DE
Soes ter Coiiraut
voor Soest en Omgeving
Nieuws- en Advertentieblad.
Verschijnt eiken Zaterdag.
Algem. Begrafenis-Ondern. Soest
Mej. W. PONTIER
Sobwmr RywicHrarxki
Veenhuïzerstraat
Fa. STRIJKER Brandstoffen en Grint
Ze Kochten h<m kinderwagen en rywfcl hy
„Bezwaar tegen de
tropen"
W. P. J. VENEMA
Door VAN DIJK'S
J MEUBEL-TRANSPORT
NEDERL. 00ST-INDIË
VAN DEN BERG Co.
ALLE BANKZAKEN
A. FUGERS - Kerkstraat 3
W. 1). BOS
TELEFOON 84
NO. 22
Veertiende Jaargang
Adres voor Administratie en Redactie
Van Weedestraat 7, Soest
Advertentifin worden ingewacht tot Vrijdags
voormiddags 9 uur bij den Uitgever.
Ingezonden stukken tot Dinsdagavond 9 uur
Zaterdag 29 Mei 1926
ADVERTENTIEN
Van 1—5 regels 75 ct. Eikeregel meer 15ct.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij abonnement groote korting.
Abonnementsprijs 50 cent per kwartaal.
Uitgever G. v. d. BOVENKAMP Soestdijk
Directie: J. KOETS, Tel. 226 en J. Arend WIERSMA, Tel. 86
Eerste aanspreker W. JVAN D1ERMEN, Talmalaan 17, Telefoon 118
Kantoor: Spoorstraat 24, Telef. 226
Vervoer van overledenen door geheel Nederland per trein en per auto.
regeling voor crematie enz.
Eigen kistenmakerij Veldweg 4.
Dit is het „slot dat pakt", waarmee
tallooze sollicitanten naar betrekkingen,
hun opgave in verschillende vacaturelijs-
ten in vereenigingsbladen, arbeidsbeurs-
registers, enz. besluiten. Is het gebrek
aan energie, of is het onwetendheid,
welke tot verkeerde voorstellingen ont
vangt het leven in onze koloniën leidt
Meestal is het laatste het geval. Wanneer
men informeert naar de reden van dat
slot: „bezwaar tegen de tropen", dan
krijgt men dikwijls een verward relaas
over de „hitte" en de „koperen ploert"
zooals de zon in den volksmond genoemd
wordt, over allerlei gevaren, die den
jongeman ginds in tropisch Nederland
zouden bedreigen. Neen, men blijft liever
in Holland. Als het nu nog Amerika
was, ha, dat was wat anders. Maar
Indië.
Intusschen gaat een deel van ons volk
gebukt onder den druk van malaise,
deels veroorzaakt door een niet onaan
zienlijke overbevolking, triest erfenisje
van het oorlogstijdperk. Menschen met
goede ervaring in handel en bedrijf,
gediplomeerden, bekwame kantoormen-
schen, Ioopen rond, of vestigen eigen
bedrijfjes, winkels, die de spoeling voor
den bona-fide-winkelier dunner maken
die dikwijls misloopen, omdat zij de
ervaring in deze branche missen. Naar
Indië, ho maar. Amerika O, als dat
eens waar was, Amerikahet land der
droomen, millioenenland
Maar wat biedt datfabelachtige Amerika
U Momenteel niemandal. Het quotum
is al voor de eerste jaren vol. Als ge
U nu opgeeft, kunt ge misschien over
een jaar of vijf naar het land van de
vrijheid vertrekken. Kunt ge zoolang
wachten En gesteld dat ge thans kunt
vertrekken, wat dan nog Een kantoor-
betrekking krijgt ge in 99 van de 100
gevallen niet. Zijt gij vakman, timmerman,
metselaar, bankwerker, technicus, inge
nieur, bezit ge vakkennis, dan is Uw
kans grooter. Maar dan, kent ge de vak
termen in het Engelsch? Neen? Dan
kunt ge niet dadelijk in Uw vak terecht.
Eerst steenensjouwer worden Goed,
maar hebt ge 100 over, om lid te kunnen
worden van den werkliedenbond Bo
vendien is het nog heelemaal niet zeker,
dat men dadelijk ook dit eenvoudige
werk kan vinden. Dus moet er geld zijn
om uit te kunnen zien. Anders dient een
baantje gezocht als bordenwasscher o.i,
zou graag nog eenige PRIVAATLESSEN ge
ven voor L.O. en U.L.O. en ook een paar
Leerlingen plaatsen in haar FRöBELKLASJE.
«JULI AN ASTRAAT 19
d., iets, dat den candidaat vrijen tijd Iaat,
om een avondcursus aan de Columbia
University te volgen, ten einde de zoo
noodige technische Engelsche kennis te
verwerven. Kent men dat ten slotte, dan
heeft men een goede kans, omdat de
Europeesche vakkennis in Amerika zeer
hoog wordt aangeslagen. Maar wie bezit
geld, lust en energie genoeg, om langs
dien moeilijken en zeer zwaren omweg,
een nog feitelijk in de lucht zwevende
positie te gaan veroveren
En wat biedt Indië
Een snikheet land, van God en alle
menschen verlaten Och kom, dit is
alles reeds lang voorbij. Behalve het
warme klimaat natuurlijk. In snel toene-
menden omvang zijn in Indië alle mo
gelijke comforts aanwezig, uitstekend
verzorgde wegen, telefoon, auto's, sport
clubs, ijsfabrieken, radio, bioscoop, gra-
mofoon, enz. enz., alle dingen, die het
leven aangenaam en geriefelijk kunnen
maken. Men zendt Indië geen „onverbe-
terlijken"meer, de jongens, waarmee men
in Holland niet meer wist wat aan te
vangen. Indië heeft flinke, kranige kerels
noodig, Indië is nog een land, met een
groote toekomst. Wie kracht genoeg bezit,
om op eigen beenen te staan, wie mo
reel stevig in zijn schoenen staat en
genoeg zelfrespect bezit, om zichzelf als
de bron te beschouwen om zich te ver
heffen (aldus verklaarde ons dezer dagen
een Indië-kenner bij uitnemendheid) blijft
verstandelijk, moreel en physiek frisch.
Maar, de werkeloosheid in Indië Och
kom, Indië heeft nog steeds behoefte
aan bekwame krachten, menschen, die
het vak kennen, waarvoor zij zich uit
geven. En al is de vraag naar krachten
voor Indië op dit oogenblik nog niet
zoo heel groot, deze zal stellig bij het
verder verbeteren van den toestand toe
nemen. Zelfs van de zijde van den
Algemeenen Handelsbond (Bond van
Europeesche geemployeerden in den
Handel) werd verklaart, dat de verhalen
uit den eersten tijd van de malaise in
Indië (die reeds grootendeels voorbij
is) over menschen met stapels diploma's,
die op politiebureaux waren onderge
bracht, omdat zij niets meer bezaten;
schromdelijk overdreven waren. Bij een
onderzoek bleek, dat op een der grootste
politiebureaux inderdaad 20 menschen
zaten. Maar dit bleek „uitschot" te zijn.
De drie besten werden uitgezocht (een
suikerchemist een boekhouder en een
planter) en hun geval werd onderzocht.
De planter wilde liever naar Holland
opgezonden worden, dan het nog eens
te probeeren. De chef van den suiker
chemist schreef, dat als men den man
werken kon leeren, het een kranige
prestatie zou zijn, terwijl de vroegere
patroon van den boekhouder schreef dat
als hij nuchter was, de man een zeer
geschikte werkkracht was, maar dat zulks
zoo zelden voorkwamIs het wonder,
dat dergelijke „krachten" zonder werk
komen Maar voor wie zijn vak verstaat,
en zich behoorlijk van zijn taak wil
kwijten, ligt in Tropisch Nederland een
toekomst.
FLORIS C.
J. Th. Voskuilen
Burgem. Grothestraat 11a - Tel. 251
6
w Goud en Zilver
Horlogerie
REPARATIE-INRICHTING
Inkoop van oud Goud en Zilver 2
Optiek
KAMERKRONIEK
De Tweede Kamer op haar
praatstoel - Wedden op de
renbaan - De Spoorweg
overgangen - Het ei van
Columbus 7 - Snap-shots.
Het is kolossaal, zooals de Tweede
Kamer op'haar praatstoel zit. Het is,
alsof zij de schade van de gedwongen
vacantie van enkele maanden geleden
wil inhalen. Nu de begrooting al aan
genomen is, doen deze beschouwingen
soms wel eens aan als mosterd na den
maaltijd. Volstaan we met een paar
snap-shots.
Onze minister van Binnenlandsche
zaken, van niuu ov. lutp uubU»<, uui
hij zoo sportief is, krijgt daarom allerlei
sportieve wenschen te slikken. Bij „Land
bouw" bijvoorbeeld kwam de heer van
Rappard (v.b.) met een motie, om den
totalisator weer op de renbaan toe te
laten. Want het verbod was zoo schadelijk
voor de fokkerijen. Maar de Minister
kon niets toezeggen. Want deze kwestie
hoorde onder een ander departement
thuis. Dan kwam de kwestie van den
directeur-generaal van landbouw weer
ter sprake. De heeren v. d. Heuvel (a.r.)
van Rappard (v.b.) v. d. Sluis (s.d.)
wilden, behalve de commissie van advies
in landbouwaangelegenheden, een direc
teur-generaal, waartegen de heeren
Ament (r.k.) en Lovink (c.h.) zich juist
kantten. Het zou maar op teleurstelling
uitloopen, meende de heer Ament. Nu,
de Kamer kan er nog over na denken.
De kwestie zal pas bij de begrooting
1927 aan de orde komen, verklaarde
minister Kan.
De Kamer kende ook oogenblikken
van groote vreugde. Dat was, toen de
heer Braat (pl.) fulmineerde over de
burgemeestersbenoemingen in de kleine
gemeenten. Vaak worden personen be
noemd, die vriendjes zijn van regeerings-
personen, of kinderen uit buiten-echtelijke
huwelijken, of die aan een spraakgebrek
lijden en nauwelijks spreken kunnen.
Het platteland was toch geen bergplaats
voor dergelijke menschen! - meende hij.
Toen de Kamer weer tot zich zelf was
gekomen, besprak men weer ernstige
zaken. Verschillende sprekers, o.a. de
heeren Vliegen (s.d.), Kampschoër (r.k.)
Hermans (r.k.), Schaper (s.d.), bepleitten
herziening van de forensenbelasting. De
Minister deelde de bezwaren der ver
schillende heeren en wees er op, dat
nog een wetsontwerp hierover ter tafel
ligt, waarover nog nader overleg met
HEEREN- EN DAMES-
KLEERMAKERIJ
Emmalaan 10 - SOESTDIJK - Tel. 169
Afd. Gemaakte Heerenkleeding
Blauwe Costuums f 58.-
Ragenjassen f32.-, f38.-, f40.-
minister de Geer moet worden gepleegd.
En een wetsontwerp tot wijziging van
de provinciale wet (met het oog op het
feit dat door de wijziging van het maat
schappelijk leven de taak der provincie
is toegenomen) heeft het departement
al verlaten, om advies van Ged. Staten.
Bij Waterstaat werden heel wat wen
schen geuit. Verbetering der Rijkswegen
van het pontvcer aan den Moerdijk
(Krijger c.h.), spoedige uitvoering van
de verbinding van Amsterdam met den
Rijn (v. d. Waerden s.d.), beveiliging
van het land tegen watersnood, enz. De
heer Ketelaar (v.d.) noemde den toestand
in het verkeer Amsterdam-Rijn een
noodtoestand. Een landsbelang was het.
De heeren van Voorst tot Voorst (r.k.),
Ament (r.k.) en Deckers (r.k.) bespraken
ook uitvoerig den watersnood en de
middelen, dien te voorkomen. Natuurlijk
kwam de treurige toestand van den
Haarlemmerweg (A'dam-Haarlem) ook
nog ter sprake, door den heer Boissevain
(v.b.). Nu, de minister (v. d. Vegte)
zeide overal verbetering toe. De uit
voering van het werk der commissie-
Limburg (A'dam-Rijn) was even uitge
steld, om na te gaan, of nog eenige
wijziging in het tracé moet worden ge
bracht, dus alleen met de bedoeling,
om na te gaan. hoe de hoofdstad het
beste geholpen zou worden. Ook komt
er dit jaar nog een voorstel in zake de
Maas-normalisatie, zei de minister.
Mevrouw de Vries-Bruins nam het
voor onze tanden en kiezen op, bij haar
'nterpellatie van de regeering over de
voorwaarden tot verkrijging van afzon
derlijke bevoegdheid tot uitoefening der
tandheelkunst. Ze stelde daarbij een
motie voor, waarbij de regeering uitge-
noodigd werd, maatregelen te bevorderen,
(desnoods een nieuwe wet) waardoor
de gevaren voor de volksgezondheid
zooveel mogeluk kunnen worden weg
genomen. De minister achtte het gevaar
niet zoo groot. De Kamer blijkbaar ook
niet, want een motie van den heer Oud
(v.d.) die 's ministers beantwoording ge
heel onvoldoende vond, strekkende tot
schorsing van het debat werd door de
Kamer met 59 tegen 5 stemmen verwor
pen. Waarop de heer Oud de motie
stelde, dat de Kamer het antwoord van
den minister onvoldoende vond.
Het ei van Columbus I Dat kon wel
wel eens het voorstel van den heer Kor-
tenhorst (r.k.) in zake de onbewaakte
overwegen zijn, meende minister van de
Vegte. De heer Kortenhorst wenschte
namelijk, dat aan de overwegen hekken
zullen worden geplaatst, die de overweg-
gebruikers zouden moeten openen. On
besuisd doorrijden ware aldus te voor
komen. De minister zou het met de
directies van de^spoorwegen bespraken.
Ook zou nog een onderzoek worden
ingesteld of weder bewaking van een
Publicatiën
HINDERWET
Burgemeester en Wethouders van
Soest maken bekend, dat het verzoek
van de Mij. Franco-Egyptienne te Am
sterdam, Rokin No. 9-15, om op het
perceel Birkstraat No. 14, kadastraal
bekend in Sectie H, No. 1342 een ben
zinepompinstallatie met ondergrondsche
tank van 2000 L. te mogen oprichten
door hen is toegestaan.
Soest, J21 Mei 1926.
Burgem. en Weth. voornoemd,
De Secretaris, De Burgemeester,
J. BATENBURG. G. DEKETH.
JACHTAKTEN
Het hoofd van plaatselijke politie te
Soest maakt bekend, dat ter gemeente
secretarie verkrijgbaar zijn blanco aan
vraagformulieren ter bekoming van jacht
akten, voor het tijdvak, aanvangende 1
Juli a.s. en eindigende 30 Juni van het
volgende jaar. Belanghebbenden worden
uitgenoodigd hun aanvragen ter bekoming
dier akten zooveel mogelijk vöör 15
Juni e.k. in te dienen. Voor minderjarigen
van achttien jaar en ouder worden de
jachtakten aangevraagd door hun ouders
of voogden.
Voor verdere bijzonderheden raadplege
men de aanplakbiljetten.
Soest, 27 Mei 1926.
Het Hoofd van plaatselijke politie
voornoemd,
G. DEKETH.
VANGEN EN DOODEN VAN SCHADE
LIJKE GEDIERTE EN SCHADE
AANBRENGEND WILD
De Burgemeester van Soest brengt
het volgende onder de aandacht van
belanghebbenden in verband met de 1
Maart 1924 in werking getreden Jacht
wet 1923.
Volgens art. 60 der wet kan tot wering
van schade door den Minister van
Binnenlandsche Zaken en Landbouw
aan belanghebbenden vergunning worden
aantal onbewaakte overwegen moet wor
den ingesteld.
De Eerste Kamer 1 Minder talrijke
discussies. Bij het voorstel tot wijziging
van de Zuiderzeewet en instelling van
een fonds voor de drooglegging bestreed
de heer Verkouteren (c.h.) het voorstel
hsvig. Die goede Zuiderzee moest niet
worden gedemp. Ons land zou er zijn
financieelen ondergang mee tegemoet
gaan. Maar de Kamer dacht er toch an
ders over en keurde het voorstal z.h.s.
goed. Met aanteekening natuurlijk van
tegenstemmen van den heer V.
Bij financiën kwam een motie-van
Embden over het bezoldigensbesluit,
artikel 40, waarbij de minister van fi
nanciën uitgenoodigd werd medewerking
te zoeken met besturen van ambtenaars-
vereenigingen, opdat de staat van zijn
verplichting, om aan de aanspraken (die
niet te niet zijn gedaan) te voldoen, ont
slagen worde en hetgeen jegens de
ambtenaren is verricht, zooveel mogelijk
wordt goed gemaakt. Maar daarvan
wilde minister de Geer niet weten. We
staan in zake artikel 40 nu eenmaal voor
een „fait accompli", herstel van den
toestand is nu niet meer mogelijk. En
hij betwijfelde ook, of dit voorstel wel
van materieele en moreele waarde voor
de ambtenaren is. De heer van Embden
gaf echter geen kamp. Zijn motie kwam
voort uit een gevoel van leedwezen over
wat hij ziet als recgtschennis. Neen, in
trekken deed hij de motie niet. Toen
verwierp de Kamer haar met 19 tegen
7 stemmen (voor v.d. en s.d., rechts tegen
rechts, vrijh.b. en de Zeeuw s.d.a.p.
verleend om op den door hen gebruikten
grond en op grond bij anderen in ge
bruik wild of schadelijk gedierte te
vangen of te dooden of door een of
meer bepaald aangewezen, te goeder
naam en faam bekend staande personen
te laten vangen of dooden. Van deze
vergunning mag des Zondags geen
gebruik worden gemaakt.
Voor verdere bijzonderheden raad
plege men de aanplakbiljetten.
Soest, 27 Mei 1926.
De Burgemeester voornoemd,
G. DEKETH.
WORDT TJ GOEDKOOP
EN NETJES VERHUISD
STEENHOFSTRAAT 57 TEL. 69
18. STEDENBOUW.
Bij dit onderwerp hebben wij het
eerst het oog op de groote havensteden
van Java, n.l. Batavia, Semarang en
Soerabaija, steden, die reeds eenige
eeuwen geleden ontstonden en dan ook
ten deele nog de kenmerken dragen
van de oude Hollandsche stichters. Één
dier kenmerken is de ongezonde ligging
op den rand van moerassige kuststrceken.
Toch mag men de stichters over deze
plaatskeuze geen al te scherp verwijt
maken. Picter Both en J. Pz. Cocn, die
als de grondleggers van Batavia te be
schouwen zijn, moesten zich in dit
JULIANAPLEIN 5
KASSIERS
TELEFOON 163
SOEST
ONDERGRONDSCHE BRAND-INBRAAKVR1JE KLUIS
vreemde land wel vestigen op een
plaats, waar zij in onmiddellijke gemeen
schap met hun basis, d.w.z. met hun
vloot, waren. Zoo kozen zij een punt,
waar een bevaarbare rivier, de Tji-Liwong
in zee uitmondt en de bezwaren van
de ongunstige bodemgesteldheid moesten
zij wel op den koop toe nemen.
Wij zullen over de geschiedenis hier
niet uitweiden, doch ons bepalen tot
de opmerking, dat de eerst gebouwde
stad in vele opzichten geleek op een
HoII. vestingstadje, een plaats dus om
geven door wallen met poorten, waar
om heen een gracht, terwijl ook het
stadje zelf door grachten werd door
sneden.
Die grachtjes zijn nu nog grootendeels
in de z.g. „oude stad" van Batavia
aanwezig en geven daaraan, ook door
de onmiddellijk uit het water oprijzende
huizen een zeer schilderachtig aanzien,
zulks in tegenstelling met de eigenlijke
hoofdstraat, die met zijn aaneengerijde
huizen (zooals in alle oude stadsgedeel
ten gebruikelijk is), met zijn verdieping
woningen (beneden pakhuis, boven kan
toor), met zijn in den zon blakerend
plaveisel, zonder een enkelen boom,
een troosteloozen indruk maakt.
Die oude stad was, zooals boven
gezegd, ongezond en snikheet, zoodat
menige Europeaan daar het leven liet,
reden waarom men gaandeweg, toen
men zich veilig wist, de rivier opging
en eindelijk een nieuwe woonstad bouwde
het tegenwoordige Weltevreden, op
ongeveer 5 K.M. van zee verwijderd,
terwijl de oude stad het zaken-kwartier
bleef.
Weltevreden werd met zijn groote
Europ. huizen, met zijn regeeringsge-
bouwen, het paleis van den Gouverneur
Generaal, zijn kerken, het prachtige
stadsdeel, waardoor Batavia den naam
verwierf van de „schoonste stad van
het Oosten". De reusachtige pleinen,
omgeven door heerlijk geboomte, daar
langs de vroolijke witte huizen met
tot een genot in het vroege morgenuur
hier- te wandelen. Toch was men
op den duur ook met dit stadsdeel nog
niet geheel tevredenmen wilde nog
hooger op en zoo ontstond Meester
Cornelis, wederom 5 K.M. verder het
land in, door het stadsdeel Kramat met
Weltevreden aaneen gebouwd, zoodat
nu Batavia met zijn voorsteden een
eigenaardig lang gerekten vorm heeft
aangenomen.
Een dergelijk beeld geeft ook Soera
baija, aanvankelijk aan een rivier (de
Kali-Mas), nabij de monding gebouwd,
al mist men hier de oude Holl. grachtjes.
Ook hier was de ligging door moerassen
en vischvijvers ongunstig en trok men
later meer het land in, zoodat de stad
van het midden der vorige eeuw onge
veer 3 K.M. van zee lag, welke stad
zich daarna en ook thans nog, steeds
meer zuidwaarts, d.w.z. verder vanaf
de zee, uitbreidt.
Ook Semarang toont eenigermate het
zelfde plan. Moerassige zeekust, een
rivier, dan de oude stad en gaandeweg
uitbreiding naar het Zuiden, waarbij men
hier de gelukkige omstandigheid heeft,
dat reeds op ongeveer 4 K.M. van zee
het terrein heuvelachtig wordt, op welk
lerrein zich thans een nieuwe woonstad,
Tjandi, heeft ontwikkeld, waar men
betrekkelijk koel woont en van sommige
punten een prachtig uitzicht op zee
geniet.
Waren in de oude stadsgedeelten de
straten slechts smal, in de nieuwere
wijken werden de wegen reeds veel
breeder aangelegd. In plaats van de
aaneengesloten verdiepinghuizen zette
men nu de huizen geheel vrij in een
grooten tuin. Deze huizen, gedurende
een eeuw of langer, het standaard type
der Eur. woning vormende, waren geheel
gelijkvloers, dus zonder verdieping ge
bouwd. De sleenen vloer, in deftige
huizen meestal van wit marmer ligt
60 c.M. boven het terrein een breede
trap brengt ons van den tuin in de
ruime, aan de voorzijde geheel open
voorgalerij, meestal rijkelijk met planten
vcrsieid en des a\oids hel verlicht.
Hier worden de gasten ontvangen.
Overdag worden de bezoekers meestal
geleid naar de hierachter liggende bin-
iicngalerij, die geheel ingesloten ligt,
daardoor slechts matig verlicht is, maar
die het koelste plekje van het huis vormt.
De binnengalerij is, wat wij zouden
kunnen noemen, de mooie Kamer I Naar
achieren doorloopende, komt men nu
in de achtergalerij, meestal als eetkamer
en veelal ook als huiskamer dienstdoende.
Zij is, als de voorgalerij, aan één zijde
geheel open, hetgeen aldus moet worden
verstaan, dat men de grootste daghitte
door rolgordijnen, bij voorkeur van dunne
rottan, buiten sluit. Ter weerszijden van
dit 3-ledig middenstuk treft men de
kamers aan, die als slaap-, werk-, of
kindervertrekken dienst doen. De huizen
zijn opgetrokken in baksteen en gedekt
door een ver overstekend pannendak.
De venster-openingen zijn sluitbaar met
ramen en met jalouzie-luiken.
Van af de achtergalerij voert een over
dekte gang naar de z.g. bijgebouwen,
d.w.z. een reeks vertrekken bestemd
tot spijskamer, badkamer, gemak en
bedienden-kamers.
Dit alles ligt in een ruimen tuin, in
welks achtergedeelte nabij de laatste
bediendenkamer de stallen zijn,
waarin menig Europeaan vroeger 6 of
8 paarden had staan.
Naast het hoofdgebouw vindt men
veelal nog een z.g. paviljoen, hetwelk
bestemd was voor gasten-verblijf en
waarin een voor- en achtergalerij en
eenige kamers aanwezig zijn.
De inrichting was dus nog al „groot
scheeps", maar de iijke tijden van
vroeger zijn wel wat veranderd en zoo
worden de paviljoens nu meestal ver
huurd. De erven zijn veelal gesplitst en
er verrezen nieuwe huizen in de eertijds
kolossale tuinen, de stallen werden
kleiner of verdwenen geheel. Toch bleven
de Europ. kwartieren nog ruim, luchtig
.GAZELLE" RIJWIELEN
De inlandsche woningen staan in
wijken bijeen. Het zijn, zooals wij vroeger
beschreven, op den beganen grond
staande, meestal uit hout en bamboe
gebouwde, met pannen gedekte woningen
met kleine erfjes. De rivier dient den
inlander tot waschplaats en ook voor
andere doeleinden en op welk uur van
den dag of men daarlangs loopt, steeds
rói.citp nrnner /üu'ui'wsu
water.
Ook de Chineezen hebben eigen
woonwijken en wel in hoofdzaak in de
oude Europ. stadsdeelen, waar zij dicht
opeen zijn behuisd.
De oude steden op de buitenbezittin
gen toonen een heel ander aanzien. Wij
hebben nu vooral op het oog plaatsen
langs groote rivieren, zooals Bandjer-
masin, Samarinda, Poutianak.Palembang.
Hier bewoont de oorspronkelijke bevol
king in hoofdzaak den eenen rivieroever,
terwijl op den anderen wonen de Euro
peanen, Chineezen en Arabieren.
Nagenoeg degeheele bevolking woont
langs de rivier, die vroeger vrij wel
den eenigen verkeersweg bood. De inl.
huizen zijn paal- of vlotwoningen, de
Chin. huizen meestal zeer lage paal
woningen, terwijl de Arabieren veelal
onder hun woonhuis hun pakhuis
hebben. De Eur. huizen zijn hier meestal
ook op palen, of liever op steenen
neuten (blokken) gebouwd en vaak in
hout opgetrokken.
Plaatsen als Padang en Makassar,
die niet op moerassigen bodem liggen,
toonen een type min of meer liggende
tusschen de beide hiervoor beschrevenen.
Tegenover al deze oudere plaatsen,
maken steden, die eerst in de laatste
30 of 40 jaren zijn opgebloeid, een heel
anderen indruk. Ik heb nu het oog op
Medan en vooral op Bandoeng. Deze
steden zijn meer stelselmatig ontworpen
met mooie indeeling en zeer ruime
wegen. Ook de bouw der huizen heeft
hier, vooral in de laatste 15 jaren, een
verjongingskuur ondergaan. De oude
algemeene vorm wordt vaak verlaten
en architekten van naam hebben ook
hier volgens nieuwere denkbeelden ge
werkt. Tientallen van jaren heeft men
vastgehouden aan het één-verdieping-
huis, wellicht grootendeels met het oog
op aardbeving-gevaar. Door toepassing
van ijzer-geraamten (R.K. Kerk te Wel
tevreden) en gewapend beton heeft men
dit gevaar als overwonnen beschouwd
en zoo verrezen er vele groote gouver
nementsgebouwen en handelskantoren
in verdieping-bouw.
De grootste dezer plaatsen hebben
electrisch licht, de oudere ook gas en
verscheidene hebben een bron-water
leiding, doch eenige er van op de
buitenbezittingen behelpen zich nog met
petroleum en zijn verstoken van eenige
waterleiding.
Wij zouden nu nog kunnen spreken
over de vele kleinere plaatsen, over
Buitenzorg, Soekaboemi, Garoet, Djok-
jakarta, Soerakarta enz. op Java, over
Ambon, Menado, Kota-Radja en vele
anderen, doch deze zijn behoudens
natuurlijk enkele plaatselijke kenmerken
als navolging der geschetste steden
te beschouwen, zoodat wij hiermee dit
onderwerp meenen te mogen besluiten.
W. D.
KERKSTRAAT 20
JULIANASTRAAT 7