LGEMENE BESCHOUWINGEN 1974
eede fase
liver juridisch
I
heuga
,Eerst bebossen,
an bebouwen"
DE GEMEENTELIJKE
ONROEREND GOED-
RELASTINGEN
lestuursmodel
310
.CarpetCenter
IRCHITECT PROF. J. BAKEMA:
Reaktie VVD op de
tweede fase-uitspraken
van politieke partijen
tapijttegels
[ervolg alg.
'houwiiigeii
.D.A./ D466
Leden
vergadering
A.R.P.
Provinciale
subsidie
sportzaal
Parkeer
verbod
tegenover
de Bieshaar
Controle
bevolkings
register
WD gaat op
12 nov.
vergaderen
{DAG 25 OKTOBER 1973
LEUSDER KRANT
13
prijs
de I
rijs I
elt dit I
door f
Expert I
inter-1
lingea I
Expert I
'ingen. f
liteit
ritisdi
van
iment
inter-
etest
ixpert
xpert
geven
naar
'an 'n
s dat
de
te I
vice
'P de
'uden
ische
chikt
rnste f
tuur.
ONDERWIJSNOTA NODIG
toekomstig onderwijsbeleid be-
Ijou onze fractie het zeer op
pellen indien u op korte ter-
visie op dit gebied zou willen
en in een nieuwe onderwijs -
geen scholennota, dat is een
lander begrip).
ep heden bestaat er naar onze
slechts een lokalenplanning en
er alleen nog maar getalsmatig
Uit mets blijkendeonderwijs-
raspecten.
Ie inhoud krijgt het begrip ,,de
ireerde school?". Zal het be-
i] benoemingen van personeel,
ral hoofden, meer gericht gaan
i op die integratie? Gaat men in
komst werken aan het doorbre-
het klassikaal onderwijssys-
>rde basisscholen Kan de ge
niet eens het initiatief ne-
|Vor een gesprek over een ,,sa-
rkingsschool"?
naai vragen waarvan wij ons
i zijn, dat daar niet één-twee-
tn antwoord op te geven is, maar
een indruk moeten geven wat
L] op onderwijsgebied leeft.
IvEEDE FASE
■is onvermijdelijk, dat wij in deze
louwing ingaan op de 2e fase De
le van D'66 is bij haar algemene
Jouwingen naar aanleiding van de
Hing voor het dienstjaar 1973 uit-
Jid ingegaan op de tweede fase.
■werd toen reeds gesteld, dat het
■sen over de verdere uitbreidings-
In het belangrijkste beleidsas-
Han 1973 zou worden en dat dit het
Iste appèl zou betekenen op de eigen
«woordelijkheid van ieder raads-
wij de ontwikkelingen gedurende
fctste weken nagaan, dan kunnen wij
)n, dat deze uitspraak geen over-
n stelling is geweest.
jDISCH
it wij thans bij deze beschouwingen
0 aantippen is de keuze van het
iursmodel. Het tot nu toe door u
.ede uitgangspunt kunnen wij zuiver
|isch noemen. De burgemeester
?digt het beleid tegenover de raad
Ie raadsleden reageren zonder last
tagespraak. Wij kunnen ons voor-
Ben dat dit uitgangspunt voor de ju-
I aantrekkelijk is, maar ook zeer
loudig. We moeten ons echter be-
1 zijn, dat de tijden ingrijpend
riderd zijn. De nieuwe gedachte vat
Ids meer post: het bestuur is er
r de burgerij en stemt haar beleid
p datgene wat onder de bevolking
Dit geldt o.i. voor zowel het
tge als voor alle raadsleden
IN HET GEDRANG
Bij de thans door u gevolgde pro
cedure is één en ander wel ernstig
in het gedrang gekomen. U heeft reeds
op 5 juni 1972 met de fractie-voorzit
ters over de plannen met betrekking
tot de 2e fase gesproken Er is toen
geheimhoudingsplicht opgelegd, zo
zelfs, dat de fractie-voorzitters met
met hun collegae-raadsleden over deze
plannen mochten praten. Wij hebben
hierover onze ernstige twijfels gehad,
zo zelfs, dat ons huidig fractie-lid de
heer v Spaendonck op 11 september
1972 nogmaals met u over deze zaak
gesproken heeft in tegenwoordigheid
van twee vooraanstaande deskundigen
uit de kring van D'66 Daarna zijnde
bezwaren toen nogmaals in een strikt
vertrouwelijke brief van 19 september
1972 door hem uiteengezet Onze frac
tie heeft besloten deze conclusies, die
toen zijn neergelegd, thans vrij te ge
ven voor publicatie Indien men deze
argumenten nogmaals kritisch be
schouwt blijven de toen uitgesproken
twijfels aanwezig.
WAAROM VERTRAGING?
Omdat wij niet alleen de verantwoor
delijkheid op ons wilden nemen toch een
andere procedure te volgen, hebben
wij aan de thans gevolgde procedure
meegewerkt, zij het in de veronder
stelling, dat de plannen inderdaad reeds
begin 1973 ter visie zouden worden
gelegd. Het lange uitblijven hiervan
heeft de onrust alleen maar vergroot.
Wij zouden het op prijs stellen, in
dien u thans, zo exact mogelijk, wilt
aangeven waarom één en ander ver
traagd is.
Beantwoording van deze vragen
dringt temeer, daar de laatste brief
met betrekking tot het vooroverleg
gedateerd is op 30 augustus 1972 van
de directeur van de Provinciale Pla
nologische Dienst, terwijl een latere
brief, verzonden door de Provinciale
Planologische Commissie medio mei
1973, blijkens uw mededelingen niet
relevant geacht kan worden, aange
zien deze brief dezelfde argumenten
bevat als de brieven van de Directeur
van de PPD
ORKAAN
Eén van de hoofdargumenten om deze
procedure te volgen was het gevaar
voor speculatie. Wij zijn van mening,
dat door het thans gevolgde systeem
speculatie eerder uitgelokt is dan voor
komen. Nog afgezien van andere op
lossingen, waarover wij in het open
baar niet in de gelegenheid zijn ge
weest daarover de discussiëren. Wij
vragen ons af, of thans wel sprake is
van een evenwichtige afweging van be
langen. Waarom zijn niet een aantal
varianten vooraf met de raad, de stuur
groep en de burgerij besproken om
daarna achter gesloten deuren uw beleid
op grond van de dan gevoerde discussies
te bepalen. Ons inziens heeft u thans
door deze procedure te volgen om de
storm te keren een orkaan teweeg ge
bracht.
Het kantoor van de
LEUSDER KRANT
(Finnmark 3. Leusden-C.
Tel. 03496-1495) is op
werkdagen geopend van
10-12 uur en van 14-16
uur voor het opgeven
van advertenties,
berichten, het doen van
betalingen en het
bestellen van alle
soorten drukwerk.
Sluitingstermijn voor
advertenties en
berichten:
dinsdagmiddag 12 uur.
Achterveld, Hessenweg 333,
a tel. 03425 - 480
per tegel
met 5 jaar garantie
Nergens vindt u zo veel keuze
de grootste speciaalzaak
(Van de redaktie)
LEUSDEN - De AR afdeling Leusden
zal op woensdag 31 oktober a.s. een
ledenvergadering houden in café- res
taurant Nieuw Leusden. De bijeenkomst
begint om 20.00 uur. Op het programma
staat onder meer:
1. de uitbreidingsplannen van de ge
meente Leusden in de ruimste zin
van het woord.
2. De verkiezingen 1974 (provinciaal
en gemeentelijk).
3. het voorgenomen werkbezoek van
een AR-delegatie van eerste en
tweede kamerleden aan de provincie
Utrecht.
LEUSDEN - Gedeputeerde Staten van
Utrecht hebben besloten de gemeente
Leusden een subsidie van f50.000,--
te verstrekken als bijdrage in de bouw
van een sportzaal waarvan de totaal-
kosten zijn geraamd op f900.000,--.
De sportzaal is gebouwd in het plan
Groenhouten.
JTRECHT (ANP) - Architect prof. J
[ma vindt dat reeds nu gebieden
pen worden bebost en landschap-
ingericht, die bestemd zijn voor
$bouw over tien tot twintig jaar,
zal volgens hem wel een hoop
P kosten, maar er is een aanzien-
j* compensatie te vinden in de dan
pdijke beperking van terreinen voor
pdc woningen.
Jij zei dit maandag in Utrecht tijdens
Ndelijke dag voorbedrijfsverbete-
I van de organisaties van woning-
[JcMers en meubileringsbedrijven
jol- Bakema bepleitte een sterke
Wering van de kwaliteit van het
en de woonomgeving Hij vond
J winkelcentra sociale-culturele
peningen horen, in woonwijken
fr gespreide winkelvoorzieningen
■in het algemeen een zo sterk mo-
ffte menging van woon-, werk- en
pre functies.Zelfs geconcentreer-
I Werkzaamheden in grote kantoren
jjje industrie dienen zo direct mo-
op woongebieden te worden be-
]*eD. daar anders zowel socio-
pcbe als economisch onoplosbare
situaties ontstaan, zoals slaapsteden
en onbetaalbaar verkeeraldus prof
Bakema die aan deze overwegingen
toevoegde dat de meerkosten voor het
schoner maken van vlakbij woonwijken
gelegen industrie - toch al nodig op
grond van milieuhygiënische uitgangs
punten - waarschijnlijk ruimschoots
opwegen tegen de anders noodzake
lijke kosten van het vervoer van en
naar de industriegebieden.
Voorts bepleitte prof. Bakema voor
een veel uitgebreider en intensiever
contact over de vormgeving van woning
en woonomgeving tussen de planologen
en de (toekomstige) gebruikers. Zinvol
leken hem ook constructies voor de
gebouwde omgeving" te ontwerpen als
hoofdconstructies die op langere ter
mijn kunnen worden afgeschreven,
waardoor hogere investeringskosten
verantwoord zijn De hoofdcontructies
kunnen dan naar believen en behoeven
worden ingevuld met „invulele-
menten".
Elk project van meer dan 500 wo-
niggen zou volgens prof. Bakema moe
ten worden voorbereid met de bouw van
een aantal proefwoningen als test voor
de definitieve uitvoering van het gehle
project. ,,Dat voorkomt tenminste dat
je vijfhonderd keer dezelfde fout
maakt", merkte hij op. Speciaal voor
zijn gehoor gaf hij nog als overweging
mee dat door de toenemende vrije tijd
woning-inrichting zal evolueren tot
woon-inrichting, een met name kwali
tatieve ontwikkeling
De planoloog dr. J. Buit zei dat de
woninginrichters er min of meer tot
hun verbazing waren achter gekomen
dat de plaats van vestiging door de
klant wordt beoordeeld als een ver
schil in kwaliteit van het te koop
aangeboden pakket goederen. Wie er
gens apart gaat zitten, zo stelde hij,
merkt dat hij klanten trekt die op
eenvoudig en goedkoop uit zijn. Wie
in een behoorlijk winkelcentrum zit,
merkt dat de klant kwaliteit, service
en aandacht vraagt, en daar meer
geld voor over heeft- „Vroeger dacht
men dicht bij de klant te moeten gaan
zitten, nu blijkt dat men doelgericht
koopt en veel minder doet aan ver
gelijkend winkelen", zo merkt dr. Buit
op.
De raad voor het Midden- en Klein
bedrijf heeft op 20 juni 1973 een ad
vies vastgesteld inzake de gemeente
lijke onroerend goed belastingen. De
wet waarin deze belastingen zijn ge
regeld is op 24 december 1970 van
kracht geworden.
Het advies geeft de consequenties
aan die de heffing van een tweetal
nieuwe belastingen op onroerend goed
zullen hebben voor het midden- en
kleinbedrijf. Hierbij is met name aan
dacht besteed aan de positie van de
eigenaren en huurders van bedrijfspan
den.
In enkele gemeenten, namelijk Haar
lem en Smallingerland, is deze ge
meentelijke onroerend goed-belasting
per 1 januari 1973 ingevoerd. Enkele
andere gemeenten zijn van plan deze
op korte termijn in te voeren.
DE SITUATIE IN GEMEENTEN
DIE DE NIEUWE
BELASTINGEN NOG NIET
HEBBEN INGEVOERD
Momenteel kunnen op onroerend goed
de volgende belastingen worden
geheven:
1. Rijksbelastingen
a. Personele belasting. Deze belas
ting wordt uitsluitend geheven van
de gebruikers van woonruimte
b. Grondbelasting. De belasting
wordt geheven op gebouwde en
ongebouwde eigendommen, ten
laste van de eigenaar.
2 Omslag voor waterschappen
Deze belasting wordt geheven van
gebouwde en/of ongebouwde eigen
dommen.
3. Gemeentelijke belastingen
a. Straatbelasting ten laste van ge
bouwde c.q. ongebouwde eigen
dommen die in de onmiddelli jke
nabijheid van openbare wegen lig
gen In het algemeen wordt deze
belasting ten laste van eigenaren
geheven.
b. Baatbelasting
c. Bouwgrondbelasting, Deze belas
ting wordt geheven van onroerend
goed dat door activiteiten van de
gemeente geschikt(er) voor be
bouwing gemaakt wordt.
d. Belasting op bouwterreinen.
e. Brandverzekeringsbelasting
Deze wordt onder andere ge
heven naar de verzekerde waarde
In de gemeenten waar de onroerend
goed-belastingen zijn ingevoerd ver
vallen een aantal belastingen, waar
van de straat-, grond- en personele
belasting de belangrijkste zijn. Na 1
januari 1979 mogen de gemeenten deze
belastingen niet meer heffen, zodat
zij wel gedwongen zullen zijn om uiter
lijk op die datum met de heffing van de
onroerend goed-belasting te beginnen.
DE ONROEREND
GOED-BELASTING
De wet voorziet in invoering per
gemeente van twee belastingen op on
roerend goed namelijk één van de
gebruiker (huurder) en de andere van
de eigenaar of erfpachter
Het doel van deze nieuwe belasting
is een vergroting van de belasting
opbrengst. Van deze vergroting zal,
naar in gemeentelijke kringen wordt
gesteld, niet veel terecht komen door
de door de wetgever vastgestelde gren
zen van de totale belastingopbrengst
van onroerens goed.
De beide belastingen kunnen worden
geheven naar:
a de marktwaarde van het goed of
naar
b. de oppervlakte, gecorrigeerd voor
de aard, ligging, de kwaliteit en het
soort gebruik van het betreffende
van onroerend goed
Wanneer het pand door de eigenaar
zelf wordt gebruikt, dan dient de eige
naargebruiker beide belastingen te vol
doen.
GEVOLG VAN DE
BELASTINGEN
Hoewel er weinig verschil zal be
staan tussen de totale opbrengst van
de „oude" belastingen en de totale
opbrengst van de onroerend goed-be
lastingen, mag men verwachten dat
enige verschuivingen zich zullen voor
doen in de belastingdruk De eigenaar
van onroerend goed zal, al naar ge
lang de omstandigheden, iets meer of
minder gaan betalen
De gebruikers (huurders) van woon
ruimte hoeven in het algemeen geen
verhoging van hun belasting te ver
wachten. De gebruikers (huurders) van
bedrijfsruimten kunnen wel een be
lastingsverhoging tegemoet zien.
TARIEVEN
De totale opbrengst van de belas
tingen per gemeente heeft een
maximum. Van belang voor de hoogte
van het tarief van de onroerend goed-
belastingen is de vraag of zich op de
gemeentebodera ziekenhuizen, scholen,
kantoorgebouwen, industriepanden enz.
bevinden. Deze gebouwen hebben im
mers veelal een hoge waarde, zodat zij
in belangrijke mate aan de opbrengst
van deze belastingen zullen gaan bij
dragen. Dit heeft grote invloed op de
tarieven van de overige gebouwen.
De tarieven worden eveneens nadelig
beïnvloed door de aanwezigheid van
veel groen in een gemeente, in zo
genaamde „groene gemeenten". In
zulke gemeenten ontstaat namelijk een
extra nadeel voor de eigenaars c.q.
huurders van andere onroerende goe
deren door de vrijstelling van de hef
fing van landbouwgronden. Als grond
slag voor de tariefvaststelling heeft
de Raad voor het Midden- en Klein
bedrijf voorkeur voor de waarde in het
economisch verkeer (marktwaarde).
Voor de keuze van de economische
waarde pleiten naar de mening van de
raad de volgende argumenten:
- het is een voor de belastingplich
tigen begrijpelijke maatstaf;
- deze maatstaf biedt de mogelijkheid
van een individuele benadering van
het belastingobject;
wereldspaardag
De wereld spaart;
'spaar' de wereld.
Een traale natuurkalender
en een milleuspel liggen
op 30 oktober gereed bi) uw
BONDSSPAARBANK
voor alle geldzaken
LEUSDEN-ZUID - Bij de inzittenden
van de woningen aan de Prinses Irene-
laan te Leusden-Zuid tegenover win
kelcentrum „De Bieshaar" zijn sinds
kort borden geplaatst, die aangeven dat
men op deze inritten niet meer mag
parkeren. Het publiek wordt verzocht
rekening te houden met deze borden,
die moesten worden geplaatst omdat
de huiseigenaars zeer veel hinder on
dervonden van auto's die op hun inrit
ten werden geparkeerd, zodat zij zelf
niet meer uit hun garage konden rijden.
De borden „Verboden te parkeren"
zijn reeds enkele dagen geplaatst, maar
nog steeds parkeren autobestuurders
hun vervoermiddel op de inritten
Het publiek wordt dringend verzocht
de voorschriften op te volgen, omdat
anders tot proces-verbaal zal moeten
worden overgegaan.
EEN ADVERTENTIE IN ONZE
KRANT BEREIKT EEN GROTE
LEZERSKRING.
PROBEER HET EENS!
(Van de redaktie)
LEUSDEN - Enige tijd geleden zijn
aan alle gezinshoofden in de gemeente
Leusden kaarten verzonden ter con
trole van het bevolkingsregister. Deze
kaarten dienen volledig te worden in
gevuld en terug te worden gezonden.
Van de 3800 kaarten zijn tot nu toe
3300 terug gekomen op de afdeling
bevolking van het gemeentehuis. Zij,
die tot nu toe verzuimd hebben de kaart
ingevuld te retouneren, worden vrien
delijk verzocht dit alsnog te doen.
(van de redaktie)
LEUSDEN - De VVD afdeling Leus
den houdt op maandag 12 november a.s.
een ledenvergadering. Twee belang
rijke onderwerpen staan op het pro
gramma de samenstelling van de gros
lijst voor de gemeenteraadsver
kiezingen en de discussie over de
plannen voor de tweede fase.
De volgende soos-avond is op maan
dag 26 november a.s. in-De Klaveet
aan de Postweg.
- hij leidt niet tot verschillen in be
lastingheffing op de enkele grond dat
de ene ondernemer voor zijn be
drijfsuitoefening nu eenmaal meer
bedrijfsruimte nodig heeft dan de
andere;
- vaststelling van de heffingsgrondslag
kan in de meeste gevallen redelijk
eenvoudig geschieden door de ge
meente-administratie.
Deze argumenten gaan niet in de
zelfde mate op met betrekking tot de
oppervlaktegrondslag. Toepassing
daarvan dient dan ook naar de mening
van de raad te worden ontraden.
De waarde van bedrijfspanden is nog
altijd moeilijk te bepalen.
Twee voorbeelden zijn:
- bedrijfspanden in de oude stads- en
dorpswijken (het winkeltje op de
hoek). Deze panden zijn moeilijk
verkoopbaar.
- de panden in de oude binnenstad.
Hier is de waarde nog moeilijker
te bepalen vanwege de vertekening
van het beeld door de soms buiten
gewoon hoge grondprijzen.
CONCLUSIE EN
AANBEVELINGEN
De conclusies kunnen kort zijn:
- het is niet in zijn algemeenheid te
zeggen of de gemeentelijke on
roerend goed-belasting een ernstige
verzwaring in de belastingdruk kan
veroorzaken. In ieder geval zullen
gebruikers van bedrijfsruimten een
lastenverzwaring ondervinden;
j (Van de redaktie)
LEUSDEN - Omdat zowel in
de aanbiedingsbrief van het col
lege als in verschillende al-
gemene beschouwingen van de
I raadsfracties wordt gesproken
J over de toekomstige onroerend
goed- belasting, publiceren wij
hierbij een artikel, waarin het
I hoe en waarom van deze belasting
uit de doeken wordt gedaan. Wij
hopen hiermee onze lezers enig
J inzicht te verschaffen in deze
I voor de leek soms ondoorzichtige
materie.
redaktie
- hantering van de waardegrondslag
verdient de voorkeur;
- omdat de tarieven afhankelijk zijn van
enerzijds de totaal toegelaten maxi
mumopbrengst en anderzijds van de
schatting van de waarde van het
onroerend goedbestand, zullen deze
van gemeente tot gemeente uiteen
lopen;
het is wenselijk, dat de schatting van
de waarde zo uniform mogelijk ge
schiedt.
Aan het slot van zijn advies komt
de raad met een aantal aanbevelingen
aan de gemeenten, waarvan wij ver
melden:
- gepleit wordt voor de keuze van de
waarde in het economische verkeer
als grondslag waarnaar de nieuwe
belastingen op onroerend goed wor
den geheven;
- gepleit wordt voor een zo uniform
mogelijke vaststelling van die waar
de;
- aanbevolen wordt bij de vaststelling
van de waarde een procedure te
volgen waarbij overleg met de be
langhebbenden mogelijk is;
- er wordt op aangedrongen, een zo
danig gemeentelijk vrijstellingsbe-
leid te volgen, dat de concurrentie
verhouding tussen gemeentebedrij
ven en particuliere ondernemers niet
wordt vervalst.
J Th. Siem.
Het redactioneel kommentaar op pa
gina 5 in de Leusder krant van don
derdag 18 oktober jl. geeft het bestuur
van de afdeling Leusden van de VVD
aanleiding te reageren. De redactie
noemt het opvallend, dat onder meer
onze partij na een maand nog geen
mening heeft kunnen geven over de 2e
fase.
Wij willen hier op reageren, omdat
hiermede naar onze mening een essen
tieel verschil in werkmethode tussen
politieke partijen en aktiegroepen
duidelijk wordt Een aktiegroep kan
volstaan met een duidelijke uitspraak
in het kader van zijn doelstelling, die
zich door zijn aard meestal tot een
facet van het totale beleid beperkt.
Een politieke partij daarentegen dient
- als zij goed functioneert - mede
verantwoordelijk te zijn voor het totale
beleid Wij kunnen dus niet volstaan
met een simpel voor of tegen de 2e
fase, maar willen alle consequenties
ook van mogelijle alternatieven, duide
lijk tegen elkaar afwegen. Een dergelijk
proces kost nu eenmaal aanzienlijk
meer tijd dan een directe reaktie voor
of tegen.
Evenals alle inwoners van Leusden
kregen wij de eerste informatie begin
september via het gemeentelijk
informatieblad INFO Dit werd aan
gevuld met de informatie die - overi
gens in beperkte mate - werd ver
strekt op de openbare hearing in het
Hervormd Centrum. Eerst toen kon het
beoordelingsproces binnen de afdeling
op gang gebracht worden en een spe
ciale studiegroep worden geformeerd.
Het rapport van deze studiegroep zal
in een algemene ledenvergadering wor
den besproken en na goedkeuring als
de mening van de afdeling Leusden
van de VVD naar buiten worden ge
bracht
Onze indruk bestaat dat o.a. sommige
van de zgn. progressieve partijen zo
progressief zijn, dat hun mening on
middellijk na de publicatie van de plan
nen al vaststond Wij zijn geen voor
stander van emotionele noch autori
taire besluitvorming. Via de eerder
genoemde studiegroep worden emotio
nele aspecten tot de juiste verhouding
teruggebracht, terwijl de behandeling
in de ledenvergadering tot een demo
cratische besluitvorming leidt
Niettemin willen wij nu wel aan
geven welke punten wij bij onze stand
puntbepaling vooral aandacht willen
geven:
1 Is de uitbouw van Leusden in dit
tempo en in deze mate noodzakelijk?
Dit hangt onder meersamen met het
door de landelijke overheid gehan
teerde principe van gebundelde de
concentratie en de bevolkingsgroei
in de provincie Utrecht
2. Is er voldoende reden om in af
wijking van het structuurplan al in
de 2e fase over het Valleikanaal te
gaan, in plaats van in de 3e fase7
3 Is bij afwijking van de voorgelegde
jjlannen het genoemde percentage uit
het 40% sociale woningbouw haal
baar in verband met de financiering
uit het grondbedrijf van de ge
meente?
4 Bestaat de mogelijkheid, dat door
afwijking van de plannen via dwang
van de hogere overheid tot sociale
woningbouw in hoogbouw moet wor
den overgegaan om door een dich
tere bebouwing toch een sluitende
exploitatie van een uitbreidingsplan
te komen.
5. Bij welke combinatie van uitbrei
dingsplannen bestaat de minste be
hoefte aan doorgaande wegen met
het risico van latere uitbreiding
tot 4-baans wegen.
6. Bij welke combinatie van uitbrei
dingsplannen zijn de winkel-,
school- en rekreatieve voorzie
ningen het beste gewaarborgd0
7. Berngt een afwijking van de plan
nen een vertraging in de woning
bouw met zich mee, en hoe zou
dit tot minimale proporties kunnen
worden vermeden?
8. Hoe kunnen de belangen van de
agrariërs het beste worden be
hartigd?
Deze lijst zou nog met vele punten
kunnen worden uitgebreid. Wij zijn van
mening, dat een serieuze bestudering
van al deze punten noodzakelijk is.
In elk geval zal het bestuur vóór de
openbare behandeling in de raad haar
standpunt bekend maken Overigens
mag onze fractie in vrijheid beslis
sen In tegenstelling tot het stand
punt van sommige andere partijen vin
den wij dat wij onze vertegenwoordi
gers in de raad geen stemplicht op
mogen leggen.
Het bestuur van de afdeling
Leusden van de VVD
R M Bergsma, voorzitter
T. de Wijze, secretaris.
We noemden de tijdsduur voorstudie
opvallend, omdat van de gewone burger
WEL wordt verwacht, dat ze binnen
een maand de plannen hebben bestu
deerd en daarover een mening hebben
gevormd. We kunnen ons indenken, dat
dit een onmogelijkheid is, zowel voor
de burger als voor de politieke partij.
We hadden dan ook niet verwacht dat de
gedachten van de VVD, AR en CHU
(noch die van de overige partijen)
volledig uitgekristalliseerd zouden zijn
wat betreft de tweede fase, maar we
kunnen ons niet indenken, dat sinds be
gin september j.l. helemaal niet over
de problematiek rond de tweede fase
is gedacht. Temeer niet, omdat de bur
ger via onze krant duidelijk te kennen
heeft gegeven hoe ze er zelf over
denkt. Politieke partijen die daar des
ondanks aan voorbijgaan, schieten hun
doel voorbij, omdat van hen wordt
verwacht, dat ze namens de burgers
optreden. Als de burgerij over meer
dan vijftig procent tegen is, op welke
gronden dan ook, dan geloven we niet,
dat een partij het zich kan permitteren
daar meer dan anderhalve maand over
te zwijgen Daarom noemden we de
reakties van AR, CHU en VVD op
vallend. Overigens zijn we met de VVD
van mening, dat bestudering van de
plannen en de besluitvorming hierover
niet emotioneel, maar louter op zake
lijke gronden dient te geschieden. Niet
alleen zakelijk vanuit de standpunten
van het gemeentebestuur, maar ook
vanuit het gezichtspunt van de betrokken
burger.
REDAKTIE.