Gooische Agenda.
Donderdag 3 Juli.
HILVERSUM. School Rembrandtlaan:
1012; 26; 78: Tentoonstelling Raad-
huisontwerp W. M. Dudok.
Vrydag 4 Juli.
KAARDEN, half 8 Groote Kerk generale
repetitie zomeriiitvoering.
HILVERSUM. School Rembrandtlaan:
1012; 26; 78: Tentoonstelling Raad-
huisontwerp W. M. Dudok.
'9 Avonds 8 uur. Mondelinge toelichting
tot het plan door den heer W. M. Dudok.
Zaterdag 5 Juli.
KAARDEN, 8 uur groote Kerk, zomer-
uitvoering, dirigent Joh an Schoonder-
beek.
HILVERSUM. School Rembrandtlaan:
1012; 26; 78: Tentoonstelling Raad-
huisontwerp W. M. Dudok.
Tentoonstellingen
LAREN. 31 Mei1 Sept. Kunsttentoonstel
ling in Hotel Hamdorff.
LAREN, Kunstzaal van Lier, tentoonstel
ling van werken van W. Schumacher.
BLARICUM, 14 Juni12 Juli, Tentoonstel
ling werken van H. B. Dieperink Jzn., in Bla-
ricumsche Bock- en Kunsthandel.
BLARICUM. Tentoonstelling van verf-
naald- en kantwerken.
Een mooi concert.
Zoo had dan Zondag j.l het door ons
reeds lang te voren aangekondigde concert
plaats van het Westersch Muziekcorps van de
buikerraffinaderij uit Amsterdam, ter gele
genheid van het 20-jarig bestaan, bij de Kruis-
kuil alhier.
Reeds ecnigc dagen tevoren waren de voor
teekenen al waar te nemen. De haag langs den
tuin van den heer de Vries Robbé, directeur
der fabriek, die zijn muziekcorps zou invitee
ren op zijn terrein, werd keurig gesnoeid.
Enkele lange tafels werden neergezet. Het
werd er feestelijk gemaakt, en 11 uur onge
veer kwam het corps aan bij de Gooische Boer
en begaf zich naar het woonhuis van den
directeur. In het huis werden zij hartelijk ont
vangen door den heer de V. R., die hen toe
sprak en uitnoodigde aan den lunch. De tafels
waren versierd met bloemstukken en planten.
Jammer dat het weer in zooverre niet mee
werkte, dat er een geweldige storm opstak, die
het concert in den tuin wat verwoei.
Om 3 uur ongeveer stelde het corps zich op
en speelde den directeur ecnige nummers toe,
die door de familie werden aangehoord in
den tuin. Veel publiek had zich al opgesteld
langs de straat, en 3 15 uur verliet het muziek
corps met het vaandel voorop het terrein, om
zich naar de muziektent te begeven, die daar
voor speciaal was getimmerd. Onderweg sp'eel-
den ze er dapper op los en stoorden zich niet
aan de windvlagen die in de papieren raasden
Het volk begeleidde hen naar de muziektent
Twee agenten maakten ruimte en deden het
talrijke publiek plaats nemen achter de touwen
die om de boomen gespannen waren, waardoor
ruimte was gelaten voor het geïnviteerde pu
bliek, de heer en mevrouw de Vries Robbé.
diens familie en eenige kennissen, de burge
meester de heer Klarenbeek, de heer Dr Vis
ser, de wethouder Piepers, de heer Mooy,
directeur van „Eensgezindheid", en verder,
de vrouwen en familieleden der leden van het
corps.
Er werd ingezet met een rijken marsch.
Direct was het te bemerken dat dit corps de
lauweren, die het reeds in de 20 jaren geoogst
had en die in kransen en medailles aan het
groen fluweelen vaandel hingen, verdiend had.
Het beschikt vooral in het houtwerk over uit
stekende krachten, hoewel ook het koper sterk
bezet en goed verdeeld is. Ook een contrabas
was aanwezig. Het corps telt ongeveer 40
leden, is aangesloten bij den Bond van Amster-
damsche Dilett. Muziekverenigingen en haalde
verschillende malen op concoursen eereprijzen
en prijs van uitmuntendheid. Het speelt in de
eerste afdeelingcn en zal in Juli deelnemen
aan het concours te Hoorn. De directeur van
dit gezelschap is de heer H. J. Kiveron, de
eere-voorzitter de Wcledelgcb. Heer H. de
Vries Robbé, directeur der Wester Suiker
raffinaderij.
Na den uitstekend gespeelden marsch werd
een grooter muziekstuk gespeeld, n.l. „fête
renaissance" van F. Andrieu, verdeeld in
Madrigal, Marche d'Entréeeen MenuetIe
Rendez-vous, en Bergers et Bergères.
Voor de pauze werd nog gespeeld de be
kende valse Interrompue, van L. Montagne
Het corps werd zeer gehandicapt door de
stormende winden, die met kolossale fanfaren
uit de boomen neerruischten waaronder ge
speeld werd, en het stof in breede wolken
opzweepte en het de musici lastig maakte door
de texten dooreen te schudden. Niettegen
staande deze letterlijke tegenstand werd er
uitstekend gespeeld, wat wel bleek uit het luid
applaus van het Blaricumsch publiek. Wc
zagen vele leden van „Eensgezindheid", „Sint
Vitus" en de Larensche Harmonie", die mis
schien wel hebben gewatertand van een der
gelijke rijke bezetting.
In de pauze beklom de Burgemeester het
podium c-n sprak het corps toe. Hij dankte het
in eenige hartelijke bewoordingen voor
het concert, dat de gemeente was aangeboden
en dat deze 2eer apprecieerde. Spr. heette het
corps geluk en wenschte het van harte in de
toekomst nog meer succes toe als het had
Hij drukte den dirigent en den heer de Vries
Robbé de hand. Een sterk applaus volgde op
zijn korte, maar hartelijke toespraak
Na de pauze werd nog gespeeld Philemon
et Baucis, een ouverture van Ch. Gounodeen
Ballet Egyptiën van A. Luigini, en de Flo-
rentiner Marsch van J Facik.
Al spelende werd de terugtocht aanvaard,
waarna deze feestdag binnen de huiselijke
wanden een meer intiem karakter verkreeg.
Het concert, dat door dit corps de gemeente
is aangeboden, is zeer in den smaak van ons
publiek gevallen, dat algemeen zeer ingenomen
was met de zeer fraaie uitvoering der num
mers.
Het publiek gedroeg zich zeer ordelijk, zoo
dat er geen enkele dissonant klonk, tenzij dan
die van den storm, maar daar is toch niet
tegen op te schrijven.
Eon raio geschiedenis.
In den nacht van Zaterdag op Zondag
j 1. vonden eenige boeren ongeveer 3 uur een
onbeheerde roodc Fiat auto staan op de Eem-
nesserstraat, vlak tegenover het huis van den
heer de Vries Robbé. Ze bleven eenigen tijd
wachten, maar de eigenaar kwam niet opda
gen. De politie werd 's morgens half elf ge
waarschuwd door den zoon van den heer
de Vries Robbé, oindat de wagen daar nog
steeds staan bleef, zonder dat iemand kwam
opdagen.
De veldwachter Jacobs trok er heen en
onderzocht de auto, nam het nummer op en
zag, dat op het stuurrad bloedsporen aanwezig
waren Dit maakte zijn achterdocht gaande,
zoodat hij het noodig achtte de omtrekken te
onderzoeken. Dit onderzoek had geen iresul-
taat. Op last van den burgemeester werd de
wagen ondergebracht in de garage van den
heer Rougicst Uit het nummer kon men
ontdekken wie de eigenaar was. Het bleek te
zijn de Disconto en Effectenbank te Amster
dam, waarvan directeur is de heer Lodewijk
korijn, wonende in de J. J. Viottastraat
aldaar. Direct werd het huis van den heer K.
opgebeld. Er kwam geen gehoor. Toen belde
men de recherche op om informatie. Deze
trok er op uit en waarschuwde den heer K.,
die onmiddellijk met de recherche en de
garagehouder naar Blaricum trok. Er had een
onderhoud plaats met onze politie, die ze aan
trof op het terrein van het concert Zondag
middag. Er werden vingerafdrukken genomen,
waarna de hecren met de auto verdwenen.
Inmiddels is deze zaak niet opgehelderd. De
auto had voor het huis gestaan van den eige
naar in Amsterdam, waar de chauffeur hem
gewend is te halen. De wagen is niet in de
garage terecht gekomen, maar 111 plaats daar
van belandde ze zonder benzine op onze Eem-
nesserstraat Waarschijnlijk moesten de reizi-
ger(s) uit gebrek aan de benzine stoppen en
den wagen laten staan. Maar danHadden
ze dan geen benzine kunnen koopen? Wat
beteekenden die bloedsporen? Eén en ander
wekt vreemde vermoedens op. De chauffeur
is nog niet opgedoken heden. Het is Zondag
avond nu wc dit schrijven en we hopen bij
het verschijnen van ons blad nog iets naders
te kunnen mededeelen. Voorloopig is dit een
rare geschiedenis. Het was een zeer fraaie,
nieuwe Fiat wagen, er was geen verder letsel
aan te bekennen. Geen der buren heeft iets
gehoord in den nacht. Om 11 uur half twaa'f
Zaterdagavond heeft één onzer inwoners ech
ter de auto gezien, stilstaande daar op den
weg.
Nader kunnen wij nog vermelden, dat de
chauffeur nog niet is opgedoken. Men heeft
al verteld dat het een grap is of een diefstal.
Geen van deze beide vermoedens hebben
grond van waarheid. Men weet nog niets
zekers omtrent deze zaak.
Een levensmoede.
Zondagmiddag wandelde een Huize r
jongeman, een zekere P. W., met zijn ver
loofde over dc Blaricurnmermeent.
In een der slooten zagen zij plotseling
een witte inassa liggen. Ze meenden, dat 't
een kalf was, doch toen zij dichterbij
kwamen, zagen zij tot hun verbazing, dat
het een jong meisje was, een Duitsche
dienstbode, die bij den heer de B. alhier
in dienst was.
Zij vertelde, dat zij naar zee wilde 0111
zich te verdrinken. De heer \V. kalmeerde
haar en trachtte haar met een zoet lijntje
naar huis te brengen. Telkens echter,
keerde zij zich om en wilde naar de zee.
Dc heer W. deelde haar toen mee, dat er
geen zee hier was. Maar dicht bij huis
zijnde ijlde ze plotseling weg en was
spoorloos verdwenen.
De heer W. ging direct naar de politie
en vertelde wat hij ondervonden had.
Drie agenten togen er met een hond op
uit en zochten tot 3 uur in den nacht ver
geefs. Daarop gingen ze naar het huis van
den heer de B., waar zij vernamen, dat t
meisje zich kwnrt over twee had aange
meld in zeer opgewonden toestand.
Het bleek, bij onderzoek, dat het meisje,
ons een psychopathe toeschijnt,
onnoozel standje had gehad over haar
werk. Ze was daarover zoo zeer ,,grüblcr"
dat ze van plan was, zich van kant te ma
ken. De heele allure, het zich in een sloot
werpen, terwijl er menschen aanwezig
zijn, en het weer terugkoeren nadat ze de
vrijheid had, heeft veel van een bepaald
soort zenuwziekte, die ieder wel kent. In
middels is het meisje, ook door de zorgen
van de familie B. en den burgemeester
overgebracht naar een zenuwinrichting.
Men zegt, dat ons blad buitengewoon
goed is en goedkoop. Toon, dat ge ons
streven waardeert en steun ons door
een abonnement of advertentie.
Benoeming.
B. en W. van Amsterdam hebben op de
voordracht voor een tijdelijk lecraar in de
geschiedenis en de Ked. Taal en Letter
kunde aan de 4e H. B. S. me t5-j. cursus,
voor den cursus 1923-'24 of zooveel korter
als noodig mocht blijken geplaatst de heer
W. Zwier Wzu., te Laren N.-H.
Maatschappij tot Bev. d. Toonkunst.
Wij ontvingen van het bestuur van bo
vengenoemde vereeniging een uitvoerige
brochure, waaruit wij eenige zinsneden willen
lichten. In het seizoen 1924-1925 zal. zoo meldt
een voorbericht, door het koor der afdeeling
ten uitvoer worden gebracht omstreeks Fc-
bruari-Maart„Die Jahreszeiten", een orato
rium van Jos Haydn. In de tweede helft van
het seizoen zullen gegeven worden eenige
kleinere koorwerken of een solisten-concert.
Verder zullen in den komenden winter lezin
gen worden gehouden op muzick-historisch
gebied, met toelichtende demonstraties voor
zang, piano en eventueel orkest. Tot deze
lezingen zullen leden en donateurs van „Toon
kunst" toegang hebben tegen gereduceerden
prijs. Tevens worden de leden in deze brochure
er aan herinnerd, dat zij op vertoon van hun
Diploma toegang hebben tot alle Toonkunst-
concerten. ook in andere afdeelingen. o.a. Hil
versum, Bussum, Amersfoort. Utrecht. Am
sterdam etc., en dat zij dc concerten te Laren,
georganiseerd door het bestuur dezer afdee
ling. tegen verminderden prijs kunnen bijwo
nen. De nieuwe leden kunnen zich opgeven bij
mevrouw S. M. SchoneVermey, Torenlaan,
Blaricum. Verder wekt liet bestuur dc heeren
zangers op, om in bet afdeelingskoor, onder
leiding van den lieer Willein F. Brcman, toe
te treden om het goede evenwicht in het koor
te bereiken.
De repetities zullen plaats vinden in de
openbare school alhier, Dinsdagavond van 8
tot 10 uur, waarna gelegenheid bestaat van
1011 uur voor de hecren om speciaal wer
ken. geschreven voor mannenkoren, in te stu-
deeren.
Nogmaals wekt het bestuur dc ingezetenen
van Laren en Blaricum op: steunt de Toon
kunst afdeeling door u als lid of donateur
op te geven Hoe grooter de medewerking en
de financieele steun, zegt het. hoe grooter
kunstgenot de afdeeling zijnen leden kan
bieden.
Aan de school zijn o.a. verbonden de dames
Elise MenagéChalla, Mevr. A. Schliiter
v. d Bruggen, Mevr. Suze 't Lindenhout Tak,
Mej. Kate Nijkcrk, Mej. Elsa Nolthenius, Mcj.
Fem. Schults en de heeren M. J. Cohen, Th.
Canivez, W. F. Brcman, terwijl het bestuur
met verdere leerkrachten in onderhandeling is.
Het spreekuur van den directeur,, den heer
M. J. Cohen, is bepaald op eiken Dinsdag van
2.453.45 uur, ten huize van de secretaresse,
mevr. SchoneVermey, terwijl nog verder
mededecling wordt gedaan betreffende de prij
zen der lessen cn dat gelegenheid tot inschrij
ving van nieuwe leerlingen voor 't volgende
cursusjaar bestaat vóór 15 Juli op het spreek
uur.
Dc directeur, dc beer M. J. Cohen, houdt
nog een pleidooi voor het muziek onderricht
in het algemeen. Hij zegt hierin o m. liet vol
gende: Geen gezin waar dc muziek niet be
oefend wordt. Het aantal muziek-clubs en ver-
eenigingen is legio, de concerten verheugen
zich, niettegenstaande overladen seizoenen, in
een druk bezoek. En toch brengt deze massa
belangstelling •groote gevaren met zich Deze
meest verhevene en mystieke aller kunsten
wordt neergehaald en gevulgariseerd als geen
andere. Onze wetgeving laat toe. zegt hij ver
der, dat iedere onbevoegde muziek-onderricht
kan geven en een heirleger van beunhazen,
hiervan dankbaar gebruik makend, slaagt er
in den musicalen aanleg van velen in de kiem
te verstikken.
Tingeltangels, jaszband verecnigingen etc
zorgen voor de voltooiing dezer musicale op
voeding.
De strijd tegen deze vulgarisecring en voor
de verheffing onzer mooie kunst is een zware,
doch dankbare taak.
Als een leerling, die eerst Bacb zoo „droog"
vond, je op een goeien dag komt verzekeren
..hoe heb ik dat toch kunnen vinden"als een
tweede na het hooren van Schubert je toch
zoo verrukt cn gelukkig kan aankijkenals
weer een ander na kennismaking met Debussy
met droomcrige oogen voor zich heen staart
en heelemaal „weg" is, dan geeft dat toch
moed om op deze wijze voort te gaan.
Met het kweeken van liefde voor goede
muziek geven wij der kinderen een steun in
het leven, vormen wij een tegenwicht voor veel
leclijk9, dat we ze toch niet besparen kunnen.
Wendt u, eindigt hij, met vertrouwen tot
onze muziekschool, die zich ten doel stelt, be
halve het bespelen van een instrument, alge-
meene kennis van muziek en liefde voor de
kunst in het algemeen te kweeken.
Veiselnikkelyk ongeluk.
Niet voor niets noemen de menschen
hier onze tram „de Gooische moordenaar".
Het zou een luguber werk zijn om eens na
te gaan de statistiek van degenen, die elk jaar
hier te Laren en elders door de train worden
overreden of verminkt. Zaterdagavond laat
heeft zc weer een slachtoffer gcêischt. Het
was de bakker J. v. Th., uit Eernnes.
Maar ditmaal was de 'ram niet zoozeer de
oorzaak als wel de afschuwelijke verlichting
van een der auto's.
Ongeveer 11 uur reed de heer Th. van uit
Bussum naar Laren per fiets, zijn rijwiel was
beladen met trommeltjes en koekjes en ander
gebak. Halverwege de hoogte, ongeveer tegen
over het huis van den heer Nienaber, kwam
een auto hem tegemoet, die zijn verblindende
lichtwerpers met stekende felheid over den
weg uitsproeide. De heer Th. week rechts uit,
zooveel mogelijk, omdat hij verblind werd
door het licht en niet wist hoe breed de wagen
was en omdat de wagen in een vliegende vaart
reed. Achter hem kwam dc laatste tram uit
Hilversum in volle snelheid van den heuvel af.
De getroffene is iets hardhoorig en vernam
niets van de naderende tram. De passage was
op het moment van passeeren nog benauwen
der doordat er nog meer voertuigen aankwa
men. De heer Th. reed zoo dicht aan de rails,
dat dc locomotief hem raakte en een slag gaf
tegen den rechterarm. De man kwam te vallen
en raakte ongelukkiger wijze met z'n linker
voet onder den tweeden wagen, die dit
lichaamsdeel boven den enkel er af reed.
De ongelukkige gaf een ontzettende schreeuw
cn dit is misschien zijn geluk geweest. Want
op het halcon van het Paviljoen Larenberg
zat toevallig Dr. Holtman met eenige vrien
den thee te drinken. Op het gillen sprong
Dr. Holtman direct in zijn auto cn reed naar
dc plek des onheils toe. Hij bond onmiddellijk
den voet af cn gaf den man een injectie.
Ondertusschen had dc heer Nienaber, voor
wiens huis het ongeluk plaats greep, de politic
opgebeld, die 7 minuten daarna met een
rijwielbrancard aanwezig was. Intusschen was
de man reeds geholpen, ofschoon hij natuur
lijk al heel wat bloedverlies had gehad. Had
echter Dr. Holtman niet onmiddellijk ter
plaatse geweest, dan was de ongelukkige
zeker doodgebloed. Per brancard werd de heer
Th. naar het Ziekenhuis vervoerd, waar het
been tot onder dc knie moest worden gc-
Nederlandsche Muziek.
(Vervolg).
Zoo als ik reeds vermelde, is het een bekende
waarheid, dat in het algemeen de Vrije Kunsten
alleen gedurende den vrede bloeien; het groote
verval der Nederlandsche-muzikale-school in de
eerste jaren van den 80-jarigen oorlog is daar
van een sprekend bewijs. Anders gesteld was het
met de volksmuziek. Aan bundels liederen, vooral
oorlogs- en vrijheidsliederen, was in de 17e eeuw
geen gebrek, en de muziekgeleerde Ferd. v. Hell-
wald spreekt in het tijdschrift Die Literatur des
Auslands de meening uit, ,,dass das Niederlandi-
sche Volkslied den Vergleich mil dem Keines an
deren Volkes, selbst nicht des skandinavischen
Nordens, zu scheuen braucht." De Kunstmuziek
kwijnde in de 17e eeuw hier te lande. Nevens de
Kerkmuziek en gedeeltelijk in verband daarmede
ontwikkelde zich het Volkslied; tijdens den bloei
tijd der Nederlandsche en Italiaansche Kerkmu
ziek was de instrumentale muziek nog in haar
kindsheid. De mechaniek der meeste instrumenten
was nog zeer gebrekkig: Violen, hobo's, fluiten en
bazuinen waren voor de ingewikkelde contrapun-
tische combinatiën van dien tijd niet bruikbaar
Alleen bij feesten en dansen speelden die instru
menten een zelfstandige rol; eerst na de 16e
eeuw werd de instrumentale muziek belangrijk.
De Nederlanders der 17e eeuw hebben, wat de
instrumentale muziek betreft, overgenomen het
geen zij bij andere volken, voornamelijk bij de
Italianen, vonden. Groote invloed op de ontwik
keling dier muziek behalve op die van het orgel
spel, hebben zij niet uitgeoefend. De opstand van
het Nederlandsche volk tegen Spanje; de wreed
heden van den hertog van Alva, waren daar zeker
de oorzaak van. Hoewel het met de kunstmuziek
in de 17e eeuw hier te lande er bedroefd uitzag,
waren er ook nog enkelen, zooals Constantijn
Huijgens, Joan Albert Ban en anderen, die haar
met goed gevolg beoefenden. De reeds genoemde
Ban verdient als muziekgeleerde bijzondere ver
melding. Merkwaardig voor de kennis der muziek
uit die dagen is vooral zijn Zang Bloemzel van
Joan Albert Ban, Haerlemmer; dat is, Stoeltjes
van den zinroerenden zangh; met dry stemmen,
En den Gemeene Grondstem. Neffens een kort
zangh-bericht, ten dienste van alle Vaderlantsche
zangh-lievers. Toch begon men de instrumentale
muziek, zoowel binnen- als buitenshuis en bij
openbare feestelijkheden, vlijtig te beoefenen. De
oprichiing van verschillende muziekcollegiën,
waaronder 0. a. in de eerste plaats dat van Arn
hem (opgericht 1590) moet genoemd worden, en
de zekerheid, dal die vereenigingen zich bij voor
keur op de instrumentale muziek toelegden, le
vert het bewijs, dat de belangstelling in hetgeen
zich in andere landen ter nauwernood begon te
ontwikkelen, ook in ons vaderland vroegtijdig le
vendig werd. Ook het Stads-Muziekcollegie te
Utrecht bracht veel tot bevordering der toonkunst
hier te lande bij, en op de uitvoeringen van dat
college werden ook instrumentale compositiën
van Nederlandsche musici ten gehoore gebracht
0. a. van Jacob van Eijk, klokkenist te Utrecht,
wiens werk Der Fluyten Lusthof, Vol Psalmen,
Taduanen, Allemanden, Couranten, Balleten,
Airs, tot de belangrijkste Nederlandsche composi
tiën van zijn tijd behoort. In de 18e eeuw ontbrak
het hier te lande ook niet aan concerten van rond
trekkende beroemde virtuozen en aan operavoor
stellingen. Vooral Amsterdam en den Haag wa
ren in dit opzicht niet misdeeld, en vele vreemde
virtuozen vestigden zich op die plaatsen, waar zij
jaarlijks hun abonnements-concerten gaven. Niet
slechts in groote steden, maar tot in de kleinste
stadjes en dorpen werden harmoniegezelschappen
en zangvereenigingen opgericht, vooral in Noord
Brabant en Limburg; om -niet te spreken van de
militaire muziek, die sterk was vooruitgegaan. De
Engelsche muziekgeleerde Charles Burney, die
1772 ons land bezocht, gewaagt met grooten lof
van den blinden, organist Pothoff te Amsterdam,
wiens vaardigheid en kunde hij verbazingwek
kend noemt. Andere beroemde Nederlandsche
toonkunstenaars uit de 18e eeuw waren Quisinus
van Blankenburg, (schrijver en componist, geb.
1654 te Gouda, gest. 1747 te Den Haag), Jacob
Wilhelm Lustig, (organist en muziekgeleerde, geb.
geb. 1706, gest. 1796 te Groningen) en Frederik
Johan Berghuis te Delft, na Pothoff de beroem-
ste organist van zijn tijd en vooral als klokkenist
zeer vermaart.
Belangrijke mededeelingen aangaande de Ne
derlandsche muziek der 18e eeuw bevat het boek
Mozart's verblijf in Nederland en het muziekle
ven aldaar in de laatste helft der 18e eeuw, van
onzen muziekgeleerde Dr. D. F. Scheurleer
('s Gravenhage, Martinus Nijhoff, 1883).
Hel laatste gedeelte der 18e en het begin der
19de eeuw was zeer rijk aan uistekende executan
ten. Zoo bewonderde men het talent der beide
blinde organisten D. Brachthuijzer en A. Boursse,
het schitterende klavierspel van Mevr, N. G. de
Neufville, te Amsterdam, en van Mej. G. van den
Bergh. te 's-Gravenhage; men hoorde hoogst ver
dienstelijke violisten, als H. C. Kleine, J. B. van
Bree, L. A. Bunte, W. Ceulen, JJacobsen, JR.
Merlen, J. Fischer, P. A. Morin, C. JLechleitner,
A. Bon, B. Tours e. a.; men had violoncellisten
als Rauppe en Merlen, een fluitist als Van Boom.
de clarinettisten Christiani en Kleinede hobo
ïsten Turner, Schmitt, Erk en Scrivaneck, de fa-
gottisten Mann en Stumpff en de hoornisten Pot-
derin, Hutschenruyter e. a. De compositie vond
beoefenaars in Fodor, Wilms, Rauscher, en vooral
J. G. Bertelman, geb. te Amsterdam 1782. Hij
was een hoogst verdienstelijk componist, die zeer
veel tot de bevordering der toonkunst in Neder
land heeft bijgedragen. Hij ontving de eerste les
sen in de muziek van den organist Brachthuijzer.
Gedurende zijn studietijd droeg hij veel bij tot de
uitbreiding van het zingen op de openbare scho
len. Later richtte hij te Amsterdam een muziek
school op, waaruit verscheidene talentvolle toon
kunstenaars te voorschijn traden o. a.J. B. van
Bree, A. ten Cate, Luden, Smits, JWStumpff,
J. Broekhuijzen Jr., Richard Hol, en JBracht
huijzer Jr. Bertelman was een uitmuntend theore
ticus en heeft zoowel in deze kwaliteit, als in die
van onderwijzer in den zang, op piano en viool,
groote diensten aan de Kunst en Nederland bewe
zen. Een groot aantal werken van dezen compo
nist zag het licht o. a. een Requiem, een Missa
voor solostemmen, koor en orkest; een Fantaisie
pour Violon; Quatuor pour instruments a corde;
voorts een menigte romances, marschen, pas-re-
doublés, liederen en nationale zangen; een Har
monieleer; verscheiden opera's, ouvertures en
entre-actes; een cantate voor het 50-jarig bestaan
van het Muziekcollege Felix Meritis; enz. enz.
Na een eervol en werkzaam leven stierf Bertel
man 25 Januari 1854. Hij was een van de eerste
Noderlandsche toonkunstenaars die den Neder-
landschen Leeuw ontvingen. Ook F. Hanssens,
Freubel en JB. van Bree, brachten zeer veel tot
bevordering der orkesten hier te lande bij. Johan
nes Bernardus van Bree werd 29 Januari 1801 te
Amsterdam geboren. Harmonie en compositieleer
ontving hij van den kundigen Bertelman, van zijn
vader kreeg hij viool- en pianoles. Door zijn ijver
werd hij een bekwaam violist. In Leeuwarden was
hij van 1815 tot 1819, en liet zich daar meermalen
met uitstekenden bijval hooren.
Wordt vervolgd).
Den Haag, Mei 1924.
N. A. BOUWMAN.