ie urn et VI id Nieuws- en Advertentieblad Verschijnt Woensdag en Zaterdag OOM' Bekendmakingen. FAMILIETROTS Wijsheids Pelgrims tocht Binnenland. Plaatselijk Nieuws AAN HUIS neer, wor gend C R tref- GE Officieel. FEUILLETON No. 83 Negentiende Jaargang Woensdag 14 October 1931 Bloedvaten valen, zooals osheid, slecht dan eens tot i 2186 I 501 uur jen ide BUREAU VOOR ADMINISTRATIE: VAN WEEDESTAAT 1 SOE8TDIJK ADVERTENTIEN EN INGEZONDEN STUKKEN WORDEN INGEWACHT TOT UITERLIJK DINSDAGS- EN VRIJDAGSMORGBN S ltf UUR AAN HET BUREAU UITGAVE: N.V. EERSTE SOESTERELECTR. DRUKKERIJ v.h. G. v. d. BOVENKAMP ADVERTENTIENVAN 1 TOT 6 REGELS 74 CTS, ELKE REGEL KEER 14 CTSL GROOTE LETTERS NAAR PLAATSRUIMTE. BIJ ABONNEM- GROOTE KORTING ABONNEMENTSPRIJS I Ir- PER DRIE MAANDEN, FRANCO PEE POET REDACTIE- EN ADM.-ADRES: VAN WEEDESTR. 7 - TEL. 2062 SOESTDIJK HET AUTEURSRECHT VAN DIT BLAD WORDT UITDRUKKELIJK VOORBEHOUDEN OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 1» VAN DE AUTEUR8WET l»li (STAATSBLAD NUMMER 484) Burgemeester en Wethouders van Soest; Gelet op artikel 75 der Lager Onderwijs wet 1920; Brengen ter openbare kennis, dat door den Raad dier gemeente in zijne vergade ring van 5 October 1001 is besloten de wet telijk voorgeschreven medewerking te ver leunen ten aanzien van de aanvrage van het bestuur der Stichting Engendaalschool voor het aanschaffen van eenige leermid delen, benoodigd wegens de invoering van het vak handelskennis op de onder ge noemd bestuur staande U.L.O. school. Soest, 7 October 1031. Burgem. en Weth. voornoemd, De Burgemeester, G. Deketh. Do Secretaris, J. Batenburg DRANKWET, Burgemester en Wethouders van Soest brengen ter openbare kennis, dat op zeven October 1031 bij hen is ingekomen een ver zoek van W. van den Heuvel, van beroep arbeider, wonende te Soest om verlof tot den verkoop van alcoholhoudenden drank anderen dan sterken drank in de navolgen de localiteit: de beneden gelagkamer van het perceel, kadastraal bekend alhier in sectie B No. 2 plaatselijk gemerkt No. 4 en gelegen aan den Eemweg aldaar. Binnen twee weken na de dagteekening dezer bekendmaking kan ieder tegen het verleenen van dit verlof schriftelijk bezwa ren bij Burgemeester en Wethouders in- brengerj. Soest, 8 October 1931. Burgein. en Weth. voornoemd, De Burgemeester, G. Deketh. De Secretaris, J. Batenburg. DRANKWET. Burgemeester en Wethouders van Soest brengen ter openbare kennis, dat op 9 Oc tober 1931 bij hen is ingekomen een verzoek van de wed. J. Barzilay-van Kampen, van beroep pensionhoudster, wonende te Soest, om verlof tot den verkoop van alcoholhou denden drank anderen dan sterken drank in de navolgende localiteit en beneden achterlokaal en beneden zijlokaal van het perceel, kadastraal bekend alhier in sectie H. No. 2852 plaatselijk gemerkt No. 75 en gelegen aan de Burgemeester Grothestraat aldaar. Binnen twee weken na de dagteekening dezer bekendmaking kan ieder te^en het verleenen van dit verlof schriftelijk'bezwa ren bij Burgemeester en Wethouders in brengen. Soest, 9 October 1931. Bnrgem. en Weth. voornoemd, De Burgemeester, G. Deketh. De Secretaris, J. Batenburg. HINDERWET. Burgmeester en Wethouders der gemeen te Soest, Gelet op het bepaalde bij de artt. 6 en 7 der Hinderwet; Brengen ter algemeene kennis: naar het Engelsch van CARL SWERDNA. 20) „Hoor mij nog maar even aan. Dit mag niet zoo voortgaan! Je hebt een bespotte lijke vergissing gemaakt met dien man te arresteeren! Het is geen inbrekerIk ken hem1" „Wat?" riep Fleetwood luide. „Ik ken hem. Als je een paar minuten eerder was teruggekomen, zou je mij met hem gezien hebben." HOOFDSTUK XX. Een vuurrood blosje teekende zich af op Felipa s bleckc wangen, maar er stond geen spoor van vrees te lezen op haar gelaat. 1' leetwood had nog geen antwoord ge zegd; maar, terwijl hij de deur nu weer achter haar sloot, legde hij den stapel brie ven op tafel terug Cn vroeg hij koud: „Weet je wel wat je zegt?" „Ja zeker." „Dus je erkent, dat je, vergeef mij het woord, een geheime bijeenkomst hield met dien man?" «Je kunt het geheim" noemen, niemand wist er van." „Je zei, dat ik een vergissing had ge maakt, met hem te arrestccren; zou je dit nu ook nader willen toelichten?" „Neen," zei ze nadrukkelijk, »,het moet je voldoende zijn, dat ik hem ken, en dat ik jc verzeker, dat hij geen oneerlijke bedoelin gen had met hier te zijn. Hij ging het huis binnen met mij en verliet het, zooals ik het hem gezegd had en toen jij hem juist zag. Meer heb ik niet te zeggen en je hebt het recht ook niet meer te vragen." „Vergeef mij, maar in den toestand waar in sir Peregrinc zich op het oogenblik be- dat op de secretarie der gemeente ter vi sie is gelegd een verzoek met bijlagen van de N,V. Bataafsche Import Mij. te 's-Gra- venhage om vergunning tot het oprichten van een petroleumbewaarplaats, bestaande uit een ondergrondsch reservoir van 2000 L. inhoud en een aftapinrichting in/op het perceel Dorresteinweg No. 50. kad. ge meente Soest, sectie G. No. 2402; dat op den 23 October 1931, des voormid dags te 11 uren gelegenheid is om ten ge meentehuize bezwaren tegen het oprichten dier inrichting in te brengen; en dat gedurende DRIE dagen vóór dien dag op de secretarie der gemeente van de ter zake ingekomen schrifturen kan wor den kennis genomen. De aandacht van belanghebbenden wordt er op gevestigd, dat niet tot eventueel be roep van de later op het verzoek te nemen beslissing gerechtigd zijn zij, die niet op de aangewezen plaats en het aangegeven uur in de vorengenoemde ingevolge art der Hinderwet te houden zitting zijn verschenen, ten einde hunne bezwaren mondeling toe tc lichten. Soest, 9 October 1931. Burgam. en Weth. voornoemd, De Burgemeester, G. Deketh. Da Secretaris, J. Batenburg. Diep bewogen ging Wijsheid verder, en weer fluisterde zij in zich zeiven: „zal de mensch dan nooit zijne kluisters af schudden, zal hij zich nooit van eigen „ik" kunnen ontdoen? Zal hij altijd slaaf zijn? O „Liefde", mijne liefste zuster, zullen wij dan nooit overwinnen? Toen was het haar alsof Liefde naast haar stond en tot haar zeide: „Zie de duisternis wijkt, de dage raad breekt aan, éénmaal zal het licht, als wij op onze post blijven, doorbreken en de mensch, waarachtig Mensch zijn. Geduld mijn lieve zuster." Wijsheid, getroost en gesterkt, zag hoe de hemel zich kleurde, zag als in een bran dend braambosch. Welgemoed trok zij ver der, doch bleef op eens staan. Een sombere figuur kwam op haar af. Dreigend hield hij zijn knoestigen stok in de hand, als tot slaan gereed. Onverschrokken, met kalmen blik, zag Wijsheid hem aan. Zij dacht aan de woorden harer zuster, en een diep gevoel van weemoed sprak uit haar stem, toen zij vroeg: „Wie zijt gij en wat wilt gij? „Wie ik ben", bulderde hij haar tegen; „ik ben Egoïsme en gij zijt mijn grootste vijandin. Gij kruist met uwe zuster Liefde overal mijn weg. Gij ontneemt mij mijn geheele oogst. Ik wil U niet in mijn gebied dulden. Mijne zonen, Oorlog, Drank, Wellust, Ver raad en nog eenigen van mijn groot aantal kinderen, zond ik uit, om voor mij voedsel te halen en zaad voor mijne akkers. Maar gij. gij zijt bezig mij het mij toebehoorende te ontnemen. Sedert gij en uwe zuster hier ronddolen liggen vele van mijne akkers braak en komen mijne kinderen vaak met ledige handen thuis." ,Arme ongelukkige", zei Wijsheid. „Weet gij dan nietj, dat gij met Uwe kinderen niets anders, dan onheil op aarde brengt, dat gij de menschen ten verderve voert?" „Ha, ha!" lachte de oude schor, „dat is juist wat ik wil. Ik, versta mij wel, ik, ik wil alles voor mijzelf. Mij zullen zij dienen als een god, mij zullen zij aanbidden," „Ik beklaag U", zei Wijsheid. „Beklaag hen, niet mij", zei de ou.de. Zij verliezen al les, ik win alles." Zij denken dat zij re- geeren en weten niet dat ik regeer en dat zij mijne slaven zijn. En nu wensch ik, dat noch gij, noch Uwe zuster ooit weer één voet op mijn terrein zet. Ik, de god der vindt, dat hij met niets lastig gevallen mag worden, heb ik, als zijn plaatsvervanger, wel dit recht." Waar verdenk je mij dan van? riep zij, innig-verontwaardigd. „Ik verdenk je nergens van, maar ik be schouw je als een vrouw, die niet in staat is, zichzelf te beschermen, als je volhardt in die dwaasheid, om niet te willen ant woorden op deze toch zoo redelijke vraag. Ik begrijp zeer goed, dat je in het verleden kennissen moet hebben gehad, die niet pas send en je ook niet welkom waren. Maar het zou een onvergeeflijke dwaasheid zijn, om die geheim te houden voor je beste vrienden en ik zou immers te kort schieten in mijn plicht tegenover jou, als ik je niet beschermde tegenover deze mogelijke in dringers!" „Wie is die man?" Hij wist niet, hoe goed die aanraking haar deed, toen hij haar vriendelijk bij de hand nam en naar een stoel geleidde. Terwijl de kleur weerkeerde op haar gelaat, zuchtte zij mat: „Ik zal het je vertellen. Als je denkt dat hij eenigszins een minderwaardi ge is, dan vergis je je toch. Ik heb hem jarenlang gekend. Mijn vader kende hem ook, zijn naam is Paul Chavasse." „Zeker geen Engelsman?" »,Nict geheel: Zijn vader was wel een Engelschman en hij is creboren in Engeland, maar zijn moeder was deels van Engelsche, deels van Italiaansche afkomst. Hij heeft meest buitenslands gewoond; althans, zoo lang ik hem ken. Ik had niets meer van hem gehoord, sedert ik Altorf verliet. Er was niets ter wereld, dat ik minder ver wacht had, dan hem gisterenavond te zien!" AI had men haar ook vol achterdocht ga degeslagen, dan zou men nog niet ontdekt hebben, hoe zij ieder woord wikte en de uitwerking daarvan trachtte waar te nemen op Tristam's gelaat,. „Hoe kwam 't, dat je hem zag?vroeg hij. „Ik had gisterenavond verschrikkelijke hoofdpijn cn om die wat tot bedaren tc brengen, ging ik naar buiten. En daar ont- menschheid, ik, Egoïsme, zal den strijd aanbinden met U en Uwe Zuster „Liefde" Mij alles, lichaam en ziel, gij niets." „Ik beklaag U," zei Wijsheid. „Keer U om, ziet gij al dat Licht? Daar is de zon. Onwillekeurig keerde de oude zich om, Het licht verblindde hem. Plotseling stie hij een afschuwelijken schreeuw uit ei stortte van een rotsblok in de diepte. Maar zijne kinderen leven nog en Wijs beid weet: dat hun aantal groot is, en dat zij allen den naam huns vaders dragen. Toch kan niets haar weerhouden haar Pelgrimstocht tot in het Oneindige te ver volgen, evenals hare zuster Lieide dit doet October 1931. C. M. BERG. DE BOTERPRIJS OP 'T LAAGSTE PUNT» Thans is de boterprijs zoo laag als hij nog maar éénmaal dit jaar is geweest, n.1. f 1.2U per K.G. of f O.bU per pond. Dit is de officieele prijs in den groothandel te Leeuwarden voor 1ste kwaliteit; mindere kwaliteiten gaan natuurlijk nog lager, Verleden jaar 3 October stond de boter op f 1.55 per K.G. Een groot verschil met den hitidigen prijs van f 1.29. EEMN.ES. BEVOLKING. In September vertrokken uit deze ge meente 28 personen, waarvan 15 mannelij ke en 13 vrouwelijke, terwijl 2 vrouwelijke personen overleden,. Er vestigden zich 18 personen, waarvan 8 mannelijke en 19 vrouwelijke, terwijl het aantal geborenen in totaal bedroeg 9 per sonen. waarvan 3 mannelijke en 3 vrouwe lijke. Totaal werd dus de bevolking dezer ge meente met 9 personen verminderd. Het aantal gesloten huwelijken bedroeg twee. ARBEIDSINSPECTIE. Aan het overzicht van het gehouden toe zicht op de naleving der -Arbeids- cn Vei ligheidswet gedurende het 3e kwartaal door de Gemeentepolitie gemaakte inspecties ontleenen wij het navolgende: In totaal werden 3 inspecties gemaakt, waarvan 2 aan broodbakkerijen en één aan een schoenmakerij, het aantal personen dat in de werkplaatsen pleegde te verblijven bedroeg 4 (boven de 18 ja^-). De gemaakte inspecties hebben tot geen op- of aanmerkingen aanleiding gegeven. Processen-verbaal werden niet opgemaakt. AMSTERDAM. De nieuwe president van de Nederl, Bank. De nieuw te benoemen president van de Nederlandsche Bank, Mr. Trip, werd 20 November 1876 te Utrecht geboren. Hij ge noot zijn opleiding aan 't Utrechtsch en het Haagsch gymnasium en studeerde in de rechtswetenschap aan de Rijksuniversiteit te Utrecht. Van 1919 tot 1923 was hij the saurier-generaal aan het dep. van financiën. In 1923 werd hij benoemd tot directeur en het volgende jaar tot president van de Ja- vasche bank. Sedert Mei 1931 is Mr. Trip voorzitter van den lndischen Onderneinersraad. DEVENTER. Loonsverlaging. De loonen van de arbeiders, werkzaam bij de Burger's rijwielfabrieken te Deven- moette ik hem. Het zou natuurlijk beter zijn geweest, hem mee binnen te brengen, maar in mijn verrassing dacht ik daar niet aan. Het was dicht bij de leerkamer en ik nam hem mee naar binnen, terwijl we praatten^ Dit duurde maar enkele minuten. Ik kan net even weg zijn geweest, toen je hem er uit zag komen. Het verwondert mij nog, dat ik je niet gehoord heb; dan zou ik te ruggegaan zijn. Had ik maar gewacht, tot hij de deuren gesloten had; dan zou dit alles niet gebeurd zijn. Maar ik was koud en verlangde naar binnen." Al dien tijd zat zij in doodsangst, dat hij het zwakke punt in haar verhaal zou ont dekken en vragen zou, hoe het kwam, dat de leerkamer niet gegrendeld was. Maar dit scheen hem niet te treffen. ,Hoe kwam hij nier? Hij was je zeker op het spoor gekomen en van Altorf achterna gegaan?" t,Ja,. Toen wij gistermiddag langs de Welkome Rustplaats" reden, was hij daar en had mij gezien. Hij heeft mij toen ge volgd." Jc gevolgd? En heeft hij al die uren hier rondgedwaald?" „,Ik denk van wel. Dat zou 'n En gelschman niet gedaan hebben, hè, maar hij is misschien wat romantisch aange- 'egd!" Ja; dat zal dan wel! Maar waarom is hij niet hier aan huis gekomen en heeft om jc gevraagd?" „Dat lijkt mij geen redem Heeft hij je soms bcleedigd, dat hij bang was, hoe jc hem niet zou willen ontvangen?" „Neen, neen. Het verheugde mij niet dat k hem zag; ik had gehoopt, dat wij elkaar niet weer ontmoeten zouden. Daarom had ik dan ook, naar ik meende, geen spoor achter gelaten, toen ik Altorf verliet. Hij behoort tot het verleden en dit verleden wekt pijnlijke herinneringen bij mij, zoo als je weet. Maar ik heb geen reden, om mij over hem tc beklagen; daarmee zou ik hem onrecht aan doen." Maar waarom bleef hij gisterenavond ter, zijn met ingang van 9 dezer met 5% verlaagd. DEN HAAG. De crisis in de industrie. De minister van Arbeid, Handel en Nij verheid heeft aan den inspecteur-generaal van den arbeid opgedragen een onderzoek op korten termijn in te stellen naar de be- drijfstoestanden in de verschillende in dustrieën, zulks in verband met den crisis. SOESTER WINKELIERS VEREEN. Dat het deze vereeniging ernst is, de zaak flink aan te pakken, zal menigeen met schrijver dezes hebben opgemerkt wanneer zij in de avonduren van b19 zich op straat hebben vertoond; want ofschoon de offi cieele sluiting was bepaald op 8 uur, bleven de étalage-lichten branden bij die winke liers die aangesloten zijn bij de Centrale Vereeniging. Daarmede willen zij trachten, die huismoeders die op den middag aan huis en hof gebonden zijn, door verschillenden arbeid, de gelegenheid te bieden, 's avonds geheel op haar gemak de étalage's te gaan bezichtigen, keuze te maken en den volgen den dag groote zus of broer het verlangde te laten halen. Wanneer dus deze eerste po ging van de winkeliers wordt gewaar deerd, zullen de andere middelen die be proefd zullen worden om de kooplustigen te leeren winkelen, gemakkelijker ingang vinden1. R.K. MIDDENSTANDSVEREENiuING Genoemde vereeniging hield een druk be zc chte samenkomst onder praesidium van den heer H. v. d. Berg, welke met de Chr. groet werd geopend. Daarop zet de voor zitter het doel der vereeniging uiteen en wijst er op dat de Kath. Middenstander zich moet organiseeren in een Kath. Middenst. Ver,. Daarop verkreeg de heer de Braban der, directeur van het Hanzebureau uit Utrecht het woord en zet in een betoog uit een het nut van een Kath. organisatie; daar een neutrale vereeniging onzin zou zijn, en belicht vooral het matcrieele deel van het betoog. Nadat hierop de geestelijke advi seur het principieele deel had belicht en met voorbeelden verduidelijkt, wees Z.Ew. er op dat de Kath. organisatie door den Bisschoppen is bevolen. Nadat de Voorzit ter der Soester YVinkeliersvereeniging en kele vragen had gesteld, welke naar genoe gen werden beantwoord, werd de vergade ring op de gebruikelijke wijze gesloten. VERWOND. Mej,. K. aan de Schrikslaan heeft zich zelf in een vlaag van overspanning vreese- lijk verwond aan den hals en pols. Dr. Don ker legde het eerste verband, waarna zij per auto naar Hilversum werd vervoerd. R.K. TOONEELCLUB D.E.K.O. Ofschoon de club pas een jaar bestaat, gaf zij Zondagavond voor leden en genoo- digden eene uitvoering in het St. Jozefge bouw waarvoor veel belangstelling be stond. Het strijkje van den heer J. Stalen hoef en Mej, Goes, zorgde voor de aller nieuwste Schlagers die insloegen. Opge voerd werd „Excellentie", blijspel in 3 be drijven. waarin de hr. Bigmans, grossier in aardappelen, lijdend is aan hoogmoeds waanzin, door zijn personeel daarin ge sterkt, zoodat het zoover komt dat hij zich candidaat had gesteld voor de aardappelen partij. Er is volop genoten, vooral om Kees dan zwijgen en liet hij zich arresteeren? Een woord van jou zou voldoende geweest zijn. Dat moet- hij toch wel geweten hebben?" „Ja. Maar hij wilde mijn naam niet noe men zonder mijn toestemming." „Dus als jij niet gesproken had, zou hij zich kalm in hechtenis hebben laten nemen? Een daad van overgroote ridderlijkheid, naar het mij voorkomt, Felipa! Maar heb 'e mij wel alles verteld?" ,Neen. Ik denk anders, dat je het wel geraden zult hebben. Hij heeft mij verschei dene malen ten huwelijk gevraagd. Ik heb steeds neen gezegd." „En hij is je van Altorf gevolgd?" „Ja; om mij andermaal te vragen. Soms denk ik, dat hij 't nooit zal opgeven. Maar hij heeft mij dan ook echt lief. Hij is de eenige, die dit gevoelen voor mij heeft gekoesterd en die het waarschijnlijk ooit voor mij zal koesteren!" voegde zij er bij, met nitteren glimlach. „Och, en als ik niet de advertentie van sir Peregrine had gezien, dan zou ik hem uit armoe toch nog wel ge trouwd hebben!" „Dat had ik toch niet graag gehad," „W aarom niet? Er was wel geen sprake van liefde van mijn kant, maar hij wilde mij best zonder dat nemen en al is hij nu ook niet rijk hij is toch rijk genoeg!" Zij lachte weer bitter. „Ik heb eens geld van hem geleend." ,Van hem geleend....?" ,J-J. Het was zeker in„het geheel niet, zooals het behoorde. Maar gebrek drijft de menschen soms tot vreemde dingen. En het was niet alleen uit eigen gebrek!" De strenge uitdrukking op het gelaat van •"leetwood werd zachter. „Was het dan, omdat je vriendin gebrek eed. Ja. Zij was stervende." ^Dan deed je goed! Wil jc mij ook zeg gen, welk bedrag het was?" „Waarom?" „Omdat ik liet hem wilde terug geven." „Daar zou jc hem diep mee grieven. Hij zou ook weigeren het aan te nemen." en Eriis is hartelijk gelachen. Tot slot een dolle klucht, „de Doodenrit" waartoe Jaap het zijne bijdroeg. De regie was goed ver zorgd. Alles bijeen een geslaagden avond. UITSLAG VOETBALWEDSTRIJDEN op Zondag 11-10-'31. Esvac Z—Rood-Wit II 65 Esvac adsp.'t Gooi adsp. 81 Esvac jun.Hilversum jun. 02 Esvac I—St. Boys I 2—2 Voor rust 10, Esvac IIHilversum 5 25. Ter gelegenheid van de ingebruikname der nieuwe tribune op het Esvac-terrein was de belangstelling zeer groot. O.m. was aanwezig de consul v. d. ANWB, de wet houder van financiën, de raadsleden Buscli en Bleeker, bestuursleden der V.V, Soest- dijk, de voorzitter der UPVB, de heer van Kuyck, en het bestuurslid de heer Visser. Om 1.39 uur ving eerst de veteranen-wed strijd aan tusschen 2 elftallen, oud Esvac- cers, de zwarte en groen-witte partij, waar van de uitslag was 21. Er is hartelijk ge lachen om dit partijtje voetbal. Daarop nam te 2.39 uur de wedstrijd Esvac I—St. Boys 1 een aanvang waarbij mooi open spel, dat zich snel verplaatste, werd getoond. Met rust was de stand 19. In de rustpauze nam allereerst de voorzitter van Esvac het woord en riep allen het welkom toe bij de ingebruikname der nieuwe tribune. Spr. memoreerde het vele door Esvac in haar 8-jarig bestaan gepresteerd; de club was flink uitgegroeid en hoewel zij een harde dobber heeft om boven water te blijven, had zij toch om de belangstelling voor de sport te verhoogen een overdekte tribune laten zetten. Spr. hoopt dat de groei van Esvac zal bestendigd blijven. Daarop verkreeg de wethouder het woord, welke allereerst het bestuur feli citeerde met de tribune en laat in zijn speech uitkomen dat de sport de mensch in het bloed zit. Reeds vroeg vermaakte zich het jonge meisje met de bal en het springtouw, de jongen met hoepel en sprin gen, alles om door krachtinspanning tot ontwikkeling te komen. Groeit de knaap op, dan formeert hij met zijn makkers een club, en van alles en nog wat maakt bij een doel. Hij wenscht echter fair en eerl k spel, al valt dat niet altijd mede. Spoedig komt hij terecht bij een goede club, waar de spelre gels het voetbalspel niet tot een janboel maken, en de sport wordt opgevoerd door de spelleiders. De populairiteit wordt er door bevordert, en nu tracht men door fair en eerlijk spel er opvoedende krachten van te laten uitgaan,. Spr. hoopt dat elk op eigen terrein die eigenschappen zal doorvoeren. Hij feliciteert Esvac met zijn tribune, en hoopt dat, waar dit de officieele opening is, de vereeniging er sportief en finantieel voordeel uit zal halen. Na applaus ver krijgt MiV van Doorne als oudste speler het woord, en feliciteert het bestuur en de club dat zij zulk een voorzitter hebben, een man van het woord en daad, daar hij alles voor Esvac over heeft. Spr. heeft hem zien kwasten en heeft daar een snapschot van gemaakt dat hij hem aanbiedt. Hij compli menteert club en bestuur en hoopt dat de voorzitter op de jaarvergadering met verpletterende meerderheid zal herkozen worden, want Esvac kan hem niet missen. Daarop verkrijgt de heer Busch het woord, en feliciteert Esvac namens de kijklustigen met den aanwinst der tribune. Er spreekt saamhoorigheid uit en dit wijst er op dat Esvac op den goeden weg is. Vervolgens spreekt de voorzitter der UPVB de heer van Kuyk, welke zich aansluit bij het ge sprokene; hij feliciteert bestuur en leden van Esvac met de tribune. Esvac beeft steeds een goed figuur gemaakt in den Bond,. De eerste maal nam hij niet zulke aangename herinneringen mede. Esvac i9 de eerste vereeniging der UPVB die een tri- Nonsens!" Hoe vriendelijk Tristam ook sprak, zijn toon was vastberaden. „Geen man heeft het recht, een vrouw onder eeni ge geldelijke verplichting te houden. Ik zal hem het bedrag terugbetalen uit jou naam en met je dank. Hoeveel was het? Toen hij de cijfers had opgeteekend in zijn zakboek en opstond* vroeg zij: „Ga je nu naar Thorgan bij Magna?" „Ja. Het is al te laat geworden om den generaal nog thuis te treffen." „Zal je het hem.... vertellen1?" „Natuurlijk. Dat zal het beste zijn. Er is niets dwazer dan onnoodig geheimzinnig te zijn, geloof mij! Je kunt er van op aan, dat ik niet meer zal zeggen, dan noodig is en zooveel mogelijk de schuld op mij zal ne men ofschoon ik onder de gegeven omstandigheden, niet zou weten, wat ik an ders had kunnen doen. Dat wil ik je eerlijk zeggen, dat ik een hooger idee heb van de ridderlijkheid van mr. Chavasse, dan van zijn gezond verstand. Maar ik ben ook niet romantisch aangelegd „Neen; waarschijnlijk niet!" Ze stond op en trad wat nader op hem toe. „Ik heb je heel wat last bezorgd, Tris tam, en ik zal maar net als een klein kind vragen: Je bent toch niet boos op mij?" Hoewel hem het geval zeer ergerde, acht te hij dien Chavasse toch altijd nog meer te laken; en heel edelmoedig antwoordde hij: „Boos Volstrekt niet! Je hebt het immers verklaard. Nu zal ik het op mijn beurt aan den generaal toelichten met dit gevolg dan, dat mr- Chavasse onmiddellijk vrijgelaten wordt. Het zal dan nog wel wat gepraat verwekken, maar de zaak zal gauw genoeg doodbloeden. En daar ik een paar maal nog al heel ronduit gesproken heb, mag ik wel vragen of jij niet boos bent op mij?" O neen; dat weet je beter!" zei ze op zachtcn toon; waarna hij haar nog eens raadde, dat zij toch wat rust zou nemen cn zich onmiddellijk op weg begaf naar Thor gan bij Magna. (Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

De Soester | 1931 | | pagina 1