Kerkenpad 1998
Leusden in gedichten
VVv verkloten u, gebeente,
In Leusden wordt op zaterdag 3 oktober
a.s. kerkenpad gehouden. Acht kerkge
bouwen staan dan open voor bezoekers
en op het hele uur - van 10 tot 16 uur -
zijn er rondleidingen. U bepaalt zelf waar
u begint en hoe uw route loopt. Nadere
informatie volgt in de huis-aan-huis bla
den en de kerkbladen.
Over één van de kerken, de Sint
Jozefkerk in Achterveld, geeft de heer
J.M.Schouten - ter gelegenheid van de
inwijding 65 jaar geleden - de volgende
informatie:
Op 20 juli 1933 werd de Sint Josephkerk in
Achterveld ingewijd. Op 8 december 1932
had Aartsbisschop Mgr.J.H.G.Jansen de eer
ste steen gelegd. Maar een gedenkplaat was
niet aangebracht. Het enige wat aan de
plechtigheid herinnerde was een kruis dat
een bouwvakker had gekrast in de zuidelijke
gevel. In 1990 zouden oud-soldaten, van
wie enkelen in de mobilisatietijd (1939-
1940) nog in het koor van de kerk hadden
gezongen, een goed zichtbare "Eerste steen
8-12-1932"schenken.
Twee maal eerder was er een kerk gebouwd
in Achterveld, in 1746 en in 1844.
De bediening van de parochianen begon al
veel eerder. In 1674 was Meinardus van
Houten de eerste bedienaar van de Statie
Achteveld. In 1721 kwam de Benedictijner
kloosterbroeder Gregorius Storm van
Paderborn naar Achterveld. Daar krijgt hij
de beschikking over kamers en zolders van
de boerenwoning "Groot Achteveld" en ver
der mag hij er op de deel dienst doen.
Verder heeft hij de beschikking over het
Hofje en de Hennephof.
In 1731 wordt een pastorie gebouwd en 15
jaar later dus een kerk.
In 1818 wordt begonnen met de aanleg van
een begraafplaats.
De huidige kerk kwam er door de inspan
ningen van bouw-pastoor G.Rentinck.
H.W.Valk uit 's Hertogenbosch was de
architect en aannemers waren de
Gebr.Struycken uit Tilburg. De aanneemsom
bedroeg f 87.500,-.
De handgevormde stenen kwamen van de
steenfabriek Jurgens te Haalderen. Hat glas-
in-lood werk was een schepping van Charles
Eyck. Gieterij Petit en Fritsen uit Aarle-
Rixtel leverde de klokkenstoel en de drie
klokken met een totaal gewicht van 1.465
kg. De drie buitenkruisen, het hek voor de
doopkapel en alle hang- en sluitwerk wer
den gemaakt door de Achterveldse smid
J.Bourgonje.
Vaste en losse "nonnen"
De klokkentoren is afgespitst gebouwd, de
handgevormde ruwe stenen gevat in ruw
gestreken mortel doen denken aan een
burcht, 37 meter opwaarts naar de hemel.
De dakpannen - Muldenpan, in de volks
mond "Nonnen" - hebben aan lengte van 34
cm en waren met specie vastgezet, hetgeen
een zware druk gaf op het dak. Door vocht,
en een granaatinslag in 1940, ontstonden er
lekkages. In 1997 noopte dat tot verwijde
ring van de zware pannen en kwamen daar
voor in de plaats losse pannen, dus zonder
cementhechting, waarvan de onderste rijen
werden vastgezet, zodat de wind verder
geen vrij spel had. Verder geeft dit soort
pannen meer ontluchting voor het houtwerk
daaronder. Kosten: ruim zes keer de aan
neemsom voor de gehele kerk!
In de kerk gekomen wordt men enorm
getroffen door de steenbouw, de vele robus-
te bogen, de handgevormde stenen die een
kleurrijk leven tonen, het koepelwerk van de
vaklieden uit België, die hier vertoefden in
"De Roskam".
W.Hos
Rond 1800 leefde in Amersfoort een vurig
patriot (pro-Frans en anti-Oranje), die zicli
ook dichter noemde. Door velen werd hij
echter gezien als een poëtaster, een prul
dichter. Hij heette Pieter Pijpers. Hij
beschreef in zijn landgedicht "Eemlandsch
Tempe" Amersfoort en omgeving, een gebied
dat hij dichtend bewandelde, Het is inder
daad geen hoogstaande dichtkunst, die hij
bedreef, maar toch is het wel aardig om
kennis te nemen van wat in 1803 deze "dich
ter" in een wat opgewonden staat zo rondom
Leusden zag. Hier volgen enkele gedichten
over Leusden en omgeving.
Wij gaan naar Leusden
o Mijn zangster! wat tafreel!
Welk een oord! Nu groeit, dan geel,
Van geboomte, korenlanden,
Bosschen, beemden, bloemwaranden!
Zó veel schoons bedwelmt te veel.
o! Hoe scheemren ons reeds de oogen,
Nu vvy daalen, van den hoogen,
naar dat schilderachtig dal!
Zien wij daar die schoone streeken,
Door Karthagoos Iteir bekeken
Eer't, in Kapua bezweken,
Nutloos wierd voor Hannibal?
De kerkhof, te Leusden
Stille graven, eerbiedwaard'!
Zerken, waar ons oog op staart!
Wij beschouwen u, noch beevend,
noch verlangend, noch weêrstreevend.
Dood!...wy achten u...bedaard.
Wijsheid, die wy, menschen, erven,
Hebbe één oogpunt...wél te sterven.
Alles is onzekerheid,
In alle ondermaansche dingen;
Maar 't is zeker, stervelingen!
Dat, wat gangen wij ooit gingen,
Elke stap ten grave leid.
De Treek
Ach! Ik voel een' zilten traan
In myn weenende oogen staan.
Om naar blijder oord te gaan.
Laat onze ogen vlugtig weiden
Over uitgestrekte heiden:
Wat geboomte, in gindsche streek,
Schynt het firmament te tergen?
Alle boomen schynen dwergen,
Die, uit schaamte, zich verbergen
Voor 't geboomte van den Treek.
En tenslotte, na een zware onweersbui met
"ratelslag op ratelslag" en ook nog '"t klet-
ren van den hagelvloed" gaat Pijpers onver
droten verder met:
De Hamersveldsche buurt.
Ja, ik voel, myn zangaêr zwelt.
Na dat buldrend stormgeweld...
Moogen we eindlyk u aanschouwen,
Langgewenschte pronklandsdouwen!
Schoone buurt van Hamersveld!
'k Groet u, Wildenburgsche tuinen!
Zwaanenburgh! uw hooge kruinen
Dekken uwe koelen bron.
o Groenhouten! my, voordeezen,
ter verblyfplaatse uitgeleezen;
Nimmer is de rust volpreezen,
Die uw erf my schenken kon.