is
'S
k)
WIINIËIM)^
ZOMERSTOFFEN
Nieuws- en Advertentieblad
Verschijnt Woensdag en Zaterdag
h.
Stoomwasscherij
„DE VLIJT"
1.
Bekendmakingen.
Officieel.
Gemeenteraad.
FEUILLETON
„Liefhebben zult gij mij"
w.
EET MEER BROOD
C. VAN EE
Handel in Auto-
Onderdeel en
No. 42
Achttiende Jaargang
Woensdag 28 Mei 1930
amers
'allen,
door-
er K.
i hein
waar-
r vol-
sterk
•n tijd
lieren
onden
vakke
l i ken.
ebben
velen:
stuur?
in den
n van
Ie het
stoel
rming
stoel
deling
moet
ar het
func-
rkoop
ut het
•n die
egela-
deu r
ut het
is, en
aoodi-
aarop
.-nheid
ervol-
recht
nieuw
n het
s niet
uimte
V.
Ie
rSTE
p. kg.
stuk.
p.p.
voor
r pak
3-
artje,
artje.
O ct.
)ND.
15 ct.
p. p.
stuk.
5, 20
10 ct.
thuis
esche
s
kilo.
kilo.
kilo.
3AU,
p. st.
ander
nt.
i aan-
ons
i fijns
k ge-
:nt.
illeen
DEN
RGE-
L OP
r
BUREAU VOOR ADMINISTRATIE: VAN WEEDESTRAAT 7 SOESTDIJK
ADVERTENTIE^ EN INGEZONDEN STUKKEN WORDEN INGEWACHT TOT
UITERLIJK DINSDAGS- EN VRIJDAGSMORGENS 10 UUR AAN HET BUREAU
UITGAVE: N.V. EERSTE SOESTER ELECTR. DRUKKERIJ v.h. G. v. d. BOVENKAMP
ADVERTENT1ÉN VAN 1 TOT 5 REGELS 75 CTS., ELKE REGEL MEER 15 CTS.
GROOTE LETTERS NAAR PLAATSRUIMTE, BIJ ABONNEM. GROOTE KORTING
ABONNEMENTSPRIJS f 1.— PER DRIE MAANDEN, ERANCO PER POST
REDACTIE- EN ADM.-ADRESVAN WEEDESTR. 7 - TEL. 2062 - SOESTDIJK
het AUTEURSRECHT VAN DIT BLAD WORDT UITDRUKKELIJK VOORBEHOUDEN OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 15 VAN DE AUTEURSWET 1912 (STAATSBLAD NUMMER 380)
GEMEENTERAADSVERGADERING.
De Burgemeester der gemeente Soest
maakt bekend, dat eene openbare verga
dering van den Raad is belegd tegen Vrij
dag, den 30 Mei 1930, des namiddags 2 30
uur.
Soest, 23 Mei 1930.
De Burgemeester voornoemd,
G. Deketh.
De Raad der gemeente Soest is in open
bare vergadering bijeenberoepen tegen Vrij
dag 30 Mei a.s. des namiddags 2.30 uur
ter behandeling van de navolgende
Agenda;
1 Vaststelling van de notulen der verga
dering, d.d. 7 April j.1.
'2. Mededeeling van ingekomen stukken.
3. Vaststelling van een besluit tot beleg-
Kinn van gelden wegens uitloting van effec
ten.
1 Vaststelling van besluiten tot wijziging
van ccmeente- en bedrijfsbegrootingen voor
192!) en 1930.
5. Voorstel van B. en W. tot verhooging
van het maximum-crediet in rekening-cou
rant bij de Bank voor Nederlandsche Ge
meenten met ontwerp-besluit.
6. Beroep tegen het besluit van de »ed.
Staten tot vaststelling van den uitgavenfac-
tor ter berekening van de Rijksuitkeering
uit het gemeentefonds.
7. Crcdietaanvrage van B. en W. voor den
bouw eener schuur op het terrein van het
Gasbedrijf, alsmede voor den aankoop van
een fitterskar en het aanbrengen van een
electromotor ten behoeve van het bedrijf.
8. Voorstel van B. en W. om gunstig te be
schikken op het verzoek van de Vereeniging
Soest Vooruit" tot betaling van net na-
deelig saldo der rekening feestviering 900-
jarig bestaan der oudste oorkonde over
Soest, in verband met toegezegde garantie.
lJ. Behandeling van een verzoek:
a. van het bestuur der Stichting Engen-
daalschool om de noodige gelden beschik
baar te stellen teneinde ten behoeve van de
U.L.O. School voor het handwerk-onderwijs
ccn naaimachine te kunnen aanschaffen;
b. van het bestuur der R.K.U.L.O.
school om.de noodige gelden beschikbaar te
stellen ten behoeve van de aanschaffing van
leermiddelen;
c. van het bestuur der Vereeniging „Een
School met den Bijbel" om de noodige gel
den beschikbaar te stellen voor het aan
schaffen van leermiddelen ten behoeve van
de school aan den Driehoeksweg.
19. Behandeling van het verzoek van G.
de Beer tot het verstrekken van een bij
drage in de kosten verbonden aan het be
zoeken van een school voor buitengewoon
lager onderwijs te Amersfoort door zijn
zoontje.
Naar het Engelsch
van
DOLF WYLLARDE.
3)
Terwijl hij steeds den blik op de nade
rende gestalte hield gericht vroeg hij:
„Van wie weet u dit?"
„O, Lady Jones heeft al die bijzonderhe
den gehoord van de Fransche vriendin. Zoo
heeft ze ook den titel van „Madame" ge
kregen; de kinderen moesten haar zoo
noemen, dat klonk eerbiediger, en nu heeft
den naam behouden, omdat het zóó
veiliger is, als zij alleen reist. En hoe
u er nu ook over denken moge zij wordt
toch algemeen als een schoonheid be
schouwd. Zij is niet getrouwd, zooals u
weet?"
Het was, of deze laatste opmerking hem
een onaangenamen schok bezorgde. Toen
zei hij:
„Ja, en toch kan ik die bewondering
niet deelen."
Even later was Madame Miéville vlak bij
hen.
„O, Miss Falkner, ik had u herkend aan
uw witte japon, van dc veranda af."
Ze droeg een rood-Japansche parasol en
de weerkaatsing daarvan wierp een warme
tint op haar, zoodat de huid nog blan
ker leek.
„Komt u de buffels een bezoek brengen,
Madame?" vroeg Winnie met haar inne-
menden glimlach. „Het melken is al ge
daan, maar komt u binnen".
„O, ik zou wel graag dat eigenaardig
vee willen zien," antwoordde Madame op
dien zangerigen toon die haar zeker in
M. G. VERSTEEG,
van Mechelenstraat 29
AMERSFOORT.
FRANCO HALEN
EN BEZORGEN
11. Benoeming van een onderwijzer aan
de te openen openbare U.L.O. school.
12. Behandeling van een adres van de ge
meente-vroedvrouw Mej. R. Westra, ver
zoekende toekenning eener rijwieltoelage.
13. Vaststelling van een besluit tot het ver-
leenen van een zakelijk recht op gemeente
grond ten behoeve van uit te voeren werken
door de N.V. P.U.E.M.
14. Behandeling van een adres van bewo
ners van pcirceelen gelegen aan den Kamp
weg, verzoekende afdoende verbetering van
dien weg.
15. Vaststelling van een besluit tot het in
schenking aanvaarden van grond van G. H.
Schimmel alhier en bestemming van den
grond voor aanleg van een weg.
16. Voorstel van B. en W. tot het aangaan
van een overeenkomst met het Stads- en
Academisch Ziekenhuis te Utrecht teneinde
lijders aan besmettelijke ziekten in die rich
ting te kunnen doen opnemen.
17. Aanbieding van het verslag Volks
huisvesting over 1929.
18. Vaststelling van een besluit lot intrek
king van het raadsbesluit van 20 Augustus
1927, waarbij aan H. van Dooijeweert ont
heffing werd verleend van het bepaalde in
art. 8 der bouwverordening.
19. Vaststelling van een besluit tot open
bare verpachting van het jachtrecht op ge
meentegrond.
20. Behandeling van:
a. aanvragen tot verkoop en verhuur van
gemeentegronden.
b. voorstel van B. en W. tot in schen
king aanvaarden van grond.
c. voorstel van B. en W. tot wijziging
van het raadsbesluit inzake ruiling van
grond met W. Heijdeman.
21. Vaststelling van suppletoir kohier hei
de- en zandgronden.
22. Vaststelling van het primitief kohier
der hondenbelasting over het jaar 1930.
Aanvullingsagenda.
1. Voorstel van B. en W. tot handhaving
Heeren- en Dames Kleermakerij.
RUIME VOORRAAD
Benger's Onderkleeding
F. C. KUIJPERSTRAAT 10 - TELEF. 2169
slaap zou wiegen, als ze dien lang hooren
moest, dacht Winnie, „maar uw vrienden
vragen naar u en ik was de eenige die wist,
waar u, op dit oogenblik, was."
Dit zeggende hield ze onafgewend den
blik op Winnie gericht, en toch voelden
beiden, dat de reden van haar komst meer
met hem verband hield.
„Wat verlangen ze van mij?" vroeg het
jonge meisje, haar schreden al vast naar
het huis richtend.
„Ze verlangden, dat u voor hen zingt.
Mrs. Smith riep u al, maar u was er na
tuurlijk niet."
Nu liep Winnie op een drafje weg en
riep onder het gaan:
„Majoor Agincourt zal u wel de buffers
laten zien."
Een paar seconden stonden ze haar in
stilte na te kijken. Majoor Agincourt had
de wenkbrouwen gefronst want hij was
innerlijk, zeer boos op Madame Miéville,
dat die dus toch kans had gezien hem al
leen te treffen. Hij wist dat dit al haar stre
ven was geweest sinds het moment, dat
hun blikken elkaar ontmoet hadden aan
de lunchtafel.
Met groote vormelijkheid maakte hij
een lichte handbeweging naar de stallen
en zei:
„Miss Falkner heeft vergeten ons aan
elkaar voor te stellen, maar ik mag mij
gelukkig achten, haar afgevaardigde te zijn,
ofschoon ik vrees, dat ik niet zoo heel veel
waard ben, als buffel-gids."
„Is dit ook wel noodig?" vroeg Mada
me Miéville, alleen acht slaand op het eer
ste deel van zijn gezegde en hem den stal
binnen volgend terwijl zc het bewuste sie
raad om haar hals met dc hand omhoog
hield en hem intusschen strak in het on
verstoorbaar gelaat bleef kijken.
Gedurende een minuut heerschte er stilte,
of de man en de vrouw eikaars krachten
maten. Toen was het Madame die sprak,
met een vertoon van schijnbaar groote
openhartigheid:
„Ik zag aan den lunch, dat u belangstelde
van het Raadsbesluit d.d. 10 Febr. 1930,
No. 617, tot verkoop van grond aan C. de
Jong.
2. Voorstel van B. en W. tot het verleenen
van financieelen steun aan de afd. Soest
van de Vereeniging E.H.B.C. met betrek
king tot de aanschaffing eener ziekenauto.
3. Vaststelling van den staat van Oninba
re Posten, behoorende tot de gemeente
rekening 1929.
Financiëele verhouding tusschen Rijk en
Gemeente.
Punt 6 der Agenda.
B. en W. schrijven hieromtrent aan den
Raad:
Art. 4 van de Wet, van 15 Juli 1929, hou
dende herziening van de financiëele verhou
ding tusschen het Rijk en de Gemeenten,
bepaalt dat de uitkeering uit het gemeente
fonds, waarop de gemeente ingevolge art.
3, sub b, dier wet per inwoner aanspraak
kan maken, wordt vastgesteld door toe
passing van een formule, waarvan één van
de factoren vaststelt het bedrag der volgens
de gemeenterekeningen over 1926, 1927 en
1928 gemiddeld jaarlijks ten laste van de
gemeente gekomen uitgaven voor politie,
lager onderwijs, (voor zooveel deze als ver
plichte uitgaven door de lager onderwijs
wet 1920 op de gemeente worden gelegd
en armenzorg, met inbegrip van de voorzie
ning tegen werkloosheid.
Ingevolge het Koninklijk besluit van 4
November 1929 moest deze uitgaven-factor
door dc Gedeputeerde Staten worden vast
gesteld, nadat de gemeentebesturen de daar
toe vereischte gegevens hadden ingezonden.
Tegen de vaststelling door de Gedeputeer
de Staten staat hooger beroep open bij de
Ministers van Financiën en van Binpen-
landsche Zaken en Landbouw, die beslissen
na daaromtrent de Rijkscommissie van ad
vies voor de gemeentefinanciën te hebben
gehoord.
Blijkens ter inzage liggende stukken heb
ben de Gedeputeerde Staten te dezer zake
een tweetal besluiten genomen, die voor de
ze Gemeente van belang zijn.
Uit het besluit van 10 Maart 1930 blijkt,
dat voor het verkrijgen van de noodige
eenheid in de verschillende provinciën bij
het vaststellen van den uitgaven-factor,,
door de Provinciale Griffiën overleg is ge
pleegd ten aanzien van de vraag, welke uit
gaven wél en welke uitgaven niet in aan
merking zouden worden genomen. Het door
de afdeelingen der Provinciale Griffiën
vastgesteld advies is door de Gedeputeerde
Staten niet geheel gevolgd. Hierdoor ont
staat de mogelijkheid, dat uitgaven, die in
een andere provincie wél in aanmerking ko
men, bij het bepalen van den uitgaven-fac
tor voor de gemeente Soest niet in rekening
zijn gebracht.
Het ligt o.i. op den weg van de Gemeen
te om, teneinde zooveel mogelijk eenheid bij
het vaststellen van den uitgaven-factor te
verkrijgen, tegen de van het bovenbedoelde
advies afwijkende beslissing van de Gedepu
teerde Staten van Utrecht in beroep gaan,
althans voor zoover daarvan het gevolg zou
zijn dat de gemeente Soest in een minder
gunstige positie zou komen te verkeeren,
dan een gemeente met dezelfde soort uit
gaven in een andere provincie.
Bij het besluit van 3 Mei 1930, hebben
de Gedeput. Staten den uitgaven-factor
voor deze gemeente vastgesteld. Behalve
de afwijkingen, die hiervoor reeds zijn ge
noemd, zijn door de Gedeputeerde Staten
uitgaven geschrapt, die naar ons oordeel
wel in aanmerking behooren te komen.
Uit het ontwerp-besluit blijkt dat Gede
puteerde Staten in hun beschikking geen
in mijn sieraad, Majoor Agincourt. Ik heb
mij sindsdien steeds afgevraagd of u het
ook met eenige mogelijkheid herkennen
zoudt?"
Zijn gelaat was als een masker, terwijl
hij het langzaam van haar afwendde en
naar de buffels keek.
„Neen, maar ik bezit de gewone be
langstelling van den Brit voor curiosa."
„Heeft u het nooit eerder gezien?"
Nog trad ze wat dichter op hem toe.
Met blijkbaar onwelgevallen zei hij
„Ik heb het nooit eerder gezien."
Ze haalde diep adem en, nog steeds
met de zon in de hand, vroeg ze toen:
„Misschien heeft u een soortgelijke ge
zien?"
„Neen, ook niet."
„Maar, het wekte toch zoo zeer uw be
langstelling aan den lunch."
„De reden daarvan heb ik u al ver
klaard."
„Neen; dat hebt u niet!" Gejaagd ging
haar ademhaling en haar oogen flikkerden.
„U heeft enkel mijn vragen afgeweerd. En
toch ben ik overtuigd, dat als u dan nooit te
voren mijn sieraad heeft gezien, u tenminste
de geschiedenis, de beteekenis er van
kent!"
Een oogenblik trok er een verandering
over zijn gelaat en zijn kalmte scheen plaats
te maken voor een ongeloovige onrust.
„Ik koester geen verlangen, om het on
derwerp voort te zetten, zoomin als u."
„Dan vergist u zich toch. Ik koester
juist groot verlangen het voort te zetten.
Ik zou graag hebben;" ze sprak zeer lang
zaam en nadrukkelijk, „dat u mij de ge
schiedenis van mijn sieraad vertelde, daar
u ze toch kent."
Een minuut lang staarde hij haar aan;
toen wendde hij zich van haar af.
„Ik weiger, het onderwerp verder met u
te bespreken," zei hij beslist. „Dit is het
laatste, wat ik wensch te zeggen over uw
sieraad. Zullen we naar het huis teruggaan,
of wilt u nog verder de stallen zien?"
Zijn toon van spreken werd weer heel ge
rekening hebben gehouden met uitgaven ter
zake van:
subsidie A.N.W.B.;
loon vaste werklieden der gemeente voor
onderwijsdoeleinden
rente van waarborgsommen;
reserveering in verband met nog niet uit
betaalde vergoeding ingevolge art. 101 der
Lager Onderwijswet 1920, over 1924, 1925
en 1926
kosten van het voeren van een rechtsgeding;
subsidie aan de R.K. Ziekenkas;
subsidie aan de Vereeniging „Het Groene
Kruis";
uitgaven voor de tuberculose-bestrijding;
subsidie aan de St. Elisabethsvereeniging
te Soest;
bijdrage voor wijkverpleging enz.
Vermits deze uitgaven zooals boven reeds
is medegedeeld naar onze meening voor de
berekening van den uitgaven-factor wel in
aanmerking behooren te komen, stellen wij
Uwe vergadering voor in beroep te komen
tegen meergemelde beschikking van de Ge
deputeerde Staten dezer Provincie van 3
Mei dezes jaars en daartoe vast te stellen
het voor Uw leden ter inzage gelegde ont-
werp-beroepschrift.
Gasvoorziening.
(Punt 7 der agenda.)
B. en W. stellen voor:
Een steenen schuur met betonnen vloer
te bouwen op het terrein van het Gasbedrijf,
voor het opbergen der gereedschapskarren,
der kratten, kisten, embalage, en van den
cokesvoorraad voor de gashouderkachel,
terwijl voorts in die schuur verschillende
werkzaamheden zouden kunnen worden ver
richt als het meniën der buizen, gereed
schappen en het schoonmaken der toestel
len voor een bedrag van 1500.
Aangezien wij met den Technisch-Ambte
naar bij het Gasbedrijf van oordeel zijn,
dat tot den bouw van een dergelijke schuur
moet worden overgegaan, verzoeken wij U
daarvoor een crediet van 1500.toe te
.staan. Voorts stellen zij voor een fitters
kar me de daarbij toebehoorende gereed
schappen aan te koopen voor 700.en
een electromotor met drijfwerk en twee
amarilsteenen op frame en de daarbij be-
noodigde electrische geleiding met schake
laars, aan te brengen voor 400.De
bouw der schuur za'1 in het openflaar wor
den aanbesteed.
Garantie Soest Vooruit in verband met de
viering van het 900-jarig bestaan der oud
ste oorkonde over Soest.
(Punt 8 van de agenda.)
B. en W. schrijven hieromtrent aan den
Raad:
Bij Uw besluit d.d. 24 Juli 1929, werd
goedgunstig beschikt op het onder dagtee-
kening van 16 Juli 1929 door de Vereeniging
„Soest Vooruit" gedaan verzoek om door
de gemeente een bedrag van f 1000.te
garandeeren in een eventueel tengevolge
van buitengewone omstandigheden als
weersgesteldheid ite ontstaan financieel
tekort in de kosten van feestviering ter
herdenking van het 900 jarig bestaan der
oudste oorkonde over Soest.
Blijkens een door het Bestuur der Ver
eeniging „Soest Vooruit" onder dagtee-
Eerste Soester Electrische Brood- en
Banketbakkerij
Kerkstraat 7 - SOEST - Telef. 2145
Soesterbergschestraatweg 15, Telef2244
(Hoek Gallenkamppelsweg)
woon beleefd; enkel misschien nog wat
kouder. Madame Miéville klemde de tanden
op elkaar en sprak driftig:
„U moet mij de geschiedenis vertellen.
Waarom zoudt u het eigenlijk niet doen?
Wat kan er tegen zijn?"
„Madame Miéville" antwoordde hij, vast
besloten. „U heeft aan tafel meegedeeld,
dat u het sieraad gekregen heeft van een
vriend. Er was slechts één persoon ter we
reld, zoo komt het mij althans voor
van wien u het krijgen kon. Als die per
soon uw vriend is, dan moet u hierin juist
de reden zien, dat ik dit onderwerp in het
geheel niet wensch aan te roeren."
„Kent u hem dan?"
„Pardon; ik ken hem niet.
Haar oogen drukten toorn en verbazing
uit. Ze deed geen moeite hem langer op te
houden, maar scheen iets nieuws te be
denken.
Hij stond stil, boog zich wat voorover,
nam het sieraad tusschen de vingers en
bekeek het zorgvuldig. Het gedeelte van de
versiering in L-vorm lag bovenop.
„Ik zal u één raad geven," sprak hij, op
een toon van verachting; ofschoon ik
niet geloof, dat u dien zult aannemen.
Draag dit sieraad niet zoo open en bloot;
neen zelfs hiér niet. Ik weet wel dat mijn
woorden, waarschijnlijk, verspild zijn,
evenals reeds andere waarschuwingen door
u in den wind geslagen werden, maar ik
acht mij verplicht u nog eens onder het
oog te brengen, dat hetonverstandig
is."
Zij keek hem aan eveneens met ver
achting in de uitdrukking van haar gelaat
en sprak, terwijl zij, hem vóór, den stal
uittrad
„Majoor Agincourt, ik heb u vandaag
voor het eerst ontmoet. Maar ik ken ie
mand gauw genoeg, om bijvoorbeeld in
dit geval wel te zien, dat u niet laf is. En
diezelfde eigenschap ziet u missckeni ook
Geopend:
Aanbevelend, JOH. KOSTER.
Hëerenstraat 20 - Telef. 2706
HILVERSUM
kening van 28 April 1930 ingezonden over
zicht van de ontvangsten en uitgaven tij
dens de viering van liet 900 jarig bestaan
der gemeente Soest op 27, 28, 29, en 30
Augustus 1929 bedroegen de
uitgaven terzake f 8.707.19
en de ontvangsten f 7.815.77
zoodat een nadeelig saldo
is ontstaan ad.
f 891.42
Ter motiveering van dit nadeelig saldo
merkt het gemeld Bestuur in het in de
vorige alinea genoemde schrijven het vol
gende op:
„De omstandigheden, dat ons "Bestuur
„op den laatsten avond der feestviering
„genoodzaakt werd de entreegelden in-
„stede van het vastgestelde bedrag ad.
„f0.25 'te wijzigen in f0.10, waarvan,
„eveneens als over alle entreegelden 50
„pCt. wegens plaatselijke belasting aan
„de gemeente verschuldigd was, heeft er
„toe geleid, dat het eindcijfer der opge
maakte rekening van inkomsten en uit
gaven met betrekking tot de feestelijk-
„heden een nadeelig saldo aangeeft van
„f891.42."
Ons College is van meening dat het
aangegeven nadeelig saldo ad. f891.42
inderdaad geheel is ontstaan tengevolge
van buitengewone omstandigheden als
waarvan sprake is in Uw besluit van 24
Juli 1929, op grond van het feit, dat de
omstandigheden er toe geleid hebben, dat
op den sluitingsavond van de feesten de
entreegelden gehandhaafd zijn gebleven
op f'0.10 per persoon instede van f0.25
per persoon, waardoor de feestelijkheden
een algemeen karakter hebben beh'our
den, terwijl de feestcommissie vrij hoo-
ge bedragen heeft besteed aan tractatie
van kinderen en thuiszittende armen, als
mede aan een algemeen vuurwerk, waar
door van gemeentewege ten behoeve van
deze onderdeelen der feestviering welke
uit hunnen aard op den weg der gemeen
te hadden gelegen, geen uitgaven behoef
den gedaan te worden.
Wij vinden in het vorenstaande aanlei
ding Uwer vergadering voor te stellen het
gevraagde bedrag ad. f891.42 aan de ver
eeniging „Soest Vooruit" beschikbaar te
stellen.
(Punt 13 van de agenda).
B. en W. stellen voor aandeN.V. P. U.
E. M. een altijd durend en niet opzeg
baar zakelijk eerht te verleenen ten be
hoeve van het leggen van een ondergrond-
sclie 50 K. V. kabelverbinding langs de
spoorlijn UtrechtAmersfoort, bestaande
uit 4 kabels in verband met de toename
der netbelasting in de omgeving van
Amersfoort.
De P. U. E. M. zal daarvoor !f 0.2.5
wel aan mij. Ik ben evenmin bang om be
stolen en vermoord, of liever éérst
vermoord en dan bestolen te worden als u
dit, waarschijnlijk, zoudt zijn.
Hij keek haar na, terwijl zij, vóór hem
uit, ijlings naar huis liep, en bijna half
luid sprak hij: „Is die vrouw nu zoo roe
keloos,. of wil ze mij van de wijs bren
gen, door mijn woorden verkeerd op te
vatten. Ik ben overtuigd, dat ze er net
zooveel van weet als ik, al moge haar le
zing van het geval nu ook anders zjjn.
Nu, ze kan zeker wel op zichzelve pas
sen"
Toen zij, door de veranda-deui;, den
salon binnentraden, was Winnie aan het
zingen. De heldere toon van haar symL
pathieke stem deed hem weldadig aan na
de opwinding, die hij zoo even doormaak
te.
„Gij zult mij nog liefhebben", was de
aanhef en het slot van het lied, dat zij
zong.
„Majoor Agincourt", sprak ze, opge
wekt naar hem toetredend, toen ze klaar
was met zingen, „we hebben een plan
netje gemaakt voor een van de volgende
dagen en dan moet u ook van de partij
zijn. Toe, ziet u dan maar eens verlof te
krijgen! Het is de eerste van een serie,
ter voltooiing van uw opvoeding."
„Dan zal ik hemel en aarde bewegen",
antwoordde hij, nu óók met recht opge
wekt. „En waar gaat de tocht heen?"
„Naar de Struisvogel-Boerderij op ezels.
Het is een uur hier vandaan en na af
loop komt u allen hier lunchen. Heeft u
al eens een Egyptische ezel bereden?"
„Neen. Is die anders dan zyn soort-
genooten?"
(Wordt vervolgd).