Op z' n Achtervelds.
565
566
Wc beginnen met iets wat specifiek bij ons
Achterveldse dialect hoort. We gebruiken
vaak de toevoeging "aehtig" aan een aantal
woorden. Wat voorbeelden maken duidelijk
waar het om gaat een beetje bang is uitge
vallen. We /eggen b.v. van iemand dat hij
"bangaehtig"is. We bedoelen dan dat hij niet
heel erg bang, maar een beetje bang is. licht
hinderlijk bang. We zetten die toevoeging
"aehtig" achter heel veel woorden. We zeg
gen van iemand, die klein van stuk is, dat
hij kleinachtig is. Niet echt heel erg klein,
maar toch kleiner dan gemiddeld. Of we
zeggen dat iemand "langachtig" is en we
bedoelen dat hij meer dan de gemiddelde
lengte heeft.
Vroeger had ik een Nederlandse leraar, die
dit gebruik in ons dialect kende en hij
maakte daar af en toe opmerkingen over.
lilt op een keer wilde hij van dit on
Nederlands gebruik een voorbeeld geven,
hen Achtervelder zegt. zei hij: "Ik bin niet
/o areg vastendispensatiegeldbetaalachtig'.
Leuk bedacht, maar zo gebruiken
Achterv elders het toevoegsel 'aehtig' niet.
Vastendispcnsatic is voor ons een 'vreemd-
v. Burgsteden
aehtig' woord en achter vreemde woorden
plaatsen we geen. aehtig'.
Vastendispensatiegeld betaalden we vroeger
in ruil voor het zich niet houden aan een
deel van de verplichtingen tijdens de zgn.
grote vasten, voorafgaand aan het Paasfeest.
Aan het einde van de vasten werd er dan
van de preekstoel afgekondigd dat men het
vastendispensatiegeld diende te betalen.
Ouderen zullen zich dat zeker herinneren.
Misschien is er iemand die me nog eens kan
laten weten welke vastenverplichtingen er
dan precies werden afgekocht. Ik weet ook
niet hoeveel er betaald moest worden.
Misschien was niet van "bedu".
Bedu is ook een woord dat nog wel eens
gebruikt wordt. Het is eigenlijk geen dia
lect. maar een afkorting van beduiden.
Bedu is van weinig 'beduiding', van weinig
betekenis. Als we zeggen: "Het regent niet
van bedu", dan geven we aan dat het wel
regent, maar niet van betekenis.
Gisteren gingen we naar huis en op de
vraag of we op de flets waren, antwoorden
we dat we 'lopes' waren; dialect voor lopend
of lopende.
Hoe heet de jeugd van toen?
De Ie aflevering van deze rubriek in het
vorige nummer levert een bijna complete
namenlijst op bij de foto uit ca. 1930, geno
men bij de school aan de Ooievaarshorster-
weg.
De redactie is ter ore gekomen dat de foto
hier en daar van hand tot hand ging om het
plaatje kompleet te krijgen. Het aardige is
bovendien dat sommigen zichzelf herkennen
op een foto die zij nog niet eerder onder
ogen hadden! Immers in die tijd lieten de
financiën niet altijd de aanschaf van een
foto toe. Voornamelijk dankzij de speurzin
van dhr. A. Hienekamp (waarvoor dank!)
volgt hierbij de namenlijst;
Bovenste le rij van links naar rechts; Juf.
Bennema. Teuntje v.d. Broek,
Semmie de Kruif, Teuntje Lagemaat, Alie
Lagemaat, Eef Osnabrugge. Alie Lagemaat
(v.d. bakker). Meester Monsma.
2e rij; Jopie Lafeber, Aaltje v. Loenen,
Neeltje v. Loenen, Dien Lagemaat.
....Blankenstein. Marie Hofland. Riet
Osnabrugge. Neel Blankenstein.
Sientje v. Asselt, Bep Monsma.
Timmerman, Rijk Veenendaal,
Arie Lagemaat, Tinus Heij.
Onderste 5e rij; Maas Lagemaat. Dick
Hilgeman, Kees Veenendaal.
Ansicht interieur R K -kerk Achterveld. Archief: F. v. Loenen
3e rij; Teuntje Veenendaal, Ida Lafeber,
4e rij; Gijs de Kruif, Jan Veenendaal, Gert