Chris van Dorst won de volière-prijs Buitenlandse vrouwen in Leusden - 5 ariele Pawelski: „Hier lééft het allemaal! KRANT - INTERVIEW DONDERDAG 14 JUL11977 LEUSDEN-CENTRUM - De Leusdense „Vogelvrienden" doen het in de zomermaanden wat rustig en houden bijvoorbeeld geen vereni- gingsbijeenkomstcn. Het betekent echter niet, dat alle activiteiten stil liggen. Van de dingen, die juist nu plaatsvinden, is de volierekeuring (per jaar worden er twee gehouden) wel de belangrijkste. Drie onafhan kelijk van elkaar werkende leden vormen een commissie, die alle vo lières aan een nauwgezet onderzoek onderwerpt. Er wordt speciaal gelet op de inrichting en verzorging en voortsop de huisvesting en algemene conditie van de vogels. De grootte van de vogel verblijven en het aantal vogels daarin blijven buiten be schouwing. De punten, die in twee van die keuringen worden gegeven, telt men bij elkaar en zodoende werd Chris van Dorst, Asschatterweg 131 ts Leusden-Centrum, dit jaar winnaar van de voliereprijs. Op bijgaande foto is te zien, dat ook een kleine voliere (deze is van Chris van Dorst) erg mooi kan zijn en in elke tuin en zelfs op een balcon een plaatsje kan vinden. „Heb je de Nederlandse of de Duitse nationaliteit?" „Weetje, dat valt me zoop datje dat vraagt. In Nederland zeggen ze bij de gemeente: Mevrouw Russell, neem de Nederlandse nationaliteit aan. Ik heb een verblii'vergunning, een Personalausweiu en een Rei- sepaG. In de eerste vijf jaar moest ik elk jaar bij de gemeente mijn gezicht laten zien. Ik hoef nu elke vijf jaar jaar maar. Ik ben nog Duitse. Ik ben Duitse, Nederlandse Het is alles in elkaar. Je vindt dat ik Nederlands praat zonder Duits ak sent. Ach so, ja." op aangekeken! De politie zou ko men! Hier is dat allemaal veel vrijer!" „Wat vind je van het zwak van de Duitsers voor uniformen? Vind je dèt niet een verschil met Nederland?" „Ze hadden een hekel aan het uniform. In onze danstent wilden de jongens onder de week er wel eens een middag bij, maar meestentijds kwamen ze in civiel. Kwamen ze in uniformen, dan was het al gaan: „Jullie met je Bundeswehr!" Nee, dat is net als in Nederland. Heel vroeger waren de meisjes dol op soldaten. In de tijd van Elvis Presley zeiden de meisjes: „Ik heb een vriend bij de militairen!" „En wat vindt je van het eten?" Wordt er in Duitsland niet méér gegeten en gedronken dan in Nederland?" „Bij ons in het dorp wordt 's zon dags thuis gegeten. Die mensen in Leusden gaan veel uit eten. Ik vind, dat er in Nederland véél méér gegeten wordt Patates, cro- quetten heb je in Duitsland ook niet. In elk hoekje staat er hier een tentje, waar je van alles kunt eten Als ik dèt vergelijk! Vet eten? We eten he lemaal niet vet. Hier wordt ook veel koffie gedronken, met veel koekjes erbij, 's morgens, 's middags, 's avonds. In Duitsland drinken ze, zegt men. Er wordt hier véél méér gedronken. In het algemeen hebben ze hier een dorst: dan denk ik: waar laten ze dat? Wij eten in Duitsland net als in Nederland. Ik maak veel rijst. Vroe ger at ik wel zoetemelkrijst. In Scheveningen at ik voor het eerst Chinees: ik dacht, dat ik in een pa radijs was. Met sateh! Nü, ben ik daar wel op uitgegeten. Wij kennen geen andijvie. Het heeft me jaren gekost om die andijvie goed te ma ken. Bietjes eten wij zuur en koud, hier warm. En alles is al zo mooi vóórgesneden in Nederland! In het algemeen toch is het eten ongeveer hetzelfde Soep vooraf en pudding toe. In Duitsland heb je geen literpakken, vanillevla. Mijn moeder kóókt altijd pudding. Die puddingen staan hier literwijze naast elkaar Je hebt in Duitsland weer anders: zuur brood. Dat eet ik wel es graag. Hier eten ze veel slagroom. In Duitsland haal je alleen 's zondags taart en slagroom in huis. 's Middags eten ze er warm, en bij de boeren krijg je 's avonds pannekoe ken of Bratkartoffeln. Verder 's avonds een sneedje brood, 's Avonds drink je thee. Na acht uur geen koffie meer in Duitsland. Hier wordt sherry gedronken. In Duitsland maak je een flesje wijn open Hier mogen zelfs de kinderen kof fie drinken. In Duitsland vinden de moeders koffie slecht voor kinderen. Wij kregen elke morgen havermout met rozijnen en cacao, en dat aten we droog op!" „Wat vind je van de plaats van de vrouw en de man in Duitsland en Nederland?" „In het algemeen is het zó, dat de Nederlandse mannen kindertjes helpen, afdrogen. In Duitsland drin ken de mannen een pilsje. De vrouwen werken heel hard. Ja, de mannen ook, hoor: iedere Duitser heeft een auto kun je wel zeggen. Mijn ouders hadden bepaalde i- deeën over de verhouding man vrouw. Toen ze naar Zweden waren geweest, waren ze wel veranderd!" Marieke is nu echt moe na al dat praten. We besluiten het er zó maar bij te laten. Clarence komt trouwens uit school, en die legt meteen beslag op haar. ANCO MALI Ze spreekt inderdaad, als ze wil, als ze er op let, en als ze niet moe is, een volkomen ak- sentloos Nederlands. En boven dien een Nederlands, waarvan de woordkeuze én - volgorde typisch Nederlands zijn. Af en toe gooit ze er, expres, Duitse woorden of zinswendingen tus sen door. „Kun je nog meer verschillen aan geven tussen Nederland en Duitsland, die jou hebben getrof fen?" „De politie vind ik hier veel vrien delijker. In Duitsland direkt: „Aus- steigen!" In Duitsland gelijk: "tak- taktak; meteen betalen Aan de grens: alles uitpakken. Die zijn hier veel vriendelijker. En dan de belichte straten in Ne derland. Niet zo donker alles Lekker licht Dat doet je wat! Dat heb je in Duitsland niet. De meisjes hier zijn gek op arties ten. Ze staan voor de auto te schreeuwen. Sommige meisjes zijn hysterisch Bij ons in Westfalen heb ik dat nooit gezien. Ik heb de Beatles-tijd óók meegemaakt, maar ik heb nooit in mijn hoofd gehaald zo iets te doen!" 's Zondags is het bij ons stil. Dacht je, dat iemand er een auto waste, of in oude kleren rondliep, of de was buiten hing? Ze worden er JSDEN - Ze schrijft óp: Ma- Pawelski, geboren am 17. iar1949inEnniger, Deutsch- verheiratet mit John Rus- iwei Kinder: Clarence 6 Jah- riscilla 2 Jahre. i wat aarzelend door de u«s®on. toen ik haar voor het ge- t uitnodigde. Ze vindt het ei- |j< met zo fijn. dat ik haar als :eheb uitgekozen voor de serie snlandse vrouwen in Leus- Ze is bang, dat de mensen eenfej mwh neggen, dat zij weerzo nodig krant moest, omdat ze de «vanJohn Russell is. stel haar gerust, en zeg dat er «IKgeen woord over John gespro- "^ai worden. Het gaat alleen om Mariele Pawelski, geboortig iitse ouders (van Poolse origi- en sinds 1970 in Nederland Itachtig (as je, vóórdat je hier naar wam, al in aanraking geko- met Nederland? Wist je iets het land af?" Is kind wist ik nooit wat voor lal was op de radio. Het kwam tovlug over Ik kon het he il niet definiéren Dan is t«®ek, als je daar later komt te 'f n' Ik dacht, dat de Nederlan- met drachten liepen, en op ik veertien was gingen we naar Nederland Ik had ™®t eigen voorstelling van Mijn en ik dachten dat wij van de folklore modern Toen kwamen de camping En wat zagen Spijkerbroeken, en veel kleding dan wijzelf Wij konden toen echt dat we uit een klein dorp (in van Munster) kwamen „Waren de Nederlanders te rughoudend tegen jou, als Duit se?" „Oh nee. Ze waren erg vriende lijk, en brachten ons meteen koffie. Ik vond de Nederlandse mensen van het begin af aan fantastisch. Ik had ook nooit geweten, dat de Ne derlanders zó internationaal zijn, met in hun midden Chinezen, Indo- nesiers, Surinamers, Marokkanen, Turken1 Bij ons in Enniger kwamen nooit donkere mensen Eén maal kwam er een heel zwarte man, die kwam een illustrierte verkopen. Dat is me altijd bij gebleven! Toen ik met vakantie in Scheve ningen was met mijn tweelingzusje, zei een kennis tegen ons dat Russell daar en daar speelde Mijn tweelingzusje en ik gingen er elke avond heen, omdat we zó geboeid waren door die muziek. John zag ons daar zitten, en op een keer bleef hij staan, en vroeg: „Zie ik dubbel?" Hij belde daarna elke dag naar Duitsland, en zodra hij vrij was. kwam hij me opzoeken. Mijn ouders waren er in het begin niet zo blij mee. Het liefst komen ze nü in Ne derland! - Mijn tweelingzusje is met een Nederlander getrouwd, en zij komt in Augustus in Katwijk aan Zee wonen! Voor haar heeft hij zijn saxofoon er aan gegeven. Mijn twee jaar oudere zuster is ook met een Nederlander getrouwd, en komt aan het eind van dit jaar ook in Nederland wonen!" „Toen je met John getrouwd was, waar gingen jullie toen wo nen?" „Wij gingen wonen aan de Ver- diweg in Amersfoort. Ik was veel met John onderweg. Ik ging altijd met hem mee naar Duitsland. Toen kwam er iemand, die verwarming aanlegde, en die zei dat er zulke leuke woningen in Leusden werden gebouwd." „Wat viel je op als ènders dan in Duitsland?" „Dat je overal in de huizen kon kijken. Alles open en vrij. Bloeme tjes. Plantjes. Hier lééft het al lemaal. De mensen drinken gezellig koffie. In Duitsland zie je niets van het privéleven. Ik vind het wél leuk om naar Duits land te gaan voor de winkels. Die vind ik veel beter dan hier. Nederland is klein. Leusden is klein, maar zulke noodgebouwtjes als hier voor de winkels! Ein kleines Ort als Enniger heeft leukere winkels! Wij hadden in ons dorp geen sporthal, dit is waar. Dat is hier al lemaal veel uitgebreider. De kinde ren kunnen zwemmen en zo. Hier wordt veel meer voor de kin deren gedaan. Op school allerlei leuke papiertjes Het Nederlandse systeem is veel beter. In Duitsland moet je altijd op een wachtlijst staan. In Leusden zijn er zó veel scholen, dat dat niet nodig is. Cla rence kon hier meteen naar de la gere school. En je hebt hier peuter-, kleuter- en lagere scholen. In Duits land is de Kindergarten vanaf vier jaar, maar de kinderen lopen vaak tot zes jaar op straat. De juffrouw hier is ook niet zo streng. Ik praat van nü. Voor bejaarden is het hier fantas tisch. In Duitsland zie je de be jaarden niet. Die leven daar erg te ruggetrokken. De Nederlanders zijn gewend om met ze te leven. In Ne derland kunnen de bejaarden niet klagen. Hier in Leusden vind ik dat echt leuk, met 't Hamersveld. In Duitsland heb ik nooit gezien, dat ze met gehandicapte kinderen door het centrum van de stad rijden. Hier in Nederland houden ze ze bij de hand, en wandelen ermee. Je schrikt ervan, als je zo'n kind ziet, en daarom is het goed dat je ermee geconfronteerd wordt. Wat me ook in Duitsland is opge vallen, als we gaan winkelen: de kinderen mogen er niets Als een kind iets omgooit is dat gelijk een drama. In de Kaufhauser worden de kinderen gelijk „aangevallen". En de Duitse moeder hoor je altijd zeg gen: „Du muRt sauber bleiben!" In het algemeen zijn de Nederlanders veel liever voor kinderen. De kinde ren hebben méér vrijheid. In Duitsland zijn de mannen en vrouwen van de middenleeftijds groepen goed gekleed. In Duitsland is de kleding veel sjieker en schoner. De oudere vrouwen in Duitsland werken hard, en je ziet ze vaak met een schort voor. Ze doen niet zo veel om zich op te tutten. Over het algemeen zijn de oudere Duitse vrouwen niét zo gepflegt. De oudere Nederlandse vrouwen, van tussen de vijftig en zestig, zitten hier, met gouden armbanden om, in de restaurants koffie te drinken, met mooi grijs haar, dat door de kapper is opgemaakt. Op de hele straat bij ons in het dorp is dat zo: de ouderen werken hard, en je ziet ze weinig. Ik houd niet van zo'n rust. 't Moet leven, zeg ik, het is hier zó stil. Ik vind het wel leuk om er af en toe heen te gaan. Heimwee heb ik niet Het is mijn thuis hier. Zo denkt mijn tweeling zuster ook. Wij denken vaak het zelfde. „Als je daar de tijd voor had gehad, wat voor beroep had je dan voor jezelf willen kiezen?" „Ach weet je wel, toen ik van school kwam wou ik kapster wor den. Mijn vader stuurde ons drie jaar bij de nonnetjes. We moesten eerst es koken leren. Ik vond het allemaal erg streng, maar mijn vader schreef: „Alle begin is moei lijk." Ik was toen al zestien, en zag het kappen niet meer zo zitten. Af en toe knip ik een paar jongetjes hier. Dat vind ik erg leuk. Ik doe het met zo'n meisje. Op het pleintje vin den ze dat leuk. Ze zeggen: begin een kapsalon, maar dat kan iR niet."

Historische kranten - Archief Eemland

Leusder Krant | 1977 | | pagina 9