VOS
HUURDEMAN
UW SCHILDER
LEUSDER COURANT
Kappie en het geheim van de schatkist
Maar voor het PLAATSELIJK NIEUWS
hebt u een PLAATSELIJKE KRANT nodig
DE OMWEG
Herdenkingslepeltje
1940-'45
FEESTARTIKELEN
BOEKHANDEL
EEN ROEIENDE KRANT
EEN GROEIENDE KRANT
OOK VOOR Uü
Burgerlijke Stand
Motief: „Het Vredcsbeeldje" Achterveld,
dat op 28 april jl. werd onthuld.
De verkoop is reeds begonnen!
VLAGGETJES
FEESTHOEDJES
LAMPIONS
GUIRLANDERS
LAMPIONSTOKJES enz.
Alle kleuren crepe-papier en diverse
kleuren karton.
('t Hoekje)'
HESSENWEG 323 ACHTERVELD TELEFOON 472
Rookartikelen Luxe artikelen
Speelgoed Gero Zilmcta
ASSCHATTERWEG 17 LEUSDEN-CENTRUM TEL. 03496 - 391
Voor een uitgelezen kollektie BEHANG I (±60 dessins)
Voor VERF (Flexa en Polydor) en GLAS
SKIL BOORMACHINES met vele accessoires
ZELFBOUWMEUBELEN
KOMPLETE KEUKENS enz. enz.
KUNSTSCHILDERARTIKELEN
BOUWPAKKETTEN voor modelbouwers, w.oT 'schepen, auto's.
vliegtuigen, enz.
HANDENARBEID-ARTIKELEN
KOMT U GEHEEL VRIJBLIJVEND EENS BIJ ONS KIJKEN
Een DAGBLAD kunt u niet missen voor
het internationale nieuws.
Een plaatselijk nieuwsblad is een krant, waarin u bij wijze van spreken
kunt lezen, wat er bij uw buurman is gebeurd.
Een plaatselijk nieuwsblad is een krant, die meeleeft en meegroeit met
de dynamiek van de gemeente waarin zij verschijnt.
ER IS MAAR ééN ZO N NIEUWSBLAD IN DE
GEMEENTE LEUSDEN EN DAT IS DE ONAFHANKELIJKE
Voor nog geen TWEE GULDEN per kwartaal (om precies te zijn
1,80) krijgt u de LEUSDER COURANT elke donderdag in uw
brievenbus. Voor de waarde van een pakje sigaretten ontvangt u een
PAKKET aan interessant streeknieuws.
AKKOORD,
voor 1,80 per kwartaal wil ik verzekerd zijn van een wekelijkse LEUSDER COURANT. Noteer mij
maar als abonnee.
Mijn naam is
Adres
Plaats
Telefoon
Gironummer
Ik untvang (Ie nummers van deze maand nog gratis
Handtekening
ZONDAG 3 MEI 1970
ACHTERVELD
N.H. Kerk zondag 9.30 uur in de N.H.
school dienst.
RK. maandag t/m zaterdag 8 uur
vrijdag 19.30 u.: avondmis.
Zaterdag 19 u.: Avondmis.
Zondag 8 u.; 10 u. Hoogmis; 18 u. Lof
HAMERS VELD:
N-H.K. 10 u. ds Willem se. bed H. Doop;
19 u. ds Beekenkap uit Delft.
R.K. Kerk za 7 u.:; zo 7.30 en 9 u.:
Hoogmis; 11 en 5.30 en 6.30 u. H. Lof.
LEUSBROEK
N.H.K.m 10 u. ds van Ginkel uit Amers
foort; 18.30 u. ds Corts uit Vianen.
R.K Kerk: Huize Don Bosco: 8.30 en 10
u.: Hoogmis; 11.30 u.:
AMERSFOORT:
G.K. Nieuwe Leusder kerk: 9.30 u.: ds
Zijlstra; 5 u. ds Engelkens, zendings-
dienst.
Opstandingskerk 9.30 u.: ds Pedde-
mors; 5 u. geen dienst.
MEDISCHE DIENST
WEEKEND 2-3 MEI 1970
LEUSDEN
Voor de praktijken van dr Boersema,
Lantink en Den Toom:
Arts: dr Boersema, Kon. Julianalaan
5, Achterveld, tel. 03425-222.
VERLOREN EN GEVONDEN
LEUSDEN Gevonden: zelfgebreid da-
mesvest. Aankomen lopen: een zwarte
poedel, aan de halsband is naamkaartje
bevestigd met de naam „Shiko".
Verloren: gladde gouden trouwring met
inscriptie „Henk 22-4-'62 en 8-12-'64" .en
een zwemabonnement van het zwembad
Leusden.
Laten staan: 3-wielige gele kinderfiets.
LEUSDEN Geboren: Sander, z.v. H.
M. J. Lindhout en A. P. Buiste Koningin
Sophielaan 12; Dorine E d.v. D. van Nor
ren en G. I. Bleichrodt, Tnna van Saksen
laan 5; Marco E., z.v. A. M. van Heug
ten en W. van der Beek.Hessenweg 20
Elizabeth, d.v. T. van Luttikhuizen en N.
E. Roosenburg, Moorsterweg 4a; Anna
C. M., d.v. A. H. Eijbergen en A. C. van
Daatselaar, Hessenweg 97, Alette P. d.v.
R. Mulder en J. C. D. Snoek, Lindenlaan
14.
Gehuwd: W. J. Taanman en C. Groene-
veld; H. J. van der Horst en J. J. Vonk;
A. G. Weultjes en W. G. van der Span.
Overleden: geen.
„Heb je er wel verstandig aan gedaan,
hem de hond toe te vertrouwen?"
UIILETON
DOOR MAARTJE ZElDENRIJK
18
Hij hoeft het ook niet te weten. Ze
d Hilda achteaf ook nog begrijpen. Hil-
had altijd enige vrees voor haar aan-
lande schoonmoeder. Omdat ze geen
eren dochter was, alleen maar winke-
ïlsje. Misschien wilde ze zich zekerheid
rschaffen. Welke noodsprong maakt een
ouw in zo'n geval?
Lena antwoordde enkel op zachte toon:
aten we hopen, dat te zijner tijd de
lok niet al te hard aankomt „Waarop
zei: „Maak je geen zorgen voor die
d, zus. Het is nog niet helemaal zeker.
Ida is best in staat om ons allemaal in
boot te nemen."
De bruiloft was ouderwets. Lena had
rstond door, dat haar moeder alles op
es had gezet, om te laten uitkomen dat
et niet zo maar iemand was, maar de
ke boerenzoon, wiens ouders niet op
n paar duizend grilden hoefden te kij-
n Ze gingen met rijtuigen naar het
meentehuis en op het feest waren bijna
mderd gasten: familieleden en vrienden
iren en collega's. Griet kende er heel
st niet, Lena evenmin.
Doch het feest slaagde en dat was het
ilangrijkste. Hilda was een lieve, frele
uld in haar lange witte Japon, slank en
ap Ontegenzeggelijk knap, dat moest
na toegeven. De sn.aak van haar broer
as niet slecht. En zo te zien kon Han
et zijn meisje ook wel voor de dag ko
en De kittige Ina danste met Bart een
ndje: beide schenen veel plezier te heb.
n. Ze zag. dat haar man zich naar het
eisje toeboog en wat in het oor fluiste-
tn, waarop ze het uitschaterde.
Bart is als getrouwde man een rustige
rel, maar op een feest kan hij best mee
Den. Enfin'ik ben niet jaloers. Mijn toe
and laat niet toe. dat ik mee kan doen,
aar dat hindert niet. Ik vermaak me
'echoed.
Griet keek bezorgd naar haar dochter.
Mes goed? Is het niet te druk voor je?
.Welnee, moeder, waarom? De dokter
vorige week, dat ik het prototype van
gezonde boerenvrouw ben. Alles is pri-
i in orde bij me Ik heb nergens last
an. Wat wil ik nog meer?"
In de vroege zomer verhuisden Griet
Willem met hun beide kinderen naar 'n
ïlsje op Halfweg, dat ze gekocht had-
rn. Niet groet, maar goed onderhouden
met een kleih lapje grond, zodat Wil-
m wal om handen had. En tot ieders
•ote verwondering ontpopte Hilda Kees-
m zich-als harde, zichzelf niet sparende
rouw, onvermoeibaar in het voor haar
ware boeföhwerk, omdat ze maar één
erlangen had: Zo spoedig mogelijk een
oede boerin worden. „Moeder heeft het
uer al die jaren netjes bijgehouden. Het
minste wat ik kan doen is, proberen in
haar voetsporen te treden En zowel bij
Griet als bij Lena groeide het respect voor
deze. nauwelijks twintigjarige vrouw.
Begin Juli onverwacht de slag Op een
morgen werd Griet wakker en vond haar
man dood naast zich in bed. Een in aller
ijl gewaarschuwde arts constat eerde hart
verlamming. Maar Griet was radeloos. En
de Jongen, die de boodschap naar de
Noordbeemster moest brengen, deed dit
zo abrupt en stom dat Lena lijkbleek
werd van schrik, een gil gaf en een flauw,
te kreeg. Voor iemand haar kon opvangen
viel ze languit op de stenen keukenvloer.
Anderhalf uur later bracht ze in het
Purmerender ziekenhuis, waarheen ze met
bekwame spoed was gereden een dood
dochtertje ter wereld. Zelf zweefde ze
enige dagen tussen leven en dood Willem
Keesom was al lang begraven, toen Lena
in zoverre weer haar gedachten kon rang
schikken om te realiseren, wat er alle
maal gebeurd was.
HOOFDSTUK 19
Op de grote boerderij van Bart Pere
boom had Griet Keesom tijdelijk de teu
gels in handen genomen. Al had Bart vol
doende werkkrachten en een paar flinke
meiden, hij kon niet overal tegelijk zijn
en ook niet er op letten, of in huis alles
ging zoals het behoorde. Op zijn verzoek
was zijn schoonmoeder, hoewel zelf nog
lang niet hersteld van de dubbele schok:
Willem dood en Lena een evenloos kindje
terstond gekomen.
Bart zelf bleef nuchter. Of hij er ver
driet van had, kon je nauwelijks aan hem
merken Dagelijks reed hij twee keer .naar
Purmerend en zat dan een half uurtje aan
het bed van zijn vrouw, bij welke gelegen-
hed hij haar zoveel mogelijk probeerde op
te monteren. „Kop op, meid, daar- kom je
weer overheen. Je hebt mij nog en je
moeder. En je broers en Hilda en Ina en
mijn zus en broer, kortom, de hele rest
We houwen allemaal groot van je," voeg
de hij er op z'n Beemsters aan toe. „Het
komt allemaal wel weer goed. Zorg maar,
dat er weer kleur op die konen van je ko
men."
Heel langzaam herstelde Lena Pere
boom. Doorgaans was ze volkomen apa
thisch. Vader is dood, die zal ik nooit
meer zien. Ik heb niet eens meer afscheid
van hem kunnen nemen. En mijn kindje
eveneens.
Het allemaal voor niets geweest. Ik
wil geen kinderen meer. Ik zal het Bert
zeggen. Ik breng ledereen ongeluk aan
Waarom ben ik getrouwd?
In deze weken had Bart Pereboom
Jobsgeduld en zelfs Griet bewonderde
hem. Zelf zag ze met zorg dat haar doch.
ter maar langzaam vooruit komt allemaal
wel weer in orde. als we maar tijd van le
ven hebben
Niets forceren, moeder. Zodra ze terug
is in huis. knapt ze wel sneller op. Ze is
tenslotte een boerendochter."
De herfst begon al te komen, toen Bart
i zijn vrouw op een morgen uit het zieken
huis haalde. Opgewekt pratend sprak hij
over het werk op de boerderij. „Vorige
week heb ik de kalveren verkocht, Leen.
Je raadt nooit, wat ze opgebracht hebben:
Bijna drie gulden het kilo. Nou, daar heb
ben we goed aan verdiend. Gelukkig is de
eierprijs ook weer wat aangetrokken. Vo_
rige week beurde ik veertien en een half
dat is nog te doen. Wat denk Je, zullen we
nog een koppel kuikens erbij nemen. Dan
ls er aan te verdienen. We hebben nog
een hok leeg."
„Geef het boeren er maar aan, Bart.
Ik heb er geen zin meer in."
Hij vatte het niet seriues op. „Dat zien
we later wel. Leen. Heb je 't niet koud
Ik heb de verwarming aan. hoor. Zal ik
hem wat meer open zetten?"
„Laat maar."
De boerenkeuken was in een bloemen
winkel herschapen. Maar Lena keek er ter
nauwernood naar Ze liet zich omhelzen
door haar moeder en huilde nog een
deuntje aan haar borst, waarbij Griet van
de weeromstuit mee deed. Piet, haar broer
en Betsy haar schoonmoeder waren ook
overgekomen, maar stonden wat onhandig
toe te kijken. Jopie, de oudste meid, keek
schichtig naar de bleke boerin, doch be
gon maar koffie te schenken. Wat een na
righeid ineens.
Na een paar dagen had Griet het beke
ken. „Ik kan hier nog niet weg," zei ze
op een avond tegen haar schoonzoon. „Le
na heeft nog nergens zin in. Wat moet
daarvan terecht komen?"
„Rustig aan moeder. Ze heeft teveel In
eens mee moeten maken. Je moet dat pro
beren te begrijpen. Op de duur krijgt ze
wel haar oude zin terug. Laat het kalm
pjes betijen. Ze is weer thuis, dat is voor
lopig het voornaamste. Voor de rest komt
het wel in orde. Heus geloof me."
Moeder Griet was niet zo optimistisch
Met zorg zag ze de lusteloosheid van haar
dochter aan en bleef de boerderij bestu
ren.
Geleidelijk aan probeerde ze haar doch
ter in te betrekken: „Zeg iij nou ook es
wat. jij bent hier tenslotte de boerin,
niet ik,"
Doorgaans was Lena's enige reaktie:
„Het kan me niet meer schelen, moeder
ik vindt het wel goed. Doet u het maar."
De winter door bleef Griet op de boerde
rij. Soms dacht ze wel eens verlangend
naar haar huisje in Halfweg, maar dan
dacht ze er aan, dat ze er nu alleen zou
zitten met haar jongste kind. Deze was
tijdelijk in het oude huis, waar Piet het
heft in handen had. Een en ander op ini-
titatief van Hilda, die zich steeds meer
ontpopte als een flinke, hardwerkende
boerin. Een enkele keer reed ze op een
middag naar haar huisje nam er een uur
tje stof af of zat een poosje voor het
raam te kijken. Maar al spoedig vond ze
het te kil en reed weer terug naar de
Noordbeemster.
Tenslotte begon Bart ook ongerust te
worden Hij raadpleegde de huisarts, die
de jonge boerin -onderzocht, maar niets
bijzonders kon vinden. Lena kreeg ver
sterkende middelen. Misschien knapt ze
wel op in het voorjaar, was zijn veronder
stelling.
Het voorjaar kwam snel. Reeds in maart
begon Jopie op instigatie van Griet met
de schoonmaak. Bart zei op een morgen
toen Lena bij het raam zat te kijken naar
het luchten van de bedden. „Waarom ga
je niet eens een ritje maken in Je wagen?
Je zit veel te veel binnen. Het geeft niks,
of je geen zin hebt om wat te doen in
huis, of buiten. Je bent de boerin en we
hebben krachten genoeg. Het verzet je ge
dachten misschien, he?"
Ze keek hem aan. Er kwamen groeven
in zijn voorhoofd, natuurlijk had hij zich
al die weken zorgen gemaakt om haar,
wist ze. Bert heeft engelengeduld gehad
met me. Hij houdt veel van me. dat merk
ik toch iedere dag? Welke man is zo
zorgzaam voor z'n vrouw?
Lena strekte als in een impuls haar ar
men naar hem uit. Het volgende ogenblik
lagen ze in eikaars armen. Hij kuste haar
voorzichtig en Lena fluisterde: „Heb nog
wat geduld met me, Bert.ik kan het
nog steeds niet allemaal verwerken
waarom mocht ik mijn kindje niet levend
krijgen, Bert?"
Hij suste haar. „Stil maar, vrouwtje,
probeer er niet zoveel aan te denken. We
zijn nog jong.Natuurlijk heb ik geduld.
Ik houd toch van je? Maar je moet niet de
hele dag hier blijvan zitten piekeren. Ga
wat rijden Het is zo mooi weer. Rijd er
gen heen, het doet er niet toe waarheen.
En drink dan koffie in een of ander res
taurant. he?"
Ze knikte. „Goed. Je zult wel gelijk heb
ben Ik weet niet, of ik met eten terug I
ben."
Hij zei alleen op ernstige toon. „Ga niet
al te ver, Lena.''
De vrouw drukte zijn arm. „Maak je
geen zorgen. Ik doe geen domme dingen.
Ik houd teveel van je
In de wagen dacht ze. Hij heeft gelijk
en ik laat moeder maar werken. Morgen
pak ik ook weer aan. Misschien vanmid
dag al. Wat heeft het voor zin om maar
te denken over wat geweest is en wat had
kunnen zijn? Al had ik zo verschrikke
lijk graag een levend kindje gehad.
Met de lente keerde bij Lena de energie
terug. Bart en Griet zagen tot hun blijd
schap. dat Lena er weer zin in kreeg. Op
een morgen, teen de beide dienstbodes is
bed bleven vanwege de griep, die als een
epidemie door het land trok, was Lena
er voor dag en dauw uit en ging met
haar man en moeder mee naar de koeien
Het boerenbloed spreekt, constateerde
Griet blij en tevreden. Als er aangepakt of
Ingevallen moet worden, is niets haar
teveel.
's Middags deed ze het nog kalm aan.
Op advies van de dokter. Maar ook om
dat Bart het zo wilde. „Het is mooi weer,
Leen, profiteer ervan. Als Je soms eens
naar huis rijdt, doe ze de groeten
Soms was ze een paar uur bij haar
schoonouders ,die altijd blij waren als ze
kwam. temeer omdat er weer behoorlijk
kleur op haar wangen kwam en haar ogen
niet meer zo dof stonden. Of ze reed zo
maar wat rond. meestal eindigende in
Purmerend. waar ze thee dronk. Op een
middag had ze haar wagen op de kaas
markt gezet en liep langs de etalages te
kijken Ze passeerde de winkel van Jaap
Witvliet, waar ze belangstellend rond-
speurde over de uitgestalde artikelen in de
winkel Ze zag enkel een meisje. Blijkbaar
was het niet druk.
Het schoot haar te binnen, dat haar
strijkijzer telkens weigerde Het ding is
versleten Ik kon eigenlijk wel een nieuw
kopen.
Resoluut deed ze de deur open en be
trad de zaak Het meisje kwam op haar
af „Ik wou graag een paar strijkijzers
zien."
„Heel graag, mevrouw. Wilt u even mee
gaan deze kant uit?"
(wordt vervolgd)
door Martin Toonder
41
Okki en de Meester moesten machte
loos toezien, hoe een drietal twijfelachti
ge figuren er in snelle vaart van door ging
met het Jacht. De scheepsjongen stamp
voette van boosheid.
„Ik weet zeker, dat die snertduikers hei
bel hebben gemaakt daar beneden, Ome
Siep!" sprak hij met overtuiging. „Dat zit
geheid fout!"
„Wees nu eens kalm", suste de Meester
hem. ,Dit kan toch best toeval zijn. La
ten we nu maar rustig op de anderen
wachten."
„Als hen maar niet overkomen is," weer
legde Okki ongeduldig. Hij liep geruime
tijd opgewonden heen en weer, terwijl de
afstand tussen de Kraak en het jacht
steeds groter werd. „Was de kap'teln maar
hier!" verzuchtte hij eindelijk.
„Nou, dan heb je je zin," bromde de
Meester, die het allemaal nog niet zo
zwaar kon inzien. Hij wees over Okki's
schouders naar de diepzeegraafzuigdozer.
Kappie's hoofd, in de doorzichtige dui
kershelm, verscheen op dat moment juist
boven het wateroppervlak. De kleine ge
zagvoerder beklom snel de ladder naar het
dek van de drijvende machine. Professor
Jodelahiti volgde hem op de voet. Als
laatste dook de Maat. met een voor hem
ongewone doortastendheid, op
„De kap'teln!" schreeuwde Okki ver
heugd. „Wat een bof! Daar moet ik heen.
Ome Siep!" Zo snel zijn Jeugdige benen
hem dragen konden, rende hij naar de
sloep
(wordt vervolgd)