Tweede Blad De Eembrug. Kattebelletje. behoorende bij het nummer van Vrijdag 29 Augustus 1924. b». _i i Teing. De Burgemeester is uit Zwitserland, waar hij zijne vacantie passeerde, terug en he'eft deze weck zijne functie weder hervat. Mond- en Klauwzeer. Deze week i nieuwe aangifte op Binnen dijk; hoewel de ziekte afneemt, is ze dus nog niet geheel tot staan gebracht. Haven. Deze wetek aangekomen een schip met stecnen voor den Rijksstraatweg. Koninginnedag. Er zullen gcencrlet feestelijkheden plaats vind'ert ter gelegenheid van den verjaardag van H. M de Koningin. Alleen zal vermoe delijk de Eendracht het legen 2 September aangekondigde concert op i September geven. Mogelijk kunnen wij voor. 't afdrukken hier omtrent nog eene nadere medcdeeling doen. Dansen. Liefhebbers van dansen maken wij op merkzaam op 't openen van 't dansseizoen in Café Eemland alhier, Zondag 31 Augustus. Gemeenteraad. Donderdagavond j.l., 8 uur, kwam de Raad dezer gemeente bijeen onder voor zitterschap van den burgemeester, den heer Klarenbcek. Allen aanwezig. Xa voorlezing dor notulen die goedge keurd werden, deed de secrtaris medc- deeling van de volgende ingekomen stuk ken'; 1. Mededcelingcn. Ingekomen waren eenige goedkeuringen van Gcd. Staten op genomen raadsbeslui ten, n.l. die der 7e suppletoire begrooting 1923 ten bedrage van f 14428.41 en besluit tot betaling van f 115.60 uit den post van onvoorziene uitgaven dienstjaar 1923 en t overnemen van een strook grond van L. X. F. Cornel isse. la behandeling kwam daarna punt twee van de agenda, betreffende wijziging en nadere vaststelling der finantiëele eind- regeling over den dienst 1923. D«« VOORZITTER licht nog eenige din gen toe aangaande deze wijziging die be trof het overbrengen van een gedeelte uit den post van de jaarwedden van onder wijzers op vier andere posten. God. Staten kunnen aan deze wijziging hun goedkeuring niet hechten. De reke ning zal dus opnieuw wijziging moeten ondergaan. Door T. Pluim. Xu dezer dagen 'de Eembrug vernieuwd moet worden en de aangrenzende gemeen ten schoorvoetend, zooals O.a. uit de Raadszitting van Eemncs blijkt in do kosten daarvan moeten voorzien, verzocht de Redactie mij er een artikel over tv* schrijven. Gaarne wil ik daaraan voldoen, temeer nu mij wordt toegestaan iets meer over 't eens zoo aanzienlijke Eembrugge te zeggen. Als men van Baarn den straatweg naar Bunschoten opgaat bereikt men na 'n goed kwartier een klein buurtje. Eembrugge genoemd. Het ligt er zeer schilderachtig, zooals uit mijn foto blijkt, en 't verwon dert ons dus niet, dat 11.M. de Koningin op jeugdigen leeftijd hier meermalen kwam schilderen. De naam zegt U reeds, dat hier een brug over de Eein moet zijn, en werkelijk, als u de weinige huizen gepas seerd zijt, ziet u om den hoek rechts de Ophaalbrug vlak vóór u. Wilt u haar in derdaad schilderachtig z^en boven het et. roemende water, dan moet u weer o\cn terug, naar het eerste huis rechts. Hier achter stroomt de Eem en als ge nu daar aan den oever gaat staan, heeft u een on- voTvalscht Ilollandsch natuurtafreel voor u. (Ik stond er met de camera.) Hoeveel huizen zouden er staan in dit knusse buurtje? Ik heb ze niet geteld, maar meer dan tien zeker niet. En toch was er oen Tijd, dut hiei" een bloeiende plaats stond, met een fraaie kerk, ja zelfs in bezit van Stedelijke rechten en een eigen stadszegel. Reeds een eeuw vroeger dan Baarn ontving het die stadsbrieven on in 1300 sloot het al een verbond vari onderlinge bijstand met Amersfoort, en zegelde het dit verdrag „rait. onser Stadt segcl van Eembrugge." Ja, liet was zoó voornaam, dat Eetnn.es, zoowel Binnen- als Buitendijk, claar ter kerk moest gaan. Vlak acher de huidige kerk van Eemnes- binnen wees men mij het oude kerkpad, een dijkje, dat door üe weilanden regel recht naar de Eembrug loopt. En niet al leen kerkelijk, maar ook in 't burgerlijke behoorden de beide Eemnessen nog langen tijd tot het „Gerecht van Eembrugge". In mijn vroeger opstel over deze beide dorpen heb ik dat uitvoerig meegedeeld; Eemnes- Buitcn werd eerst in 1352 zelfstandig en kreeg een eigen kerk, en pas een eeuw Er volgde op dit punt. geen discussie, Tn behandeling kwam daarna als punt drie der agenda een" schrijven van Gede puteerde Staten, betreffende herziening der jaarwedde van den gèmeènte-ontvan-, ger Het voorstel van B. en W. betreffen de deze regeling, luidde als volgt: Zooals u bekend is, werden de jaarwed den van de gemeenteontvangers in deze provincie geregeld bij provinciaal blad no. 82 van 1919. Dc wedde van dien titu laris in deze gemeente is daarbij bepaald, naar gelang van bet aantal dienstjaren, op f 1200— tot f 1800.—. Met hot oog oj» de omstandigheid, dat do Ontvangers voor een niet onbelangrijk deel van huil taak werden ontheven door den overgang der administratie van do gemeentel ijko inkomstenbelasting naar het Rijk, noodigden Gedeputeerde Staten ons bij schrijven van 27 "liuh 1922 no. 188 uit hun to willen médedeelen of naar uw oordeel eene herziening dor wedde van den Ontvanger gowenscht was. Overeen komstig ons advies dienaangaande van 22 Xovember 1922 werd door u op 24 Xov. van dat jaar besloten aan Gedeputeerde Staten te ndviseeren het salaris van den Ontvanger te bepalen op bedragen Van f 1000.tot f 1500.met dien verstande dat deze verlaging van jaarwedde niet van toepassing zou zijd op den fungec- venden Ontvanger. Dit laatste was des tijds ook de opvatting van Gedeputeerd'' Saten. Bij brief van 13 Juni 1923 no. 129 be richtten Gedeputeerde Staten, dat zij tot de slotsom gekomen waren, dat de positie van den gemeenteontvanger in verschil lende, overigens gelijkwaardige, gemeen ten zoozeer uiteenloopt, dat bepaalde nor men voor de vaststelling eener voor alle gemeenten geldende regeling van de jaarwedden dier functionarissen niet lan ger kunnen worden aangenomen, en dat z.ij voor de bedeelde hoofdambtenaren der gemeenten eene nieuwe jaarwedderegé- ling wilden vaststellen, die zich aanpast aan do gewijzigde omstandigheden. Ge vraagd werd toen verder op welk bedrag de Raad de- jaarwedde wenschte te zien bepaald, en of het verlaagde bedrag naar zijn oordeel reeds voor den tegenwoordi- gen titularis, dan eerst ingeval van vaca ture zon moi ten gelden Onzerzijds is daar op geantwoord met eene verwijzing naar uw bovenbedoeld besluit van 24 Xov 1922. De verschillende antwoorden der ge- meetebesturen hebben er thans toe ge leid, dat Gedeputeerde Staten ons het ont werp hebben gezonden cenor nieuwe rege ling van de jaarwedden der gemeenteont- rangers, waaruit blijkt, dat liet in hun voornemen ligt te komen tot eene vermin dering van 30 pCt. der jaarwedden voor het thans in functie zijnd personeel, te verdeden over 5 jaren, en tevens, dat. zij voor den opvolgenden Ontvanger de jaar wedde wensehen te stellen op teil mini mum van f 8fl0.en een maximum van f 1260.te bereiken door 4 verhoogingen van f 105.Dienaangaande wordt liet oordeel van den Raad gevraagd. Xaar onze meening is het niet aan te racfen met het voornemen van Gedepu teerde Staten in te stemmen. In dc eerste plaats niet., omdat naar ons gevoelen een jaarwedde van f 840ol f 1200voor meente als Blaricum is, onvoldoende zou zijn om eene behoorlijke bezetting van dit ambt ook in de toekomst te waarborgen Wij ineenen nog altijd, dat zulks met grootore waarschijnlijkheid te verwachten ij indien de jaarwedde voor een eventu- later, in 1438, ontving ook Buitendijk dat /elfde voorrecht; men sprak toen van de „oude kerk" (Buitendijk) en de „nieuwe kerk" (Binnendijk). Hoe oud tli< Eembrug is, kun ik u niet zeggen: alle bescheiden zijn daaromtrent verloren gegaan. Wel is er een brief van Bisschop .löhan van Arkel, gedagtec- kend op den „Jaersdach 1360", waaruit wij voor onzen tijd belangrijke dingen kunnen le/.cn. Er blijkt n.l. uit, dat toen reeds de brug zeer lang bestond en dat zij gemaakt en onderhouden werd door de ..goede lui den van Bunschoten, Eembrugge, Baarn en Eemnes". Deze brug zegt de Bis schop is voor die gemeenten van groot belang, want als zij er niet was, zouden velen grooto overlast en vermindering van de waarde huuner eigendommen ondervin den. Daar evenwel de bewoners dor gc- no: mde gemeenten die buig moeilijk ge heel op hun eigen kosten kunnen onder houden. verleent de Bisschop hun het recht een tol te heffen, en wol volgens dit tarief: Voor een wagen vier pennin gen (4 duiten of 2A cent), een kar 2 p., een nund 1 p... een ongezadeld paard 1 p., een sohaap 1 p., een varken 1 p.; maar als er iemand over de brug kwam, die een koppel schapen of varkens had, die zou niet meer dan 4 p. schuldig wezen, „hoeveel datter oock waren." Vrijdom van tol genoten de burgers van Utrecht, Amersfoort en Rhenen. want „die sulen vrilikken (vrijelijk, kosteloos) over- die brugge voorsz driven, sondeT geit daer af te geven" (In alle stadsbrieven ver leende dc landsvorst gewoonlijk aan de poorters vrijdom van tol in zijn geheele gebied). Maar ook de ingezetenen van Bun schoten, Eembrugge, Baarn en Eemnes zul len over de brug mogen met hun beesten, wagens, enz., „sonder eonig geldt daer of te geven of te lietalcn," oindnt zij de ge noemde brug maken on onderhouden /.ui len." Men ziet hetï dus hoe ongaarne dc gen. gemeenten in onzen tijd in de kosten van onderhoud ook bijdragen, z.ij zijn er van ouds toe verplicht; maar.... zij zijn dan- ook vrijgesteld van tolgeld. De Staten onzer provincie hebben in 1602 dit tarief herzien, en Inter, in 1692, ten tweeden male. Oorspronkelijk stond de kerk aan de overzijde der Eem, vlak l>ij liet „Hu£s ter Eem" een der geduchtste kasteelen \nn heel Utrecht. Maar door velerlei water vloeden, en vooral door do invallen van vijanden uit het oosten (de Gelderschen) celen nieuwen functionaris werd gesteld op f 1000.tot f 1500.zooals bij uw. besluit van 24 Xovember raadzaam werd gevonden. In de tweede plaats kunnen wij niet met den g^dachtengnng van Ge deputeerde Staten aceoord gaan. omdal hij tevens inhoudt cue verlaging van wedde voor den in functie zynden Ontvanger. Onzes inziens is zulks niet aanbevelens waardig. Het moge waar zijn, dat, ten gevolge van den overgang der administra tie van de gemeentelijke inkomstenbelas ting naar bet Rijk. dc werkzaamheden van den Ontvanger zijn ingekrompen, daar tegenover staat aan den anderen kant oene vermeerdering van arbeid tenge volge van de inning van schoolgeld ook voor het bijzonder onderwijs cn. in het al gemeen, een voortdurend stijgend budget, wat gelijk staat met verzwaring der f: nanciëele verantwoordelijkheid. Te min der voelen wij. voor eene verlaging van wedde voor den thgns aanwezigen titu lairs omdat, doer combinatie van zijn ambt met dat van Secretaris, de feitelijk" Ontvangerswedde hier thans niet meer bedraagt dan f 1200.om f 600.min der, dan indien do beide ambten door verschillende personen waron bezet Wjj stellen u derhalve voor onze ziens- wij zo tot de uwe to maken, en ons op te dragen daarvan aan Gedeputeerde Staten te doen blijken De heer G. RTGTER vindt liet voorstel van Gcd. Staten billijk, daar er ook een groote vermindering van arbeid is geko men. Hij is tegen het voorstel van B. en W. De heer VAX DER LEK voelt, ook voor het voorstel van Geel. Staten en kant zich evenals de heer Rigter tegen het voorstel van B. en W. De heer LAMP0EN brengt .in het mid den (lat alle loonen omlaag gingen Het- voorstel van Ged. Staten kan ziju goed keuring wegdragen. Spr. wil alle loonen van ambtenaren verlagen. De wethouder VISSER zegt dat als dit gebeuren zal de ontvanger dubbel getrof fen zal worden. De heer d. LEK brengt in het mid den dat hij dan zijn bezwaren wel later zal te berde brengen als er een behande ling zal plaats hebben van de vaststelling der salarissen. Xu zal hij met het voorstel van B. en W. meegaan. Hij trekt dun zijn erstc besluit in om tegen het voorstel te stemmen. De lieer J. RIGTER vindt het voorstel van Ged. Staten zeer billijk. Hij betoogt dat op deze wijze de ontvanger liet eerste jaar slechts f 72 achteruit gaat in salaris. De VOORZITTER vindt liet vreemd dat dc heer Rigter tegen het voorstel van B. en W is, omdat hij zelf destijds heeft mee- geworkt oni het salaris van den ontvan ger te brengen van f 1000 op f 1500. De heer J. RIGTER zegt dat Ged. Sta ten nu zelf komen met een voorstel, ter wijl! destijds alleen om het geweien van den Raad gevraagd' werd. Dv VOORZITTER meent, dat dit geen motief is. Als Ged. Staten van gevoelen veranderen, behoeft de heer Rigter niet mee van gevoed on te veranderen. Spr. vraagt of iemand het voorstel iu stem ming wenscht te brengen. De heer RIGTER wenscht stemming. Daarna wordt het voorstel in stemming gebracht cn aangenomen met, 4 tegen 3 stemmen. Tegen de hoeren .T. Rigter, G. Rigter en Lainphen. 4. Behandeling van aanbiedingen van strooken grond, die bestemd zijn voor aan leg en ver breeding van wegen. werd zij later aan deze zijde der Eem ge- bauw <L, niet ver van dc nog bestaande huizen. Ons is nog een gedeelte bewaard van het „Kerkeboek van Ter Eem", waarin de Pastoors of hun kosters een kroniek bij hielden. Men leest er o.a in; „Anno 1514 was de watervloed zoo hoog, „dat het een steenbreedte boven het Hoog altaar stond. „Anno 1522 stond liet andërhalven voet „boven het Hoogaltaar. „Anno 1570 is er 's nachts na Allerhei ligen (1 Xov.) een groote watervloed ge dweest, waarbij in Friesland en Noord-Hol land veel menschen cn vee verdronken; „ook geschiedde dit in Bunschoten en „Eemnes; en hier in Eembrugge stond het „water in den predikstoel, een duim breed „boven 'I Hoogaltaar; en er verdronken „ook veel koeien." Maar ook had de „Stadt van Eembrugge" veel van oorlogsrampen te lijden. Immers meermalen deden de Gelderschen en later de Spanjaarden een inval in Eemland. Bijzonder rampzalig was het jaar 1527, toen de beruchte Maarten van Rossum met zijn Gelderschc benden Eembrugge teisterde. "Tiet oude kasteel Ter Eem viel hem spoedig in handen en oin het nu te veis terken liet hij met schendige hand de kerk afbreken, om er zijn kasteel moe te versterken. Op de gewijde tempelplaats werd zelfs een schans gebouwd, terwijl nog vele huizen in de asch gelegd werden. Treurig zag het er na deze ramp in het stedeke uit: de kerk verdwenen en vele huizen een puinhoop. De geteisterde be woners waren niet eens bij machte hun woningbn Weer op te houwen, nog v<j.d minder de kerk. Zij wendden zich daarom in hun nood tot den Landsheer, keizer Ka- rel V, (l*io sinds kort (n.l. in 1527) wereld lijk vorst van het Sticht was geworden. Hij was zijn nieuwe onderdanen welgezind, en op zijn last gaf zijn stadhouder Anionic van Lalaingh een vrijbrief, waarbij aan Eembrugge werd toegestaan alom in 's Keizers landen een collecte voor de kerk te houden. Gelukkig vloeiden de giften in ruime mate toe, en kon met den bouw eener nieuwe kerk begonnen worden. De plaats der vorige kerk was, zoo wij reeds zagen, door een schans ingenomen, cn wel aan gene zijde der Eem. Daarom schonk de Keizer den bcnoodigden grond aan deze zijde der rivier. Tn 1580 namen op bevel der Staten van Utrecht de Hervormden bezit van de kerk, Deze stukken zijn: een terrein groot 240 vierk. M., liggende aan de Drift al hier en eigendom van den heer Ohr. G rootegroed; een terrein groot 4 vierk. M„ liggende aan den Langeweg alhier en eigendom van don heer Miedcma, en een terrein groot 350 vierk.' M., liggende aan don Holle weg en eigendom van den heer B. F. Iluese. Zonder «temming aangenomen. In behandeling kwam daarna punt 5 der agenda, een voorstel van B. en W. tot het verleencn van een crediet voor de aanschaffing van brandkranen en spuit- stirkkcn te plaatsen in de buisleiding van het Prov. Waterleidingsbedrijf, die iu den Eem nesse r weg wordt gelegd. Het voorstel luidt als volgt: Door het Provinciaal Waterleidingbe drijf is ons kennis gegeven, dat het zal overgaan tot het aanleggen eener buislei ding in den Eemnesserweg. In verband hierin.do werd ons de vraag gesteld of do gemeente er prijs op stelde, dat, tege lijk met het aanleggen der leiding, voor hare rekening zou gezorgd worden voor de ncoidge brandkranen en (of) spruit- stukken. Bij het naar aanleiding daarvan door ens ingesteld onderzoek is het gebleken, dat er 12 brandkranen noodig zouden zijn, indien men reeds dadelijk op afstan den van 100 M„ als tot dusver is aange houden, de brandkranen zou doen aan brengen. Intusschen1 lijkt ons zulks niet direct geboden. De bebouwing van den Eemnesserweg is naar ons gevoelen zoo danig, dat voorloopig volstaan kan worden met ecu vijftal brandkrano'n en een zeven tal spniitstukken. Dc laatsten kunnen dan tc/ijnertijd in brandkranen worden veran derd, zonder dat zulks tot al to hoogc kosten aanleiding geeft. Tn verband met li f vorenstaande stellen wij U voor ons opdracht te verleenen het doen aanbrengen van 5 brandkranen en 7 spruitstukken in de bovenbedoelde buis- leiding van het waterleidingbedrijf. Dv kosten daarvan zullen bedragen: voor de brandkranen f450.en voor do spruit stukken f590.Deze kosten w aren o.i. te bestrijden door afschrijving van een even groot bedrag van den post voor onvoor ziene uitgaven op cle begrooting voor Kót loopencle jaar. Men zie daartoe het voor stel, opgenomen in de door ons aangebo den 2e suppletoire begrooting van inkom sten en uitgaven voor den dienst 1924. De heer J. RIGTER meent, dat B. cn W. nu bezuinigd hadden door deze re geling maar dat. er vroeger bij den aan leg- van brandkranen veel Ic royaal was gehandeld, in dit verband noemt spreker den aanleg bij hot terrein „achter den berg". Daar waren kranen aangebracht die totaal onnoodig zijn, omdat er in geen 50 jaar gebouwd zal worden. De wethouder PIEPERS wijst, er op. dat de heer Rig tor het terrein destijds zclt heeft gezien, en dat hij toen goed gevon den had zooals gehandeld werd cn daar aan zijn medewerking zelf had verleend. IK t is de lieer Rigter zijn eigen schuld, meent spr. We hebben, /egt spr., samen nog de toekening gemaakt De heer RIGTER zegt dan eon tweede maal voorzichtiger te zullen zijn. Dv heer v. d. LEK vraagt of in die post ook de paaltjes en borden, begrepen zijn. De VOORZITTER ontkent dit, maar zegt. dat dit niets uitmaakt, daar het een zeer gering bedrag betreft. Dc heer J. RIGTER vraagt nog inlich tingen over den afstand der verschillende punten. waarbij de Pastoor heer Elbertus Richar- dus Proot tot de reformatie overging. Evenwel niet. lang daarna werd hij weer Katholiek, cn van dien tijd af werd de kerk van Eembrugge tevens door de Pre dikant van. Baarn bediend. D'it heelt, ge duurd lot 1702, toen door een hevige wa tervloed de kerk zooveel geleden had, dat zij moest worden afgebroken. Voortaan gingen de Ecmbruggcrs in de kerk lie Baarn hun godsdienstoefeningen houden. Vandaar dat de ITorv. Gemeente van Baarn nog altijd heet: ILerv. Kerk van Baarn en Ter Eem." Stappen wij nu de brug over, dan zien wij links den Bisschopsweg (door Bis schop David van Bourgondie in 1490 aan gelegd) naar Bunschoten, en rechts den straatweg over Hoogland naar Amers foort. Tusschen beide wegen in ontwaart go in het weiland nog eenige waterplas sen: de rest der oude slotgrachten van het Huis ter Eem. Daar heeft dus het ver maarde kasteel gestaan. Het werd reeds in 1252 vermeld, maar had toen reeds lan gen tijtl bestaan. Het werd in genoemd jaar verkocht door heer Jan van Wouden berg aan heer Gijshrecht van Abcoude. Later kwam het in handen van de Bis schop, daar het een gewichtig punt was: het beheersehte n.l. den weg uit Gelder land naar Baarn. De Bisschop bestemde het dan ook tot ambtwoning voor zijn stad houder in deze streken, n.l. den Maar schalk van Eemland, die oen der kelders tot gevangenis liet inrichten. Het kasteel heeft een woelig bestaan ge had. telkens on telkens weer had het al lerlei belegeringen te doorstaan, waarvan ik' >u later een en ander hoop mede' te deelen. Zeer befaamd is het beleg van 1629, toen de Spanjaarden een inval deden om Amsterdam aan te tasten. Wel lag er op het kasteel een bezetting, maar zoodra Amersfoort zich zonder slag of stoot had overgegeven, koos de oevelhebber van 't slot met zijn manschappen lafhartig het hazenpad. Dat was een boer uit de buurt te veel: met vrouw, kinderen en een paar knechts en dienstmaagden, in 't geheel negen personen, trek! hij het slot binnen om het te verdedigen. Toon de Spanjaar den naderden om het op te eisclien, deed onze boer tegen de muren aan dc binnen zijde stokken plaatsen met soldatcnmutsen. Deze liet hij nu door de zijnen heen en weer bewegen, en bracht zoo den Spaan- sehcen afgevaardigde in den waan, dat er een vrij sterke bezetting lag. Daarom DE TERECHTSTELLING. Dc vrouwenmoordenaar Mohammed Khe- mieli werd de vongv week te Parijs ge guillotineerd. De Tel. schrijft in het Zaterdagnummer j.l. daarover een verslag. Hieruit citeer ik het volgende: bij den aanbrekenden schemer rijst de som bere silhoutt van de guillotine... slechts het zachte ruischen van den koelen morgen wind verbreekt dc stilte. Kalm beklimt de veroordeelde 't schavot, nog eenmaal laat hij zijn blikken gaan over dc grauwe huizen d*er stadi die nog slaapt en mompelt bonjour tout le monde Zij hebben mij whisky en opium gebracht toen ik gilde vannacht, daar ik bang was te sterven, cn een priester cat naast mij en troostte mij zacht en ik hoorde vergeven en de wanden der cel klonken hol bij mijn schreeuw om te leven. En de brandende drank die mijn angst heeft verdoofd, heeft de uren geroofd die nog restten, met een slag op de deur werd dc stilte gekloofd cn ik rees lot gedachte cn men bond mij en schuifelde om mij gedempt ah om 't beest dat men slachtte. Op het plein lag de schcem'rcnde morgen gebreid en de hemel lag wiM in de nevels. Mijn voetstap verbrak als een wiicer den lijd tot ik stilhield en stond als een giftige plant voor den vuist die inij reet uit den grond. .Men gaf mij het beeld van den Christus, die zei tot een zondaar: ga vrij\ heeft gccii- U gericht dan oordcci ook ik niet, zoo zondig niet meer en gaat heen en die zich van zonden gansch vlekkeloos weet, hij werpe den steen.... A de werelddit levende morgen is ver, ginds lacht nog een ster... als het laatste, een huiv'rende wind doet een prev'lende ronde de mcttsch maakt zich vrij van een deel zijner zonde, die in cnk'len 'weerkaatste... bonjour tout le monde I CASTOR. De VOORZITTER licht dit kort toe. Hel voorstel wordt daarna z.li.s. aange nomen. Als laatste punt kwam nog in behande ling een voorstel van B. en W. tot vast stelling der 2e suppletoire begrooting van inkomsten en uitgaven der gemeente voor het dienstjaar 1924. Z.h s. aangenomen en zonder discussie. In cle rondvraag vroeg de heer v. d. LEK of er wat meer lichten konden weiden aangebracht. Spr. meent dat wc de duis ternis tegemoet gaan. keerde dc vijandelijke bevelhebber naar Amersfoort terug om een grooter troepen macht te halen. Werkelijk komt hij den volgenden dag weer aan, met n.icl minder dan 1500 man voetvolk, 3 compagnieën paardenvolk en 4 groote kanonnen, en pisolite thans het slot op. Onze boor ziet nu wel in, dat tegenstand niet meer baten kan': hij geeft zich over, mits hij cn do ijijncn met behoud van goed en met alle- krijgsmanseer mogen uittrekken. Dc Spaansche bevelhebber, die met de sterke bezetting niet graag in ge vecht komt, geeft toe, en zoo scharen de Spaansche soldaten zich in 't gelid, om dc Bezetting bij *t Verlaten van 't kasteel al- Te eer te bewijzen. De boer zoekt intus- schen alle kostbaarheden bijeen en laadt zf' op een wagen, waarop 'ook hij en dc zijnen plaats nemen, terwijl achterop c^n oranjevlag geplant wordt. Zoo trekt hij de slotbrug over. natuurlijk zonder eonig vermoeden van Spaansche zijde, dat dit de eenige bezetting is. De Spanjaarden wachten met gepresenteerd geweer op die bezetting, maar als die niet verschijnt, gaat cr een op verkenning uit cn vindt., het kasteel ledig! Vol woede wil dc be velhebber den Boer achterhalen en hem terstond ophangen; maar de andere offi cieren prezen den boer „dat er een krijgs- manshart. in stak", cn zoo ontkwam deze ongehinderd naar Utrecht, waar dc Staten hem een jaargeld toekendon. Tn den Historischen Optocht in 1923. t<4 Baarn gehouden, mocht naar mijn inzien de dappere boer niet ontbreken, cn zoo liet ik' hem verschijnen op 't oogcnblfk, dat hij met. zijn wagen het kasteel v.?Haat bepakt en bezakt. Dit nummer sloeg bij zonder iu; zelfs Prinses Juliana, wie ik de eer had den optocht onder 't voorbij trekken van hot bordes van 't Palois af nader uit te leggen, had bijzonder veel ge noegen in dit nummer. Onder den wagen hing een mand met kippen. „Leven die kippen, mijnheer Pluim?" vroeg ze belang stellend. „Xatuurlijk; prinses! de boer wil de niet hebben, dat de Spanjaarden ze zou den braden". En eon glimlach was het loon voor de slimheid van den kastelein. Een laatsten aanval had het Huis ter Eem in 1672 bij den inval der Franschen te verduren. Toen had het zooveel te, lij den, dat er niet veel meer van overbleef. En daar dc watervloed van 1702 ook de rosten niet Spaarde, werd het voor afbraak verkocht. Mot een gedeelte der stcenen werd een der straten van Baarn geplaveid. Sic transit gloria mundi-

Historische kranten - Archief Eemland

Eemnesser Courant | 1924 | | pagina 4