Voor de Schoonmaak!
Boekhandel N.V. Eerste Soester Electr. Drukkerij
Van Weedestraat 7, Telefoon 2062, Soestdijk
ij zijn ruim gesorteerd in Kastrandjes,
Kastpapier in diverse kleuren, Crêpe-papier^
voor bloempotversiering, Transparantpapier
Selephanepapier, Witte en gekl. Servetten,
Punaises, rood, wit, blauw en koper, enz.
F lil' I F F E T
De strijd van een vrouw.
Voor de Vrouw
Wetenswaardigheden op
Administratief en Fiscaal
terrein.
van sprake voor den enkeling die op hoog
bevel zijn taak heeft te verrichten. En alléén
•le duistere machten wier leuze is „het
doel heiligt de middelen", hebben er belang
bij dat er geen verlies geboekt wordt doch
-teeds meer winst. En daar de duistere
machten, den mensch duistere gedachten in
blazen, kan het niet anders of de zwakke
mensch gehoorzaamt. Wie in vredestijd be
neden het dier staat, dat zich aan zijn na
tuur houdt, kan in de verwildering van
oorlogstijden geen dier, laat staan een
mensch zijn. De Mensch in hem en haar is
dan tot sterven^ toe verzwakt, door zin
genot. Daaro mzijn in de na-oorlogsjaren
de slagvelden nog niet voldaan. Zij vragen
meer, steeds meer; de vrouwen en kinderen
van hen die goed en bloed en leven voor
de duistere machten wilden offeren (den
kend dat zij het Vaderland dienden) en
het product van hun rekenen bracht aan
hun vrouwen en kinderen, ja in verdere
geslachten den dood. En welk een dood?
En daar staat de Kerk. Leerde zij aan hare
kudde wat o.m. Thomas k Kempis ons al
len zegt, ons allen, allen jong en oud. Ik
wil slechte enkele woorden van hem aanha
len, die óók tot alle ouders gericht zijn:
„Daarom in de bestrijding gevonden." En
in zijn hoofdstuk van het weerstaan der
mannelijk strijden. De ontwrichting der ge
zinnen doet maar al te zeer zien: hoe er
van strijd geen sprake is, en van mannelij-
ken strijd nog minder. Adam is niet dood,
Eva geeft een soort tweeslachtig wezen te
zien, ook wel Amphibie geheeten. De slang
kronkelt nog steeds en de boom der kennis
heeft zeer veel vruchten van kwaad en he
laas weinig vruchten van goed. Ezaus lin-
zenmoes, Kaïns nalatenschap het is alles
gevangen in de klauwen der duistere mach
ten. Doch bij alle rotheid der samenleving
zien wij zachtjes het Licht naderen dat het
donker zal bestrijden.
Gaan wij nu vele duizenden jaren terug
in de tijden vóór Christus. Ook in die verre
oudheid zijn er stemmen opgegaan om den.
mensch tot Mensch te vormen, en vm die
tijden kennis te nemen, en over de Groote
Geesten dier tijden te lezen is een waar ge
not. niet alleen, maar is als geestelijk voed
sel van onschatbare waarde voor de vor
ming van: „de Mensch". Zoo is het ook met
het werk dat Nietzsche schreef tusschen
de jaren 18781888.
Hij gaf het den titel: „Aldus sprak Zara
thustra." Zarathustra was wetgever en
stichter van den godsdienst die afwisselend
genaamd o.a. ook Zoroastrianisme en vuur-
aanbidding. In dezen godsdienst werd den
nadruk gelegd op de groote waarde van
reinheid van denken, reinheid in woorden,
reinheid in daden. Een dezer Zoroasters of
Zarathustra's was Zarathustra Spitawa die
onder koning Vistapa leefde; ongeveer
3ÖÜ0 jaren vóór Christus.
Het doet droevig aan, dat dat volk wat
3000 jaren vóór Chr. aan een volk werd
voorgehouden n.l. rein denken, rein spre
ken, reine daden, nu, 1931 nè Christus, in
eene, zich noemende, beschaafde Christelij
ke Samenleving een niet na te leven les is.
Oi wil men zich verstouten en zeggen dat
bovengenoemde samenleving reinheid be
oefent in denken, spreken, doen?
En weer vraagt men zich met smart af;
Wat doet de Kerk: En weer is het ant
woord met smart gegeven. Zij werkt voor
eigen behoud, vermenigvuldigen, maar de
ziel van groote waarde
Aldus sprak Zarathustra: „Ik heb een
vraag voor U alléén, mijn Broeder; als een
peillood werp ik deze vraag in uw ziel,
dat ik wete hoe diep zij is. Gij zijt jong en
verlangt U kind en huwelijk. Maar ik vraag
U„Zijt gij een mensch die een kind ver
langen mag? Zijt gij de overwinnaar, de
zelfbedwingeri de gèbieder der zinnen, de
heer uwer deugden? Aldus vraag ik U.
Of spreekt uit uw verlangen het dier en
de behoefte? of de vereenzaming? of onte
vredenheid met uzelf?
Ik wil dat uw overwinning en uw vrij
heid naar een kind verlangen. Levende ge-
denkteekenen moet gij bouwen voor uwe
overwinning en uwe bevrijding. Boven U
zelf uit moet gij bouwen. Maar eerst moet
gij mij zelf gebouwd zijn, rechthoekig naar
ziel en lichaam. Niet slechts voort moet gij
f' planten, maar Omhoog. Daartoe helpe
I de gaarde des huwelijks. Huwelijk: zoo
heet ik den wil van twee, het Eene te schep
pen, dat meer is dan zij die het schiepen.
Eerbied voor Elkander noem ik huwelijk
als voor de willende van zulk een wil. Dat
zij de zin en de waarheid van Uw huwelijk.
Maar dèt wat veel, te velen huwelijk noe
men, deze overtalligen. Ach hoe noem ik
dat? Ach, deze arme van ziel, van twee!
Ach deze veelheid van ziel van twee!
Huwelijk noemen zij dit alles, en ze zeg
gen: hunne huwelijken zouden zijn in den
hemel gesloten.
Lach niet over zulke huwelijken!
Welk kind zou geen reden hebben, over
zijne ouders te weenen?
Vele korte dwaasheden dat heet bij
U liefde. En Uw huwelijk maakt aan vele
korte dwaasheden een einde, als een lange
(Naar het Engelsch)
32)
Voor het eerst sinds die verschrikkelijke
ziekte was begonnen, barstte zij in tranen
uit, en snikte:
O, ik zal vreeselijk alleen zijn, liefste. Wil
je wel gelooven, dat ik hang ben voor die
weergalooze eenzaamheid?
Hij sloot haar in de armen als een kind
en kuste haar op voorhoofd, oogen en wan
gen; en zei, al wat hij dacht, dat haar
maar vertroosting zou kunnen bieden
maar zij wilde of kon niet vertroost wor
den.
Ik weet, dat ik sterven ga, klaagde zij.
'En in den loop der jaren zal je een ander
liefhebben. O, Allan, hoe hard is het toch
om je te moeten opgeven.
Van dat oogenblik werd zij wakker, maar
ze mocht het nog beleven Adelaide Came-
ron bij zich te zien.
HOOFDSTUK. L.
Lady Rylestone stierf op een zonnigen
ochtend zacht en kalm, als een kind dat in
slaap valt. Ze hadden haar op haar verlan
gen op de rustbank hij het venster gelegd
en gedurende eenigen tijd had zij den blau
wen hemel liggen gadeslaan. Toen riep zij
Allan, maar scheen hem niet te herkennen.
domheid. Maar ook Uw beste liefde is
slechts een schceve gelijkenis en een pijnlij
ke gloed.
Een fakkel is zij die U tot hoogere paden
lichten moet.
Boven Uzelf uit moet gij eens liefhebben.
Zoo leert eerst lief te hebben
Wat hier bij te voegen? Alleen dit. De
vrouw heeft in deze een groote verant
woordelijkheid, gehuwd zoowel als onge
huwd. Als hare oogen opengaan en zij be
grijpt in dienst der duistere machten te
zijn, dan zal zij mannelijk strijden en zich
van die dienstbaarheid losrukken. Dan zal
de Vrouw in haar ontwaken en zal zij lee-
ren; „lief te hebben."
April 1931.
C. M. BERG.
Eenvoudige nieuwe jurken.
Een heerlyke tijd komt weer aan: tijd
/an blijde verwachting en nieuw ontluikend
leven in de natuur, tijd van alle mogelijke
plannetjes en ....nieuwe jurken en japon
netjes en lente-gedachten. En nieuwe stof
jes. niet te vergeten- Een heel tiardige,
doïïe stof is liet z.g. crêpe-shantung, een
zachte gekleurde zgden stof, die speciaal
voor eenvoudige sportieve jurken bedoeld
is en zeker opgang zal maken, vanwege
de eigenschap, dat ze bij 'het wasschen
zoo goed bljjft. Het plaatje geeft al een
neel duidelijk beeld van het doorsnee-type
der nieuwe voorjaarsjaponnetjes, die lan
ger zijn, dan in het vorige jaar, met zeer
vvijde rok, ceintuurtje op de natuurlijke
plaats van de taille en een weinig over-
oloezend lijfje. Verder veel punthalzen.
Jok ziet men heel veel .ronde en z.g. ge
drapeerde halzen, doch de ouderwetsche
vierkante hals zien we heel weinig, ten
minste voor de jonge vrouw. En de kleu
ren? De eenvoudige jurkjes draagt men
het meest in lichtgrijs, vlamrood, groen en
waterblaow.
Voor het gekleede voorjaarstoilet geldt
op het oogenblik de stelregel, dat hoed.
»apon en schoenen in dezelfde kleur of
,int gehouden moeten worden, terwijl sjaal,
eeintuur of das van andere kleur zijn en
lus de noodige onderbreking bezorgen,
dek de handtasch behoort in dezelfde kleur
ils hoed, japon en schoenen te zijn. Onder
le nieuwe hoeden z)jn er ve^e heele
oreede randen (van voren en van ach-
eren smaller), maar voor de meisjes en
vrouwen, die een groote hoed niet staat,
blyft er toch nog voldoende keus in de
kleine modelletjes over. Ook zijn er de
heele ondiepe, randlooze dopjes of hoed
jes van stroo met heel smalle randjes, die
koket uit het gezicht staan. Bijzonder zijn
ook de stoffen (linnen) hoeden, waarvan
de rand van voren opgeslagen is, in den
geest van een Zuid-\Vester. Keus genoeg,
in ieder geval.
LUES.
Wenken en Raadgevingen bij het invullen
van het aangiftebiljet Inkomsten- en Ver
mogensbelasting.
Welk inkomen moet men op het aangifte
biljet voor de Inkomstenbelasting aange
ven?
Aangegeven moet alleen worden inko
men uit bronnen, die op 1 Mei (dus den aan
vang) van het belastingjaar bestaan.
Dus alleen rekening houden met de op 1
Mei bestaande bronnen van inkomen.
Een vaste arbeider, die f 30,per week
verdiende, wordt op 1 April ontslagen; hij
wordt werkloos en is dit ook op 1 Mei.
Heeft die arbeider geen ander inkomen,
dan geeft hij op 1 Mei geen inkomen op;
immers de bron van inkomen, die per jaar
f 1.560,opleverde, bestaat op 1 Mei niet
meer.
Nemen wij nu ht geval, dat deze arbeider
op 20 April een nieuwe betrekking krijgt
op een weekloon van f 20,per week.
Nu is er op 1 Mei een bron van inkomen
(nieuwe betrekking) en moet het jaar-inko
men ad. f 1.040,worden opgegeven
Was die arbeider bij denzelfden baas ge
bleven, maar had hij op 20 April loonsver
laging gekregen van f 30,— op f 20,per
week, dan behoort die arbeider op te geven
f 1.560,per jaar.
Vreemd lijkt dit ongetwijfeld.
Laten wij mogen verklaren, hoe de zaak
zit.
De Wet op de Inkomstenbelasting on
derscheidt tusschen bronnen van inkomen,
die een vol kalenderjaar bestonden en die,
waarvan dit niet kan worden gezeg.
Van bronnen, die een kalenderjaar of lan
ger bestonden, wordt aangegeven, wat zij
gedurende het laatst verloopen kalender
jaar opbrachten.
Een arbeider is jaren werkzaam bij pa
troon A; verdient 30.per week; op 20
April wordt zijn loon tot 20,verlaagd
Wat is nu de bron van inkomen?
De dienstbetrekking bij patroon A.
De bron bestaat langer dan een kalender
jaar.
Aan te geven dus liet loon gedurende het
laatste kalenderjaar verdiend en dit is
1.560.per jaar.
Nu een ander geval.
De arbeider wordt 1 April ontslagen,
krijgt 20 April een nieuwe betrekking bij
patroon B; loon 20.per week.
Wat is nu op 1 Mei de bron van inko
men?
De betrekking bij patroon B.
De arbeider is slechts 10 dagen in betrek
king geweest, dus niet een vol kalenderjaar.
De opbrengst van de nieuwe bron moet
dus worden geschat op het jaarlijksche be
drag en dat is 1.040.per jaar.
Wij zullen nog eens herhalen:
Alleen inkomen uit op 1 Mei bestaande
bronnen van inkomen wordt opgegeven.
Inkomen uit bronnen van inkomen, die
vóór 1 Mei verdwenen, wordt dus niet op
gegeven.
Bestaat de bron nog niet een vol kalen
derjaar, dan wordt niet opgegeven bet be
drag, dat de Ijron tot 1 mei opleverde,
maar het geschatte jaarlijksche bedrag aan
inkomen.
<4
4 EERSTE SOESTER DRUKKERIJ 4
4 4
4 7^ 4
4 4
4 4
4 HET 4
4 BETERE 4
4 DRUKWERK 4
4 7* IS EEN ZAAK 7$ 4
4 VAN VERTROUWEN 4
4 KOM DAAROM BIJ ONS 4
4 WIJ LEVEREN HET 4
4 BESTE TEGEN DE 4
4 LAAGSTE 4
4 PRIJZEN 4
4 Ki 4
4 4
4 4
4^4
4 4
4 VAN WEEDESTR. 7, SOESTDIJK 4
4 4
Een zakenman verkoopt l April zijn zaak,
waarin bij gedurende het afgeloopen kalen
derjaar 10.000.verdiende, voor 20.000.
Deze 20.000 belegt hij in 5 effecten.
Die zakenman heeft geen ander vermogen
dan de 20.000, en gaat rentenieren.
Wat moet de zakenman aangeven?
Wat moet de zakenman aangeven, wan
neer hij op 2 Mei (en dus niet op 1 April)
zijn zaak verkoopt.
In het eerste geval moet hij aangeven
1.000 rente, namelijk 5 van 20.000.
In het tweede geval geef», hij aan 10.000.
In het tweede geval toch bestaat op 1 Mei
de oude bron van inkomen en deze bron
leverde het afgeloopen kalenderjaar 10.00(1
op-
De zakenman, die op 2 Mei zijn zaak
over doet' kan wegens staking van bedrijf
aanspraak maken op ontheffing.
Vragen inzake belastingkwesties te rich
ten tot de N.V. Accountantskantoor „Na
tionaal Bureau voor Adviezen", onder di
rectie van P. iebesma R. de Vries, Groote
Kerkstraat 16,Leeuwarden.
Deze vragen worden kosteloos beant
woord.
Postzegel voor antwoord insluiten.
Margarita, zei hij, je hebt mij geroepen,
liefste: hier ben ik!
Dc engelen hebben mij geroepen, Allan.
Het is tijd voor mij om te gaan!
Hij sloeg de armen om haar heen en Ade
laide knielde bij haar neer.
Zij nam echter van ieder van hen een
hand en legde die bijeen.
Als ik weg ben, Allan, zal je mij toch
niet vergeten? Mij heb je het eerst en het
meest liefgehad....
Toen sliep zij in voor goed.
Zij voerden haar naar Engeland en leg
den haar daar ter ruste op het vriendelijke
kerkhofje te Lutdale; niet in den groo-
ten grafkelder, waar de Iadies Rylestone
rustten.
Na dc begrafenis zaten lord Rylestone
en Adelaide Cameron weer samen. Ze wa
ren nu niet langer vreemden voor elkaar,
maar goede vrienden.
Zij stond alléén bij een van de vensters
van de bibliotheek, toen hij binnentrad.
Adelaide, zei hij onmiddellijk. Morgen
verlaat ik Engeland om er nooit weer te
keeren.
Dit verwondert mij niets, sprak zij kalm,
ofschoon alle kleur haar van het gelaat ge
weken was.
Ik moet gaan; mijn hart ligt begraven
bij Margarita. Ik kan hier niet blijven.
Ze trachtte hem te troosten, door haar
hand op de zijne te leggen en Vol medege
voel tc spreken:
Reizen en daardoor andere indrukken
krijgen, zal het beste voor u zijn.
Ik schaam mij over mijzelven, maar ik
kan het niet helpen, Adelaide! Mijn liefde
is sterker dan ik. Ik kan haar niet verge
ten, haar beeld maar niet uit mijn gedachte
bannen
Wat zal ik daar toch aan doen?
De tijd zal dc beste heelmeester zijn; ook
voor deze wonden! sprak zij vol overtui
ging. Adelaide, zei lord Rylestone; je bent
als een trouwe zuster voor mij geweest....
Nooit zal ik je goedheid vergeten. En nu
ik toch niet hier op Walton terugkom, wil
jij dan zorg dragen voor de plaats?
Zeker wil ik dat. Maar ik vertrouw dat
u zich niet door uw verdriet zult laten
overhecrschen. U zult er strijd tegen voe
ren; een strijd waar u zeker als beter, ede
ler mensch van zult tcrugkeeren. Tot zoo
lang zal ik de plaats voor u beheeren.
Ze namen afscheid van elkaar en kort
daarna verliet hij Engeland.
Zij bleef op Walton Court wonen en be
steedde het grootste deel van haar inkomen
aan werken van weldadigheid. Er werd
druk naar haar hand gedongen, maar zij
bleef trouw aan haar schaduw-liefde, zoo-
als zij dat in zichzelve noemde!
Met groote tusschenpoozen hoorde ze
van hem; ze had dc hoop opgegeven, dat
hij ooit nog voor haar zou gaan voelen.
Een van de schoonste trekken in Ade-
laide's karakter was, dat zij zoo zeer zorg
droeg voor het graf van Margarita. Er
bloeiden de schoonste bloemen op, en iede
re week ging zij het trouw bezoeker;.
Bijzondere attenties bewees zij ock aan
mfs. Meadows, die immers zoo goed was
geweest voor Margarita. Lord Rylestone
had een ruim jaargeld op haar vastgezet.
Zoo ging de tijd nuttig voorbij voor Ade
laide, tot haar zes-en-twintigste verjaardag
kwam en zij dacht:
Ik wilde maar dat mijn gezicht oud werd.
Mijn hart is zeker nooit jong geweest!....
Eer het zes jaar verder was, had lord Ry
lestone zich naam gemaakt en had hij ook
een groot fortuin bijeengebracht. Hij had
maar korten tijd gereisd en had toen een
andere betrekking in Canada aangenomen.
Na verloop van die jaren kon hij ook in
Engeland een betrekking krijgen; en dus
ging hij terug.
Hij keerde niet dadelijk naar Walton
Court wéér, want hij had nog dirngende
zaken te verrichten te Londen.
Er verliepen wel vier maanden, eer hij
naar zijn landgoed ging. Hij kwam cr aan
op een schoonen avond in Mei, toen de
lucht vol bloemengeur was en vol vogel
gezang; maar vóór hij zijn schreden naar
Walton richtte, bracht hij eerst een bezoek
aan Margarita's graf. Wat was dit heerlijk
verzorgd! Het zien daarvan had hem een
ware verlichting geschonken.
Op The Court vond hij miss Cameton
in den tuin, met een kreupel kindje, één
van haar beschermelingen bij zich. Mis
schien was zij nog niet eens zoo zeer ver
rast hem te zien, zoozeer waren haar ge
dachten toch altijd van hem vervuld. Zc
liet de bloemen vallen, die zij zoo even ge
plukt had en trad met uitgestoken handen
op hem toe.
Eindelijk is u dan thuis! zei ze, vol warm
En met nadruk antwoordde hij:
Ik hoop, dat je het tenminste tot een
thuis voor mij wilt maken, Adelaide! Ik heb
je iets te zeggen!
Samen liepen ze verder het pad op, ter
wijl het kreupele kind met droeve oogen
het paar nakeek.
Het is mijn eerste liefde, die ik je te bie
den heb, Adelaide; de vurige aanbidding,
die ik als jongen koesterde, was voor Mar
garita; maar jou, Adelaide, bied ik de diepe,
tecdere liefde van een man.
Zij aanvaardde zijn aanzoek niet onmid
dellijk; zij verlangde dat hij eerst goed ze
ker van zichzelven zou zijn maar nog eens
bepleitte hij zijn liefde, met zulk een diep
gevoelde warmte, dat zij wel moest toe
geven.
Zoo eenvoudig en waar mogelijk luidde
haar antwoord toen:
Ik ben volkomen bereid om jc vrouw te
worden, Allan, want mijn heele leven heb
ik je al liefgehad.
Zij trouwden in den zomer en werden een
bijzonder gelukkig echtpaar. Na een jaar
werd hun een dochtertje geboren, met don
ker haar en donkere oogen, en zij noemden
het Margarita.
Soms vindt Adelaide haar echtgenoot
voor het zoogenaamde Spaansche portret
in de galerij staan en zij weet dan dc juiste
woorden te vinden om hem kalm daar weg
te leiden en zijn aandacht te vragen niet
voor het verleden, maar voor het heden!
EINDE.