801 Aris Boersen, een veelzijdig man. Aris werd geboren op 14 april 1885 in Kallen- broek, een buurtschap tussen Achterveld en Terschuur, als zoon van Gijsbertus Boersen en Mietje Kleinveld. Hij trouwde op 25 novem ber 1913 met Reinera Fransisca Zwart. Er werden zeven meisjes en een zoon geboren. Reinera overleed in 1939 en Aris op 1 maart 1965; hij was toen 79 jaar. Werd Aris geboren in Kallenbroek, hij groei de op bij De Tol, aan de Barneveldse kant van het dorp Achterveld. plaats ingericht met machines om hout te be werken en pas te maken voor de huizenbouw; hij was timmerman en aannemer. Daar maakte hij ook doodkisten, wat in die tijd door elke timmerman werd gedaan, en als de kist klaar was dan hoorde het er ook bij dat hij de dode in de kist legde. Hij begon op verkopingen en veilingen twee de hands meubelen te kopen die hij thuis weer doorverkocht aan zijn klanten. In die tijd werd er BEDDEN - DEKENS WINKEL ARIS BOERSEN-ZWART, ACHTER DE RK KERK TE ACHTEVEkD I93C Na zijn trouwen in 1913 woonde Aris in bij het huis aan de Kerkdijk, nu 't Laantje 7. In 1918 bouw de hij er tegenover een nieuw huis met een nieuwe werkplaats erachter. In dit huis hield zijn vrouw een winkel met breiga ren. flanel, boezeroenengoed, schortenbont enz.; dit huis met de winkel lag vlakbij de in gang van de oude Waterstaatskerk, dus "in de loop" naar de kerk. Er kwamen dus veel men sen langs. Achter het huis had hij een werk- heel vaak een gebruikt meubelstuk gekocht in plaats van nieuw. Deze handel begon goed te lopen en hij had er slag van om mensen te in teresseren voor zijn meubelen en hij was bij zonder in zijn element als twee klanten be langstelling toonden voor hetzelfde meubel stuk. Maar Aris vulde zijn tijd ook op zater dagavond en zondagmorgen: dan lieten "zijn klanten" zich door hem scheren en knippen. Hij had zijn vaste klanten, mensen uit het dorp 802 De meesten hadden geen haast en als het in zo mer mooi weer was, dan zaten ze op een bank je voor zijn huis en dronken koffie. Ook dege ne die geschoren en geknipt waren bleven dan nog even hangen. Ze bespraken de laatste nieuwtjes en als dat gebeurd was kwamen er oude verhalen, waarbij men kon lachen. E n bij gelegenheid nam men elkaar of anderen in het ootje, want voor geintjes was ook Aris altijd wel te porren. Een kapperszaak was in die tijd een ontmoetingsplaats; de humor van Aris hield de klanten bezig. Aris was dus een druk man en had heel veel contact met dorpsgeno ten. Dat bracht zijn werkzaamheden mee en hij maakte ook zelf gemakkelijk contact met ande ren en dit sociale gebeuren werd al snel een deel van zijn leven. Hij kende iedereen en ie dereen kende hem. Hij genoot ervan. Aris was timmerman en aannemer. Hij bouwde een aantal huizen aan de Kon. Julianaweg. Die weg heette toen nog De Nieuwe Weg, want er was nog geen echte naam voor. Bij die huizen bouw gebruikte Aris veel tweedehands hout, waarvan hij ook kozijnen maakte. Sloophout dus, wat hij kocht uit de herenhuizen in Am sterdam of Hilversum, balkhout, kaphout, ko zijnen, dakbeschot, deuren en verder wat er maar opnieuw te gebruiken was. Er waren in Achterveld al een paar mensen die met een vrachtwagentje hun brood verdienden. Door zijn vele contacten wist Aris het vervoer van het gebruikte materiaal zo voordelig mogelijk te regelen. Bij zijn werkplaats stond altijd veel gebruikt materiaal. Als hij een huis ging bouwen dan gebruikte hij zoveel mogelijk ervan: het was niet alleen goedkoper dan nieuw maar ook veel duurzamer; hout en deuren waren 'uitgewerkt". Een gevolg was wel dat er soms kozijnen met deuren van verschillende afmetingen en uit voeringen in zo'n huis zaten, maar daar maakte niemand zich druk om. Men lette veel meer op degelijkheid. Hij kreeg ook veel reparatiewerk van boeren. De boerderij zelf had onderhoud nodig maar ook de bijgebouwen. Bakhuizen, schuren, hooibergen, kippen- en varkenshokken, het moest allemaal op zijn tijd gerepareerd wor den. En in die tijd werden er al veel kippen hokken gebouwd; de pluimveehouderij was in opkomst en aantrekkelijk vanwege de goede verdienste en het geregelde inkomen. Ook de jeugd was "klant" bij Aris. Als het vliegerseizoen begon dan kwamen de kinderen voor een paar latjes om er een vlieger van te maken. Dat was gratis; ze hadden immers geen geld en Aris zag ze als zijn toekomstige klan ten. Met het plezier, dat hij er zelfvan had en wat hij er die kinderen mee deed, waren die latjes goed betaald. Aris had een vaste timmerman in dienst, Teus Steenbeek. Ze waren vertrouwd en eigen aan elkaar en die goede verstandhouding was de basis van het bedrijf. In drukke tijden leende Aris mensen in van anderen. De zaken liepen goed. Toen in 1932 de oude kerk, waar hij dus naast woonde, werd afgebroken, veranderde de goe de ligging van zijn huis met winkel. Het lag niet meer in de aanloop naar de kerk. Aris vond dit geen goede zaak. Hij kocht van zijn buurman een perceel grond achter zijn woning aan de Hessenweg en daarop bouwde hij in 1933 een nieuwe huis. Een woongedeelte links, in het midden de kapperszaak met de verkoop van tabak en sigaren en rechts de winkel met textiel en breigarens Aris verhuisde dus drie keer en dat binnen een afstand van minder dan honderd meter. Hij bleef de oude werkplaats, op enige afstand van zijn nieuwe huis, nog gebruiken. Maar ook hierin kwam verandering toen hij eindjaren dertig achter zijn woning een geheel nieuwe werkplaats zette. Hij moest het gebruik ervan nog even uitstellen, want deze nieuwe ruimte werd aan het leger verhuurd en ingericht voor de inkwartiering van dertig soldaten. Er lagen toen veel soldaten in en rond Achterveld; die waren allemaal bezig om de verdedigingswer ken in Asschat en aan het Valleikanaal ge- vechtsklaar te maken. Ook met deze mensen stond Aris meteen op goede voet. Sommigen bleven nog jaren naar Achterveld komen om Aris en zijn kinderen of de buren weer te spreken. In de meidagen van 1940 moesten alle Achtervelders evacueren, Joep van Burgsteden

Historische kranten - Archief Eemland

Historische Kring Leusden | 2005 | | pagina 5