66 spoorbonen, waarbij de wielbanden dikwijls schade lijden. Daarbij is, vooral bij de Leusbroekerweg, een vrij scherpe bocht in de weg onvermijdelijk. Van deze noodzaak zijn B en W dan weliswaar overtuigd, maar toch wordt nog gevraagd om een zodanige aanpassing, dat de overweg ter weerszijden von de spoorlijn waterpos wordt gehouden tot aan de punten, woar de straatweg weer recht loopt. Aon dot verzoek zol. voor zover mogelijk, worden voldaan. Medio 1885 is de spoorlijn zover gereed, dot van Amersfoort noor Kesteren kan worden gereden. Wanneer ook alle seinen, wissels e.d. zijn aangebracht, kan de lijn in dienst worden gesteld. Eindelijk werd bij Koninklijk Besluit van 19 juni 1885 ook een beslissing genomen over de exploitatie van de spoorlijn. Deze werd toegewezen aan de Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschappij. Op 14 februari 1886 maken de staatsspoorwegen in een brief aan onder andere B en W van Leusden bekend, dat de spoorlijn Amersfoort - Kesteren op 17 februari d.a.v in gebruik zal worden genomen. Er wordt op gewezen, dot de draoihekken op de particuliere overwegen ter voorkoming van ongelukken en von schade voor de eigenoren gedurende het exploiteren von de spoorweg gesloten dienen te worden gehouden. Aon B en W wordt in overweging gegeven dot aan de eigenoren mee te delen, opdat zij de nodige maatregelen tot het voortdurend gesloten houden von de hekken kunnen nemen. Door een officiële bekendmaking geven B en W op 16 februari 1886 aan dit verzoek gevolg. In een brief von 22 maart 1886 wordt door de directie van de HIJSM aan B en W ter kennis gebracht, dat ter voldoening aan artikel 81 van het algemene spoorwegreglement van 27 oktober 1875 de in de gemeente Leusden gelegen overwegen over de spoorweg bij KM 45.467.1 genaamd Kerkweg, bij KM 46.290.4 (zonder naam) en bij KM 47.630.8 genaamd Dreef, die met trekbomen worden gesloten, als waorschuwingsmiddel is geplaatst een helder klinkende bel, waarop aanhoudend geslagen wordt bij de beweging, die de wachteres moet maken om de overweg af te sluiten, vóórdat de bomen gaan vallen. Verzocht wordt ook hieraan algemene bekendheid te geven. Op het grondgebied van de gemeente Leusden waren aan de spoorlijn drie wachterswoningen gebouwd: bij de huidige overweg Maanweg/Groene Zoom (gesloopt), bij de overweg in de Hamersveldseweg bij boerderij De Zuidwind (nog aanwezig) en bij de Leusbroekerweg (eveneens nog aanwezig). Hoewel op oude kaarten geen Kerkweg te vinden is, gaat het hier vermoedelijk om een pad van Hamersveld noor Leusbroek, dat gedeéltelijk langs de Grift liep en bij het eerstgenoemde wochtershuis de spoorboon kruiste. Het is overigens niet duidelijk, waarom bij de beide andere overwegen niet de Hamersveldseweg resp. de Leusbroekerweg wordt genoemd. 67 Exploitatie van de spoorlijn. Toch een halte in Leusden Bij de opening van de spoorlijn was er nog steeds geen halte in Leusden. Kennelijk zog de HIJSM toch wel het belang van zo'n halte, want deze werd door de maatschappij alsnog aangebracht. Met ingong van 21 maart 1886 stopten de treinen ook in Leusden en wel bij het wachtershuis aan de Hamersveldseweg bij boerderij De Zuidwind. Het wachtershuis werd daartoe uitgebreid met een vertrek voor het personeel en het bedienen van de seinen en er werd een perronnetje aangelegd. De destijds uitgesproken vrees van het Ministerie von Waterstaat, dot een halte in Leusden niet rendabel zou zijn, werd bewaarheid. Behalve op de marktdagen in Amersfoort werd van de halte maar weinig gebruik gemaakt. Voor de meeste inwoners van Leusden lag de halte zeer ongunstig. In het eerste jaar maakten ongeveer 1800 vertrekkende reizigers van deze instapmogelijkheid gebruik, een gemiddelde van 5 per dag. Het duurde dan ook niet lang of de spoorwegmaatschappij besloot, dat de treinen in Leusden alleen op verzoek zouden stoppen. Zo'n verzoek moest dan uiteraard tijdig aan het station in Amersfoort of Woudenberg worden doorgegeven en dus moest men zeer tijdig bij de halte aanwezig zijn, Wel stopte elke ochtend de posttrein in Leusden om de post af te geven, maar ook daarin kwam verandering, want vanaf 1 januari 1891 krijgt de HIJSM toestemming om trein 202 Amsterdam - Nijmegen tijdelijk op te heffen, terwijl trein 212 in Leusden niet meer hoefde te stoppen. Om in de problemen met de postbezorging te voorzien, besloot de directie van de Posterijen een "bodeloop' in te stellen. De postbeambte moest om 8.15 u naar Amersfoort gaan lopen, waar hij om 9.15 u kon arriveren. Na de poststukken in ontvangst te hebben genomen vertrok hij om 9.30 u weer richting Leusden, waar hij een uur later aankwam. Deze regeling trad op 19 januari 1891 in werking, Op 12 december 1892 deelt de Inspecteur van de Posterijen aan de burgemeester van Leusden mee, dat voor de postbezorging een andere oplossing is gevonden. Het brievenpakket voor Leusden zal uit de rijdende posttrein, die omstreeks 2 uur de halte Leusden passeert, worden geworpen. Dat pakket zal dan door postbode Cornelissen in ontvangst worden genomen en naar het hulppostkantoor worden gebracht. In 1921 werd de spoorlijn tussen Amersfoort en Woudenberg van dubbel spoor voorzien en dat betekende, dat bij de halte in Leusden een tweede perronnetje en wachthokje werd aangebracht. De belangstelling voor deze halte bleef echter gering en in 1927 werd de halte dan ook definitief opgeheven. In datzelfde jaar bouwde de Coöperatieve Handelsvereniging Leusden e.o. (opgericht in 1917) een opslagruimte en kantoor aan de Hamersveldseweg bij de spoorlijn. Daarbij werd tevens een aftakking van de spoorlijn aangelegd voor de aanvoer van voornamelijk brandstoffen. In 1929 volgde de bouw van de grote graansilo.

Historische kranten - Archief Eemland

Historische Kring Leusden | 1992 | | pagina 9