Ill JEU JOURNAAL longer in de wereld Vooral een zaak van een slechte verdeling Giro Novib Vergaderen en nog eens vergaderen Milieuzorg in Sneek en Zoetermeer, ofwel worstelen met 'n bekend probleem Plantgat en steunpaaltje WERK GROEP BESTEM MINGS PLANNEN 19 december 1974. Honger in de wereld: Wat heeft dat nou met Leusden te maken? Moet er nou in een milieu-krant zo nodig iets ceschreven worden over zo'n mon diaal probleem? Het is toch geen plaatselijk nieuws en het heeft niets met het milieu te maken! Bovendien moeten we oppassen niet 10 belerend te zijn, geen dreigende vingers op te steken etc. etcTij dens de redaktievergadering zijn de irgumenten om dit onderwerp niet in het Milieu-Journaal op te nemen, tal loos en worden met overtuiging ge bracht. Maar toch komt de vraag bo- rendrijven: waarom zouden we hier over eigenlijk niets zeggen? Oké, het is geen plaatselijk probleem. In Leus den zal niemand van honger sterven; hoogstens van overvloed. (Misschien al één reden? Wat zijn plaatselijke pro blemen trouwens? Dat is ook een rekbaar begnp. De oplossing van mon diale problemen begint immers veelal bij het individu, begint onder andere bij ons in Leusden. Is het geen afschuwelijke luxe, of wel licht struisvogelpolitiek, om in een milieu krant te zwijgen over het feit dat miljoenen mensen jaarlijks sterven door ondervoeding? Is de opzet van het Mi lieu-Journaal niet onder andere om te komen tot een mentaliteits verandering, tot een bewuster gedrag ten aanzien van de leefomgeving in de ruimste zin van het woord? Er zijn in Nederland tientallen tijd schriften, speciaal voor dit doel, opge richt. De financiële moeilijkheden, waarmede dit soort uitgaven veelal samengaan, doet het vermoeden post vatten, dat de verstrooiiende lektuur veelvuldiger wordt gelezen. Je kunt in Nederland nog altijd beter een sport krant beginnen dan een Milieu-Jour naal. Is juist een huis aan huis bezorgde krant niet dé kans om een wezenlijk probleem aan de orde te stellen? Kan een juist inzicht in de bestaande voedselsituatie in de wereld, hier ter plaatse een mentaliteitsverandering teweegbrengen en daardoor iets veran deren aan de ondervoeding in de Derde Wereld? Ja, dat kan. Het zal niet onmiddellijk meetbaar zijn, maar als we er allen van overtuigd raken, dat wij niet door kunnen gaan ons goede leventje te leven ten koste van onze medemensen elders op de wereld, dan zal dat uit eindelijk tot een rechtvaardiger ver deling van voeding en andere zaken leiden. Overigens gaat het argument, dat onze eetgewoonten niets met het milieu te maken zouden hebben, al helemaal niet op. We citeren uit 'Voedsel in Nederland' van L. Reijnders en R. Sijmons (hoofdstuk 5): 'Los van overwegingen van dierenleed heeft deze wijze van voedsel pro duceren (bio-industrie) het nadeel dat er, zeker bij concentratie van een be paalde soort bio-industrie in één streek, plaatselijk enorme mestover schotten ontstaan, met als gevolg ver vuiling van het oppervlaktewater'. Dan praten we nog maar niet over de tonnen insecticiden, die ten gunste van een optimale kwaliteit en kwanti teit van de oogst worden toegepast of over de gigantische hoeveelheden huis houdelijk afval: verpakkingen, conser venblikken, flessen etc. etc. Over de relatie tussen onze vleeskon- sumptie en de honger in de wereld schrijft men in bovengeciteerd boek: 'een koe moet 21,4 kilo eiwit opeten wil zij één kilo eiwit voor menselijke konsumptie produceren. Voor varkens ligt dit getal lager (8,3 op 1), evenals voor kippen (5,5 op 1). Nog schrijnen der wordt dit beeld wanneer we weten dat ons Nederlandse slachtvee voor een deel gevoed wordt met de bijzon der eiwitrijke sojabonen uit de Derde Wereld. Maar ook eiwitrijke granen uit eigen land worden tot veevoer ver werkt, terwijl het zeer goed mogelijk is deze rechtstreeks tot goede en smakelijke (en vaak veel gezondere) maaltijden voor de mens te verwer ken'. Sicco Mansholt zegt het rigoureuzer: 'onze karbonaatjes kosten elders men senlevens'. Honger hoeft niet Hoe paradoxaal het ook moge klin ken: er is geen echt wereldvoedsel probleem. Per hoofd van de bevolking worden er genoeg calorieën geprodu ceerd. En ook voor wat betreft eiwit, is het vooral een verkeerde verdeling dan een te geringe produktie, die men sen doet hongeren. Volgens Colin Clark in 'Man and his Future', Churchill London 1963, is het zo, dat op de totaal bebouwbare gronden in de wereld genoeg voedsel verbouwd kan worden voor 45 miljard mensen (momenteel telt de wereld bevolking 4 miljard mensen). De export uit arme landen van ongeveer 2 miljoen ton hoogwaardige eiwitten naar het rijke westen, is zonder meer schandalig. 90% van de wereldvismeel- produktie gaat als veevoer naar de rijke landen! Het stille geweld De 2e wereldoorlog kostte in 5 a 6 jaar circa 55 miljoen mensenlevens. Circa 10 miljoen, veelal jonge, levens per jaar. De wijze, waarop momenteel het be schikbare voedsel op de wereld wordt verdeeld kost 20 miljoen, veelal jonge, levens per jaar! U en ik maken een stevige kans onze 70ste verjaardag te vieren. Een Zuid- Amerikaan mag blij zijn als hij zijn dertigste haalt! Ieder jaar staan we in Nederland op de 4e mei even stil voor de slachtoffers van de 2e Wereldoorlog. Als dat ge beurt uit een gevoel: 'dat nooit meer, laat de vrede ons niet weer ontglip pen', dan is dat goed. Maar kunnen we wel over vrede spreken, waar zoveel stil geweld zoveel mensen het leven ontneemt. Zullen we over 10, 20 jaar ook veront schuldigend uitroepen: We hebben het niet geweten! Dat is dan een leugen of we moeten op grote schaal aan struisvogelpolitiek doen. Laten we ons niet dagelijks aan onze té overvloedige maaltijden de vrede ontglippen? Het lijkt toch al te zeer voor de hand te liggen, dat uit gebuite mensenmassa's, die niets meer te verliezen hebben, hun toevlucht gaan nemen tot geweld! (B.v. een aanval van desperado's op één onzer kernenergie-centrales. Barbaarse terro ristenEn dan wordt wat nu een mondiaal probleem lijkt, een heel plaatselijk, ja heel persoonlijk pro bleem. Hierboven: etensblikjes in de rij. Foto's Victor Lamont. Ter illustratie van de scheve verhou dingen in onze wereld, zijn de vol gende gegevens, ontleend aan een radio-lezing van Dr. A. L. Constandse, onlangs voor de V.P. R.O., wel sprekend. 'De Derde Wereld moet elk jaar 20 miljard gulden opbrengen aan rente en aflossing, die het Westen weer rijker maken en de armen nog armer. Nu vormt die schuld een fantastisch be drag (200 miljard). Maar zou dit niet zijn kwijt te schelden? U moet dan weten dat die 200 miljard gulden pre cies het kapitaal vormen, dat de Verenigde Staten in één jaar uitgeven voor hun bewapening. Voor de oor- logsvernietiging besteedt de wereld in totaal per jaar meer dan 500 miljard gulden. Met een beperkte bezuiniging zou men de schulden van de arme volken kunnen kwijtschelden. Maar het tegendeel gebeurt: elk jaar worden enorme hoeveelheden wapens geleverd aan de leiders en vorsten van de ver pauperde volken, om die massa's er onder te houden. Maar die paupers moeten wel de miljoenen betalen, die het Westen voor de leveranties eist. In Rome (op de Internationale Voed- selconferentie van de Verenigde Na ties) is gezegd dat men jaarlijks 13 miljard gulden nodig zou hebben voor investeringen, om in de komende tien jaar verdere hongersnood te voor komen. Als men nu 3% (let u wel, slechts drie procent) zou bezuinigen op de bewapening kon dit bedrag bijeen worden gebracht. Maar het gebeurt niet.' Tweede rapport van de Club van Rome 'Door een dramatische samenloop van omstandigheden zal de huidige hon gersnood in de Derde Wereld, met name in de Sahel en India, al in 1980 uitgroeien tot een wereldhongersnood van ongekende omvang, die pas over 25 jaar zijn hoogtepunt bereikt en intussen aan minstens 1 miljard men sen het leven zal kosten'. 'Met de huidige landbouwtechniek, de bekende opbrengsten, de vaststaande groei van de wereldbevolking en de vastgestelde vermindering van het aantal bebouwbare agrarische hectares grond, neemt de hoeveelheid voedsel per hoofd m de wereld al sinds 5 jaar af. In een regionaal model voor Z. Azië, uitgaande van de meest gunstige om standigheden (afneming geboorte overschot tot nul, maximale bewer king van alle beschikbare en geschikte grond, optimaal kunststofgebruik etc. etc.) blijkt desondanks het eiwittekort na 1980 met 50 miljoen ton per jaar te stijgen. Een invoer van 500 miljoen ton graan per jaar uit de geïndustriali seerde landen zou nodig zijn. Behalve het feit, dat zo'n overschot niet be staat, zouden de transportmogelijk heden volstrekt ontoereikend zijn. Conclusie: 500 miljoen kinderen, 500 miljoen volwassenen zullen door de honger sterven.' Het rapport eindigt met: 'De moge lijkheden, die de mensheid nog ter beschikking staan om een gewel- dadige catastrofe te vermijden, wor den steeds geringer. Vertragingen bij het nemen van de nog resterende be slissingsmogelijkheden hebben in de ware zin des woords ontzettende ge volgen. De wereld moet een samen werkend systeem worden, anders wordt zij door haat, conflicten, oorlog en crises volledig verscheurd'. Kerstmis 1974 'Al die vreselijke feestdagen: bakken, braden, koken, je staat de hele dag in de keuken', onlangs verzucht door een collega-huisvrouw Wel iets anders dan rijstkorreltjes zoeken tussen het zand, onlangs gezien in een IKOR-program- ma over de Sahel De kontrasten zijn onwezenlijk groot en het zal U duide lijk zijn na dit verhaal, dat we wat moeite hebben met het samenstellen van een feestelijk kerstmenu in ons 'Kookhoekje'. Het liefst sloegen we het maar helemaal over. Anderzijds gaat het niet om dat handjevol feest dagen per jaar. Het gaat om een minisering, normalisering van het dagelijkse leven en dat dan weer niet beperkt tot ons eten en drinken. Als we opnieuw geleerd hebben (en dat zal moeilijk genoeg zijn) alleen het noodzakelijke te konsumeren, dan zyn feestdagen weer heerlijk om voor bereid en gevierd te worden. En dan is een feestelijk menu echt wel op zijn plaats. Omdat niets zó frusterend kan zijn, dan het lezen van een afgrijselijk, zelfs beschuldigend verhaal, waarna een zinvol idee ontbreekt voor een daad werkelijke leniging van de nood, geven wij U hierbij het gironummer van NOVIB ten behoeve van hulp aan de minst bedeelden. Het is maar een sug gestie! Hoewel, het blijven incidentele drup peltjes op een gloeiende plaat. De blijvende oplossing voor dit probleem, evenals voor alle mondiale problemen (o.a. het milieu) kan slechts via ver andering van (machts)structuren plaatsvinden. Deze uiterst urgente veranderingen vereisen politieke be slissingen en u weet, de politiek begint hier, in Leusden, bij de partij van uw keuze. Aan die partij moet u duidelijk laten we'ten wat u vindt, wat er moet gebeuren. W.E. NOVIB te Den Haag. Giro 645300 BRONNEN: Voedsel in Nederland Lucas Reijnders, Rob Sijmons e.a. Van Gennep Amsterdam, 1974 Vrij Nederland, Jaargang 35. 26 ok tober 1974. Blz. 8. -11>i A.L. Constandse. Essay V.P.R.O. Vrij dag 8-11-1974 N.R.C. Handelsblad 8 oktober 1974. Tweede Rapport van de Club van Rome. Nederlandse vertaling ver schijnt binnenkort bij AGON-Elsevier. De werkgroep bestemmingsplannen vergadert, vergadert en vergadert De werkgroep, bestaande uit 15 bur gers uit de gemeente Leusden, werkt zich tijdens haar vergaderingen door stapels papieren (nota's geheten) heen. Zij bespreekt, oordeelt of veroordeelt de inhoud van de nota's en komt tot uitspraken welke als aanvulling, be perking of wijziging van de oorspron kelijke tekst ter kennis van de af zender worden gebracht. Deze afzender het college van bur gemeester en wethouders - bestu deert de voorgestelde wijzigingen en zal deze al dan niet over nemen en verwerken in de vervolgens uit te brengen definitieve nota. Tot op heden zijn door de werkgroep de volgende stukken behandeld: a. 'Uitgangspunten, randvoorwaar den en doelstellingen voor de ontwikkeling van Leusden-centrum"; De hierop door de werkgroep voor gestelde wijzigingen zijn reeds be studeerd door het gemeente-bestuur en grotendeels akkoord bevonden, waarmee duidelijk wordt aangetoond, dat de werkzaamheden van deze werk groep wel degelijk zinvol zijn. b. de deelnota's t. b.v. het pro gramma van eisen (2e fase): no. 1 bevolking, no. 3 wonenen woon- milieu, no. 5 werken, no. 6 verkeer en Vervoer. De resterende deelnota's: no. 2 natuur en landschap, no. 4 voorzieningen en no. 7 economische uitvoerbaarheid, zullen zodra deze aan de werkgroep worden aangeboden worden be handeld. Wellicht is het goed om vanaf deze plaats er nog eens op te wijzen, dat de werkgroep niet zelf de bestemmings plannen voor de 2e fase ontwerpt (daarvoor mist zij ten enenmale de tijd, capaciteit en mogelijkheden) wel fungeert zij als een kritisch klankbord voor de door de gemeente opgestelde nota's en plannen, waardoor ge durende het gehele planproces bij gestuurd kan worden. Op zich een unieke zaal. Het bovenstaande in feite een sum miere opsomming van hetgeen door de werkgroep bestemmjigsplannen is gedaan - is naar deze groep aanneemt c.q. hoopt volledig bektnd bij alle Leusdenaren. Welhaast iedere 14 dagen toch ver schijnt een uitvoerig verslag van de vergadering in de Leusdjr krant, wor den teksten van de te behandelen nota's en door leden van de werk groep geproduceerde stukken volledig afgedrukt. Bovendien worden plaats, datum, uur en onderwerp van de vol gende vergadering bekend gemaakt. En tochWaar blijven de burgers van Leusden (de enkele trouwe klan ten niet te na gesproken) die samen met de burgers in de werkgroep de problemen te lijf moeten gaan of er inzicht in moeten gaan krijgen? Of mag de werkgroep aannemen, dat de bevolking zo volledig achter de werkgroep staat en zo volledig ver trouwt op de goede wil en kennis van de burgers, die mede namens hen om de 2 a 3 weken een avond in de raad zaal mogen zitten, dat medeleven en medewerken niet noodzakelijk is? De toekomst zal uitwijzen of dit zo is. Sneek In 1970 werd opgericht 'Milieuzorg Sneek' mede door toedoen van de toenmalige wethouder Visser, die nu in het CML zit. Evenals het CML heeft Milieuzorg gewerkt als onafhan kelijke organisatie, doch onder voor zitterschap van een wethouder en met deelname van vertegenwoordigers uit allerlei groeperingen uit de bevolking. Oorspronkelijk bestonden er twee werkgroepen t.w. de groene (ten be hoeve van planten) en de blauwe (vooral t.b.v. water). Later kwam er meer animo en ontstonden de werk groepen 'milieu-zin' (voorlichting) 'consument', 'milieu in de stad' en 'bodem, lucht en water'. Doordat er geen eigen milieu-journaal bestond publiceerde de werkgroep milieuzin regelmatig artikelen in de Sneeker Courant en organiseerde o.m. een rijtuig om candidaat-gemeenteraads- leden ter stembus te brengen (1974) als bijdrage aan de energiebesparing. De werkgroep consument probeerde vooral invloed uit te oefenen op het consumentengedrag en trachtte daar voor medewerking te krijgen van win kels. Op het ogenblik is deze werk groep sluimerende. De werkgroep milieu van de stad'concentreerde zich vooral op bomenaanplant, voetgangers gebieden en verkeerstracés. Een hoog tepunt in de recente geschiedenis was het gevecht tegen een rondweg om Sneek heen, die f 9 miljoen moest gaan kosten. Als buitenkansje kan deze werkgroep beschikken over enke le bouwkundige studenten die een studie opdracht moesten uitvoeren over een stad als agrarisch centrum en daarvoor Sneek kozen. Deze deskun dige hulp op het gebied van uitbrei ding en verkeersvoorzieningen leidde o.m. tot een tentoonstelling (begin 1974) 'Sneek zoals het zou kunnen worden'. De werkgroep 'bodem, lucht en water verontreiniging' wordt vooral geïnspi reerd door een aantal leden van de Vereniging tot Natuurbehoud die zelf monsters kunnen nemen en analyse ren. In het begin van dit jaar waren er stemmen om Milieuzorg Sneek geheel los te koppelen van de gemeente, zoals ook in Zoetermeer is gebeurd. In de loop van 1974 is de ontwikkeling echter net andersom geweest. Milieuzorg is nu omgevormd tot een officiële Milieuraad, adviserend aan de gemeenteraad. De meeste leden uit het oorspronkelijk comité zitten ook in deze nieuwe raad, maar nu ook twee raadsleden Het samenstellen van deze Milieuraad heeft met enkele moeilijkheden te kampen gehad. Zo was er discussie of men zich slechts tot de lokale milieu problematiek zou moeten beperken (zoals in de concept verordening stond), terwijl ook enig politiek gekrakeel rond de benoemin gen is ontstaan. Hoe de Milieuraad precies verder gaat functioneren zal nog moeten blijken. Nadere informatie is o.m. te ver krijgen bij de heer Postuma, Bordine 24, Sneek. TeL 05150-3957. Zoetermeer In 1970 nam een interkerkelijke werk groep in het kader van het natuurbe schermingsjaar het initiatief tot een 'Werkgroep Milieuhygiëne' Behalve enkele particuüeren zaten in deze werkgroep ook enkele gemeenteamb tenaren. De werkgroep had in eerste aanleg twee secties, t.w. voorlichting en educatie naast oud-papier en glas. De laatste sectie kwam enigszins in problemen met reeds bestaande orga nisaties (sportief en kerkelijk) die oud-papier verzamelden. Wel werden er meerdere glas containers in de ge meente opgesteld en werd contact opgenomen met de supermarkten. Door veel publiciteit gelukte het om de werkgroep in de periode mei- de cember 1972 te laten uitgroeien tot een flinke groep van ongeveer 20 le den, die onderverdeeld werden in ver schillende 'technische projektgroepen' zoals water, lucht, geluid en edukatie en de 'praktische projectgroepen' micro-milieu, onderwijsvoorlichting en publiciteit Eind 1972 werd besloten, dat het voor het onafhankelijk functioneron van de werkgroep beter was de be staande banden met de gemeente los ser te maken en daarom traden de gemeente-funktionarissen uit de werk groep toe. Na de ambintieuze opzet in september 1972, liepen de aktiviteiten door aller lei oorzaken in de loop van 1973 aan zienlijk terug. De eigenlijke kern van de werkgroep bestaat op dit moment uit 5 leden, die, min of meer als stuur groep funktionerend, de milieuakties in Zoetermeer gaande proberen te houden. De naam van de werkgroep is inmiddels gewijzigd in Milieugroep Zoetermeer. De meeste aandacht wordt op het ogenblik besteed aan een onderwijs project, waarbij men probeert milieu lesuren op lagere scholen te introdu ceren. Via enquêtes onder het onderwijzend personeel wil de werkgroep proberen een keuze te maken uit mogelijk les materiaal. Medewerking van de ge meente is hierbij ruimschoots aan wezig, mede omdat aanvragen voor begeleiding en steun aan betreffende instanties werden gedaan. Plannen voor de toekomst zijn er zeer veel; uiteraard zou men bijna zeggen in een groeigemeente als Zoetermeer. Vooral de voorgenomen aanleg van een spoor lijn en een 'smeerpijp' (riool en afwa tering) naar Den Haag kunnen veel problemen op gaan leveren. Ook in Zoetermeer echter is men niet in het gelukkige bezit van een Milieu Jour naal en moeten artikelen in de lokale krant de voorlichting verzorgen. Nadere informatie is te verkrijgen bij Mevrouw Gerbrands, Ambachtsheren- laan 311, Zoetermeer. Tel. 079-311242. E.J.T. Mochten lezers over informatie be schikken over de situatie in andere gemeenten dan zal de redactie daar graag in een volgend nummer van het Milieu Journaal op ingaan. Wenken voor het planten van bomen Wanneer u nog nieuwe bomen wilt planten in uw tuin, of wanneer u de door de gemeente uitgereikte bomen in uw bezit krijgt, kunnen misschien de volgende wenken nuttig voor u zijn. Door de heer van de Kamp van de gemeentelijke plantsoenendienst zijn deze raadgevingen overzichtelijk opgeschreven. Plantgat Dit gat moet zo ruim zijn dat er geen wortels gebogen behoeven te worden, zowel in de breedte als in de diepte. Geen wortels afknippen of inkorten. Wanneer in het plantgat alleen wit zand te zien is, moet er zwarte grond ingebracht worden. Geen verse koemest in aanraking met de wortels brengen. De boom moet zo diep geplant worden, dat hij net zo diep, of enkele centimeters dieper dan op de kwekerij, in de grond staat. Tijdens het opvullen van het gat de grond af en toe met de voet aandrukken, voorzichtig zodat er geen wortels breken. Wanneer het gat bijna met grond is gevuld moet er een em mer water ingegoten worden, zodat de grond goed tussen de wortels spoelt. Snoeien De kroon van de boom moet uitge- snoeid worden d.w.z. de lange takken tot de helft inkorten en takken die langs elkaar schuren moet er een bij de stam weggenomen worden. De kroon moet een regelmatige vorm krijgen. Het doel van het insnoeien is: het tegengaan van te veel verdamping en er voor te zorgen dat de boom niet te veel wind vangt. Steunpaaltje Wanneer de boom op een winderige plaats staat kan men er een klein paaltje naast zetten. De paal moet eerst in het plantgat geslagen worden, daarna kan pas de boom er bij in gezet worden. Vaak steken we de paal er naderhand bij en beschadigen op die manier de wortels. De paal aan de windkant zetten! Om de boom aan het paaltje vast te maken gebruiken we dik touw of band, ook een oude binnenband van fen fiets is zeer geschikt. Geen dun touw gebniiken! Het touw losjes aantrekken en in het najaar kontro- leren of het niet in de stam ingroeit, anders iets losser zetten. Water geven Wanneer het gedurende twee weken niet regent, zal de grond te droog wor den. Om dc boom een dijkje van grond maken op 30 cm. uit de stam, zodat hierin in één keer een emmer water leeggegoten kan worden. Duurt de droogte langer dan twee weken dan om de andere dag twee emmers water bjj de boom gooien. GEEN IJSKOUD LEIDINGWATER Dit wordt door de wortels niet op genomen Dus liever met een emmer of gieter dan met de tuinslang water geven. Veel succes! v.d. Kamp

Historische kranten - Archief Eemland

Leusder Krant | 1974 | | pagina 13