Ansfridus, Alpertus van Metz en Hohorst Zo zou een verhaal kunnen beginnen over de monnik Alpertus van Metz, die bijna dui zendjaar geleden in Leusden in zijn mooiste Latijn over bisschop Ansfridus heeft geschreven. De Amsterdamse historicus Van Rij houdt het erop, dat deze monnik inder daad op de Hohorst, het oudste klooster in de provincie Utrecht, zijn verhalen aan het perkament heeft toevertrouwd. 1 Over de ouders van Ansfridus weten we niets.(2) Wel kennen we, zijn echtgenote en dochter niet meegerekend, vijf familieleden van hem. Tot hen behoorden Unroch, graaf van Teisterbant. Everhard, graaf van Drente en Sal land (vermeld 944-960) en diens zoon Diederik 1. bisschop van Metz (965-984). Dezelfde Alpertus van Metz die de laatste jaren van bisschop Ansfridus beschreven heeft, heeft een biografie gewijd aan deze Diederik I. (3) Verder kennen we twee ooms van vaderszijde van Ansfridus (jr.). Dat waren Robert, bisschop van Trier (931-956) en Ansfried (sr.), de graaf "met de vijftien graafschappen". (4) Deze Ansfried (sr.) ont ving op 7 oktober 950 van toen nog koning Otto I (regeringsperiode 936-973) het markt-, munt- en tolrecht van Cassallum (5), een plaats die waarschijnlijk gelegen heeft bij het huidige Maaseik. Ansfridus (jr.) erfde die later van zijn oom. (6) Beide ooms zorg den voor de opvoeding van hun neef. Over zijn jeugd is weinig bekend. Hij heeft waar schijnlijk aan de domschool van Keulen gestudeerd. (7) Het is niet verwonderlijk dat Ansfridus, die kennelijk behoorde tot een familie van bis schoppen en graven, in 961 als zwaarddra ger (8) koning Otto I begeleidde op diens krijgstocht naar Italië en dat hij op 2 febru ari 962 in Rome aanwezig was toen de paus deze Otto I tot keizer kroonde. (9) Omstreeks 965 keerde Ansfridus terug uit Italië en huwde hij met Hereswit (ook Herswindis en Hereswint gespeld).) 10) Ze kregen één dochter en noemden haar Benedicta. (11) Over de omvang van de bezittingen van Ansfridus is langdurig en druk gespecu leerd. Naast het boven al genoemd Cassallum. is alleen verifieerbaar dat rech ten en inkomsten in het graafschap Hoei aan de Maas hem toebehoorden en dat hij goe deren bezat in het graafschap Rien bij Antwerpen, die hij als bisschop van Utrecht aan de kerken van Sint Salvator en Sint Maarten aldaar gaf. Verder schonk hij aan het klooster Hohorst te Leusden de hof te Driel in de Bommelerwaard met lage en hoge rechtspraak, die hij zelf door koninklij ke schenking had gekregen en de helft van de tol en de munt te Vught. 12) Samen met zijn echtgenote stichtte Ansfridus, in overleg met en na toestem ming van de bisschop van Luik, de bekende abdij in Thorn. Dit klooster was bedoeld voor vrouwelijke religieuzen, die leefden volgens de regel van Benedictus. (13) Aanvankelijk zal het wel de bedoeling geweest zijn een familieklooster te stichten, waar zi jn familieleden begraven konden worden en waar hun nagedachtenis in ere gehouden kon worden. Heel wat adellijke families hadden toen zo'n familiegrafkerk. Ansfridus' dochter Benedicta werd de eerste abdis van dit klooster. (14) Kort voor Ansfridus' benoeming tot bis schop van Utrecht overleed Hereswit in het Brabantse Gilze. Hij begroef haar lichaam in het "secretarium" achter de abdijkerk. In deze familiegrafkelder werd later ook Benedicta begraven. 15) De aanvaarding van het ambt van bisschop vormde voor Ansfridus een essentiële wen ding in zijn loopbaan: van hoofd van een dynastie tot leider van een bisdom. Het bezit van een familieklooster deed toen niet meer ter zake. Hij had immers maar één dochter en deze was abdis. Om dit klooster een zekere toekomst te garanderen gaf hij het met een aantal landerijen, rechten, vrije mannen en horigen aan het bisdom Luik. Een tijdschriftartikel stelt eigen grenzen aan zijn lengte. Dat is logisch, maar soms ook lastig. Het boek van Alpertus van Metz biedt een schat aan informatie en laat zich lezen als een spannend jongensboek. Enkele gre pen uit die informatie mogen deze uitspraak ondersteunen. In 1005 verscheen er een komeet. In het jaar daarop heersten over de hele wereld grote hongersnoden en sterfte. De weerzin van de doodgravers was zo groot, dat ze zieken die nog niet overleden waren, met de doden meebegroeven. 17) In 1006 plunderden de Noormannen Tiel. (18) Graven in onze regio verrieden en be streden elkaar naar hartelust; hun echtgeno tes speelden daarbij niet altijd een verzoe nende rol. (19) Nog meer kometen versche nen, waarop vele oorlogen volgden. (20) Tielenaren waren ruwe klanten. (21) Commotie barstte los toen een geestelijke overging tot het joodse geloof. In de corre spondentie die daarover ontstond, vlogen de scheldwoorden om eikaars oren, terwijl de wederzijdse argumenten bedoeld waren om de tegenstanders neer te sabelen. (22) De Franse koning Lotharius wilde het gebied tot aan de Rijn aan zijn gezag onder werpen. Daarmee kwam hij in conflict met de Duitse keizer. In dit spel van dood en verderf speelde bisschop Diederik I van Metz (965-984), één van de vijf bekende familieleden van Ansfridus, zijn rol mee. (23) Het wordt nu tijd dat Lampertus van Metz zelf het woord neemt om over Ansfridus te vertellen. We lezen dan niet zijn Latijn, maar de vertaling die de historicus Van Rij daarvan gemaakt heeft. Helaas moest weer veel weggelaten worden. H.Th. Hormann Het regende niet meer, de wind was gaan liggen en de laatste zonnenstralen gleden over het moeras. De avondvogels klonken vrolijk. Gebogen over een stuk perkament zat liij zijn gedachten te ordenen. De monnik had veel historisch materiaal verzameld, maar hij wilde niet breedvoeriger zijn dan nodig was. Alpertus van Metz was enkele maanden geleden aangekomen in het klooster dat bis schop Ansfridus op de Hohorst in Leusden had gesticht. De keuze van deze plaats, waar rust en meditatie konden gedijen, waardeerde hij zeer. Hier zou het lukken een boekje open te doen over rampen, strijd, maar vooral over de vrome Ansfridus. Zijn geest waarde hier nog rond. Ansfridus' leven tot aan zijn bisschops wijding in 995 (16) Alpertus van Metz' boek Gebeurtenissen van deze tijd Ansfridus' leven en sterven in Alpertus van Metz' Gebeurtenissen van deze tijd

Historische kranten - Archief Eemland

Historische Kring Leusden | 1998 | | pagina 4