256
257
te hakken, op de goede hoogte en daar een ras
ter in te maken.
Als timmermansgezel van ongeveer 19 jaar,
begon ik met een hamer en een steenbeitel het
gat te hakken, maar kwam al gauw tot de con
clusie dat de onderbouw van het Landhuis van
harde mondsteenklinkers opgetrokken was. De
vonken vlogen er af en toe af. Het moest zo
precies mogelijk gehakt worden, zodat we er
daarna geen metselaar of stucadoor bij hoef
den te halen, want het geld ervoor hadden we
toen niet. Na het puinruimen en stofvrij maken
kwam Pater Directeur kijken en vond dat de
opening toch een stuk groter moest worden,
ongeveer 80 bij 80 cm. Dus weer hakken,
puinruimen en stofvrij maken. Bij het derde
bezoek van Pater Directeur vond hij het toch
beter dat er een hele deur in kwam. Daarom de
hamer en de beitel weer ter hand genomen en
een opening gemaakt van ongeveer 2 meter bij
90 cm!
De biechtstoel heeft jaren zijn dienst gedaan.
Op vrijdag 23 juli kwam de Salesiaanse mede
broeder Pater Jan van Lent 1908-1991in
Leusden vanuit Italië. Hij zal als catechist
voor de gemeenschap en daarna als studie-pre
fect voor de jongens fungeren, pater directeur
bijstaan in de begintijd van "Studiehuis Don
Bosco". Hij was in juli 1935 priester gewijd in
Turijn. Daarvoor had hij een gedeelte van zijn
studies hier in Nederland bij de Wereldheren
gedaan. In het begin hielp hij met de inrichting
van de verschillende lokalen en hielp mee in
de propaganda met Pater Kremer, onder wel
doeners en toekomstige medewerkers.
Verschillende malen heb ik toen, als pater Van
Lent op zijn eentje bezig was met de inrichting
van de lokalen, hem een gedicht horen zingen
van Guido Gezelle. De melodie klinkt nog in
mijn oren; maar het leek mij dat hij die zelf
gemaakt had:
Gij badt op enen berg alleen, en....Jesu ik en
vind er geen/ waar 'k hoog genoeg kan klim
men/ om U alleen te vinden/ de wereld wil mij
achterna,/ alwaar ik ga of sta;/ of ooit mijn
ogen sla;/ en arm als ik en is er geen, geen
een,/ die nood hebbe, en niet klagen kan;/ die
honger en niet vragen kan;/ die pijne en niet
gewagen kan/ hoe wee het doet!/ o leert mij,
arme dwaas, hoe dat ik bidden moet!
In de maand juli gaat P.H.Kremer voor enige
dagen op reis, naar Duitsland. Tegen eind juli
komt de tweede aspirant in het "Instituut Don
Bosco", het is de heer Jan van Dijk (1915-
1949) uit Menaldumadeel in Friesland. Hij
helpt mee in de administratie en verzorgt
onder meer de lingerie-afdeling.
Begin augustus arriveert uit Duitsland de
Salesiaanse medebroeder P.Jozef Hilpisch
(1899-1958). Hij wordt als prefect en eco
noom de rechterhand en soms de plaatsvervan
ger van de directeur. Zijn eerste werk zal zijn
geweest om een goede chef-kok te zoeken
voor de keuken van ons huis, want van liever
lee wordt dat hoogste noodzaak, nu, en in het
vooruitzicht met de komst van de jongens. Het
lukt hem wonderlijk goed door de aanname
van de heer Guns uit Limburg. Hij was
scheepskok geweest bij de Holland-
Amerikalijn, dus wist hij van wanten in onze
situatie.
Pater Hilpisch en J.van Dijk kregen het direct
druk met het zorgen voor de vitrage en gordij
nen in het hele huis, ook met het nodige linge-
riegoed en bedde- en wasgoed. En wie zou de
kleren herstellen?!
Gelukkig vonden zij, op aanraden van ande
ren, een heel goed adres voor deze zaken bij
mevrouw Schwitzner (1870-1963) en haar
familie in de Krommestraat in Amersfoort. Zij
had daar een stoffen- en garniturenzaak en
wist ons van lieverlee met van alles te helpen
en anderen die bekenden van haar waren, te
stimuleren ons zoveel als mogelijk was bij te
staan.
Eén van de eerste grote medewerksters van het
"Instituut Don Bosco". Een geschenk!
De verdere maand augustus verliep met de
nodige inrichting en aanpassing van het huis
en zijn omgeving. Een paar dagen voordat de
jongens zouden komen arriveerden op 14 sep
tember twee Nederlandse clerici uit Italië: de
heer Jan Elgershuizen (1913-1944en de heer
Theo Vogel (geb. 1918). Hun werk zou zijn:
assisteren bij de jongens en eventueel lesge
ven.
Zaterdag 18 september staat aangetekend als
"begin van het schooljaar in het Studiehuis
Don Bosco". Op die dag kwamen er 34 jon
gens in huis bij De vier aspirant-coadju-
teurs waren: Jan van Dijk, Henk Hendriks,
Kees de Leeuw (snelwandelaar) en Albert van
Sark.
Al met al waren er op 18 september een 44
personen in "Studiehuis Don Bosco"
De weide achter het huis, tussen de bossen,
werd omheind met hekwerk van berkestamme-
tjes en deed dienst als vaste speelplaats. De
paarden wei met springparcours daarachter
werd in de loop van de tijd omgevormd tot
handbalveld. Voetballen mocht toen niet!
Door de goede voorbereiding van het geheel
was het voor de nieuw-aangekomenen niet zo
moeilijk om zich aan te passen en zich goed te
voelen in de voor hen geheel nieuwe omge
ving en omstandigheden. Het les- en studiep
rogramma doorweven door en aangevuld met
gebed, maaltijden en het zoveel mogelijk in de
buitenlucht doorbrengen van de recreatie- en
speeltijd, met de nodige slaap- en rusttijd,
HISTORISCHF.J<#/v
Prefect zoekt kok
34 jongens
HISTORISCHE K#/v
In de loop van de na-oorlogse jaren zou het hoofdgebouw van Don Bosco omringd worden door
diverse grotere gebouwen. (Ansichtkaart beschikbaar gesteld door Frans van Loenen