ijftig jaar SF-kunst
eSse
a
I
„De ondergang van Briareus",
schitterend boek van Colvper
„Duikers van de zee": op
avontuur met Cousteau
[^2252
'Y*
De terroristen:
niet de
beste Sjöwall
en Wahlöö
„Het olifants-
jong" van
Kipling
„WACHT NU OP
VORIG JAAR"
[RDRUKKEN
IN MEULENHOFF
DE VERRIJZENIS
VAN FRANKEN
STEIN
|E P0LITIE-
IOORDENAAR
AV0NTUREN-
PALEIS" - FIJN
PRENTENBOEK
elek
laai
Bose
DONDERDAG 30 SEPTEMBER 1976
17
een z<
Puski
dat
sn pr
celli
er
en ne
en
t wel
men
het
ie op
t mo|
neren
De of rmaat.
wonderschone wereld van
Science Fiction Illustratie",
mengestefd en ingeleid
tor Brian Aldiss. Vertaling:
irk Carpentier Alting. Uitge
ven door Meulenhoff Neder-
nd b.v. te Amsterdam. Prijs
19,50. 128 pagina's - groot
TOEKOMST EN TECHNIEK
IN DE LITERATUUR
VAN VANDAAG
t-j r
W>1
1'
K>
"4'Ni iSr
lij de uitgeverij Meulenhoff Ne
land te Amsterdam verscheen
Igeleden een nieuw schitterend
Iplaten-kijk-boek. Het is ,,De
nderschone wereld van de
jence Fiction illustratie", samen-
Iteld en ingeleid door de
lende Britse SF-schrijver Brian
|iss 115 illustraties in kleur en
I in zwart-wit. Hoewel het ver-
|ijnsel in Nederland vrijwel onbe-
is. verschijnen vooral in de
lenigde Staten en Groot-
Jtannië sinds het eerste ontluiken
i de science fiction allerlei ma
rines, die speciaal zijn gericht op
SF, fantasy, sword sorcery en
hor. Fantasierijk samengesteld
(geïllustreerd. In stripvorm of als
jione verhalenbundel, geredi-
Vd en geschreven door mensen,
later in de wereld van de SF
nd werden. „Amazing Sto-
ries", „Science Wonder Stories",
„Future", „Astounding", „Galaxy",
„Unknown", „Planet Stories",
kortom een groot scala van verschil
lende, maar toch op elkaar lijkende
magazines zagen in de loop der
jaren het licht en sommigen ver
dwenen weer even snel als ze waren
gekomen.
Voor science fictionschrijvers -
en dan vooral voor de beginnende -
was publikatie van hun verhalen in
één van deze magazines erg be
langrijk. Het kon de springplank
naar succes en roem betekenen.
Bijzonder fascinerend waren (en
zijn) de illustraties in dergelijke tijd
schriften. Wie „De wonderschone
wereld van de SF illustraties" be
kijkt, doorbladert en opnieuw
bekijkt, komt onder de indruk van de
bijzondere inventiviteit en fantasie
van tekenaars en illustrators. Schit
terend grafisch werk in boeiende
kleurencombinaties, uitputtende,
fantasiewerelden, telkens weer
nieuwer, shockender en opwinden
der dan de vorige beelden. De
meest onmogelijke monsters van
andere planeten kan men in het
verzamelwerk terugvinden. Maar
(gelukkig) dat niet alleen. Ook an
dere (zoals technische) onderwer
pen worden op een schitterende
wijze in beeld gebracht.
Brian Aldiss noemt het boek
een „orgie van kleur en verbeel
dingskracht" in zijn inleiding
„een weelde aan illustraties". En
dat is juist. Terwijl in feite de
grote stroom SF en fantasy-
magazines ingedamd is tot een
klein stroompje, is het goed om
kennis te nemen van wat er alle
maal is gepresteerd tussen 1926
en 1976. Vijftig jaar Science Fic
tion Kunst. De moeite van het be
zitten waard.
Bert Vos.
„Wacht nu op vorig jaar", door
Philip Dick. Oorspronkelijke
titel „Now wait for last year",
1966. Vertaling: Roderick Len-
naert van Rhyn. Uitgegeven
door de uitge
versmaatschappij Meulenhoff
Nederland te Amsterdam in
haar speciale SF-reeks nr. 106.
Prijs 10,50.
Philip Dick is een SF-schrijver,
die in veel van zijn verhalen robots
en dat soort technologische ver
schijnselen een hoofdrol laat spe
len. Niet op de manier zoals Asimov
dat doet, maar eerder badinerend,
met zelfspot en een soms feilloos
instinkt om uit een schijnbare chaos
van hoofdfiguren een goed sluitend
verhaal te distilleren. „Wacht nu op
vorig jaar", is zo'n verhaal, waarbij
Dick verhalende technieken ge
bruikt, die soms wat teveel doen
denken aan Alfred van Vogt op zijn
meest ingewikkelde toer, maar
waarbij hij toch weer keurig in het
gareel terecht komt en de lezer niet
in het ongewisse laat over wat hij
nou eigenlijk heeft gelezen.
„Wacht nu op vorig jaar" is het
verhaal van de arts Eric
Sweetscent. die verstrikt raakt in de
ingewikkelde intriges rond de leider
van de aardse beschaving en de
oorlog, die de aarde voert tegen bui
tenaardse volkeren. Gino Molinari,
secretaris-generaal van de VN is de
gekozen diktator voor de duur van
de oorlog Uiterlijk een doodzieke
man, die mede door de kennis van
dr. Sweetscent op de been wordt
gehouden. Een man, die telkens op
de rand van de dood zweeft, zelfs
eenmaal sterft, maar steeds weer
opnieuw opstaat om de strijd verder
te strijden.
Eigenlijk tegen wil en dank wordt
de besluiteloze arts in het ge
vaarlijke avontuur betrokken, mede
dankzij zijn vrouw Kathy met wie
een soort liefde-haatverhouding
bestaat Dick's verhaal is méér dan
zo maar een avontuurlijke epos
Méér dan een ingewikkeld spel met
heden, verleden en toekomst
„Wacht nu op vorig jaar" is in feite
ook een puur liefdesverhaal geba
seerd op het motto van Dick's
vrouw Tessa „I find. And finding
love; I seek no more; I've done my
chore; I find: I am in love."
Een goed boek, met niet alleen
de humor van Dick, maar tevens
een dieper graven naar de men
selijke ziel. Aanbevolen.
Bert Vos.
V' li
v
ri
fi\ 11
C© 3 y
G. Ballard: „De verdronken
#rde" (Meulenhoff SF nr. 15);
ëmes Schmitz: „De heksen
an Karres" (SF nr. 27) en Ro
ert Heinlein: „Het pad van
|aem" (SF nr. 35). Uitgegeven
oor de uitge-
ersmaatschappij Meulenhoff
(ederland b.v. te Amsterdam
haar speciale SF-reeks.
Herdrukken. Prijzen resp.
18,90, 10,50 en 9,90.
bat de SF in Nederland eindelijk
volle bloei begint te komen, be-
|zen niet alleen de steeds
eiende SF-fondsen der verschil
de uitgevers, maar ook de her
likken, die van eerder
Eschenen delen plaats vinden,
kt is een goede zaak, dat niet
ler verkrijgbare SF-boeken, die
l nog steeds in de belangstelling
an, een herdruk krijgen zolang
dat niet ten koste gaat van nieuwe
vertalingen.
Bij Meulenhoff Nederland is dat
beslist niet het geval. De reeks
wordt steeds uitgebreid
(kortgeleden o m. met de bundel
„Alpha vijf"), terwijl ook de herdruk
ken worden bijgehouden. Drie eer
der verschenen titels kwamen voor
een herdruk in aanmerking: „De
verdronken aarde" van J. G.
Ballard, „De heksen van Karres",
van James Schmitz en „Het pad
van roem" van Robert Heinlein.
Een gevarieerd oeuvre.
Ballard is in Nederland geen on
bekende meer. Zijn apocalyptische
verhalen vinden nog steeds gretig
aftrek. Niet alleen door de
bijzondere indringendheid,
waarmee Ballard zijn catastrofes in
troduceert maar ook door het
hoogstaand literair niveau,
waarmee hij schrijft. Aanbevolen.
Schmitz schept in „De heksen
van Karres een sprookjesachtig
heelal vol wonderlijke, boeiende,
amusante en soms kwaadaardige
zaken. Een fascinerend verhaal
van een meesterverteller, die de
meest onmogelijke zaken geloof
waardig tevoorschijn weet te
roepen in een voortreffelijke stijl.
Tenslotte „Het pad van roem"
van Robert Heinlein. Spannende
avonturen van de aardbewoner
Omar Gordoo met de mooiste vrouw
van het heelal. Sword Sorcery in
pure SF-stijl. Amusant geschreven
zoals alleen Heinlein dat kan.
V.
De verrijzenis van Franken
stein" door Brian Aldiss. Oor
spronkelijke titel: „Franken
stein unbound", 1973. Verta
ling: Hans van Onck. Uitgege
ven door Uitgevering Luitingh
te Laren (N.H.). Prijs 16,90.
„De verrijzenis van Franken
stein", van de Britse SF-auteur
Brian Aldiss is al enige tijd geleden
verschenen in de SF-reeks van Lui
tingh. Dat het zo lang heeft
geduurd, voordat ik er een be
schouwing aan waag. heeft zijn
oorzaak. In de eerste plaats ben ik
geen liefhebber van Frankenstein.
Deze afschuwelijke kreatie van
Mary Shelley is weliswaar een goed
voorbeeld van vroege fantasie en
SF. maar heeft mij desondanks ook
in haar oorsprónkelijke vorm nooit
kunnen bekoren. Hoewel Brian Al
diss niet een verzameling brieven
schreef, zoals Shelley deed, maar
de vorm van een dagboek koos, is
het resultaat ongeveer hetzelfde.
Het zal best een meesterwerk zijn
wat Brian Aldiss schreef en ik geloof
ook best, dat het geen imitatie is,
maar een op zich zelf staand ver
haal, maar ik hou toch niet van dit
genre, waarbij in feite een beroemd
verhaal wordt herschreven.
Wellicht dat tal van fantasie- en
klassieke literatuur-aanhangers er
anders over zullen denken. En dat
recht hebben ze. Ik blijf
Frankenstein een enge uitvinding
vinden. Wat er ook voor fraais over
wordt geschreven.
V.
„De ondergang van Briareus",
door Richard Cowper. Oor
spronkelijke titel: „The twilight
of Briareus". Vertaling: Marijke
Emeis. Omslag: Peter Coene.
Uitgegeven door de uitgevers
maatschappij Born te Am
sterdam in haar speciale SF-
reeks, nr. 65. Prijs 11,90.
Door vakantie en allerlei privé-
omstandigheden. ben ik een beejje
achterop geraakt met het
bespreken van nieuw verschenen
boeken Daarom beginnen we van
daag met frisse moed. Een goed
begin is het boek „De ondergang
van Briareus" van de in Nederland
nog vrijwel onbekende Britse
schrijver Richard Cowper. een
pseudoniem van de zoon van de
Engelse kritikus en filosoof (wijlen)
John Middleton Murry. Cowper
(geboren in 1927)schrijft sinds zijn
zestiende jaar, diende tijdens de
tweede wereldoorlog bij de Fleet Air
Arm, behaalde in 1950 zijn graad
Engelse literatuur aan de universi
teit van Oxford en publiceert
„straight fiction" onder het pseudo
niem Colin Murry. Pas sinds 1964
schrijft hij als Richard Cowper
science fiction. Sinds 1970 leeft hij
met zijn gezin van de revenuën van
zijn boeken, in Llantwit Major in
South Wales.
Cowper gaat ervan uit dat er
nauwelijks verschil bestaat tussen
„straight" fiction en science fiction:
als de karakters in de romans ge
loofwaardig zijn. zal de lezer de ge
beurtenissen rond de karakters als
geloofwaardig accepteren, is zijn
stelling. Als de wereld waarin de
hoofdpersonen leven ge
loofwaardig is, komt dit uitsluitend
doordat de karakters van die
hoofdpersonen overtuigend zijn.
Hiermee bereikt Cowper het punt,
waar literatuur en science fiction in
elkaar overvloeien.
Als men bovenstaande in ogen
schouw neemt en „De Ondergang
van Briareus" leest, dan is het dui
delijk, dat Cowper het niet alleen bij
definities laat. maar het op schitte
rende wijze in praktijk brengt. Ik heb
dit boek in één adem uitgelezen en
werd getroffen door de kombinatie
van literatuur en toekomst Cowper
weet een toch al eerder gebruikt
onderwerp opnieuw in een dusda
nige kontext te plaatsen, dat het
een nieuw fascinerend verhaal
wordt.
Cowper beschrijft in het boekje
de ontploffing van een supernova,
weliswaar op zo'n 130 lichtjaren af
stand van de aarde verwijderd,
maar sterk genoeg om invloed te
kunnen uitoefenen op de aardse
beschaving. Lijkt het er in het begin
van het verhaal op, dat hij de kant
opgaat van schrijvers als Ballard
(menselijke reakties op catastrofes)
Of Fred Hoyle (wetenschappelijke
beschrijving van catastrofes) het is
eigenlijk een mixage van deze twee
stijlen in een op zich zonder meer
eigen stijl.
Er vindt inderdaad een catastrofe
plaats. De mens wordt onvrucht
baar. Maar Cowper laat het daar
niet bij en de wereld stort niet
geheel in een chaos. Ondanks de
soms ietwat al te we
tenschappelijke toelichtingen, weet
Colper de lezer te boeien met een
verhaal, dat tot diep nadenken
stemt over de doel van de mens en
dat niet alleen. „De ondergang van
Briareus" (er zijn eigenlijk wel
betere titels denkbaar) is een filoso
fie en een parallel, die Cowper trok
met de dood van Christus, niet
direkt aanwijsbaar, maar verborgen
in het verhaal zelf.
Binnenkort zal uitgeverij Born
een ander boek van Cowper in
Nederlandse vertaling uitbren
gen: „Kuldesac". Na het lezen
van het bijzonder fascinerende
en op hoog literair peil staande
„De ondergang van Briareus"
beslist iets om met be
langstelling naar uit te zien.
Bert Vos
ijöwall Wahlöö. „De politie-
loordenaar", 1974. Vertaling:
roukje Hoekstra. Uitgegeven
loor de uitgeverij A. W. Bruna
Zn. te Utrecht in de Zwarte
rtjesreeks nr. 1648.
let Zweedse schrijversechtpaar
r Wahlöö en Maj Sjöwall heeft
it haar serie politieromans een
eldpopulariteit verworven. Ook
Nederland. Bij de uitgeversmaat-
'lappij Bruna verschenen tot nu
J e alle delen uit de reeks, waarvan
U> 'e politiemoordenaar" de
1 igendeis. Het tiende deel „Deter-
risten", kwam kortgeleden uit en
ook in déze rubriek worden be
roken. Omdat de boeken van
iwall Wahlöö nogal afwijken
i het tradiotionele, geijkte
'troon van misdaadromans, heb-
ihwe het boek „De politiemoor-
iar" aan een wat oudere lezer
'gelegd. Zijn bevindingen
®en als volgt: „Evenals de reeds
srschenen misdaadroman van dit
weedse schrijversechtpaar
ünnen we ook nu weer spreken
an heel apart genre. Men is afge-
,agt van het al jarenlange gebrui-
olijke recept en beeldt op een radi
ale, ongedwongen wijze de mo-
«rne kriminaliteit uit. Ook de hou
ding van de hedendaagse justitie
ten opzichte van de moderne jeugd
wordt in dit boek nogal kritisch
doorgegeven, wat voor de oudere
lezers misschien wel eens wat
moeilijker is te verwerken. Al met al
wel een boek, dat zeer zeker in de
moderne misdaadlektuur niet mag
ontbreken."
Waar ik me volmondig bij
aansluit.
V.
Sjöwall en Wahlöö:De terroristen".
1975; vertaling. Cora Polet; Bruna,
Zwarte Beertje 1693; f6,50.
Met ,,De terroristen" is onlangs
het tiende boek van Sjöwall en Wahloo
het Zweedse schrijversechtpaar, in het
Nederlands verschenen En daarmee
ook de laatste, want veertien dagen na
het voltooien van het script van ,,De
terroristen" overleed Per Wahlöö
Wellicht dat de- tijdnood waarin het
echtpaar zijn laatste gezamelijke boek
moest voltooien debet is aan de min
dere kwaliteit ervan dan de vorige.
Minder dan de vorige, maar zeer zeker
nog het lezen waard. Geen wonder dat
er nu al vijftigduizend zijn verkocht.
Evenals in de negen vorige politie
romans van het echtpaar, wordt de
hoofdrol vertolkt door hoofdinspecteur
Martin Beek De trouwe lezer heeft
hem in de jaren zien veranderen. In
zijn werk nog relativerender, nogwar-
ser van gebruik van geweld en wapens;
privé ontspannener, vooral dankzij zijn
vriendin Rhea, met wie hij omgaat,
nadat hij via een scheiding een einde
gemaakt heeft aan zijn niet zo ge
slaagde huwelijk.
De grootste klus, die Beek nu krijgt
op te knappen is het beschermen van
een bij links-Zweden uiterst impopu
laire Amerikaanse senator, die een
bezoek aan het land komt brengen.
Het is duidelijk geworden dat een in
ternationale terroristengroep een aan
slag op het leven van de Amerikaan
zal plegen. Hoewel Beek en de zijnen
er via een nogal gekunstelde truc
- een zwak punt in het verhaal - in
slagen de aanslag te verijdelen, valt
er toch een slachtoffer: de Zweedse
premier. Hij wordt gevonnist door het
meisje Rebecka, dat hem opwacht, wan
neer hij samen met de senator een kerk
binnenkomt.
Het meisje neemt aldus wraak op
het systeem, dat haar zo falikant in de
steek heeft gelaten Sjöwall en Wahlöö
maken van Rebecka zo'n macro-bio-
tisch blote voeten-meisje. Niets dan
liefde en naiviteit en het resultaat is
dan ook een dochtertje, dat ze te dan
ken heeft aan een Amerikaanse deser
teur Diens terugreis naar Amerika
is het begin van veel ellende, wat
uiteindelijk leidt tot Rebecka's wan
hoopsdaad.
Hoewel het meisje een herkenbare
figuur is, komt ze toch wat karikatu
raal over. En dat is een andere zwakke
kant van ..De terroristen" de maat
schappij-kritiek, het tot op het bot ont
leden van de mislukking die sociaal-
democratie heet, levert nu ellenlange
uitweidingen op. Wanneer we dan nog
opmerken dat ,,De terroristen" tot
een soort reünie is geworden, omdat
tal van figuren uit vorige boeken weer
opduiken, zal duidelijk zijn dat de
tiende met de beste Sjöwall en Wahlöö
is. Zoals gezegd.
Dat neemt met weg, dat het jammer
is dat met het tiental plus de twee
solo's van Per Wahlöö Springveer"
en Moord op de 31ste verdieping")
het einde van het oeuvre van de Zwe
den is gekomen. De achterflap van
,,De terroristen" meldt dat Maj Sjö
wall met de auteur Leif Panduro ver
der zou gaan schrijven. Latere be
richten spreken deze bewering tegen.
M K.
boeken voor je kinderen koopt, wel de
gelijk uitkijken. Wie geen miskoop wil
hebben, zou bijvoorbeeld „Het olifants-
jong" van Rudyard Kipling kunnen aan
schaffen als een verrassend kado voor
uw kinderen.
Het is het ontroerend verhaal over
hoe een olifant aan zijn rare slurf komt
en behoort tot één van de „Just so sto
nes" van Kipling. Het is méér dan een
prentenboek waarvan de illustraties
vooral op kleinere kinderen en hun be
grip van de tekst gericht zijn. Frans Kel-
lendonk is er in geslaagd om een Neder
landse versie te maken van Kiplings
specifieke taalgebruik, waar menig
volwassene van zal genieten. Iets moei
lijker voor kinderen, dit taalgebruik,
maar wel erg plezierig.
De illustraties z\}n eenvoudig, maar
juist schitterend in hun eenvoud en het
zal jonge kinderen erg aanspreken. Kort
om een voortreffelijk prentenboek.
V.
leis, en daar wordt het allemaal erg
spannend.
Mede dankzij de kleurrijke, schitte
rende illustraties van Bruce Meek die
erg zullen aanspreken door het avon
tuurlijke element erin, is „Avonturen-
paleis" een spannend prentenboek ge
worden. En dat is tegenwoordig blijk
baar een belangrijke zaak, want onze
kinderen raken toch wel gauw uitgeke-
ken op boekjes, waarin geen echt avon
tuur is te beleven. Het zit er wat dat
betreft al jong in.
V.
»r
„Het olifantsjong" door Rudyard Kip
ling. Geïllustreerd door F. Corona
en vertaald door F. Kellendonk. Uit
gegeven door A. W. Bruna Zn. te
Utrecht. Aanbevolen.
Goede kinderlektuur is moeilijk te
onderscheiden van de slechte. Soms is
de uitvoering, met schitterende illustra
ties soms, gelijk. Toch moet je als je
„Avonturenpaleis", door Bruce
Meek en Daisy Csango. Illustraties
van Bruce Meek. Oorspronkelijke ti
tel: „Adventuredrome". Vertaling
Benjo Maso. Uitgegeven door A. W.
Bruna Zn. te Utrecht.
Voor de iets oudere kinderen (5 tot 7
jaar) is door Bruna een kostelijk boekje
uitgegeven, geschreven door Bruce
Meek (die ook de illustraties verzorgde)
en Diasy Csango. Het heet: „Avontu
renpaleis, of: waar vind je vandaag de
dag nog echte avonturen?"
Het is het avontuurlijke verhaal van
Biem, een jong olifantje en Willems, de
haas. Ze krijgen een oude boot en gaan
daarmee op avonturen. Ze komen ten
slotte terecht bij een echt avonturenpa-
.Duikers van de zee", nieuwe avon
turen van de beroemde onderzoeker
Cousteau. Uitgegeven door de uitg.
mij A. W. Bruna Zn. te Utrecht.
Oorspronkelijke titel: „Diving Com-
pabions". Vertaling: Chr. P. van den
Hout.
Jacques-Yves Cousteau is een kenner
van de zee, van de uitgestrekte
oceanen. Met zijn expeditie-schip de
Calypso reist hij de hele wereld af, duikt
tot op grote diepte om méér te kunnen
ontdekken over het wondere leven
onder water. Zijn films zijn beroemd,
zijn boeken eveneens. Kortgeleden ver
scheen in de serie naslagwerken, die
Bruna al enige tijd uitgeeft, van
Cousteau het achtste deel: „Duikers
van de zee". Ditmaal gaat Cousteau
met de Calypso naar plaatsen, waar hij
meer te weten kan komen over de zee
leeuwen, de zee-olifanten en de walrus
sen. Een tocht, die van zuid naar noord
voert en tenslotte de onderzoekers te
recht doet komen in de ijzige stilte van e
Noordelijke Uszee. Riskante onderne
mingen, die vaak minder goed hadden
kunnen aflopen. „Duikers van de zee"
is - evenals zijn vorige boeken - een
bijzonder boeiend en leerzaam verslag
van Cousteau's bevindingen. Een rijk
geïllustreerd dagboek met maar liefet
138 foto's, in zwart-wit en kleur, gefo
tografeerd door Philippe Diolé.
De oceaan is een gebied, dat door de
mens nauwelijks is onderzocht. Terwijl
we maanreizen ondernemen en nu zelfs
op Mars ronddartelen met robots om
daar alles te kunnen onderzoeken, heb
ben wij als mens maar een heel klein
deeltje van de uitgestrekte oceanen on-
derzocht. De oceaan is nog steeds m
maagdelijk terrein voor ons, met tal van
raadsels, geheimen en verrassingen Het q
is de verdienste van mannen als Cou-
steau, dat zij zich inzetten om de gehei-
men van de zee, van de oceaan te door-
gronden. Dat is het resultaat van die
talrijke, soms jarenlang durende toch-_
ten, niet alleen wetenschappelijk is,',
maar ook boeiend en leerzaam via de
boeken en films, die tijdens de tocht
worden gemaakt, is een grote^
verdienste van Cousteau. Hij verdient
daarmee niet alleen zijn geld om de ex-
pedities te kunnen financieren, maar hij4
bereikt ook. dat zijn bevindingen
onder een groot publiek komen. Bevin-1
dingen, die populair zijn beschreven en
schitterend zijn geïllustreerd. Boeiend*
en leerzaam. Fascinerend door de ge-
heimzinnige sfeer, die het leven, alle j
leven, toch nog steeds kenmerkt. De
sfeer van het onbekende, het ondoor-'
grondelijke. Veroorzaakt door het mys-
terie: leven. Aanbevolen!
Bert Vos.