vooral voor den kleinen land
bouwer een belang zijn, indien er zoo
genaamde gemeenteweiden en hooiland
was, waarop hij niet kan worden ver
droegen. In gemeenten waar die gemeen
telijke weidegronden bestaan, kan de
kleine boer zich handhaven en is daar
voor hem geen bezwaar, dat hij door
kapitaalkrachtigen beroofd zal worden
van een gelegenheid zijn vee te doen
weiden en hooiland te pachten tegen
redelijken prijs.
Wat ik hier zeg is slechts een alge-
meene gedachtede uitwerking beveel
ik ten zeerste het Dagelijkseh Bestuur
aan, doch ik stel mij voor te blijven
aandringen op cene verandering van de
methode van geldbelegging.
De notulen van lö December 1924
Worden daarop goedgekeurd.
Ten aanzien van de notulen van 19
December 1924 zegt de heer I ieijnirtgs
het volgende:
M. de V.
Het spijt mij dat ik ook evenals de
Heer De Koning wederom een bemer
king moet maken op de notulen van 19
December 1.1. naar aanleiding van het
geen ik gezegd heb over het z.g. Oer.
Kerkstraaije. Dat ik een bemerking zou
maken JV1. de V. wanneer een en ander
verzwegen werd, was te voorzien en had
daarom juist voorkomen kunnen worden.
Op bladz. 143 staat alléén, na een
kort antwoord van den Heer Van Elten
„dat de fout niet te verdedigen maar
wel te vergeven is". Het volgende raadsel
achtige zinnetje: „De Heer Rietveld
diende den Heer Heijnings van advies".
Wat bedoeld men M. de V. met advies
of meent men hiermede te zeggen dat
de Heer R. een kant nog wal rakende
opmerking maakte Waarom geeft men
hier geen juist verslag? Waarom ver
zuimde men Uwe uitdrukkelijke verkla
ring in de notulen op te nemen Waarom
er niet in op genomen wat door den
Heer de Koning over deze onverkwik
kelijke zaak is gezegd Ziet M. de V.
het belangrijkste is weggelaten en wordt
het wel eens heel moeielijk gemaakt, te
gelooven dat dit een bloot toeval is.
Ik verzoek dan ook M. de V. dat Uwe
uitdrukkelijke verklaring in de vergade
ring van 19 December 1.1. uitgesproken,
n.1.dat door U afdoende maatiegelen
zijn genomen waardoor zooiets als hier
gebeurd is zich niet meer kón herhalen
of kèn voorkomen, in de notulen wordt
opgenomen. Op die uitdrukkelijke ver
zekering toch jVL de V. heb ik mijn motie
ingetrokken. Bovendien wensch ik op
genomen te zien de ernstige beschuldi
ging geuit door den Heer De Koning
waarover eveneens in de notulen geen
woord gerept is. U zegt zooeven aan
den Heer De Koning wel dat, indien
men een of ander opgenomen wil hebben
men slechts dat verlangen heeft kenbaar
te maken doch M. de V. dat behoeft
men toch voor een notulen niet te doen.
Bovendien wat heeft men er aan of dót
opgenomen wordt en het antwoord of
de rest niet. Juist hier in dit geval staat
opgenomen wat ik heb gezegd doch het
zéér belangrijke dat er opvolgde staat
er niets in I
De Voorzitter gaat met de opmerking
van den heer Heijnings accoord en zegt
aanvulling toe door opname van een
en ander in de notulen van heden;
waarna deze notulen worden vastgesteld.
De ernstige beschuldiging, geuit door
den heer de Koning als bedoeld in de
bemerkingen van den heer Heijnings,
komt hierop neer, dat van zijnentwege
geen opdracht was gegeven over te
gaan tot wegaanleg, en dat hem boven
dien was gebleken, dat de Gereformeerde
Kerk zich contractueel verbonden had
den weg aan te leggen vóór 1 Augustus
1924.
De notulen van 19 December 1924 en
ook die van 3 lanuari 1925 worden
daarop geariesteerd.
2. Voorloopige vaststelling der ge
meenterekening 1923.
De Voorzitter deelt mede dat een
schrijven is ingekomen van den rap
porteur namens de commissie tot het
nazien dier rekening, mededeelende dat
zij bij nader inzien de laatste alinea
van de slotconclusie Iaat vervallen.
De heer Heijnings betreurt dit, want
het was juist het mooiste van dit stuk.
Het rapport der commissie en het
daarop gegeven antwoord van Burge
meester en Wethouders zijn van den
volgenden inhoud
Aan het College
van Burgemeester en Wethouders
der gemeente Soest.
De commissie voor het nazien der
gemeenterekening 1923 heeft de eer U
het volgende te berichten.
De commissie wil beginnen haren
dank uit te spreken tegenover de beide
ambtenaren der afdeeling Comptabiliteit
voor de vele toelichtingen van onder
scheidene details. De commissie meent
hierbij tevens te mogen mededeelen,
dat het haar gebleken is dat de over
plaatsing van den administrateur van
het architectenbureau naar de afdeeling
Comptabiliteit, met als ge volg centralisatie
der algemeene boekhouding, een groote
verbetering is.
Het spijt de commissie dat de heer
Heijnings ook verhinderd was deze
gemeenterekening na te gaan, zoodat
het rapport geheel buiten diens mede
werking moest worden opgemaakt.
Wat de commissie als een gemis
gevoeld heeft bij het nazien der begroo
ting 1925 het niet aanwezig zijn der
rekening 1923 openbaarde zich thans
in sterkere mate bij het nazien der
rekening.
De commissie geeft daarom in ernstige
overweging voor het vervolg de aan
bieding der begrooting voor hel komende
jaar te doen voorafgaan door de indiening
der rekening over het afgesloten boekjaar.
De commissie heeft hierboven reeds
gezegd dat zij de centralisatie der boek
houding een groote verbetering acht,
en betreurt het alleen dat dit niet veel
vroeger is ingezien. Zeer waarschijnlijk
zou dan het nadeelig saldo, waarmede
nu 1923 moest sluiten, niet zijn voor
gekomen immers centralisatie bevordert
ten zeerste de controle, vooral de zelf
controle. De commissie meent deze op
vatting te kunnen staven met den Raad
onder de aandacht te brengen de oor
zaken van het nadeelig saldo. Deze zijn
te onderscheiden in indirecte en directe
oorzaken.
Als indirecte oorzaken zuu de commis
sie willen noemen de bij het afsluiten
zich openbarende sluimerende risico's,
waarvoor geen dekking was gesteld.
Wat terzake door de commissie is op
gemerkt bij de begrooting 1925, geldt
ook hier. Vooral speelt in deze rekening
Hoofdstuk IV „belastingen" een groote
rol met een totaal opbrengst pl.m.
f 20.000.lager dan geraamd was, en
waaruit wel zeer duidelijk blijkt dat het
verkeerd is optimisme te realiseeren.
De ontvangsten, in totaal geraamd op
f531.411.84, waren in werkelijkheid
f 530.701.59— ergo bleven f44.710.25
beneden de raming. Wel staat daar nog
tegenover ecu bedrag „nog te verhalen"
giout f 9.045.83'/j. inaur hiervan moet
z.eker meer dan 50"/,als /eer dubieus
worden aangemerkt.
De conclusie kan derhalve niet anders
zijn dan dat de ontvangsten voor 1923
te hoog waren geraamd, zelfs al wordt
in aanmerking genomen, dat het hooger
of lager ramen van sommige posten
(omdat daartegenover gelijke uitgaven
blijven bestaan als bijv. 34-39-55) geen
invloed heeft op een eventueel voor-
of nadeelig saldo.
Waren tegenover deze te hooge ra
mingen der inkomsten ook hooge ramin
gen der uitgaven genomen, dan zou het
eindresultaat der rekening toch nog een
gansch ander beeld te zien hebben
gegeven echter, daar moet de con
clusie juist andersom gesteld in
doorsnee waren de ramingen te laag.
Het totaalbeeld der uitgaven, geraamd
op f 550.002.62 werd in werkelijkheid
f560.218.66, dus f 10.216.04 hooger.
Het tegenover elkaar stellen van de
eindstellingen in ontvangsten en uitgaven
geeft echter geen juist beeld van het
financieel beheer o*>er 1923.
BURGEM. GROTHESTR. 28 - SOESTDIJK
De werkelijkheid is, dat er is een
nadeelig saldo van f23.517.07. Hierin
is verdisconteerd het nadeelig saldo
van 1921, post 245, groot f 16.521.52,
zoodat 1923 een nadeelig saldo bracht
van f 6.995.55.
Tellen we hierbij het in het eindbe
drag geheel opgeteerde reservebedrag
geheel opgeteerde reservebedrag van
onvoorzien ad 111.787.12, dan blijkt
dat over 1923 f 18.782.67 door te
ramingen als verlies is te boeken, een
gevolg daarvan, dat ook bij de uitgaven
de voorzichtigheid niet voldoende was
in acht genomen, wat de commissie als
de directe oorzaak van het resultaat
zou willen aanmerken.
Tot staving van deze bewering brengt
de commissie nog eenige vergelijkingen
naar voren.
Post 83 schrijfloonen. geraamd f 1200
overschreden met f275.
Post 84 schrijf- en bureaubehoeften
geraamd f 1000, overschreden met
f 360.08.
Post 86 onderhoud en schoonhouden
raadhuis, geraamd f 1100, overschreden
met f757.43.
Post 87 aankoop meubelen, geraamd
op f 100, overschreden met MIQ.OV/.,.
Post 88 verlichting, verwarming, ge
raamd f 1000, overschreden met f 382.68
Post 108 teruggave belasting, geraamd
f 100, overschreden met f3383.08.
Post 128 lantaarns, geraamd f8000,
overschreden met f 2064.31.
Post 129 reservekosten brandweer,
ger. f50, overschreden met f562.92y2.
Post 136 bestrijding T.B.C., geraamd
f600, overschreden met f615.
Post 143 keuringsdienst, geraamd
f3500, overschreden met f913.62.
Post 151 onderhoud huizen, torens
enz., geraamd f 250, overschreden met
f931.75.
Post 152 onderhoud wegen, geraamd
f 7200, overschreden met f 3832.88.
Post 167 kosten tram, geraamd op
f4010.90, overschreden met f5514.05.
Post 175 leermiddelen openb. onder
wijs, geraamd f 750, overschreden met
f 277 87'/„.
Post 176 verlichting, verwarming
openb. scholen, geraamd f 3000, over
schreden met f 607.13.
Post 190 vergoeding instandhouding
bijz. scholen, geraamd f 8000, overschre
den met f 4742.95.
Post 204 uitgaven voor volksfeesten,
geraamd f500, overschr. met f 1515.34.
Post 211 onderhoud behoeftigen, ge
raamd f 9000, overschr. met f 4871.80.
Post 231 en 234 rente kasgeld, te
samen geraamd f 2500, overschreden
met f3858.99.
Over slechts 20 posten werd dus de
raming reeds overschreden met ruim
f 36000.of wel met plm. 70 pCt. Een
hoogere raming dezer posten met ge
middeld 50 pCt. had dus het nadeelig
saldo omgezet in een voordeelig saldo.
Tegen deze opsomming der commis
sie kan natuurlijk in het algemeen wor
den aangevoerd dat er ook posten voor
komen, waarop minder is uitgegeven,
doch dit is slechts een klein aantal en
de financieele beteekenis daarvan is
pl.m. f 10.000 (niet meegerekend in dit
verband de post „Onvoorzien").
Naar aanleiding van enkele posten
wil de commissie nog enkele opmer
kingen maken.
Het is de commissie gebleken dat op
post 84 „schrijf- en bureaubehoeften'
ook is gebracht een bedrag voor aan
koop van schrijfmachine». Deze belioo-
reu toch eigenlijk thuis op post 87
„aankoop meubelen". Wenscheiijkerware
nog voor verschillende afdeelingen een
post „inventaris" te openen, waardoor
een meer gepreciseerd overzicht wordt
verkregen.
De commissie heeft bij post 87, ge
raamd op f 100 en overschreden met
f 776.07'/- zich afgevraagd of de restau
ratie van de raadzaal niet nog wat had
kunnen wachtendergelijke betrekkelijk
luxe uitgaven doet men toch niet als de
jaarbegrooting reeds begint met een
nadeelig saldo van f 16.500.—, en bo
vendien de steeds meer tot uiting ko
mende malaise, tot de grootste voor
zichtigheid maant.
Post 136 „kosten bestrijding T.B.C."
werd geraamd op f600.en mede
door een achterstallige post van 1922,
groot f 542.—, overschreden met f 615.
Was bij het opmaken der begrooting
deze achterstand niet bekend?
Post 143 „kosten keuringsdienst"
werd overschreden met f913.62. Het
komt, na ingewonnen inlichtingen, de
commissie voor, dat hier den gemeente
veearts, directeur vau den Kcurings-
dienst, Ie veel vrijheid weid gelaten in
het aanschaffen van instrumenten enz.,
terwijl het de commissie onaangenaam
trof dat voor drukwerk en bureaumate-
riaal veelaal leverancier uit andere ge
meenten de voorkeur genieten.
Bij post 153 „kosten der stofbestrij-
ding" werd opgemerkt, dat f 440 voor
olie is uitgegeven. Voor welk doel is
dat geschied?
Post 167 „kosten Trambedrijl" f9524.95
min f6689.07 van post 17 veronderstelt
een verlies van f 2835.88, waarbij dan
nog komt de in de rente en aflossings
rekening voorkomende bedragen. Dit
komt de commissie voor lager te zijn
dan het exploitatieverlies over 1923. Is
dit misschien het verlies over 1922?
Post 175 „leermiddelen openbare
scholen" werd overschreden met een
bedrag van f 277.877». Is 't niet moge
lijk dat den schoolhoofden wordt ge
vraagd een opgave van het benoodigde
met vermelding der kostprijzen? De
commissie onderschrijft de bemerking
van den accountant, dat deze artikelen
toch wel door Soester leveranciers kun
nen worden geleverd tegen dezelfde
condities.
Post 214 „kosten verzekering tegen
werkeloosheid" geraamd op f 4000.
werd slechts uitgegeven f 1102.99. Is
daaraan toe te schrijven de overschrij'
ding van den post 211 „onderstand aan
behoeftigen" met f4871.80? Zoo ja, dan
spreekt het hier toch wel heel duidelijk,
dat hier een keerpunt in de moraliteit
van een groot deel der werknemers
valt te bespeuren.
De combinatie der posten 231/234
„rente kasgeld" geraamd op f 2500.
doch overschseden met f3858.99 heeft
de commissie zeer teleurgesteld. Zulke
nadeelige verrassingen mogen toch bij
een goed beheer niet voorkomen. Vooral
deze post was voor de commissie aan
leiding om de daar genoemde centrali
satie der boekhouding een stap in de
goede richting te noemen.
Buitengewone Uitgaven.
De commissie zag gaarne overgelegd
het raadsbesluit waarbij f 8000.is toe
gestaan voor uitbreiding van het buizen
net der waterleiding, voor wat betreft
de uitbreiding in de Middelwijkstraat,
en zal ook gaarne de motieven verne
men, waarom aan reeds aangeslotenen
op het oude buizennet een bijdrage is
gevraagd in de kosten der uitbreiding.
Tenslotte vraagt de commissie in 't
vervolg vergissingen niet door radeeren
te herstellen te herstellen, doch deze
duidelijk in rood aan te geven.
Slotconclusie.
Als totaal-indruk der rekening 1923.
beschouwd in verband met de begroo
ting voor dat jaar, kan de commissie
niet anders zeggen dan dat deze op wel
zeer duidelijke wijze het verkeerde van
het gevolgde systeem demonstreert. De
vergelijking tusschen rekening en be
grooting bewijst, dat maar al te erg is
gevreesd om door een tijdelijk sterkere
belastingdruk uit de moeilijkheden te
komen, waardoor het eindresultaat niet
anders is geworden dun uitstel van
executie.
Advies.
De commissie, kennis genomen heb
bende van het rapport van den accoun
tant, en aanvaardend diens fiat be
houdens herstel van enkele door den
accountant aangegeven onjuistheden,
welke inmiddels weiden hersteld
adviseert den Raad de gemeenterekening
1923 voorloopig goed te keuren.
De Commissie voornoemd,
M. SCHEFFER, Voorzitter.
P. C. W. FOEKEN, Rapporteur.
Het antwoord van B. en W. op het
Rapport van de Commissie luidt:
Aan den Raad
der Gemeente Soest.
De uit Uw midden gekozen Commissie
voor het nazien der gemeenterekening
1923 zond ons als resultaat van hare
bevindingen het hiernevens in afschrift
gevoegde rapport
Alvorens onze nadere beschouwingen
te geven, zeggen wij hierbij dank aan
de Commissie voor het ingestelde on
derzoeken de daarmede gepaard gaande
werkzaamheden.
Wij onderschrijven gaarne de meening
van de commissie dat het noodig is,
dat de voorloopige vaststelling van de
gemeenterekening de behandeling van
een opvolgende begrooting voor een
goeden gang van zaken dient vooraf te
gaan, en zeggen onze medewerking toe
hiermede in de toekomst rekening te
zullen houden.
De uitgesproken meening der com
missie met betrekking tot de centrali
satie van de boekhouding der gemeente
kunnen wij onderschrijven voor zooveel
betreft de verbetering van de adininf-
stratie, doch wij kunnen het gevoelen
van de commissie niet deelen naar zij
zegt, dat een vroegere invoering van
deze regeling waarschijnlijk een nadee
lig saldo der rekening 1923 zou hebben
voorkomen. De centralisatie staat naar
onze meening geheel buiten de cijfers
der gemeentebegrooting, zoodat als
schil der rekening moet gezocht wor
den in de onjuiste raming'van de be
grotingscijfers, zoowel in ontvangsten
als uitgaven, en in het feit, dat tot
belastingverlaging is overgegaan zonder
dat voldoende rekenschap is gegeven
van de slechte financieele positie der
gemeente.
Het resultaat van het in 1923gevoerde
beheer zal moeten worden aanvaard,
zoodat wij het overbodig achten de
oorzaken van de overschrijding van de
in het rapport genoemde posten nog
eens naar voren te brengen. In het
algemeen moet gezegd worden, dat deze
overschrijding eensdeels is toe te schrij
ven aan onvoorziene omstandigheden,
doch anderdeels aan het doen van uit
gaven, waarvoor geen of geen voldoende
dekking aanwezig was.
Ter beantwoording van de gemaakte
opmerkingen deelen wij het volgende
mede
De geuite wenschelijkheid om voor
verschillende afdeelingen een post „In
ventaris" te openen zal niet verwezenlijkt
kunnen worden, omdat de begrootings-
voorschriften hiertoe geen gelegenheid
geven.
Het is ook onze meening, dat met
de restauratie van de raadzaal b. v.
gevoegelijk gewacht had kunnen worden.
Post 236. De overschrijding van den
post „Kosten bestrijding T.B.C." was
het gevolg van een late indiening der
declaratie 1922. Bij de opmaking der
begrooting was dit niet te voorzien.
Post 143. Het hoofd der desbetref
fende afdeeling werd door ons reeds
op de noodzakelijke zuinigheid gewe
zen, en aangezegd de inkoopen zooveel
mogelijk tot plaatselijke leveranciers te
beperken.
Post 152. Het aanschaffen van olie
voor de stofbestrijding betrof de ver
menging van een teerpreparaat met het
water.
Post 167. Het verlies van het Tram
bedrijf betreft inderdaad de exploitatie
in 1922.
Post 175. De post „Leermiddelen" is
overschreden doordat de schooi te
Soesterberg extra voorziening van leer
middelen noodig had en doordat een
uitgestelde nota van leerboeken voor de
O. L. school aan de Beetzlaan op dezen
post verantwoord werd, doch onder de
buitengewone uitgaven had geboekt
kunnen worden.
De aanbesteding van leermiddelen
heeft telkenjare plaats.
De plaatselijke leveranciers worden
steeds van het voornemen van de te
houden aanbesteding in kennis gesteld.
Post 214. De verhoogde uitgaven op
dezen post zijn inderdaad voor een
gedeelte toe te schrijven aan vermin
dering van het aantal leden der werk
lozenkassen.
Posten 231/234. Tengevolge van het
uitstellen van sluiting eener definitieve
geldleening wegens buitengewone uit
gaven over 1922 en 1923 is de rentepost
van tijdelijk opgenomen geld noodwen
dig verhoogd. De rente der laatste jaren
verschuldigd bij beleening van het
effectenbezit, is voordeeliger voor de
gemeente dan wanneer een leening
weid gesloten, afgescheiden nog van
de kosten aan de afsluiting der leening
verbonden.
Buitengewone uitgaven.
Post 272. Het raadsbesluit wordt
hierbij overgelegd.
Ter verdere toelichting deelen wij
mede, dat een 7-tal bewoners aan de
Middelwijkstraat door middel van een
eenduimsleiding zijn aangesloten op de
waterleiding vanaf het Kerkpad. Om
deze aansluitingen te verbeteren werd
aan belanghebbenden een bijdrage ge
vraagd in de kosten van doortrekking
der hoofdbuis vanaf Kerkebuurt tot aan
de Molenstraat.
Met de slotopmerking zal voortaan
rekening gehouden worden.
Wij brengen U voorts onder de aan
dacht, dat in deze rekening ten opzichte
van het beheer der gelden van het
Grondbedrijf rekening is gehouden met
de wenschen van het College van Ge
deputeerde Staten. Aangezien de be
slissing van de Kroon op het door Uw
College ingestelde beroep nog niet
bekend is, stellen wij U voor de reke
ning 1923 vast te stellen met voorbe
houd van de wijziging van het saldo
indien de Koninklijke beslissing ten
gunste van het door U ingenomen stand
punt mocht bekend zijn.
Vertrouwende, dat bovenstaand uit
eenzetting der opmerkingen voldoende
zijn, stellen wij U voor de gemeente-
rekening 1923, zooals die U werd aan
geboden met het genoemde voorbehoud
voorloopig goed te keuren.
De Besselsen frappeerde 't, dat som
mige uitgaven zoo overschreden waren.
Bijv. post „subsidie volksfeesten" noemt
hij het bedrag van f 800.— voor ver
siering van het raadheis erg hoog in
deze tijden van bezuiniging
De heer Endendijk merkt op, dat
destijds met volle instemming door den
raad deze som werd gevoteerd. Men
was toen vol enthousiasme.
De heer Besselsen: „Dat zal wel"
en vraagt dan waarom de gevoteerde
uitgave van f 25000 voor wegenaanleg
in het Vosseveld circa f5000 hooger
werd. Waar is dat meerdere geld van
daan gekomen, vraagt Spr., een des
betreffend besluit is hem niet bekend.
De VoorzitterZal onderzoeken en
later antwoorden.
De heer Endendijk beantwoordt nog
even den heer Heijnings betreffende
rente kasgeld en merkt op, dat een en
ander verband hield met de verwach
ting, dat het Rijk maandelijks Vio der
plaatselijke inkomstenbelasting zou
afdragen.
De heer Foeken kapittelt eveneens
den vorigen Spr., die te veel verwach
tingen plaatste tegenover uitgaven, in
plaats van iets positiefs, waardoor re
alisatie altijd min of meer aan een
risico onderworpen is.
De rekening wordt voorloopig vast
gesteld in afwachting van de Kon.
goedkeuring.
3 Voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot invoering van een straatbe
lasting en vaststelling van verordeningen
tot heffing en invordering dier belasting.
4. Voorstel van Burgemeester en Wet-
om over de jaren 1923/1924 en 1924/
1925 den vermenigvuldigingsfactor voor
de Inkomstenbelasting nader vast te
stellen op 2, en het bedrag der door
deze nadere vaststelling verschuldigde
belasting (overeenkomende met een fac
tor 0.2) te doen navorderen.
De Voorzitter herhaalt ongeveer nog
eens wat B. en W. reeds ter kennis
van de leden brachten en volgt hier
onder:
Bij de aanbieding der gemeentebe
grooting 1925 hebben wij er reeds op
gewezen, dat de financieele positie der
gemeente van dien aard is, dat naast
de toegepaste bezuinigingsmaatregelen
het noodig zal zijn de vermeerdering
van inkomsten ernstig onder de oogen
te zien. Door het voorstellen van ver
hooging van de opcenten der personeele
belasting en de hondenbelasting werden
reeds eenige bronnen van inkomen
verhoogd, doch daarnaast zal om hierna
te noemen reden en uit een oogpunt
van een goed financieel beleid het
noodzakelijk zijn voorziening te treffen
in een toeneming der inkomsten, ten
einde te voorkomen, dat de gemeente
rekening 1925 zal sluiten met een na
deelig saldo.
Als wel de voornaamste reden van
onze hierna te noemen voorstellen moet
worden aangenomen de mindere op
brengst der inkomstenbelasting, tenge
volge van de vermindering van het
belastbaar inkomen der belastingschul
digen. De opvoering van de inkomsten
belasting tot het bedrag, dat de begroo
ting aangeeft, is naar onze meening
zoo buitensporig hoog, dat wij vreezen,
dat de vooruitgang onzer gemeente
daarmede zeer in het gedrang komt.
Toch zal voorzien moeten worden in
een te verwachten tekort der gemeen
terekening 1925.
Dit zal kunnen geschieden door
heffing van een straatbelasting en ver
hooging van de inkomstenbelasting.
Teneinde U aan te toonen, dat in
derdaad een nadeelig saldo der rekening
1925 te voorzien is, mogen wij U het
volgende ter toelichting voorleggen.
De inkomstenbelasting van het dienst
jaar 1924-'25 moest volgens de begroo
ting 1924 opbrengen f249750.00. 7»
van deze opbrengst komt ten goede
aan de begrooting 1925 en wel tot een
bedrag van f83250.00.
De inkomstenbelasting over 1924-25
zal volgens opgave van de Rijksadmi
nistratie opbrengen f 212000.00, zoodat
Vs deel daarvan ten goede komt aan
de begrooting 1925, of f70666.00.
De begrooting 1925 vermeld een
bedrag, ad. f83250.00. De opbrengst
zal echter zijn f70666.00. Te kort
f 12584.—
Voorts is aan -/s de opbrengst be
lasting 1925-26 geschat f 177490.—
Aannemende, dat de opbrengst gelijk
is aan die in 1924-25 dan wordt dit
bedrag van f 212000.— f 141332.
Te kort f36068.—.
Aan de geraamde opbrengst van i/z
over 1924-25 valt een tekort te consta-
teeren van f 12584.—. Als voor de
opbrengst 1925-26 vermoedelijk
f 36068.—.
Totaal te kort f48652.—.
Dit bedrag meenen wij te moeten
dekken door heffing van
I. Een straatbelasting tot f25000.
II. Verhooging van den
factor der inkomstenbelasting
van 1, 8 tot 2 (2/s van
f24000.—), f16000.—.
Pensioenstorting van
ambtenaren 572 vanaf 1
Juli 1925 f 2500.—.
IV. Te verwachten meer
dere ontvangsten f 4500.—.
eenige oorzaak van het nadeelige ver-1 houders tot vaststelling van een besluit
f 48000.—.
1 Wegbelasting.
Uitziende naar een belastingobject,
dat voldoende kan opbrengen om het
te verwachten tekort eenigszins te dek
ken, is ons gebleken, dat art. 242c van
de Gemeentewet een nieuwe bron van
inkomen aangeeft, die naar onze meening
het beste in toepassing kan worden
gebracht.
Dit artikel geeft de cevoegdheid een
billijke bijdrage te vorderen van de
genothebbenden van bebouwde en on
gebouwde perceelen gelegen aan open
bare land- of waterwegen in de kosten
voor aanleg, onderhoud, hunne ver
lichting en voor afvoer van wateren vuil.
Waarde gemeente een uitgestrekt we
gennet in onderhoud heeft en daarvoor
jaarlijks een groot bedrag moet uitgeven,
komt het ons niet onbillijk voor op
grond van dit artikel aen nieuwe be
lasting te heffen.
Volgens de begrooting 1925 zullen
de kosten voor wegaanleg en onder
houd bedragen
Jaarwedde personeel f 12287.—
Onderh. straten en pleinen f 10000.—
Onderhoud wandelpaden en
plantsoenen
Onderhoud bruggen
Pensioenen personeel
Kindertoeslag
Stofbestrijding
Paarden en materialen
Aflossing leeningen
Rente van leeningen
Te samen
Voor Verlichting
Verlichtingf 10000.—
Aflossing leeningenf 1158.—
Rente van leeningen 807.12
Te samen f 11965.12
Voor deze twee doeleinden wordt dus
uitgegeven een bedrag van f 73539.88.
Door dit bedrag te verhoogen met
de gemaakte kosten aan straatrioleering
en rekening houdende met het feit, dat
in de toekomst voor een goede riolee-
ring uitgaven zullen moeten gedaan
worden, terwijl in andere posten nog
bedragen verscholen zitten, die zijde
lings voor het wegennet worden uit
gegeven, komt men tot een stotbedrag
van ongeveer f 100000.—.
Waar art. 242c de bevoegdheid geeft
een billijke bijdrage te heffen, komt het
ons voor deze op 25 te mogen stel
len, zoodat deze belasting ongeveer
f25000.— zal moeten opbrengen.
Als grondslag voor een dergelijke
belasting wordt in de meeste gevallen
de belastbare opbrengst der eigendom
men genomen, in navolging waarvan
wij U het voorstel doen dezen grond-
800.—
50.—
1904.46
500.—
1700.—
4620.—
f 13068.—
f 16645.28
f61574.76
slag voor de te heffen belasting aan te
nemen. De waarde toch van een perceel
weerspiegelt doorgaans liet vermogen
van den eigenaar, en door zijn stand
de hoeveelheid nut, dat getrokken wordt
van behoorlijke bestratingen verlichting.
De belastbare opbrengst is verleden
jaar geschat voor gebouwde perceelen
op f460000.—, en voor ongebouwde
perceelen f77000.—.
De wet geeft de bevoegdheid zoowel
van bebouwde als van onbebouwde
perceelen alsook van de bijbehoorende
erven eene bijdrage te vorderen.
Het komt ons niet wensclielijk voor
althans voorloopig, van de onbebouwde
perceelen deze belasting te heffen, aan
gezien het nut, dat onbebouwde per
ceelen van wegen en verlichting hebben,
zeer gering is.
Omreden de bijbehoorende erven
slechts op een waarde van f 10000.
worden geschat, en het dikwijls moeilijk
zal zijn uit te maken wat als erf dient
aangemerkt te worden en wat niet,
terwijl bovendien de administratie daar
door aanzienlijk wordt verzwaard, stel
len wij U voor ook deze vrij te laten.
De belasting zal dus moeten worden
omgeslagen over de ruim f460000.—
of rond f500000.bebouwde eigen
dommen.
Bij een heffing van 5 zal de op
brengst dus f25000. bedragen. Waar
de belastbare opbrengst eerder zal
stijgen dan dalen, lijkt het ons onge-
wenscht een hooger percentage te heffen.
Zooals U uit bijgaande conceptver
ordening zal gebleken zijn, zal alleen
geheven worden voor den aanleg, onder
houd en verlichting der wegen.
Voor de rioleering wordt niet ge
heven, daar deze nog te zeer verspreid
is aangelegd en het nut daarvan niet
algemeen kan genoemd worden.
Voorts zal geheven worden van hen,
die krachtens recht van bezit of eenige
ander zakelijk recht het genot hebben
van de eigendommen, zoodat deze be
lasting ook zal treffen de eigenaren,
niet-inwoners der gemeente, die in
waardestijgende eigendommen bezitten.
Het heeft een punt van overweging
uitgemaakt hoe gehandeld moest wor
den ten aanzien van de perceelen, ge
legen aan de wegen, die onder het
wegenfonds vallen. Zooals U bekend
is hebben deze perceelen den wegaan
leg betaald en tevens een kapitaal ge
stort voor het onderhoud dier wegen.
Laat men deze perceelen zonder meer
ook onder de straatbelasting vallen, dan
zouden zij in dat geval 125 voor het
onderhoud betalen, hetgeen onbillijk
zou zijn.
Om deze onbillijkheid te ondervangen
zou men de wegen onder het wegen
fonds vallende, buiten deze nieuwe
belasting kunnen laten. Dit echter komt
ons vooral voor de toekomst, onge-
wenscht voor, daar degenen, die in het
wegenfonds betaald hebben voor het
meerendeel geen eigenaren meer van
de perceelen zijn.
In vele gevallen zullen deze kosten
wel in den verkoopprijs zijn verrekend,
maar vooral in latere jaren zal de wet
van vraag en aanbod de prijs van deze
huizen bepalen zonder rekening te hou
den met de oorspronkelijke kosten.
Het lijkt ons daarom beter 25 van
het kapitaal, gestort voor wegenonder-
houd, terug te geven en daarna die
perceelen ook in de straatbelasting te
doen meebetalen. Dit zal momenteel
een kapitaalsuitgaaf eischen van f732.50.
Men krijgt zoodoende een geheel en
schept geen onbillijkheden.
Op grond hiervan zal ook de veror
dening, regelende de instelling en het
beheer van het wegenfonds een kleine
wijziging moeten ondergaan.
II. Verhooging van den vermenigvul
digingsfactor der inkomstenbelasting.
Als tweede bron voor meerdere in
komsten zal genomen moeten worden
de verhooging van den factor der
inkomstenbelasting.
Uit bovenstaande becijfering blijkt
reeds, dat een verhooging van 1.8 tot
2 de gewenschte uitkomst zal geven.
Wij stellen U voor hiertoe echter het
besluit te nemen, wanneer meerdere
gegevens van de laatste opbrengst der
inkomstenbelasting bekend zullen zijn.
III. Pensioenstorting door ambtenaren
en werklieden in dienst der Gemeente
Voorgesteld wordt met ingang van
1 Juli a:s. 572 pensioenstorting van
ambtenaren en werklieden in dienst der
gemeente te verhalen, vormende een
bedrag, ad. plm. f2500.—. B. en W.
verbinden zich voor 15 April met voor
stellen tot salarisherziening te komen,
daardoor dit verhaal sommige wedden
verhoogd zullen moeten worden.
IV. Tenslotte kunnen wij U mede
deelen, dat aangenomen kan worden
dat enkele ontvangstposten hooger zul
len zijn dan de ramingen, zoodat voor
loopig geen verdere belastingheffing
noodig zal zijn om het nog resteerende
tekort te dekken.
Bovenstaande voorstellen hebben wij
U, hoe onaangenaam ook moeten doen,
om het noodzakelijke evenwicht in onze
begrooting te kunnen verkrijgen.
In het belang van de Gemeente be
velen wij deze voorstellen ten zeerste
bij U aan.
Overwogen werd dat het belastingjaar
1916 liep van 1 Januari tot 31 December;
dat liet belastingjaar 1917/1918 liep
van 1 Januari 1917 tot 1 Mei 1918,
dus over 16 maanden
dat de opbrengst van dit laatste
belastingjaar geheel is gebezigd voor
dekking van de begrooting 1917
dat geen afzonderlijke heffing heeft
plaats gevonden voor de maanden
Januari/Mei 1917;
dat door het nalaten van voornoemde
heffing een achterstand is ontstaan van
1/3 der jaarheffing, welke fout steeds
opnieuw is gemaakt, met gevolg dat
die achterstand thans bedraagt ongeveer
f71.000.—
dat deze achterstand door gebruik
making van overschotten van vorige
jaren is teruggebracht tot op f 56.425.-
dat het echter noodzakelijk is dezen
achterstand thans te dekken, mede in
verband met de nieuwe begrootings-
voorschriften
dat het in verband met het thans
voor deze gemeente geldende tarief
voor dt.
inkom^,
ge'egd, Pr i
is ck-Zffl™
verhoog)
factor c
dan i
dat 'ttri i
vest'K'ng J
ren, wat nn
r overi
dat
lr- k\
dat in dè|
1925 de be
factor van
i
een plaatselijke
KVi de daarin vast-
Lenoeg ondoenlijk
IJ te vinden door
frinenigvuldigings-
oindat de heffing
[gelijk zou worden
ke verhooging de
Wijk zou belemme-
jelang der gemeente
122/1923 de verme-
Tp 2 was vastgesteld
1)23/1924 en 1924/
geheven naar een
Idcnde verordening
|r den factor 2 de
j vinden
belasting ongeveer
Ver 1923/1924 on
f 223.500.-
■eveer f 212.000.—
Kot aal f 435.500.-
■hooging van den
1 ongeveer zal op-
Lpbrengst of rond
■ring overgenoemde
lijk getroffen zullen
tn destijds de be
f worden geheven
0.lijke heffing de
nagenoeg gedekt
ling erkent, dat het
1 13. en W., nog zoo
staande, verre van
Ideze voorstellen te
Nu doet zich weer
ir, waarop Spreker
iwezen heeft: onze
ft een groot kapitaal
in onroerende
Llles moet bewaard
islacht. In de zaken
ijders, daar gebruikt
als de goede gang
I. Spr. noemt daar-
gsjovelachtig. Toch
[gaan, omdat critiek
ook Spr. niets beter
Hen om ons uit den
zal zich dus niet
oorstel van navor
sen een wegenbe-
nzien van het ver-
de ambtenaren zet
er zijn de salarissen
en kijkt maar eens
irlgelijke gemeente,
el hooger zijn. Spr.
en dit voorstel aan
voorgestelde sala-
|>rde komt. Spreker
geringe som van
Jitusschen uit andere
(Jen worden, want
i deze druk er een
fclijft en eigenlijk de
ping iets eigenaardig
[zelfde vakje der
[een en anderuiten
:gl:
leu- W. voorgestelde
liti de Commissie-
e voorbesprekingen
(vrijwel alles gezegd
n worden. Wanneer
het woord vraag
ik mijn stem wil
V., zooals reeds is
i van het financieel
laren her te aanvaar-
1 ik niet achteraf te
li niet in herhalingen
Jroeger gezegd heb.
executie is thans
fcals 't altijd gaat,
Jninstgelegen tijden.
het bevolkings-
Imaar het belastbaar
fnhoog, integendeel
de arbeider en de
Wzakelijk de dupe,
®>m bij die groepen,
weerstandsvermogen
met navorderingen
lanneer ik hier naast
I de middenstander
Igroep uitschakelen,
|eentedienst zijn. Dit
B. en W. gevoeld
|ing dat het voor
der pensioenpre-
:n.
lot op zekere hoogte
ar kan ik door de
te *algem«M Wfcuvntic niet geheel
aanvaarden. i'Mststaat dat er binnen
korten tijd f'Brisherziening komt
waardoor eewware druk op de
kleine inkcmóBdt weggenomen Er
is nu ecnnw*K>rens waar beneden
het niet nwsBte gaan.
Aan mijn 'Brbind ik echter de
voorwaarde iBd en weg van terug
storting van Bieelte der pensioen
premies, en ®ng der salarissen en
loonen, ook ®neentepersoneel zal
dat vo;
over die'
heffing j,,
dat de
heeft o
geveer
over 1924
dat dn
factor
brengen
f 48.000-
Hat bijten,
jaren zo
worden
lasting iijjj
dat dw
ontstam
zal worden,
De heer
voor dit
kort aan if
pieizïerig
moeten Wj
het eigenaar!
vroeger -J
gemeente A
vastliggen
goederen, <rJ
blijven voo-l
wereld gag 1
men zijnb-J
van zaken dl
om deze ml
zal Spr. nietI
wel makkelij
er tegenover]
put te helpj
verzetten ie!
dering, ook]
lasting, iini]
haal varn'J
Spr. zichd
toch al niet i
naar Baarn,I
waar de wei
zou gaarne I
te houdend
risregeling ai
merkt op
f 2500.-raid
gaatjes kan
Spr. is band
maal oplegi e
voorgestelde I
vindt't blijf
aortemunnaie
n gaat.
De hetr Fc
M. de V,
Over dedi
belastin gbdüa
vergadering
van den Raai
wat er van ge
ik dan ook c
is 't alleen
motiveeren.
Wij hebbes
gezegd, de re
beheer van f
den. Ik benf
critiseeren hel
treden oven
Het moment]
aangebroken,
zooiets koirj|
Wel steeg
cijfer mei 4)]
inkomen jw
het daalde mi
Van dieds
Middensiar.dr
en het is wel
waar hel ei
gevonden wo
aan te komen
Echter M.
de arbeider
noem, dankac
n.1. allen die
is blijkbaar
getuige dem;
nemen besled
mies terug K
Dit voorste!
mijn instem
hebben mee
gevolgen
En dan
waarde dal
sloten won
handhaven op
dan voldoend'
Gemeente i
geven-
De Voor#
voor 15 AP"
komen.
De heer
zijn fractie 'j1
kene en
met B. en
De heer
M. dev'
Met al dc.
13. e,i W. f
nu eenmaai
moeten.
Een dint
hart. Door den Heer Endei
zijn begrootingsdebat gezegc
heeft dit College van B. er
terecht gebracht". Nu zou ik
vragen waar hij de moed va
gehaald om zoo iets te dun
wanneer men ziet hoe hier d
bestuurd werd.
Het knibbelen op alles ze
de ambtenaarsalarissen zal o
de zekerheid verschaffen d
volgend jaar uit liet moeras
De heer van Eek kan zie
eenigen met dit verhaal, zool
enkel gaalje is om te slopp<
De heer Besselsen is dit
onsympathiek en wil de jaar'
ambtenaren beschouwd zien
gemeen verband. Gok tliai
de kleinere wedden het zw;
fen. Voor hen die al reeds
werden in voorrechten, als
dige bijstand enz., zal deze
zijn geweest als een dor
helderen hemel. Spr.'s twee
dat geen georganiseerd o\
gepleegd. Spr. is voor s
voorstellen.
Mevr. Droste geeft toe, d.
put zitten en maatregelen i
maar zal toch hel voorsld v
de Koning steunen.
De Voorzitter andermaal i
len verdedigende, merkt o
Z.Ed. hier kwam de genieei
put zat. 't Is voor B. en V
niet pleizierig, maar door te
oude wijze kan niet. Wat
betreft, Spr. merkt op dat 1
Provincie en grootere lich
veel eerder en veel krassere
namen. En de ingezetenen
recht kunnen eischen, dat,
in hun inkomens werden j
thans belast worden met e<
ring, de bezuiniging ook in d
huishouding eens werd toeg
W. maken nog eens geen j
het recht dat de wet hun g
8Va te £aan en SPr- nisr
dat een overgangstijd wer
opdat met dit verhaal reken
houden worden. Spr. eindi
nadruk er op te leggen, d
gestelde maatregelen noodi
Soest te vrijwaren voor hoogr
factoren. Het streven mc
belasting naar de laagte te
heil, voorspoed en bloei
meente.
De heer de Koning kan d
niet inzien en wijst er op
neentepersoneel toch ook d
ring ontvangt.
De Voorzitter wil er nc
wijzen, dat de salarisregtlin;
destijds geschiedde in verbr
dure tijden.
Sinds werd de levensstanc
kooper. Tegenover de ingez
van hun kant zooveel off
brengen in deze tijden, is
te billijken.
De heer Besselsen betw
salarisregeling van 1920 w
eenslemming was met de c
Dit verhaal lokt nog al
maar hoeveel moeite men o<
tegenstanders te overtuigen,
De heer de Koning blijft
hij aanhouding tot de safari
wil, wat toch niet beteeke
voorstel daarmede van de
het bedrag, wat door dit v
kregen wordt, is toch niet
dat uitstel onmogelijk is.
Het voorstel van B. e
daarop in stemming, hetwell
men wordt met 7 tegen 4 s
Tegen de heeren de Koni
Besselsen en Mevrouw Dros
Met de andere voorstellc
Raad accoord.
(Slot in volgend r
In verband met dit besl
reeds worden medegedeeld
rondvraag de heer Besselst
weging gaf de Salarissen va
in overleg met de organisati
De heer de Koning me
deze zich op een enkele u
na nu blauw blauw hebben
De heer Foeken wil hi
Besselsen wijzigen in dier
de Salarisherziening zal ges
overleg met de organisaties.
(Ongec
SPORT
ESVAC 1 speelt morgen tegei
niet dan oefening van alle elftal
Soest I speelt morgen tegen
Soest II te Driebergen tegen N.1
Korfbal. Morgen speelt f
Amersfoort II,
len een klein deel
^gemecne malaise,
eb ik nog een voor-
eze vergadering be-
1925 de factor te
Jet is door U meer
gd, dal voor deze
Ring van den factor
gebiedendevordl. Welnu, dan
moet ook
d. w. géén
ernstig gesH*
Wanneer f
of in een dcr
oorwaardeii'
besluiten,
voorstellenvan
wstc stap worden,
°ging, t*n voor 1926
Ir verlaging,
echter in de beide,
door mij genoemde
anders te moeten
mijn stem aan de
:n W. niet kunnen
'e$tigt dat B. en W.
voorstellen zullen
betuigt namens
n8 niet het gespro-
deze voorwaarden
gaan.
P 'egt:
Kerkbericht
Zondag 22 Maart 1?
SOEST
N e d. Herv. Kei
Voorm. 10 uur Ds. D. P
Nam. half 3 (Hees) Ds
N ed. Herv. Evangelisat
De Nieuwer-Hoek" S
Hotel „Eemland" ingang K.
Voorm. half elf Ds. E. E
van Utrecht.
Oeref. Kerk
Voormiddags 10 uur en
6 uur Ds. J. Hoek.
Christel. Geref. E
Voornt. 10 uur en 's avo
Godsdienstoefening.
Woensdag 25 Maart 's a\
De. Salomons van Amersfo
V r ij z. Godsdienst
Gynin zaal O.L.S. Kerl
Voorm. half elf Dr. H.J.
van Breda
SOESTERBERG
N e d. H er v. Kei
Voorin. 10 uur Ds. J. A,
Chr. School 's avond
Ds. Radix.
^voorstellen van
?cfiaun omdat
zitten
wc
n er uit
mij
Zondag 22 Maart is a
echter van het
gevraagd. Aanm.
'1 Zonnetje"
Mevr. Fruin, V