Krijgsgevangenen knielen voorover gebogen drie keer daags Radio's afstaan aan de Duitse bezettende macht 488)1 Aanwezig waren de wethouder Evelien Blom, de directeur van l.andschapsbeheer Utrecht Frans ter Maten, de projectleider Hélène Hine en de vertegenwoordigers van de Land- en Tuinbouworganisaties, de Leusder Horststee, de Knot groep, de Stichting De Boom en de Historische Kring Leusden. Een bestuurslid van de Historische Kring hield een inleiding over de ontstaansge schiedenis van Leusden vanaf het begin van onze jaartelling tot ca. 1300. Eén en ander naar aanleiding van de opgravingen bij Oud-Leusden in het begin van de tachtiger jaren bij de aanleg van rijksweg A 28. De projectleider legde daarna uit, wat de opzet en mogelijke werkwijze van het plan beoogde. Het voorgestelde werkplan, dat in een aantal fases is verdeeld, kwam daarbij uitvoerig aan de orde. Daarna werden door de vertegenwoordigers van diverse groepen vragen gesteld en nade re uitleg gevraagd. Ok de voor- en nadelen van het project kwamen ter sprake. De eerste opzet is om de voetpaden van l.eusden in beeld te brengen, bij voorbeeld door middel van oude kaarten en informatie van het kadaster, aangevuld met veldonder zoek. Met deze gegevens wordt een herstel plan ontworpen samen met de lokale organi saties. Ook nadrukkelijk met de grondeige naren, waarmee het landschapsbeheer, aldus Hélène Hine, een goede vertrouwensrelatie heeft opgebouwd. Alle partijen waren van mening dat dit plaan nadere uitwerking verdient. U zult van dit project in de toekomst nog nader horen. Ook de Historische Kring heeft medewerking toegezegd. Die zal voorname lijk bestaan in het opsporen van de oude voetpaden. Het bestuur houdt zich uitdruk kelijk aanbevolen voor suggesties en tips van u, als leden van onze vereniging. Leusden, 18 september 2001 J.M. Schouten Zestig jaar geleden 7 november 1941. Aan de burgemeester van I.eusden-Stoutenburg. Ingevolge den wensch van de duitsche autoriteiten verzoek ik op dinsdag 11 november a.s. des mor gens, bij alle u bekende radiohandelaren in uw gemeente op een zelfde tijdstip door de politie aanzegging te doen, dat van dat oogenblik door hen geen radiotoestellen meer mogen worden verkocht dan aan een door den beauftragte door dit gewest aange wezen functionaris, den heer A.Rudolph, Maliebaan 15 te Utrecht. Voor de aanwezige toestellen moet in het bijzijn van den poli tiebeambte een staat worden opgemaakt, door dezen beambte moet hiervan in de boe ken van den handelaar bij zijn bezoek aan- teekening worden gesteld. De lijsten met de aanwezige toestellen moeten onverwijld in tweevoud, door u gewaarmerkt, bij mij wor den ingezonden. De Commissaris der Provincie Utrecht, Engelbrecht. Aantekening: In de gemeente Stoutenburg was één radioverkoper en die gaf.....één radio op. Enige tijd later moesten alle ingezetenen hun radiotoestellen inleveren aan de Duitse bezettende macht, dit omdat er dan niet geluisterd kon worden naar onder meer de geheime Engelse zen dersde vrijheid mocht men niet belui steren! J.M.Schouten (13 jaar) Allerheiligendag 1 november 1941 (zestig jaar geleden) Toen ik vrijdagmorgen na een fietstocht van bijna drie kwartier bij kapper te Kloese op de Kapelweg in Amersfoort een half rogge brood bracht, hoorde ik er dat er in de Zonnebloemstraat gevangenen zitten achter het prikkeldraad. Ik denk dat het onschuldi ge mensen zijn die door de Duitsers gevan gen zijn gezet. Het is vandaag toch Zondag en na de Vroegmis fiets ik naar Amersfoort. De Zonnebloemstraat is achter in het Soesterkwartier, want iets verder ligt het H.V.C.-voetbalveld en daar ben ik vaak geweest. Waar de huizen aan de Zonnebloemstraat ophouden is aan de noordzijde een soort gevangenkamp. Er is een stevige vrij hoge dubbeldraad prikkel versperring. Daar achter staan tientallen mannen, ze zeggen dat het Marokkanen zijn. Bijna allemaal zitten ze in de houten barakken omdat ik ze later er uit zie komen. Door hun zomerse kleren verrekken ze van de kou en blijven daarom in de houten barakken. Een vijftal van hen staan met de handen omhoog en vragen me kennelijk om eten. Iets verderop is een knollenland. Ik ga er knollen plukken en gooi ze over het prik keldraad heen en meteen vliegne de mannen erop af. En dan komen er meer gevangenen uit de barakken. Twee stadsjongens zien dat en zij gaan ook knollen plukken en gooien. Nog even en dan is er een hoornsignaal want er is een gevangene die op een toeter blaast en nog meer gevangenen komen naar buiten. De Duitsers waarschuwen ons met armgebaar: we mogen niet meer gooien. Nog even en dan is er drie keer een hoorn signaal en alle gevangenen gaan op hun knieën en buigen zich voor en achterover. Allen zijn naar de richting het Oosten gericht en zijn aan het bidden, misschien wel tot Allah. De tijd is tien over half twee, maar voor hen is het 's middags twaalf uur. Er hangt een Franse vlag en een gele vlag met een zon erin verwerkt en beide vlaggen hangen laag. Na het bidden worden de vlag gen weer gehesen. We willen nog meer knollen gooien, maar de Duitse soldaten willen dat niet. Toch geef ik een Duitse sol daat een knol. Hij schilt die af en gooit de schillen over het draad en zelf eet hij de hele knol op. Ik ben er nog een paar keer geweest maar na korte tijd waren de gevan genen weg. historische

Historische kranten - Archief Eemland

Historische Kring Leusden | 2001 | | pagina 8