126
Watersnood in Leusden
J. Renes
In de gevel van de Dorpskerk in Leusden-Zuid bevindt zich rechts van de
hoofdingang een gedenksteen met de volgende tekst:
"Hoogte van het Rijnwater op de 14 Maart bij de doorbraak van den
Grebbendijk. Anno 1855."
Wat gebeurde er in 1855?
foto I: De gevelsteen in de Dorpskerk
Archief: J. Renes
127
Voorgeschiedenis
Door de eeuwen heen heeft ons land, althans de laag gelegen gebieden,
te maken gehad met overstromingen door de kracht van het water van de
zee als ook van de grote rivieren. Juist dit jaar herdachten wij de
watersnood van februari 1953, dus 50 jaar geleden, waarbij het zuid
westen van ons land zo zwaar werd getroffen en niet minder dan 1835
bewoners verdronken.
Deze ramp was aanleiding tot de aanleg van de deltawerken, teneinde
de zee geen kans meer te geven op een herhaling, maar ook werd dijk
verzwaring langs de grote rivieren in uitvoering genomen.
Reeds in de middeleeuwen waren langs de rivieren dijken aangelegd,
maar deze waren vaak niet bestand tegen de krachten van het water
bij zeer hoge waterstanden, veelal gepaard gaande met zware ijsgang.
Dat gold ook voor de Rijndijk tussen Rhenen en Wageningen, ook voor
onze omgeving van groot belang, want een doorbraak van deze dijk
betekende steeds enorme wateroverlast in een groot deel van de
Gelderse Vallei.
Ook deze dijk werd reeds honderden jaren geleden aangelegd, maar
door de drassige ondergrond, waarop het dijklichaam was aangebracht,
zakte de dijk in de loop der jaren, zodat verhoging en verzwaring
regelmatig noodzakelijk was. Vele malen bleek echter, dat de getrof
fen maatregelen niet afdoende waren om het water weerstand te bieden.
Daarbij moet ook in aanmerking worden genomen, dat de technische-
en financiële mogelijkheden aanzienlijk minder waren dan tegenwoordig.
De geschiedenis vermeldt doorbraken van de dijk tussen Rhenen en
Wageningen in 1595, 1602, 1643, 1651, 1682, 1711 en 1855.
In 1595 bereikte het water in Amersfoort zodanige hoogte, dat men
zich in de stad nog uitsluitend met bootjes kon verplaatsen.
Door het kolkende water werden zelfs de voorpoort en de brug bij de
Arnhemse Poort ondermijnd, zodat beiden instortten.
Hoewel ook de dijken langs de toenmalige Zuiderzee het meermalen
begaven, zullen we ons in dit artikel beperken tot de Rijndijk.
De Slaperdijk
Tot de middeleeuwen was het hoogveengebied bij Veenendaal een natuur
lijke barrière, die veelal bij dijkdoorbraken bij Rhenen het water
belemmerde om het noordwestelijke deel van de Gelderse Vallei te