Handen werd door hen voorbereid en werd aanbesteed aan particuliere aannemers. Dit deel werd niet in werkverschaffing gedaan, want daarvoor was alleen het zuivere grond werk. Hoe moetje nu met die mensen wer ken? U moet zich voorstellen dat het een dras, zompig terrein was, w aar je amper met laar zen kon lopen en wat meer een moerasachtig gebied was. Men gebruikte daarvoor bovenbe- maling, (ing van Nieuwenhuyzen heeft foto's laten zien). Bovenbemaling waren grote klis termotoren die op de kant gezet werden met slangen. Er werd een werkput uitgezet met een damwand en er werd een dam gesla gen. Vervolgens 300 a 400 meter verder weer een dam met tussen die dammen een werkput die werd drooggemalen. De mensen moesten die werkput graven. De uitkomende grond is voor een deel in de liniedijk terecht gekomen. (Sommige mensen denken dat het een oud stuk natuurschoon is, hetgeen onjuist is. Er bestond geen echte dijk. Wel was er een soort waterlinie die al heel lang bestond en waar mee men het gebied bij dreigend oorlogsge vaar onder water kon zetten. De pompen pompten dag en nacht. Voor de nacht gebruik te men de werkelozen uit de streek en kregen dan overdag vrij. Er moest echter ook 's nachts gewerkt worden, omdat anders de dag- ploeg geen droog veld had. De mensen die groeven kregen allemaal een kleine houten kruiwagen en een schop. De inhoud van het kruiwagentje kwam deels in de liniedijk. Een grootdeel van die grond werd door de Heide- mij geplaatst op lage terreinen van honderden boeren en landbouwers. Het land van de boer was dikwijls sompig. Er werd dan een afspraak met de boeren gemaakt om het land op te hogen en te ontwateren. Daarop werd rijkssubsidie gegeven van circa 90% op de arbeidslonen. De rest moest de boer zelf betalen. Er werd 60-80 cm land in gebracht, waarna de werkelozen de boven grond terug zetten, zodat de boer een koste lijk stuk land kreeg. Bovendien was dat land ingesteld op de hoogte van het valleikanaal dat later ging ontwateren. Men heeft daar heel veel grond in w eggewerkt, maar soms had 807 men grond te kort. Het geheel ging over circa 1 miljoen kubieke meter grond die moest wor den gegraven voor het Valleikanaal. De grond die uit het kanaal naar boven moest werd gehaakt, dwz een arbeider stond onderin en stak de grond weg. Om de 1,5 meter stond op de helling een werkman die dat op de schop over haakte en doorgaf aan de volgen de. Eén schep ging over 4 a 5 schoppen voor het boven lag. Dat er niets verloren werd in die handeling berustte op een handigheid die bijna altijd goed ging. Een zeer arbeidsinten sief werk, waarvoor tarieven bestonden. Over hoe meer schoppen een schep ging des te ho ger werd het tarief bij de aanbesteding. Dit waren bedragen die uit de praktijk waren ont staan. Er waren wel moeilijke situaties, maar over het algemeen viel dat erg mee. Eigenlijk wa ren er meer leuke gevallen vond ing Nieuwen huyzen. Zo kreeg hij een telefoon van de hoofdingenieur van Enschede in Utrecht dat koningin Wilhelmina zou komen. Zij wilde het werk zien, ze wilde langs het werk lopen en met de mensen praten. Nu is het bekend dat ze niet te boek stond als vreselijk gemakke lijk. Bovendien was ze niet om de tuin te lei den, maar ze wilde dit volledig incognito doen en eigenlijk mocht de heer van Enschede dit al niet vertellen. Ze zou 2 dagen komen terwijl men bij Asschat bezig was. Ing van Nieuwen huyzen liet haar bij de Asschatterweg komen. Overal lagen de meest glibberige planken langs en over de sloten en daarover zou ing Nieuwenhuyzen haar leiden om zich bij de volgende boer weer bij het gezelschap voe gen. Toen Wilhelmina kwam had ze gummi laarzen aan en een kort jakje. De hoofd inge nieur legde haar het één en ander uit en wilde haar ergens langs leiden. Koningin Wilhelmi na was het daar niet mee eens en wilde de an dere kant op en vroeg de hoofd ingenieur of hij daar bezwaar tegen had. "Ik zie n.l. aan de andere kant ook mensen werken." Van Nieuwenhuyzen meende zich te herinne ren dat je in die tijd tegen de koningin geen "nee" mocht zeggen. Enfin de koningin met haar gevolg de andere kant op langs de men 808 sen die niet (stiekem) van te voren op de hoogte waren gebracht. Nu was het zo dat men lastige werknemers wel eens een aparte klus te doen gaf. Dus ook op dit traject was een lasti ge vent, een Amsterdammer, bezig met het teren, carbolineum, van de kruiwagens ergens achteraf. De majesteit vroeg wat die man daar stond te doen en liep naar hem toe. Iedereen in de stress, want nu zou je het hebben: Een vent met zo'n grote waffel. De Koningin vroeg: "Zo, man, wat doet u nu?" '"k Sta te teren!" "En hebt u dat wel vaker ge daan?" "Nee, juffrouw, nog nooit!" De Amsterdammer die de majesteit wel her kende, was ondanks dat hij normaal altijd een grote mond had, nu geheel van de kaart en ge droeg zich redelijk netjes. Ondanks dat ieder een benauwd was voor deze ontmoeting, heeft men zich achteraf wezenloos gelachen omdat men dacht dat het zou spaaklopen. Ing Nieuwenhuyzen vertelt verder over de het graven van het kanaal. Men is begonnen met de ontwatering. Ten zui den van Veenendaal ligt een dijk die de "Rode Haan" genoemd wordt en die de waterschei ding is tussen Gelderland en Utrecht. Als Gel derland in vroeger dagen te veel water kreeg van de Rijn, dan "verzoop" men bijna. Men stak dan de de "Rode Haan" door, waardoor het water naar Utrecht stroomde en Utrecht onder water werd gezet. Het gevolg was tram melant, want de bazen van Utrecht (de bisschoppen van Utrecht) trokken dan ten velde tegen de Graven van Gelderland. [U begrijpt dat we over een ander soort graven en bisschoppen spreken dan tegenwoordig, want deze groepen sloegen elkaar stevig om de oren.] De periode rond de oorlog. Intussen was men een paar jaar bezig met gra ven en liep het tegen '38 - '39. De oorlog ging dreigen en er kwam een mobilisatie. Het leger, en met name de genie, had geen belangstelling voor de waterkering meer. Dit was immers een deel uit vroeger tijden. Echter, ineens bleek deze waterkering wel van belang en kwam de gehele militaire staf naar de Gelderse vallei. Zij bepaalde dat het kanaal moest worden Kanalisatie Bisschop Davis Grift Archief F'am. Nieuwenhuyzen

Historische kranten - Archief Eemland

Historische Kring Leusden | 2005 | | pagina 8