Soest er Courant
voor Soest en Omgeving
ienws- es Advertentieblad
Verschijnt eiken Zaterdag.
H&NDIIIMIPGHIH
STRIJKER's Brandstoffenhandel
Fotografie Atelier
Pianoleerares
M.V. WIIDD£NSTANDSB#fcNK
voor AMERSFOORT en OMSTREKEN
INCASSO'S - DiEPöSüTQ's
CARNAVAL
Moeders!
i Ruwe,Schrale Huid
PU ROL
Uitgever G. v. d. BOVENKAMP Soestdijk
fDoor VAN DIJK'S
I MEUBEL-TRANSPORT
STOFFEN
REGENJASSEN
ZELFBINDERS
W. P. J. VENEMA
NEDERL. Ö0ST-INDIË
DEN BËüiG O o.
ALLE BANKZAKEN
Garage „SV1SDDELW1JK"
LUXE VERHUUR-AUTO'S
,S0LI DEO GLORIA" Soest
jMOPiötir
wan
No. 7
Veertiende «laargans
Zaterdag 13 Febr. 1926
Adres voor Administratie en Redactie
Van Weedestraat 7, Soest
AdvertentiÜn worden ingewacht tot Vrijdags
voormiddags 9 uur bij den Uitgever.
Ingezonden stukken tot Dinsdagavond 9 uur
DE
ADVERTENT1EN
Van 1—5 regels 75 ct. Elke regel meer 15 ct.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij abonnement groote korting.
Abonnementsprijs 50 cent per kwartaal.
Telef. 97, Van Weedestraat 37 t.o. den Heer Haremaker
In vele landen heerscht in dezen tijd
van het jaar een zekere feeststemming.
Want het is carnavalstijd. In direct ver
band staan hiermede de bal-masqué's,
welke meestal het balseizoen besluiten.
Weinig zullen de vroolijke feestgangers,
die in allerlei fantastische costumes uit-
gedoscht, met grillige maskers onkenbaar
gemaakt, zich aan vreugd en jolijt over
geven, vermoeden dat de oorsprong van
het carnavalsfestijn ver vóór het begin
van de christelijke jaartelling gezocht
moet worden. Het woord carnaval zelf,
wordt op verschillende manieren ver
klaard. De een beweert, dat het van
„caro" (vleesch) en „vale" (vaarwel)
afstamt. Anderen weer meenen, dat men
het achtervoegsel „aval" met verwijdering
(of avallare verminderen) moet ver
klaren. Maar in ieder geval, de carna
valstijd is een periode van feesten, welke
valt tusschen Driekoningen (6 Januari)
en Asch Woensdag. Venetië vormt daarop
een uitzondering, omdat de carnaval
daar al op St. Stephanusdag 26 December
begint. In Spanje begint men eerst veel
later, n.1. op St. Sebastiaansdag, 20 Ja
nuari. Het karakter van de carnavals
feesten is in wezen overal vrijwel het
zelfde. Door allerlei vermaken en festi
viteiten wil men zich eigenlijk een beetje
i schadeloos stellen voor de komende
onthoudingen. Maar de oorsprong moet
elders gezocht worden. Daartoe moeten
we teruggaan tot de oud-heidensche
lentefeesten, die bij de verbreiding van
het christendom, zooals met vele van
onze gebruiken op Christelijke feestdagen
het geval is, gekerstend werden. De
gebruiken bleven dus hetzelfde, alleen
schonk men er een andere beteekenis
aan. In de carnavalsvermaken vinden
we dus de heidensche lentefeesten terug,
de Lupercalia en Bacchanalia van de
oude Romeinen, de joelfeesten der Ger
manen. Die feesten ter eere van de lente,
verklaren het werpen met bloemen en
lekkernijen enz. dat we ook thans nog
aantreffen. Het werpen met serpentines
en confetti is een uitvloeisel daarvan,
een uiting van uitbundige vreugde over
de komende schoone lente. In de don
kere middeleeuwen bestonden de feesten
hoofdzakelijk uit geweldige eetpartijen,
waarbij tevens niet zoo zuinig gedronken
werd. Dat begon al op Driekoningen,
ten minste voor de rijken in den lande.
De mindere man moest zich met één
enkele feestweek vergenoegen, n.1. de
laatste week voor den vastentijd. Karak
teristiek noemde men die week daarom
de „Malle week". De armen, die natuur
lijk niet aan die eindelooze feesten kon
den meedoen, maar toch ook niet heele-
maal op een houtje wilden bijten, vierden
enkel de laatste 2 of drie dagen feest.
En dit laatste is in gebruik gebleven in
het Zuiden van ons land, in België,
Frankrijk, Duitschland, Oostenrijk. Daar
wordt het carnaval dus meestal geduren
de de drie laatste dagen vóór Asch
Woensdag gevierd.
Als uw Kinderen zich bezeerd
hebben gebruik dan onmiddellijk
30-60-90 ct. PUR'OL
Een van de eigenaardigste gebruiken
in den carnavalstijd, is wel het dragen
van maskers. Opmerkelijk is, dat het
verbergen van de eigen gelaatstrekken
en het daarvoor in de plaats stellen van
maskers, een speciaal gebruik is bij vele
primitieve volken. Verschillende neger
stammen in Afrika dragen bij hun feesten
maskers. In ons Indië worden bij de
verschillende feesten, door de dansers,
die tevens tooneelspeler zijn, maskers
gedragen. We denken daarbij aan de
bekenden feesten op Bali, waarbij de
dansers zich tot zulk een enthousiasme
op zwepen, dat ze tenslotte bewusteloos
moeten worden weggedragen en bijge
bracht met rauwe eieren. Vooral bij de
primitieve volken is de voorliefde voor
het masker zeer groot. Maar, al bekennen
we het ons niet, ook bij ons, beschaafde
kinderen der Twintigste eeuw, bestaat
een groote voorliefde voor het masker.
Gemaskerde bals zijn altijd stampvol en
er heerscht steeds uitgelaten vreugde.
Waarom toch
Wel, wij menschen, we doen ons
dikwijls zoo graag anders voor, dan we
in werkelijkheid zijn. We kruipen zoo
graag in een ander velletje, dat ons
mooier, schitterender lijkt. We lijken
zoo graag interessant. En dan, die ro
mantiek van het geval. Voor ëën avond
voelen we ons werkelijk die ridder
zonder vrees of blaam, die stoeren cow
boy, die goudgegallonneerde officier uit
het Napoleontische tijdperk, die inters-
sant bleeke Pierrot. En de jonge meisjes
en vrouwen Een avond zijn ze werkelijk
springsnde
lippen
Doos30-60-90ct.
TubeöOct.
Bij Apoth.en Drogisten
KAMERKRONIEK
Voor Allen die sukkelen
met Verstopping of moeilijken en onregei-
matigen Stoelgang zijn Mijnhardt's Laxeer-
tabletten onmisbaar. Zij werken vlug en
radicaal en veroorzaken niet de minste kramp.
Doos 60 ct. Bij Apoth. en Drogisten.
het vroolijke danseresje, die kwieke
Pierrette, dat elegante gravinnetje, dat
ze uitbeelden. En dan dat heerlijke mas
ker, dat de laatste gelijkenis met den
ouden mensch, die onder het mooie
pakje is weggestopt, wegneemt. O, zonder
die maskerade zou het feest niet volmaakt
zijn.
Maskerade carnaval Wel, we
hoeven niet te wachten tot de laatste
dagen vóór Asch Woensdag, om maskers,
mooie maskers te zien. We kunnen ze
eiken dag om ons heen zien, maar we
weten het niet, beseffen het niet. Achter
het mom van een zorgeloos vroolijk
gezicht, schuilt immers vaak, o, zoo
schrijnend verdriet, achter uitgestreken,
kuische en preutsche trekken, de felste
hartstochten, misdaad, schande. O, als
we eens achter al die maskers in het
dagelijksche leven konden zien, als nie
mand meer iets verbergen kon, wat
ontstellende ontdekkingen, maar ook,
wat ontroerende onthullingen zouden
we dan doen. Maar dit demasqué komt
nooit. Bijna nooit.
Dr. F. C.
De kansen van het kabinet
Limburg - De P.T.T.-misère
- Eenige bijzondere vragen
van Kamerleden.
Met steeds minder hoop wordt ten
aanzien van de schier eindelooze kabi
netscrisis de vraag gesteldWachter,
wat is er van den nacht Tot nog toe
is het optimisme van den nieuwen ka
binetsformateur mr. Limburg niet beves
tigd. We wachten nog steeds geduldig
op zijn „extra-parlementair" kabinet. De
leider der V. D., mr. Marchant heeft
dezer dagen zijn houding ten opzichte
van een eventueel kabinet-Limburg uit
een gezet. Heel vriendelijk staat de V.
D. partij niet tegenover een dergelijk
ministerie en wel om deze twee redenen
le Omdat het ernstig gevaar op zou
leveren voor een koninklijk kabinet en
2d omdat het zou bijdragen tot de be
vestiging van de coalitie. Het gevaar
van het koninklijke ministerie bestaat
hierin, dat een zoodanig ministerie des
noods geen rekening zal houden met
uitspraken van de volksvertegenwoordi
ging. Er is geen verzekerd verband met
de volksvertegenwoordiging. Een extra
parlementair kabinet, dat geen koninklijk
kabinet kan of wil zijn, kan dat verband
niet missen. Het tast dan in den blinde
rond. Volgens den heer Marchant zal
een kabinet-Limburg, hoe ook verder
samengesteld, niet als koninklijk kabinet
kunnen regeeren, maar het zal wel, in
zijn hulpeloozen toestand, het optreden
van een Koninklijk kabinet onvermijdelijk
kunnen maken. Waardoor dus het par
lementaire stelsel ondermijnd zou worden
De V.D.-Ieider doet dan nog een middel
aan de hand. Hij meent, dat, wanneer
de coalitie-partijen het aanblijven van
het kabinet-Colijn onmogelijk wenschen
te maken, de aangewezen weg zou zijn,
het vormen van een kabinet, steunende
op de 6 parlementaire partijen, en dat
zich ten doel zou moeten stellen, den
staatsdienst te reorganiseeren, naar een
plan, waarvoor het bereiken van over
eenstemming geenszins is uitgesloten.
„Im Groszen und Ganzen" zou men
ten slotte tot de slotsom komen, dat het
er voor een kabinet-Limburg al heel
triest uitziet. Maar de onmiddellijke voor
uitzichten op een levensvatbare regeering
zijn nog veel tiiester.
Intusschen heeft het demissionnaire
kabinet nog kans gezien, een ernstige
postcrisis te ontketenen. We werden n.1.
opgeschrikt door de mededeeling, dat
de eerst sedert voorjaar 1925 opgetreden
directeur-generaal Damme, met ingang
van Maandag j.1. „met verlof" zou zijn.
Zijn werk werd overgenomen door drie
plaatsvervangers, n.1. den algemeen sec
retaris der P.T.T. en twee tijdelijke hoofd
inspecteurs. Ofschoon het van officieelc
zijde ontkend wordt, moet den heer
Damme tegen zijn zin „verlof zijn ver
leend en moet dit in verband staan met
ernstige meeningsverschillen met den
KERKSTRAAT 20
TELEFOON 84
JULIANASTRAAT 7
minister van Waterstaat. We schijnen
een en ander als een voortzetting van
den reeds eenige jaren gevoerden strijd
in zake het bestuur der P.T.T. te moeten
opvatten. De regeering schijnt voorstand
ster te zijn van een directorium van
drie hoofdambtenaren en daaruit schijnen
de herhaalde conflicten met de direc-,
teuren-generaal voort te vloeien. Want
in vier jaar tijd hebben we vier direc
teuren-generaal versleten. Hetgeen voor
den dienst der P.T.T. niet anders dan
fnuikend kan zijn. In November j.1. stelde
het kamerlid Boon reeds vragen aan
den minister omtrent de geruchten, dat
de regeering tot een directorium van
drie personen zou besloten hebben. Een
antwoord kreeg het kamerlid niet. Maar
intusschen scheen de regeering toch al
in dien geest beslist hebben, maar H.
M. de Koningin weigerde het besluit te
bekrachtigen, in verband met het demis
sionnaire karakter van het ministerie.
Desniettegenstaande krijgt de heer Dam
me „verlof". Met het oog op de weigering
van H.M. maakt dat al een heel vreemde
indruk. Het is dan ook niet te verwon
deren, dat het kamerlid Boon opnieuw
vragen tot den minister gericht heeft.
WORDT T.T GOEDKOOP
EN' NETJES VERHUISD
S STEENHOFSTRAAT 57 TEL. 69
Misschien zouden we nu kans op ant
woord hebben in deze zeer raadselach
tige, edoch hoogst belangrijke aangele
genheid.
Een zeer vooraanstaande persoon op
parlementair gebied is dezer dagen ont
slapen. Wij meenen hier Jhr. Mr. G. L.
M. H. Ruys de Beerenbrouck, oud-minis
ter in kabinet-Mackay, oud-commissaris
der Koningin in Limburg, welke op 83
jarigen leeftijd overleed. Van 1880 tot
1888 was deze bekende staatsman lid
van de Tweede Kamer, waarna zijn
benoeming tot minister van Justitie in
het kabinet Mackay volgde. Toen dit
kabinet in 1891 aftrad, kwam hij weer
in de Kamer, tot 1893, waarna hij Com
missaris der Koningin in Limburg werd,
welke functie hij tot 1918 waarnam. Tal
van hooge posten werden door den heer
Ruys bekleed, o.m. Staatsraad in buiten-
gewonen dienst. Met den heer Ruys is
een staatsman van den ouden stempel
heengegaan.
Het Eerste Kamerlid, prof. dr. D. van
Embden heeft tot den minister van Bui-
tenlandsche Zaken een vraag gericht,
in verband met het verzoek van de
Belgische regeering, om ter bevordering
van de intellectueele toenadering tusschen
Nederland en België, tot wederzijdsche
uitwisseling van hoogleeraren te komen.
De heer van Embden vraagt lichtelijk
ironisch, of, wanneer uit het hem op 2
Febr. j.1. gegeven antwoord moet worden
opgemaakt, dat dit verzoek der Belgische
regeering ca. 4 1/2 jaar zonder bescheid
bleef, zulk een gragslijn aan het depar
tement „gebruikelijk" is en of datwen-
schelijk is, als pogingen tot internationale
toenadering worden gedaan. Wel eenigs-
zins begrijpelijke vragen.
POLITICUS.
EMMALAAN 10 b/h. JULIANAPLEIN
TEJLEF. 169
11. DE LANDBOUW.
Indië, vooral Java, is van ouds een
landbouwland, waar de zeer vruchtbare
gronden en het gunstige klimaat, er den
bewoner van zelf toe brachten, zonder
veel inspanning, zijn hoofdvoedsel de
rijst te kweeken.
De ontzettende toename der bevolking,
die zooals wij vroeger reeds opmerk
ten Java maakte tot een land met
dichter bevolking zelfs dan Holland, was
oorzaak, dat niet steeds genoegzame
bouwgrond, d.w.z. grond inet voldoenden
waterafvoer, voor dezen cultuur beschik
baar was. Zoodoende mocht men tot
kunstmiddelen komen, om den wateraf
voer te regelen. Hoewel de Javaan zelf
wel besef had van de noodige werken,
komt toch de eer van regeling op groote
schaal toe aan de irrigatie- of bevloei-
ïngsafdeeling van onzen Indischen Wa
terstaat. Reeds sedert tientallen van jaren
zijn er groote werken op dit gebied door
onze Ingenieurs uitgevoerd en nog steeds
gaat men voort met het aanleggen van
stuwen en het maken van leidingen en
sluizen, om het water te brengen op
punten, die anders hier vrij wel van
verstoken zouden blijven. Groote sommen
worden hiervoor jaarlijks uitgetrokken en
zoo noemt de begrooting voor 1926
hiervoor een bedrag van ruim 6 inillioen
guldens. Hoe zeer dit water noodig is,
zal den lezer blijken, wanneer ik in het
kort vermeld hoe de rijst verbouwd
wordt.
In de laagvlakten en tegen flauwe
berghellingen wordt daartoe het terrein
verdeeld in zuiver horizontaal bewerkte
terrassen, elk vlak stuk omgeven door
een smal dijkje van een paar decimeters
hoogte. Nadat de grond geploegd is met
door karbouwen getrokken ploegen, wordt
het water toegevoerd naar het hoogst
gelegen terras, van waar het, zoodra het
den bodern eenige centimeters dekt,
cloor een overstort in het dijkje verder
slroomt naar een lager gelegen terras.
Hier heeft weer hetzelfde plaats, enz.
totdat ten slotte alle terrassen onder zacht
stroomend water staan. Vanaf het laagste
terras vindt het water zijn weg naar de
rivier.
In enkele der gevormde vakken wordt
nu de rijst zeer dicht uitgezaaid en wel
dra ontkiemd ze, een licht groene scheut
omhoog zendend, zoodat spoedig zoo'n
zaai- of bibit-veld er uit ziet als een
fluweelig, malsch-groen tapijt.
Zoodra de plantjes, die dus in zeer-
zacht-stroomend water staan, slerkgenoeg
zijn, worden ze uit het kweekbad gehaald
en verdeeld over de andere velden,
waar zij geplant worden in den door
de waterbedekking modderigen grond.
Wanneer eindelijk de halm-vorming plaats
heeft, wordt de watertoevoer gestaakt en
beginnen de velden gaandeweg onder
de tropische zonnestralen te drogen,
waarna de halmen tot rijpheid komen.
Niet als op onze korenvelden wordt nu
de rijst met den sikkel gemaaid, maar
halm na halm wordt met een mesje
afgesneden. Tegelijk worden de halmen
gebundeld. Voor dit werk worden dus
vele handen vereischt, zoodat voor dezen
oogst de geheele kampong in het
veld verschijnt, waar het een vrolijke
bonte mengeling van mannen en vrouwen
is. Men ziet dus, dat het water hierbij
een groote rol speelt. Men noemt deze
plantwijze de natte rijstbouw, in tegen
stelling met den drogen bouw, die
men toepast op niet-bevloeibare velden.
Meestal zijn dit maagdelijke terreinen,
waar het hout wordt gekapt, het lichte
hout, de takken en blaren verbrand wor
den, terwijl men de zwaarste stammen
eenvoudig laat liggen. Tusschen deze
overblijfselen wordt de rijst uitgestrooid
en ook daar komt ze tot rijpheid, echter
met een veel geringer beschot.
De natte rijstbouw is dan op het
i dichj-beyolkte Java verre overwegend,
terwijl in de schaars-bevolkte Buiten
bezittingen meer de droge plantwijze
voorkomt. De te velde staande en de
pas gesneden rijst heet „padi", de losse
KASSIERS
JUUAHAPIEIH 5 - TEIEFOOM 163 - SOEST
OXDUliGRONDSCHE URAND-INBRAAKVRIJE KLUIS
merhand in een soort dwangstelsel met
verschillende booze uitwassen. Wel vloei
den er vele millioenen naar Holland,
maar het gevolg was een verwaarloozing
van de teelt van eigen voedingsmiddelen
en daardoor hongersnooden. Toen er na
1848 in het parlement stemmen opgingen
tegen dit stelsel, werd de toepassing
milder en werden zelfs gaandeweg deze
gedwongen aanplantingen opgegeven,
waarna het cultuurstelsel langzaam uit
stierf.
Daarentegen kreeg nu in 1870 de vrije
Europ. ondernemer gelegenheid voor
bergcultures in het groot, door de wet
telijke bepaling, dat de Gouw. Generaal
gronden voor 75 jaren in erfpacht kon
uitgeven, mits deze afstand van grond
geen inbreuk maakt op de rechten van
de inlandsche bevolking.
gemeente uitsluitend zal mogen plaats
vinden.
II de plaatsen en uren, waarop de
aangifte volgens de keuringsverordening
zullen kunnen worden gedaan en
II de uren, waarop keurig van vee
en vleesch zal kunnen plaats vinden.
Voor nadere inlichtingen verwijzen zij
naar het officieele aanplakbord terwijl
voorts ter Secretarie der Gemeente om
trent deze aangelegenheid nadere in
lichtingen kunnen worden verkregen.
Soest, 6 Februari 1926.
Burg. en Weth. voornoemd,
De Burgemeester,
(get.) v. d. BERG wnd.
De Secretaris.
(get.) J. BATENBURG.
Telef. 145
SOEST
PrivéFERDINAND HUYCKLAAN 6, SOEST
korrels, die als hoender- en paardenvoer
dienen, noemt men 'in het Maleisch
„gabah". Zijn de korrels ontbolsterd
dan luidt de naam „bras" en is de rijst
gekookt, dan is het „nasi". Dit ter voor
lichting van a.s. Oost-Indië-gangers.
Ondanks den aanleg van bevloeiings
werken, ziet men toch het voedingsvraag-
stuk op Java vrij donker is, zoodat of
de bevolking moet worden gebracht tot
verhuizing naar andere eilanden, of dat
ze leert geld verdienen hetzij in de
industrie, hetzij in andere cultures, om
aldus in-te-voeren levensmiddelen te
kunnen betalen. Het industrie-vraagstuk
zullen wij afzonderlijk bespreken, doch
omtrent de landverhuizing willen wij er
op wijzen, dat deze door ons bestuur
wordt aangemoedigd en in goede banen
geleid, zoodat bijv. reeds 25.000 |avanen
zich hebben gevestigd in Zuid-Sumatra,
waar zij een ruimen rijstoogst winnen.
Wij noemden ook de mogelijkheid om
geld te verdienen in andere cultures,
waarbij wij dan vooral het oog hebben
op de bedrijven onder Europcesche
leiding n.1. suiker, koffie, thee, kina, ca
cao, tabak, rubber, agave, coca e.a. Wel
bestaan er ook eenige Inlandsche cultu
res, doch deze worden slechts bij uit
zondering op eenigszins groote schaal
gedreven. Wij noemen als zoodanig dc
kapok, de zg. bevolkingsthee en tabak.
Er is een tijd geweest, dat het Bestuur
grooten invloed heeft geoefend op de
inlandsche cultures. Toen omstreeks 1830
de Nederlandsche kas versterking noodig
had, meende de Heer v. d. Bosch, dat
men deze gemakkelijk uit Java kon
halen. Zijn plannen vonden instemming
bij Koning Willem I, en hij werd tot
Gouverneur Generaal benoemd met op
dracht zijn z.g. „Cultuurstelsel" door te
voeren. Het stelsel beoogde aanvankelijk
door overeenkomsten, dus vrijwillig,
de bevolking er toe te krijgen om op
één vijfde van haar gronden te kweeken
voor de Europ. markt, die aan het Gou
vernement werden ingeleverd. Men begon
met indigo en suiker, later gevolgd door
tabak, thee, peper enz., terwijl ook de
koffie, hoewel niet op dessa-gronden
gekweekt, zich in de bijzondere aandacht
verheugde. Het stelsel ontaarde langza-
NED. HERV. ZANG-VEREENIGING
Directeur: FRED. BREEKVELDT, Baarn
De repetities worden gehouden des Woens
dagsavonds van 8 tot 10 uur in de Ned. Herv.
Kerk te Soest. Contributie bedraagt 75 cents
per maand. Dames en Ucercn die als werkend
lid willen toetreden gelieven zich te vervoegen
bij een der leden of des avonds ter repetitie.
KERKDWARSSTRAAT 15
- DAGELIJKS GEOPEND -
BRUIDSPORTRETTEN
FAMILIEGROEPEN
EN VERROOTINGEGN
Dit stelsel, waarbij voornamelijk ma ag-
delijke bosschen worden uitgegeven,
bestaat nu nog en heeft Java tot grooten
voorspoed gebracht.
Gaan wij na, wat onder dit erfpacht
stelsel hier is bereikt, dan zien we, dat
vooral thee en kina worden geplant in
W. Java in Oost-Java overheeschen sui
ker, tabak en koffie, terwijl in Midden-
Java veel gemengde aanplantingen voor
komen, waarnaast in de Vorstenlanden
(Djokjakartaen Soerakarta) vooral suiker
en tabak staan. Rubber komt over heel
Java voor.
Deze verdeeling is niet toevallig, doch
houdt verband met terreinsgesteldheid'
en ontwikkelings voorwaarden der ge
wassen. Suiker en tabak n.1. groeien in
de laagvlakte, rubber op een hoogte tot
600 meter, thee soms reeds op 150 M.
doch meestal hooger en dan tot 1500
M. toe. De hoedanigheid van dit gewas
neemt toe met de hoogte, om boven
1500 M. plotseling te verminderen. Java-
koffie groeit nog op 1500 M., doch deze
soort is bijna uitgestorven en vervangen
door andere soorten, die lager groeien.
Kina tiert eerst boven 1000 M. en dan
tot een hoogte van 1700 of 1800 M.
Thee vereischt veel, en het heele jaar
door, regen en groeit vooral op maag-
deüjken oerboschgrond tegen de vulkaan
hellingen. Rubber is minder veeleischend.
doch niet bestend tegen langdurige
droogte. Koffie vereischt betrekkelijk
droog weer in den bloeitijd.
Men ziet hoe de eischen uiteenloopen
en het is juist door de reeds genoemde
verspreiding, dat de meeste eischen ver
vuld kunnen worden. (Wordt vervolgd)
W. D.
Hoofdpijn
bedaart spoedig door gebruik van een paar
Mijnhardt's Hoofdpijntabletten.
Glazen buisje 60 ct. Bij Apoth. en Drogisten
Publicaftiën
HINDERWET.
Burgemeester en Wethouders van
Soest, maken bekend, dat het verzoek
van de Wed. P. M. Zuiderwijk-v. d.
Meent te Soest om in het perceel
Bosstraat, kadastraal bekend als Gemeen
te Soest in Sectie D, No: 1193 een
brood-, koek- en beschuitbakkerij te mo
gen oprichten door hen is toegestaan.
Soest, 5 Februari 1926.
Burg. en Weth. voornoemd
De Burgemeester,
(get.) v. d. BERG wnd.
De Secretaris,
(get.) J. BATENBURG.
SCHOUW.
Burgemeester Wethouders van Soest
brengen ter kennis van belanghebbenden,
dat op Dinsdag 23 Februari e.k., zal
worden gevoerd de SCHOUW over de
in de gemeente gelegen wegen, voetpa
den, waterleidingen, bruggen, heulen,
heggen, enz.
Belanghebbenden worden daarom
herinnerd aan de artt. van het Regle
ment op het Onderhoud en gebruik der
wegen in de Provincie Utrecht.
Overtreding der daarin voorkomende
bepalingen wordt overeenkomstig dat
Reglement gestraft.
Soest, 4 Februari 1926.
Burg. en Weth. voornoemd,
De Burgemeester,
v. d. BERG w.b.
De Secretaris,
J. BATENBURG.
PUBLICATIE.
Burgemeester en Wethouders van
Soest brengen ter algemeene kennis, dat
door hen bij besluit van 2 Februari j.1.
zijn vastgesteld
I de wegen langs welke de in- en
doorvoer van vee en vleesch binnen de
aufgeHiJice Stanst
GEBOREN Albertina, d. v. S. Prins en
Th. M. E. Balvers Johannes
Gerhardus Arnoldus, z. v. G. A.
Batenburg en B. M. F. Stoffels
Teuntje, d. v. W. Stemerding en S.
Hendrikse.
ONDERTROUWD: W. Kleijn en G.
Meerding.
GEHUWDJ. H. v. Breukelen en M.
v. Renswouw G. v. Nimwegen
en M. J. Willemars J. Kooloos
en C. J. de Marie.
OVERLEDEN: Anthonius Arnoldus Roest
29 jaar, echtgen. v. Petronella de
Ruijgt.
VESTIGING VAN 4—10 FEBR. 1926.
J. C. Wiekenkamp, Kampweg 84, van
Utrecht J. P. C. W. Teunissen, idem,
Vliegkamp A. v. Blaaderen m. gezin,
Vinkenweg 25, v. Amsterdam C. Breij
m. gezin, Postweg 18, v. Utrcchl G.
J. Peek, Kolonieweg 5, v. Amsterdam
H. v. Diermen m. gezin, Vinkenweg
9, v. Hilversum C. M. v. Dalen m.
gezin, KI. Engendaalw. 11, v. Hoogland
J. Breedijk m. gezin, Amersï.str. 42,
v. de Bilt H. L. v. Dalen, KI. Engen
daalw. 11, v. Amersfoort B. v. d.
Linden, Hellingweg 1-5, v. Amersfoort
J. Westerlaken m. gezin, Birkstr. 88,
v. Amersfoort J. R. Ruiten, Amersï.str.
18, v. Kampen.
VERTREK VAN 4—10 FEBR. 1926.
A. Woudenberg, n. Baarn, Amalialaan
4 R. Cieraad m. gezin, n. Apeldoorn,
Bloemwijklaan 1 M. v. den Broek,
n. Leersum, Middelweg R. Roodselaar
m. gezin, n. Hilversum, Naarderstr. 37
W. Radstake m. gezin, n. Utrecht,
Gansstr. 1 A bis H. ter Beek, n. N.
O. Indië M. A. Batenburg, n. Gemert,
p./a. W. v. Kemenade A. P. G. v.
d. Laan, n. Amsterdam, Bertelmanstr. 8
N. W. v. Meggelen, n. Hillegom,
Haven 92 rood J. v. Buren, n. Hil
legom, Krochtstraat W. Stout, idem
A. P. v. Hamersveld, n. Bussum,
Meentweg 2 a G. M. Schimmel, n.
Bilthoven, Ruijsdaellaan 22 S. C. v.
Dorresteijn, n. Baarn, Eemnesserweg 64.
NIEUWERHOEKSTRAAT 2.
Billijke eend. - Moderne meth.
Spreekuur eiken Zaterd. van 1—2 uur of
schriftel. aanm.
Engezonden
Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.
Mijnheer de Redacteur.
Mag ik U beleefd verzoeken onder
staande regels een plaatsje in Uw blad
in te ruimen.
Er is een spreekwoord dat menigeen
wel zal kennen, nml.hoe dichter bij
Rome, hoe grooter ketter.
In dien geest, doch met de noodige
variatie zou men ook iets voor Soest
kunnen zeggen en welhoe dichter bij
een lid der Koninkl. familie hoe minder
Koningsgezind de bewijzen daar voor
waren talloos hoeveel vlaggen zag men
wapperen op een zóó gedenkwaardigen
dag als 1.1. Zondaghet 25-jarig jubileum
van onze Koningin Indien ooit dan had
men Zondag 1.1. bijna huis aan huis
moeten vlaggen, en, hoeveel vlaggen
zag men Ik geloof geen 20 in de ge
heele Gemeenteneen, Soesternaren,
ge hebt hierdoor duidelijk te kennen
gegeven, dat ge niet Koningsgezind zijt
welk een verschil met bijv. Baarn; dit
nu moet ieder voor zich zelve beoor-
deelen maar het wordt weer toegevoegd
aan het lijstje waarop reeds zooveel
punten zijn genoteerd, die te samen
oorzaak zijn geworden, dat men zoo
menigmaal hoort zeggen ,,'t is weer
Soest"want er gebeurt in Soest zooveel
wonderlijks, wat in andere Gemeenten
niet gebeurt, doch wat alles behalve
pleit in 't voordeel van Soest; neemt
de belasting-administratie maar eens,
om van de rest wonderlijkheden nog
maar niet te spreken.
Een zeldzaam geval echter, eenig in
zijn soort, en alleen in Soest gebeurt
zij nog vermeld, nml. de afwisseling die