REVOLUTIE
SOEST -
IN
Nieuws- en Advertentieblad
Verschijnt Woensdag en Zaterdag
Bij de a.s. blijde
gebeurtenis.
Van geluk en pech.
Uitgave: N.V. EERSTE SOESTER ELECTR. DRUKKERIJ, v.h. 0. v.d. Bovenkamp
REDACTIE- EN ADM.-ADRESv. WEEDESTR. 7 - TEL. 2962 - GIRO 161165
Bekendmakingen
De filmvertooningen.
No. 7
ZEVEN EN TWINTIGSTE JAABGANG.
Woensdag 26 Januari 1938
Bureau voor Administratie: VAN WEEDESTRAAT 7 SOESTDIJK
Advertentiën worden ingewacht tot uiterlijk Dinsdag- en Vrijdagsmiddags
2 uur, aan het Bureau: Van Weedestraat 7 Telefoon 2902
Advertentiën: VAN 1-5 REGELS 75 CT&., ELKE REGEL MEER 15 CTS.
Groote letters naar plaatsruimte BIJ ABONNEMENT KORTING
ABONNEMENTSPRIJS:0.80 PER DRIE MAANDEN
HET AUTEURSRECHT VAN DIT BLAD WORDT UITDRUKKELIJK VOORBEHOUDEN OVEREENKOMSTIG ART. 15 VAN DE AUTEURSWET 1912 STAATSBLAD No. 380
(Officieel)
BEKENDM AKIN G.
HENGSTENKEURING.
De Burgemeester der gemeente Soest
brengt het volgende ter kennis van belang
hebbenden:
De Minister van Economische Zaken
heeft bepaald, dat de gewone hengsten-
keuring in het voorjaar 1938, voorzooveel
de provincie Utrecht betreft, voor het type
tuigpaard zal plaats hebben op Vrijdag 11
Februari 1938.
Een keuring van hengsten van ander ty
pe zal voor dit gewest niet worden gehou
den.
De Provinciale regelingscommissie voor
de Paardenfokkerij in Utrceht zal tot het
aannemen en inschrijvingen voor bedoel
de keuring zitting houden op Zaterdag 29
Januari 1938, van des voormiddags 11 tot
des middags 12 uur, in het gebouw van de
Landbouwbeurs, Achter Clarenburg, te
Utrecht, terwijl tot dien datum schriftelijke
aangifte kan worden gedaan b\j den Secre
taris der Commissie, den heer Ir. J. S.
Swierstra, te Utrecht, Prins Hendriklaan
No. 39.
De aanvragen voor inschr(jvingsbiljet-
ten moeten worden gericht aan vorenge
noemden Secretaris, waarbij moet worden
opgegeven:
a. naam en woonplaats van den eige
naar of houder;
b. naam, ouderdom, hoogte, type tuig
paard, kieur en afteekeningen van den
hengst, benevens, indien deze in een stam
boek is ingeschreven, diens stamboek en
stamboeknummer;
c. zoo mogelijk afstamming van den
hengst, zoowel van vaders- als van moe
derszijde en naam en woonplaats van den
fokker;
d. door welke commissie of commissies
de hengst gekeurd moet worden;
e. plaats en datum van de vorige keu
ring, zulks voor het geval de hengst reeds
eerder gekeurd is.
De hengsten moeten op Vrijdag 11 Fe
bruari 1938, des voormiddags 10 ure, aan
wezig zijn op het achterterrein van de
Veld-Artillerie-Kazerne „Damlust" te
Utrecht.
Soest, 19 Januari 1938.
De Burgemeester voornoemd,
W. A. J. Visser.
lukkingen op anderen te werpen, en ons
zelf schoon te wasschen, want onze groot
ste vijandzit dikwijls in ons zelf. In
onze eigen gedachten van haat en wan
trouwen, van leugen en bedrog, van oneer
lijkheid in kleine en groote dingen, van
ongeloof in de macht, van goede, opbou
wende gedachten en daden. Sommigen
meenen, dat ze in hun gedachten wel het
oor kunnen leenen aan lage motieven, aan
slechte gedachten, mits de wereld het maar
niet ziet. Maar ze vergeten, dat wanneer
het in hun gedachten er zoo donker en
gemeen uitziet, er niet veel ruimte over
blijft voor lichtere, goede, helpende ge
dachten, die verheffen en opbeuren. Wij
menschen, we bouwen met onze eigen ge
dachten ons eigen wereldje; door de at
mosfeer zooals we die in onze innerlijke
gedachten scheppen en onderhouden, zien
wc de wereld en wat daarin gebeurt. En
nu is het maar aan onszelf om te bepalen,
of we de wereld door een helder glanzend,
vroolijk lichtend, zondoorlicht venster van
reine, goede gedachten zullen zien, of door
het doffe, beslagen venster der troebele,
duffe, benauwde atmosfeer van een duis
ter gemoed, dat het zonlicht niet kan ver
dragen. En als we langzamerhand de be-
teekenis hiervan gaan inzien, zullen we
wellicht wat meer aandacht gaan beste
den aan gasten, die we in het hui9 onzer
gedachten toelaten en toestaan te blijven,
zullen we wellicht wat nauwlettender toe
zien op de kwaliteit van ons denken, zul
len we het groote belang gaan beseffen
van het onderhouden van goede, opbouwen
de, liefdevolle en vaarheidsvolle gedach
ten in ons bewustzijn, en van het weren
van alles uit ons bewustzijn, wat neer
haalt, verlaagt en bederf zaait.
Zoo komen we vanzelf tot het oude stre
ven van de menschheid op haar best: het
streven om altijd gced te zijn, een voort
durende strijd in ons zelf ontketenend te
gen alles wat laag, minderwaardig, slecht
isIn dit verband is het heel juist
de volgende opmerking eens te overwegen:
indien de mensch voortdurend naar het
volmaakt goede streeft en actief is, zal hij
ten slotte daar komen, waar hij niet in
staat zal zijn zelfs aan lage dingen slechts
te denken. Hij zal zijn hoogste genoegen en
belooning vinden in het denken niet aan
zich zelf en zijn eigen kleine belangetjes,
maar in het streven om zegen en hulp aan
anderen te brengen. Geen mensch is wer
kelijk begonnen te leven totdat hij iemand
meer liefheeft dan zichzelf totdat hij
eerst aan het geluk en welzijn van een of
anderen denktDeze dingen zijn
inderdaad niet onpractisch en in het zoo
genaamde harde leven" onuitvoerbaar.
Want ten slotte kunnen we in ons werk,
wat het ook zjj, altjjd een gelegenheid zien,
om de wereld aan iets nuttigs te helpen,
en te „dienen", in den hoogsten zin des
woords.
(Nadruk verboden).
bel. Het werd namelijk bekend, dat men in
Baarn Soëst al ver vooruitgesneld was:
men was daar al weer over het stadium
van het voorloopige Comité Révolutionair
heen en „het Volk van Baarn" had reeds
een nieuw gemeentebestuur, „provisionee-
le Representanten", voorshands voor den
tijd van 6 weken, gekozen. En deze door
het volk gekozen Representanten of ver
tegenwoordigers zouden Maandag 16 Fe
bruari naar Utrecht gaan om daar de rech
ten van Baarn te verdedigen.
Het is begrijpelijk, dat men in Soest niet
achter wilde blijven en in Utrecht niet
minder voor den dag wenschte te komen
dan Baarn. Daarom werd Vrijdag 13 Fe
bruari inderhaast besloten het Volk van
Soest tot een volksvergadering tegen Zon
dag bijeen te roepen. Dit geschiedde door
het aanplakken van de volgende
BEKENT MAAKING.
stand, waarin de Soester boeren door het
doortrekken en inkwartieren achtereenvol
gens van Engelsche en Fransche troepen
waren geraakt, waaraan ze heel wat fou-
rage, paarden en wagens hadden moeten
afstaan.
Om zes uur was het agendum afgehan
deld. Het volk van Soest had voor de eer
ste maal zijn eigen vertegenwoordigers ge
kozen. Een nieuwe tijd wa3 ingeluid.
Aldus geschiedde in „het Eerste Jaar
der Bataavsche Vrijheid."
J. HEPP.
In 1795. beek, Gijsbert Gertze Schouten en Michiel
Al onze ellende komt hieruit voort,
dat wij alleen aan onszelven den
ken, terwijl het geheim van het ge
luk is, alleen aan anderen te den
ken.
T. de Wyzewa.
Ja, zoo ver het algemeen, zyn w\j U
en ik en de anderen wel handige luitjes,
we hebben ons antwoord wel klaar en wij
weten van wanten. Als het ons niet voor
den wind gaat, wanneer poging na poging
mislukt, wanneer tegenslag volgt op te
genslag, wel, dan hebben we daarvoor al
b(j voorbaat een keurig excuus klaar. Een
mensch moet maar pech hebben, zeggen we
dan. En gaat het ons goed, loopt het ons
mee, hebben we succes, nu, dan weten we
deksels goed te zeggen, hoe dat komt: we
zijn immers van die mirakel kranige kae-
rels, nietwaar, en dat succes, wel dat heb
ben we verworven, omdat we zoo bar knap
en kranig zijn. Maar gaat het een ander
goed, schijnt hem alles mee te loopen
Dan zeggen we al gauw: Ja, een mensch
moet maar geluk hebben! Stom geluk, an
ders niets!
Kijk, dat is allemaal gauw gezegd. Maar
toch zijn het slechts dooddoeners, deze
luchthartige verklaringen van „pech" en
„stom geluk". Waardoor we het heele we
reldbestel op rekening schrijven van een
onberekenbaar en blind noodlot, en de ver
antwoordelijkheid voor den gang van za
ken, van onze zaken, van onze schouders
afschuiven en overbrengen op die van het
anonieme „noodlot". Het is natuurlijk heel
gemakkelijk om aldus voorspoed en tegen
slag te willen „verklaren", maar een der
gelijke houding getuigt niet bepaald van
veel verlicht Inzicht, en evenmin van een
buitengemeene moraal. En of we het ge
loven willen of niet dat doet aan
eeuwige waarheden geen syllabe toe of
af we dienen den vijand niet te zoeken
in een onnaspeurlijk noodlot of pech, we
dienen hem ook niet te zoeken in de men
schen om ons heen, in zoogenaamde con
currenten of kwaadwillenden, we hebben
niet het recht al de schuld van onze mia-
Neen, waarde lezer, het is niet noodig,
dat u de schrik om het hart slaat. De
hierbovenbedoelde revolutie is allang be
ëindigd, al meer dan 140 jaar geleden, en
was volstrekt onbloedig. Toch waren het
een paar bewogen dagen, voor het anders
(ook nu nog!) zoo rustig dorp. En het is
wel aardig om daarover eens wat meer te
vernemen, vooral ook omdat de betover
grootvaders van verschillende huidige
Soester inwoners b\j die Revolutie een rol
hebben gespeeld.
Zooals u nog van school weten zult (en
als u 't vergeten bent, is 't nog niet zoo
erg), sloeg In het begin van het jaar 1795
de Fransche Revolutie ook naar ons land
over. Op 18 Januari van dat jaar nam
stadhouder Willem V de wijk naar Enge
land, welk feit door omwentelingen in
Franschen geest in de verschillende groote
steden gevolgd werd.
Soest toen 1277 zielen.
Soest, dat toen nog slechts 1277 zielen
telde, kwam. niet met de nachtschuit ach
teraan: reeds den 9en Februari daaropvol
gende brak hier de Revolutie Uit.
Nu moet daarbij vermeld worden, dat
het initiatief niet van de Soesters zelf uit
ging, althans niet in de eerste plaats. De
rol van aandrijver en organisator werd
hier gespeeld door een niet onaanzienlijk
Amsterdamsch burger, Jacobus van Pem-
broek, die hier in Soest een buitenplaats
had, zoodoende hier zekere rechten had als
eigengeërfde en toentertijd zelfs de func
tie van buurmeester bekleedde. Deze heer
had in Amsterdam de Revolutie meege
maakt en wilde zich verdienstelijk maken
door ook in Soest en omgeving de Revo
lutie te helpen voltrekken. Daartoe had h(j
zich door het Comité Révolutionair van
Amsterdam een schriftelijke opdracht la
ten verstrekken, „om overal waar h}j kon,
in het Stight van Utrecht de Revolutie te
bevorderen."
De geest scheen overigens ook in Soest
reeds rijp te wezen, want hij wist gedaan
te krggen, dat al op 9 Februari 1795 in
het „Rechthuis" of gemeentehuis (het ge
bouwtje, dat thans in de Eemstraat ach
ter de steenen pomp ligt, vlak vooraan)
een samenspreking werd gehouden van vijf
schepenen: Willem Fluyt, Toon van den
Hoeven, Cornelis van Altena, Geurt Hil-
horst, Willem Smits en 25 van de voor
naamste geërfden, meest landbouwers.
Het Comité Révolutionair.
„Burger" van Pembroek had de leiding
en wist door te zetten, dat er een Comité
Révolutionair werd opgericht, dat leiding
zou geven aan de omwenteling in Soest.
Tot leden van dit Revolutionaire Comité
werden gekozen: Geurt Hilhorst, Hendri-
cus Ebbehorst, Hendricua de Beer, Willem
Smits, Evert Fluyt, Jacob Isaakse, Cor
nelis van Altena, Cornelis van den Bree-
mer, Wouter Logtestein, Teunia Steen-
Dijkman. Natuurlijk zou het niet gedeugd
hebben, als „Burger" van Pembroek er
niet b\j geweest wa.-. hij werd „consulent
en raadgever" van het comité. Verder werd
het geheele gemeentebestuur, voor afgezet
verklaard; de schout en de gemeente-se
cretaris hadden deze revolutionaire ver
gadering geboycot en daarom durfde men
over hun functies vooralsnog niets te be
slissen. Maar in een later stadium gingen
ook zij eraan. Tot secretaris van. het comi
té werd met algemeene stemmen gekozen
de predikant van Soest, Ds. F. H. Gelhuys.
Plechtig werd verklaard, dat de leden „dee-
ze Post aangenomen hebben en als man
nen van Eer zullen uitvoeren", wat met
hun handteekening werd bekrachtigd. Het
opgestelde stuk besloot' met den uitroep:
„Vrijheid, Gelijkheid, Broederschap".
Men was nu wel op eigen houtje zoo
dapper aan het omwentelen geslagen,
maar over de vraag, hoe men zich in het
hoogere bestuur, dat van de provincie zou
moeten inschakelen, zat men met de han
den in het haar. Totnogtoe had de ridder
schap het platteland in de provinciale re
geering vertegenwoordigd („quasi verte
genwoordigd", zeiden de Soesters sarcas
tisch) en bovendien had Soest, met Baarn,
Eembrug en Eemnes, onder de ambachts
heerlijkheid van den Stadhouder gestaan.
Het Soester Comité stelde een brief op
voor de „Representanten van het volk van
het Stight van Utrecht", zooveel als de
voorloopige provinciale regeering, waarin
op grond van het feit, dat „de Ridderschap
nu geannuleerd (opgeheven) is en ook hun
Ambachtsheer Willem de Vijfde vertrok
ken en van. zijne posten ontslagen Is", er
aanspraak op gemaakt werd, dat Soester
afgevaardigden zitting zouden krijgen in
het provinciaal bewind, „om meede te wer
ken ten algemeenen nutte van den lande,"
Aan de Burgers Teunls Steenbeek en Ja
cobus van Pembroek werd opgedragen de
zen brief over te brengen en in Utrecht de
aanspraken van Soest te verdedigen. Den
volgenden dag, Dinsdag 10 Februari, zou
den zij vertrekken.
Maar van het heele mooie plan kwam
niets, want dien nacht zette onver
wachts een harde dooi in, „waardoor de
wee gen in 't eerst niet wel dan met gevaar
te gebruyken waaren." Een tochtje naar
Utrecht is thans een kleinigheid, waar we
onze hand niet voor omdraaien. Maar in
dien t(Jd, toen auto's en spoorwegen nog
ontbraken, beteekende het, vooral bi)
slecht weer, nog wel wat meer. En w"e
zullen ook wel niet ver van de waarheid
af zyn als we veronderstellen, dat vooral
meneer Van Pembroek bezwaar gemaakt
zal hebben om zich over die ontdooide
modderwegen te wagen. Men besloot dan
maar de 16e te gaan.
Reeds toen animositeit tusschen
Soest en Baarn.
Doch er kwam weer een kink in de ka-
De In- en opgezetene van Zoest wor
den verzogt om op Zondag den 15 Fe-
bruary 1795 's namiddags ten 12 uuren
op het luyden der Klok te compareren,
in de Kerke alhier, om aldaar te helpen
verkiezen, vrije volks Representanten
van dit District volgens het algemeen
gevoelen uit ieder huisgezin een man, uit
gezonderd die dewelke gealimenteert
worden en dienstbaar zijn.
Zegt het voort.
De Schout en de Gemeentesecretaris, die
de vorige vergadering geboycot hadden,
kregen een speciale* aankondiging per
brief. Verder werd een soort lijst van stem
gerechtigden opgesteld en volgens die lijst
stembriefjes met namen en nummers van
de opgeroepenen gereed gemaakt. De
stemming zou bij meerderheid van stem
men geschieden.
Tegen den tijd, dat deze gewichtige ver
gadering in de geschiedenis van Soest in
de groote of protestantsche Kerk een aan
vang zou nemen, kwam het Comité Révo
lutionair nog even in het vlak bij de kerk
gelegen Rechthuis samen om het agendum
en een te behandelen resolutie op te stel
len. Onderdehand galmde het klokgelui uit
den kerktoren en stroomden de mannen
van Soest naar de kerk.
Zoo was dan het gewichtige oogenblik
gekomen. Het comité begaf zich uit het
Rechthuis naar de Kerk en de volksver
gadering werd geopend met een bezielde
toespraak van Burger van Pembroek, die
het Volk van Soest op het gewicht van
het oogenblik wees. Daarop werd verslag
gedaan van de verrichtingen van het Co
mité en het volk hechtte zijn goedkeuring
aan deze verrichtingen, waarop het volk
de leden van het Comité van hun posten
ontsloeg, om tot de verkiezing van Repre
sentanten over te gaan. Tevoren werd er
nog aan herinnerd, dat zrj zulke personen
moesten kiezen, „die malkanderen niet te
na in den bloeden bestaan, bij voorbeeld
vader en zoon, of gebroeders; van een onbe
sproken gedrag en met de vereijsten be
kwaamheden verzien zijn."
Representanten van het volk.
Verkozen werden door het Volk van
Soest tot Representanten: Evert Fluyt,
Teunls Steenbeek, Hendricus de Beer, Hen-
dricus Ebbehorst, Aard van Klooster, Wil
lem Smits, Jan Bieshaar en Geurt Peterze
Hilhorst; tot gemeentesecretaris: Zeeger
de Beer, en tot gemeentebode: Helmus
(of: Wilhelmus) Schimmel, allen voor den
tijd van zes weken, want alles geschiedde
als voorbereiding tot een definitieven, wet
telijk geregelden toestand.
Tenslotte werd een uitvoerige resolutie
voorgelezen, waarin ook de uitslag der
verkiezing verwerkt was, en deze werd
„met blijde toejuijching" door het volk
goedgekeurd. In dit stuk verklaarden de
vergaderden „uit te maken het vrije volk
van Zoest, houdende onze mondelingsche
verklaaring voor even goedt en wettig, als
of wij deeze qualificatie, die ons recht en
duijdelijk voorgelezen is, eigenhandig hoofd
voor hoofd ondergeteekend hadden." U
ziet: men dorst een zelfbewuste en revo
lutionaire toon aanslaan! Verder werd in
deze resolutie of qualificatie aan de geko
zen Representanten een gedetailleerde op
dracht verstrekt voor de overname en voe
ring van het dorpsbestuur. Als gedepu
teerden naar Utrecht werden daarin aange
wezen de Burgers Teunis Steenbeek en
Geurt Hilhorst en natuurlijk de onvermij'
delijke Van Pembroek als consulent en
raadgever. Deze gedeputeerden, die den vol
genden dag zouden vertrekken, kregen nog
een speciale opdracht: namelijk aan te
dringen op een oplossing van den noodtoe-
Zooals men uit het programma der a.s.
feestelijkheden, afgedrukt in ons nummer
van j.1. Zaterdag, heeft kunnen zien, heeft
het Comité took filmvoorstellingen voor
ouden van dagen en voor door werkloos
heid getroffenen georganiseerd.
Te 3 uur op den Nationalen Feestdag
zullen in het Carlton Theater de ouden
van dagen van die Oranje-voor stelling
kunnen genieten en later kunnen ook de
werkloozen met hun echtgenoote deze
voorstellingen bijwonen, waarbij dan van
wege het Comité voor een passende trac-
tatie zal worden gezorgd. Dringend aanra
den deze voorstellingen te gaan bijwonen,
zal wel niet meer noodig zijn; men wende
zich tot een der Comitéleden.
Wij waren Maandagmiddag in de gele
genheid van het programma, dat zal wor
den vertoond, kennis te nemen.
Na een Fox-Movietone-filmjournaal,
waarin wij de overstroomingen aan de Ti-
ber en de oorlogstafereelen in China za
gen, kwam een oerleuke klucht, Joe E.
Brown in „Jan Ongeluk", waarin de hoofd
persoon allerlei moeite doet om polo te
paard te leeren te spelen, hoewel hij hee-
lemaal niet kan paard rijden en alleen al
bij het zien van paarden hevige niesbuien
krijgt. Doch het meisje zijner keuze, een
liefde op het eerste gezicht, is een verwoed
polo-bewonderaarster en vandaar, dat Joe
tenslotte moet invallen in het plaatselijke
polo-team, met de allerdolste complicaties;
Wonder boven wonder scoort hij zelfs
ettelijke punten en het happy end komt
daardoor aldra. Hoewel een dolleuke film-
comedie, werd toch naar voren gebracht
de vraag, of dit filmgegeven, waar prac-
tisch niets „inzat", nu eigenlijk wel de
meest geschikte bijfilm was voor oudere
menschen en werkeloozen; voor de kinde
ren want het ligt in de bedoeling zoo
mogelijk ook alle schoolkinderen in staat
te stellen deze filmvertooningen in de da
gen, die op de blijde geboorte volgen, bij
te wonen achtte men zoo'n overdolle
klucht wel aardig. Daarenboven zullen
voor hen nog sportfilms en leuke teeken
films ingelascht worden.
In dit verband bestaat dus nog de mo
gelijkheid, dat voor de ouderen alsnog de
keuze op een andere bijfilm zal vallen.
De hoofdfilm, waarvoor de vertooning
eigenlijk zal worden georganiseerd, is niet
minder dan 1040 Meter lang en geeft vele
tafereelen uit het leven onzer vorstelijke
personen. Deze film is speciaal samenge
steld uit authentieke oude films uit vroe-
geren tijd, dus alle origineele opnamen en
vandaar dus „stom", want in dien tijd
dacht men nog niet aan „sprekende" films.
Max Tak heeft echter op uitnemen
de w(jze voor de muzikale illustratie zorg
gedragen en Kommer Klein volvoerde zijn
taak als mondeling toelichter van alle ta
fereeltjes op buitengewoon goede wijze.
Deze Oranje-film van Polygoon kan dan
ook als bijzonder goed geslaagd worden
aangemerkt.
40 jaar geleden weer eens op de film te
zien, heeft natuurlijk voor de ouderen zijn
bijzondere bekoring en vele herinneringen
komen dan weer boven of worden opge-
frischt.
Na de stamboom van het huis Nassau,
zien we den Dam te Amsterdam van 1898
op het doek verschenen, we zien de paar
dentram rijden, zien „Naatje van den
Dam" nog midden op het plein staan en
bespeuren nog het oude Commandantshuis.
In die omgeving vond de kroning van
H.M. Koningin Wilhelmina plaats. Na de
huwelijksplechtigheid met Z.K.H. Hertog
Hendrik van Mecklenburg zien wij dan op
het doek de groote historische optocht te