m Willem Hendrik de Beaufort O) CD CD leusdën 1200 leusder krant extra 23 vervolg van pagina 21 ziening die algemeen kiesrecht (vrijwel een doodsteek voor de libe rale partijen) en onderwijs paci ficatie zou bewerken. neutralistische POLITIEK De Beaufort had na zijn minister schap overwogen zich uit de po litiek terug te trekken, maar hij be dacht zich toen hij verschrikt was door de pro-Duitse buitenlandse politiek van het ministerie-Kuyper, Je lijnrecht inging tegen de neutra listische zelfstandigheidspolitiek, die De Beaufort had gevolgd en die het, toen men ertoe teruggekeerd was, mogelijk heeft gemaakt buiten de eerste wereldoorlog te blijven De chef van de Duitse generale staf, Schlieffen, had een krijgsplan ontworpen, dat een doortocht door Nederlands Limburg inhield, en Kuyper had, zonder het plan uit drukkelijk goed te keuren, zich inge laten met stafbesprekingen Om aan deze politiek een eind te helpen maken stelde De Beaufort zich in 1905 weer in Amsterdam kandidaat Hij werd gekozen als één van de achtenveertig liberale parlementariërs, op wie de zwakke regering-De Meester kwam te steunen Die zwakte was ook het gevolg van het scherpe conflict in de liberale partij van welke de lin kervleugel zich al eerder had afge scheiden, thans gevolgd door een twist met de rechtervleugel die zich in deze tijd onder krachtige mede werking van De Beaufort organisa torisch van de Liberale Unie af scheidde. Maar toen een nieuw rechts ministerie onder Heemskerk enige jaren aan de macht was ge weest en dreigde met een protec tionistisch tarief, dat de liberalen van alle nuances een doorn in het oog was, was het De Beaufort die, als laatste belangrijke politieke daad in zijn leven, de weg baande tot de vrijzinnige.concentratie" van 1913 door namens de nu officieel genoemde Vrij-Liberalen te verkla ren, dat naar hun mening het Neder landse volk thans rijp was voor al gemeen kiesrecht. Als beloning werd hij in 1913 in twee districten gekozen Hij opteerde voor Amers foort, zodat de Leusdenaren ten minste éénmaal op hem als hun volksvertegenwoordiger hebben kunnen stemmen. niet van het eerste plan Zien wij nu terug op zijn politieke carrière, dan zien wij, dat ondanks §rote gaven van hoofd en hart De eaufort geen figuur van het eerste plan geweest is Zie ik het goed. dan was dit voornamelijk het gevolg van het feit dat de politiek zijn liefde moest delen met de geschiedenis en die twee vriendinnen hebben wel eens last met elkaar te leven. Daarom was ook in de historie De Beaufort geen baanbrekende fi guur. Zijn werk bestond voor namelijk uit essays, dikwijls in de vorm van uitgebreide boekbespre kingen, die zich kenmerkten door welwillende kritiek, een zekere dis tantie. iets wat Romein ..onbevan genheid" noemde Zij kenmerkten zich verder door een intense be langstelling voor personen en hun motieven en een zekere waarde ring ook voor hen met wier opvat tingen hij het niet eens is. Dat geldt dan vooral voor de hoofdpersoon; over de incidenteel ter sprake ko menden vergaloppeert hij zich wel eens door gebrek aan diepgaande achtergrondkennis, zoals wanneer hij in een voortreffelijke korte bio grafie van Cromwell de vier Stuart- koningen van Engeland brandmerkt als achtereenvolgens een „ingebeelde gek" (Jacobus I), een „onbetrouwbare leugenaar" (Karei I), een „beginselloze wellus teling" (Karei II) en een „wreedaar dig tiran" (Jacobus II. die hij ten on rechte beschuldigt van Engeland een katholiek land te hebben willen maken) Niet al zijn oordeel vellingen zijn zo summier, en met name over Cromwell zelf, en ook. in een ander essay, over de voor mannen van prinsgezinden en pa triotten, geeft hij met fijne penseel- trekjes de karakternuances aan. Archiefonderzoek is er niet bij, dat past ook niet bij de essayistische arbeid, maar wel graaft hij dieper naarmate het onderwerp kleiner is. In een artikel als dat over de gevan genneming van de diplomaat in Zweedse dienst Görtz in Arnhem ziet men de waardige leerling van Fruin aan het werk Maar zijn beste en nuttigste artikel, waarvan alleen de titel niet deugt is „Dertig Jaren uit onze geschiedenis 1863-1893". Het artikel, geschreven tussen 1893 en 1897, was bij zijn optreden als minister gevorderd tot het jaar 1868, en werd helaas na zijn aftre den niet hervat Het beschrijft dus maar vijf of zes jaar, een tijd die hij als toeschouwer van zijn achttiende tot zijn drieëntwintigste jaar had meegemaakt en waarvan hij de voornaamste akteurs persoonlijk gekend had. En nu is het karakteris tieke, dat hij bij de beschrijving van de verbeten strijd tussen het laatste „koninklijke", conservatieve minis terie Van Zuylen van Nyevelt en de liberale hooghouders van de minis teriële verantwoordelijkheid, de te genstander van Van Zuylen in de Luxemburgse kwestie bij - en de bewonderde Thorbecke afvalt. Zo iets verklaart, geloof ik. zijn betrek kelijk falen in de politiek, waar men juist partijdig en bevangen moet zijn. En anderzijds kon hij als histo ricus niet de volle maat geven, omdat telkens de politiek wenkte, als meer geeigende bezigheid voor de patriarch-m wording van Den Treek dan bijvoorbeeld een hem bindend professoraat in de ge schiedenis Het dichtst kwam hij tot de ..geschiedenis-als-hoofdbezigheid' als redacteur van „De Gids", een functie die hij van 1876 tot 1894 uitoefende en die meebracht het keuren van historische manuscrip ten, die de redactie bereikten Het was de tijd, waarin de oude Gids in het defensief gedrongen werd door de nieuwlichters van de Nieuwe Gids. De Beauforts irenische natuur zal dat gevecht niet met volle over tuiging mee hebben gestreden. In zijn necrologie, die Colenbrander in de Gids van mei 1918 schreef, deelt hij over De Beauforts redacteur schap geen bijzonderheden mee. De gematigde, liberaal-conserva tieve lijn, die de Gids in die jaren kenmerkte, was geheel in overeen stemming met De Beauforts tempe rament. Over de reden waarom hij. drie jaar voor hij. minister werd. de redactie heeft verlaten, zouden wij alleen kunnen speculeren pacifisme Tot slot nog een enkel woord over zijn pacifisme In „vrede door recht" heeft hij al vóór zijn ministerschap geloofd. Hij heeft er aktief aan mee kunnen werken, samen met zijn vriend T M C. Asser, op de beide vredesconferenties van 1899 en 1907 en in vriendschappelijke po lemieken met Vollenhove, wiens plan voor een internationale poli tiemacht hij deels onuitvoerbaar, deels gevaarlijk militaristisch acht te, terwijl Vollenhove de weg van een Volkenbond, die De Beaufort voorstond, als een utopie be schouwde. In een toekomstige Vol kenbond is De Beaufort ook tijdens de wereldoorlog blijven geloven, hij verwachtte zelfs, niet geheel ten onrechte, dat de oorlog een stimu lerende werking zou hebben en dat als uitwerking van die oorlog „een verzoenende stemming" zou ont staan Het eerste is een paar maanden na zijn dood waar gewor den, van de tweede helft heeft men eerst vele jaren later, in Locarno, een bedriegelijke schijn kunnen waarnemen Wij mogen dit welbestede leven wel als dat van de grootste Leusdenaar uit onze twaalf eeu wen beschouwen. Leusden, 11 mei 1977 Jan den Tex. Een oude kaart van Bernard de Roy (landmeter) en geëtst door T. Doesburg in 1692 van het gebied i, Eemland. Het oude Leusden ligt vrijwel geheel onderaan de kaart. Het tegenwoordige Leusden-centrum ligt links onder de kompas-figuur. Tal van oude namen zijn ook nu nog bewaard gebleven. S.h.llt I HM 'tl/til fl.'Hi/i r t 1 «V TrtrcL

Historische kranten - Archief Eemland

Leusder Krant | 1977 | | pagina 23