i-»
nalgroen, vijf man
n een goed kaartsysteem
/raaggesprek met Knalgroen-secretaris Wim Veen
EJJuininga
Schoolkinderen in het bos
Uit Inzicht
UIT ANDERE
BLADEN
GEKNIR^
Uitgave
Comité Milieuzorg Leusden. Kontaktadres: C.M.L., Gemeentehuis Leusden. Tel. 03496-1247, toestel 116. Of: Dordogne 18. Tel. 1219
Het Milieu-Journaal verschijnt eens in
de drie maanden.
Redaktie: Werkgroep Voorlichting
C.M.L.: Edith Boerma, Wiesje Enge
len, Fennie Kassner, Erik Jan Tui-
ninga, Anneke de Vries, Marijke
Walta. S. Polak
Vormgeving: Adri Colpaart.
DONDERDAG 20 MAART 1975
O
^roen is ii Leusden een begrip
Igeworden voor kritische begeleiding
a de plannen van het
meentebestuur met betrekking tot de
f toekomst van Leusden
Nog maar anderhalf jasr geleden reden
■boerenkarren met opsihriften door de
I matige straten van Leiuden en brachten
I daarna 3500 bezwaarsAriften naar het
■stadhuis. Deze bezwaaschriften waren
I gericht tegen de planren van het
Igemeentebestuur vooi de tweede fase
f van de bestemmingspannen.
[De aktie die tot 3500 oezwaarschriften
Ie was grotendeehhet gevolg van de
laktiviteiten van Knalgroen.
Wat beweegt deze soni-deskundigen
I om onze slaapstad «akker te blijven
schudden? Onze rechkteur Eric-Jan
Tuininga sprak met le secretaris Wim
Veen over vroegere jkties en de huidige
situatie in Leusden.
Een stukje geschiedenis
E. J. T. Is knalgx>en nu bezig met heel
andere zaken dal bi het begin, nog maar
I amper 2 jaar géeden?
i Veen Nee, hetis' eigenlijk wel grappig
r-dat we begonmn zijn als „Kommittee
[-voor Natuurbenoud en Autobeperkbig
in Leusden (KWAL) en dat we na een
periode met vooral aandacht voor de
gehele groei problematiek de laatste tijd
onze aandaclt weer gericht hebben op
verkeer (noti „Vervoer en verkeer bi
het licht var Leusdens groei", oktobei
I 74) en natuirbehoud
I (Schoolsteejbosjes, alternatief plan
begin januari 1974).
T En toch s er dacht ik de laatste twee
jaar zeer veel veranderd in Leusden, of
[niet?
V Ja, ik geloof dat er wel het nodige
veranderd is met name in de houding van
het gemeentebestuur. Men heeft zich
gereïdiseerd dat de onmondigheid van
de burger op z'n zachtst gezegd veel
I minder is geworden. Nu was de hele
affaire met de bestemmingsplannen van
I detweedefasenatuurlijkookeenuiterst
ruw ontwaken uit een paternalistisch
gemeentebestel, waarin men vrij
geheimzinnig kon doen over
I toekomstige plannen. Ik heb wel het idee
E dat het gemeentebestuur er nu goed van
I doordrongen is geraakt dat die tijd
I voorbij is en de gehele nieuwe opzet met
I de werkgroep bestemmingsplannen
I wijst daar ook wel op.
T Voordat wé op de rol van deze
werkgroep ingaan, laten we eerst nog
eens die fascinerende periode van de
discussie rond de bestemmingsplannen
1 van de tweede fase nalopen en vooral
boe kijken jullie van Knalgroen nu tegen
de gang van zaken van toen aan?
V Het is allemaal begonnen met een
aantal mensen die bezwaren hadden
tegendewegSlO, de weg die paralelaan
de spoorweg Amersfoort-Rhenen zou
moeten komen te lopen. Deze weg zou
delandgoederen'deBoomenLockhorst
moeten doorkruisen en daarmee schade
aan een mooi bosgebied aanrichten. In
de diskussies hierover werden ook
mensen betrokken zoals Padmos, die
vonden datje een dergelijke zaak in een
veel groter verband moest zien. Zo werd
Knalgroen meer gericht op de algemeen
planologische aspecten van de
uitbreiding van Leusden. Op een
voorlichtingsavond die Knalgroen gaf in
november 1972, werd al gemeld dat er
vermoedelijk gemeenteplannen waren
o® over het Valleikanaal te gaan
bouwen (men wist dit van landbouwers
die benaderd waren over
grondverkoop). Met behulp van
meerdere deskundigen, waaronder die
j van de Stichting Natuur en Milieu, werd
m het najaar 1972 gewerkt aan de nota
"Grenzen aan Leusdens groei", die in
maart 1973 verscheen. Die nota was
vooral gebaseerd op twee
I "^gangspunten: de nieuwe gegevens
over de bevolkingsgroei
rechtvaardigden een snelle uitgroei van
Leusden niet en de plannen om pas na
1983 over het Valleikanaal te gaan
bouwen leken vervroegd te gaan
worden (iets wat nooit in het openbaar
was erkend door de gemeente). In
september 1973 bleek dat we gelijk
hadden; alle burgers kregen van de
gemeente de brochure „Leusden
1975-1981" in de brievenbus gestopt,
waarin de bestemmingsplannen van de
tweede fase waren beschreven en
precies zoals wij hadden voorspeld. De
burgers kregen een maand de tijd om
hiertegen bezwaarschriften in te dienen.
Er zat niet anders op dan om al onze
registers van organisatietalent open te
trekken en je kent het resultaat: bijna
400 kritische bewoners op de
voorlichtingsavond van de gemeente
(„dolle donderdag", 13 september
1973) en daarna 3800 bezwaarschriften
waarvan Knalgroen er 3500 kon
aanbieden.
T En hoe reageerde het
gemeentebestuur?
V 380Ö bezwaarschriften betekende
dat meer dan de helft van de
stemgerechtigde bevolking had
ondertekend. Geen enkel
gemeentebestuur of politieke partij kan
uiteraard zoiets naast zich neerleggen.
Tot dat moment had zowel de
gemeenteraad als het gemeentebestuur
onze verzoeken om gesprekken
genegeerd. Zo stuurden we al in 1972
een brief aan de raad met de suggestie om
de groei van Leusden ter diskussie te
stellen, zonder resultaat overigens.
De plannen voor de tweede fase werden
daarna geheel ingetrokken en men ging
zich bezinnen. Begin januari 1974 werd
aan de burgers van Leusden zelf, door
middel van de werkgroep
bestemmingsplannen, blanco volmacht
gegeven om nieuwe plannen te gaan
ontwerpen. Knalgroen heeft uiteraard
gaarne gevolg gegeven aan de
uitnodiging om aan deze werkgroep mee
te werken.
Strategie, een horzelfunctie
T Waren jullie als aktiegroep daarmee
uitgespeeld, ingekapseld zegt men ook
wel?
V Nee, hoewel men dat wel eens denkt,
zijn wij eigenlijk geen echte aktiegroep.
We zijn gewoon een zeer klein
aktiekomitee, dat meedenkt met de
ontwikkelingen in Leusden. Als we een
probleem signaleren, dat we belangrijk
genoeg vinden, dan stappen we er in en
mobiliseren een aantal deskundigen,
desnoods van buiten de gemeente. Als
de gemeente onze medewerking vraagt,
zoals in de werkgroep
bestemmingsplannen, dan doen we daar
ook aan mee. We stellen ons echt niet
altijd alleen maar negatief op, we willen
graag een konstruktieve bijdrage
leveren, maar we laten ons niet
muilkorven. Wij blijven op onze hoede
en publiceren als het nodig is onze eigen
mening, dat is wel gebleken trouwens.
T Ja, sterker nog, jullie hebben de
gemeente nog een voorbeeld gegeven
met jullie tweede nota „Mogelijkheden
van Leusdens groei", gepubliceerd in
januari 1974. Dit was nog voordat de
nieuwe aanpak van de gemeente met de
werkgroep bestemmingsplannen een
feit was.
V Dat is een mooi voorbeeld van onze
strategie. We hebben niet zitten te
wachten, na het sukses van onze
bezwaarschriftenaktie, totdat de
gemeente een volgende stap deed, tot er
eindelij k weer eens iets uit de a mbtelij ke
koker kwam. We zijn met een grote
groep deskundigen en bewoners ons
gaan konsentreren op „Een ontwerp van
doelstellingen te hanteren bij een
verdere uitbreiding van Leusden"Want
daarop is altijd onze meest
fundamentele kritiekgerichtgeweest: je
moet het er eerst over eens zijn wat je
doelstellingen zijn en dan pas plannen
gaan maken.
Waarom suksesvol?
T Voordat we dat onderwerp jeheel
Wim Veen, secretaris „Knalgroen". Foto: Jos Ruijssenaars.
verlaten, hoe was het sukses van jullie
bezwaarschriften-aktie te verklaren?
V We speelden duidelijk in op toch wel
aanwezige bezwaren tegen een snelle
groei van Leusden zeker van die over het
Valleikanaal. Ik denk dat het
gemeentebestuur de kwaliteit van haar
burgers heeft onderschat, men bouwde
veel (mijns inziens tè veel) in de vrije
sektoi en trok daarmee een meer kritisch
soort bewoner aan. En die bewoners
bleken makkelijker te mobiliseren voor
een protest-aktie, misschien vooral weer
omdat we die aktie op de algemene
punten, zoals de doelstellingen hadden
gericht
Heel bewust hebben we het protesteren
niet te ingewikkeld gemaakt nl. door het
standaard-bezwaarschrift vrij simpel te
houden. Er stonden slechts de
belangrijkste aspekten in: de veel te
snelle bevolkingsgroei en de sprong over
het Valleikanaal. En voor velen waren
dat duidelijk herkenbare punten van
kritiek. Ik kan overigens zonder
eigenwaan trots op deze strategie zijn,
want ik was nog maar net bij Knalgroen
en had nog geen aandeel in de
organisatie in de aktie gehad.
T En speelden de direkt-bedreigde
landbouwers van de andere kant van het
Valleikanaal nog een rol?
V Ja, het waren er misschien maar
veertien, die moesten verhuizen,
waarvan er de overgrote meerderheid
niet wilde. Maar die hebben echter ook
alle registers van protest open getrokken
en vooral de toen nog zeer agrarisch
ingestelde gemeenteraad was daar zeer
gevoelig voor. Toch was de meerderhei d
van de raad oorspronkelijk
vermoedelijk vóór de
gemeentevoorstellen.
Overigens, laat ik hierbij nog even
opmerken dat het hele sukses van de
bezwaarschriftenaktie echt niet alleen
op naam van Knalgroen moet worden
gezet. Wij zijn misschien een soort
katalysator of voortrekken geweest,
maar wij waren natuurlijk maar een
een klein groepje.
T Oké, misschien geen aktiegroep in de
ware zin van het woord, maar dan toch
wel een klein groepje dat een behoorlijk
informatie systeem heeft en een
kaartenbak vol deskundigen en
gemotiveerde burgers bezit. Die paar
leden die in het kommitee zitten zijn zo
te zeggen het zichbare topje van
knalgroene ijsberg?
V Dat is inderdaad onze manier van
werken, dat bleek wel toen we onze
vervolgnota's samenstelden. Behalve
een vijftal mensen is niemand vast lid
van het aktiekommitee Knalgroen.
Alleen in de eerste nota ziet u ook de
namen van de medewerkers van
Knalgroen vermeld. We blijven zo
onafhankelijk mogelijk zowel van
personen, van de gemeente als van
poHtiékè 'partijen1. 'HëVtiesfe middel
da^iltpe 'lijkt 'óns de ^nönimiteit.
We aksepteren ook geen'donaties van
politieke partijen, wel vanpartikulieren.
Leusden, slaapstad?
T Terug naar jullie volgende nota's. In
hoeverre vinden jullie nu je eigen
ontwerpdoelstellingen voor Leusderis
groei terug in de huidige
gemeenteplannen?
V Ik geloof dat er wel een redelijke
overeenstemming bereikt is over
hoofduitgangspunten van de verdere
uitbreiding van Leusden. Men heeft in
gemeentestukken zelfs onze nota's
geciteerd.
T Waarom kozen jullie uit de
belangrijkste probleemgebieden nu net
Verkeer en Vervoer voor een volgende
grote nota?
V De andere probleemgebieden zijn
vooral verbonden aan het dillemma van
Leusden als slaapstad d.w.z. men woont
hier, maar werkt elders. In nota 's over dit
vervolg pagina 2, kolom 1
In de eerste helft van oktober werd een
begin gemaakt met een projekt, waarbij
kinderen van de hoogste klassen van de
basisschool „de Hobbit" betrokken
worden bij boswerkzaamheden in Den
Treek.
Dit projekt is tot stand gekomen op
initiatief van leden van de
oudercommissie van de Hobbit in
samenwerking met de werkgroep
Milieu Educatie van het C.M.L Met
steun van de mensen van Den Teek, die
met grote bereidwilligheid materiaal,
kennis en grote stukken van hetbos ter
beschikking stelden hopen we tit tot
een leerzaitie onderneming uit te
kunnen bouwen.
Het is de bedoeling, dat de kinceren in
de klas voorbereidende lessen hijgen,
zowel over de te verrichten
werkzaamheden, als over meei
algemeen biologische aspekten Ze
zuilen dan vier keer per jaar étn
ochtend in het bos werkzaam zjn. In
groepen van vijf tot zes leerlinjen
wordenverschillende
werkzaamheden verricht, zoalshet
uitdunnen van nieuwe aanplant
planten van jonge bomen, wiedei in de
kwekerij en opzagen van stamnen.
Verder komt als werkzaamheidDok in
aanmerking het rooien van
Amerikaanse Vogelkers, die bij onge
aanplant langs de paden wordt ge:et ter
bescherming van de jonge borneren het
rooien van jonge berken in
heidevelden. Dit alles natuurlijkonder
deskundige leiding. Voor deze lading-
gevende taak hebben we de heer 7an de
Berg bereid gevonden. De heer Tan de
Berg is gepensioneerd bosbouwkndige
en woont reeds veertig jaar in Leisden,
in welke tijd hij ook gewerkt heft op
het landgoed Den Treek.
In Zeist wordt een soortgelijk poject
Links: schone brandgang, resultaat van bomen zagen.
Boven: 5e klassers aan het zagen. Foto's: Edith en Jan Boerma.
uitgevoerd en met groot sukseslHet
verschil is echter wel, dat in Zeit de
kinderen veel vaker het bos in ktinen
gaan, omdat de scholen midden i het
bos liggen. Dit heeft natuurlijk gote
voordelen. Op deze manier leve de
kinderen in veel nauwer kontakt met
het bos.
Dit schooljaar zijn de vijfde en de zesde
klassers reeds twee keer het bos in
geweest. In oktober hebben beide
klassen ieder een ochtend jonge
boompjes, sparren, geplant. Dit alles
ging met een vaart en een verve,"alsof ze
hun hele leven niets anders dan bomen
hadden geplant. Jammer genoeg
hebben de konijnen al heel wat
boompjes kaal gegeten, maar dat is het
risiko van het vak!
In januari zijn door de leerlingen
brandgangen weer bereikbaar gemaakt
voor de brandweer, door het afzagen
van Amerikaanse Vogelkers. Voor dit
werk mochten de kinderen werken met
zagen, welke speciaal voor dit doel door
Den Treek waren aangeschaft. Dit alles
vanzelfsprekend onder toezicht, van
niet alleen de onderwijzer en de heer
Van de Berg, maar ook nog behulpzame
ouders en leden van de werkgroep
Milieu-Educatie.
Over het algemeen zijn de kinderen,
leerkrachten deskundigen en andere
betrokkenen enthousiast over de tot nu
toe uitgevoerde werkzaamheden.
Indien alles suksesvol blijft gaan, zullen
in de toekomst misschien ook andere
scholen bij dit projekt betrokken
kunnen worden.
E.B.
Overgenomen uit het blad INZICHT
van de vereniging voor openbaar
onderwijs.
Het projekt „school in bos" is een vorm
van onderwijs, waarbij een groep
leerlingen van het basisonderwijs een
week lang op zeer concrete manier kan
kennismaken met de natuur. Hierbij
gaat men er van uit, dat
zelfwerkzaamheid in de natuur een
waardevolle aanvulling is op het
biologieonderwijs, zoals dat op school
gegeven wordt. Zo heeft de werkgroep
„School in Bos" de laatste jaren en
eksperimenteel programma voor deze
milieu-opvoeding in de praktijk
getoetst
Dit jaar kunnen in vier mëtzözg
gekozen opvangcentra in totaal vijftien
groepen jongeren elk een week lang op
een direkte manier kennismaken met
het bos. Begeleid door eigen
leerkrachten en schoolbiologen, zullen
ze daar deskundigen uit het
natuurbeheer als praktijkleraar
ontmoeten.
Dit werk kan gebeuren, dankzij de
enthousiaste medewerking van o.a. de
Dienst der Landelijke Eigendommen
van de Gemeente Apeldoorn, de
Haagse Dienst voor School en
Kindertuinen, de Houtvesterij Het
Loo, btaaisoosbeneer en Provinciale
Landschapstichtingen.
De kosten bestrijdt men deels uit
fondsen, daarvoor beschikbaar gesteld
door het Nationaal Jeugdfonds en door
de Heidemaatschappij, terwijl eveneens
van de ouders een bijdrage verwacht
wordt.
Nadere gegevens verkrijgbaar bij:
De HeideMaatschappij, Werkgroep
School in Bos
Lovinklaan 1, Arnhem.
Tel. 085-430711.