De liefde van Lualda, een flitsende roman Ierse Roos", schitterende toekomst-roman „De gelaarsde kat", een fijn prentenboek De dood in „De torenflat" - de nieuwste roman van J. G. Ballard SIRENES IN DE MORGEN NEEM NOU PARIJS" EEN GIDS OM ER BIJ TE HEBBEN Honden van de oorlog DE QUESTOR TAPES 99 Voor de balie: LEUSDER KRANT - ALGEMENE INFORMATIE DONDERDAG 21 JUL11977 Melville Shavelson is voormalig president van de Wri ters Guild of America en draai boekauteur en regisseur van films als „House Boat" (waarin Sophia Loren de ster was). Sha velson, die meer films met Sophia maakte (It started in Na ples -1960) heeft niet direct deze bekende Italiaanse ster als voor beeld genomen, maar de invloe den zijn duidelijk merkbaar in „De liefde van Lualda", een flit send geschreven roman over een Italiaanse ragazza Lualda Fazzini, die mede dankzij de „ik figuur" in het boek (een draai boekauteur en regisseur) een be faamde filmster wordt. Shavelson is er zonder meer in geslaagd om het mysterieuse film wereldje - datgene wat zich achter de schermen afspeelt - op een vlotte, humoristische wijze te be schrijven, met tegen de achtergrond de dreiging van de televisie, die Hollywood bijna naar de afgrond hielp. Je zou denken aan een auto biografische roman als je de ver richtingen van Melville Shavelson en de ,,ik-figuur" in het boek met elkaar vergelijkt Maar goed, dat is verder eigenlijk niet belangrijk. „De liefde van Lualda" is zonder dat een uitstekend geschreven boek, dat je met plezier eigenlijk in één adem uitleest. De wijze waarop Shavelson de milieus beschrijft, waarin hij zelf ongetwijfeld veelvuldig vertoeft, is kostelijk, iro nisch en zeer leerzaam. Datzelfde geldt zonder meer voor de visie, die Shavelson prijs geeft in zijn roman, over de manieren en het funktione- ren van Italië. Zij, die zelf meerdere malen Italië hebben bezocht, zullen zonder meer tal van zaken met een brede glimlach herkennen. „De liefde van Lualda" is zonder in een tranendal te veranderen, toch ook een boek met dramatische hoogtepunten. De ster van Lualda blijft niet eeuwig schitteren en bo vendien speelt ook de ,,ik-figuur", de regisseur Steve Berman, een zeer bepalende rol in het leven van deze warmbloedige, schijnbaar op gewekte, superster. De kombinatie humor, milieubeschrijving en drama is door Shavelson verwerkt tot een roman, die het lezen ten volle waard is. Pittig en teder, vrolijk en dramatisch. „De liefde van Lualda", (oor spronkelijke titel: „Lualda"), door Melville Shavelson, 1975. Uitgegeven in de Meulenhoff- Editie, door de uitgeverij Meulenhoff Nederland bv te Am sterdam. V. Het is eigenlijk heel merkwaar dig, dat ik niet eerder ben toege komen aan het voortreffelijke boek van Patrick Wyatt: „Ierse Roos". Deze SF-roman, die eind vorig jaar reeds verscheen bij Het Spectrum te Utrecht in de Prisma-reeks, bleef door allerlei omstandigheden op de boeken plank liggen. Tot voor kort, toen ik „Ierse Roos" werkelijk in één adem uitlas. Van Patrick Wyatt is mij weinig of niets bekend, maar de eerste roman, die van hem in Nederland verscheen, mag er werkelijk zijn. Het thema van „Ierse Roos" is niet nieuw Verschillende be faamde SF-schrijvers hebben op hup eigen wfj?p(,djLpPderVYerp,bb: handeld, zoals de Engelse schrijver John Wyndham, die in zijn weerga loze roman „The Chrysalids" (De getekenden - Prisma 1484) het leven na een verwoestende oorlog schetste of kortgeleden Walter M. Miller, die met „Een loflied voor Leibowitz" (Born SF nr 66) terecht een Hugo Award verwierf. Ook in „Ierse Roos" is er sprake van een wereld na een (atoom-) oorlog, die een groot deel van de wereld in ieder geval gedeeltelijk heeft ver woest en de bestaande normen en wetenschappen omver heeft ver worpen of heeft verbasterd tot pseudo-wetenschap of nieuwe reli gie. Patrick Wyatt beschrijft het leven in Engeland na de zogenaamde „pil-oorlogen", ontstaan door de al te grote vrijheid van de vrouw, die door het pilgebruik het nageslacht der blanke bevolking vrijwel tot stil stand bracht, zodat de mannen ge noodzaakt waren om zwarte vrou wen uit Afrikaanse landen te gaan halen nadat bleek, dat de pil-(de minipilj-onvruchtbaarheid had ver oorzaakt bij de gebruiksters. Die onvruchtbaarheid werd oorzaak van een verwoestende oorlog en v?g de nieuwe orde pa dj$ porlog, In Engeland deed het bprbarendgm,, weer haar intrede, compleet met de nieuwe religie waarbij de vrouw louter als fokdier werd gebruikt, een deel der mannen wegens overbo digheid werd gecastreerd en de overigen ervoor moesten zorgen, dat er een sterk en gezond nage slacht zou ontstaan. De duisternis van de nieuwe Middeleeuwen overheerst het den ken en doen van de mensen, com pleet met hun door hen zelf veroor zaakte angsten, vooroordelen en onhoudbare standpunten. Maar ook hier schreed de beschaving voort, een handje geholpen door een wi|ze Rechter, die - in bezit van tal van boeken uit de Gouden Eeuw van het Atoomtijdperk - er in slaagt de nieuwe evolutie zodanig te ver snellen, dat de hoop op een nieuwe toekomst, compleet met tal van verworvenheden uit het verleden, sneller realiteit zal worden. Belang rijke faktor in dit hele gebeuren is de „Ierse Roos", een beeldschone jonge vrouw die zich zelf weet te ontworstelen aan de greep der mannelijke fokkers en opnieuw de eerste stap zet op weg naar „vrouwen-emancipatie". Een lange weg, maar wel een, die de moeite van het gaan waard zal blijken te zijn. „Ierse Roos" is een fascinerend boek over een onderwerp, dat altijd nog miljoenen mensen beroerd: wat gaat er gebeuren na een ver woestende atoomoorlog? Patrick Wyatt geeft één van de duizenden antwoorden die mogelijk zijn. Aan bevolen. „Ierse Roos" (Irish Rose, 1974), vertaald door Annemarie Kindt, uitgegeven door Het Spec trum te Utrecht in de Prisma reeks, nr 1739. w boeken, voor u besproken samenstelling: Bert Vos. jj 55 .eb Kortgeleden zag ik de nieuwste film van de regisseur Robert Aldridge: „Twilight's last gleaming" (De dag dat de hel losbrak) over de dreiging van een derde wereldoorlog. Bij het zien van die film moest ik even denken aan de SF-roman „Sirenes in de morgen" (Dawn Chorus - 1975) van Donald J. Garden, uitgegeven in de SF- reeks van Bruna, een boek, dat ik op dat moment aan het lezen was. Hoewel het verhaal onver gelijkbaar is met de strekking van de film, gingen zowel boek als film over de mogelijkheid van een derde wereldoorlog, waarbij in het boek deze oorlog ook wer kelijk uitbreekt. „Sirenes in de morgen" is een goed geschreven roman over een toch wel zo langzamerhand uitge kauwd onderwerp. Het is nu vrijwel zeker, dat als er een oorlog uit breekt, dat het een atoomoorlog zal zijn: de SF-schrijvers hebben geen andere mogelijkheid weten te be denken tot nu toe. De wijze waarop Donald Garden echter de komst van de oorlog beschrijft is beklem mend genoeg om van „Sirenes in de morgen" een goed, zij het niet al te opgewekt boek te maken. 55 gr zijnindejpop der jaren al tal van boeken en gidsen,, geschreven over Parijs, de on vergetelijke hoofdstad van Frankrijk. Vooral de boeken van Jan Brusse genieten in Nederland een vermaardheid, mede door zijn TV-programma's. Kortgeleden verscheen bij de uitgeverij A.W. Bruna en Zn. te Utrecht een nieuwe „Parijs-gids" van de schrijfster Jacqueline Wesselius en fotografe Hennie Riemens: „Neem nou Parijs". Uitgeverij Bruna staat onder meer bekend door haar uitste kende kinderboeken. Kortgeleden verscheen er weer een: „De gelaarsde kat", naar een tekst van Christopher Logue (vertaald door Ef Leonard) op een meer dan voortreffelijke wijze (drie-dimensionaal) geïllu streerd door Nicola Bayley. Op het bekende sprookje van de Gebroeders Grimm baseerde Nicola Bayley haar grote verrassing voorkinderen. Iedere keer wanneer je een bladzijde omslaat komen er figuren naar boven als in een kijk doos: de kat met zijn grote laarzen, de rugzak over zijn schouder, de zoon van de molenaar, de prachtige koets van de koning en de prinses en ook de menseneter die door de kat omgepraat wordt zich in een muis te veranderen en die dan na tuurlijk prompt gevangen en opge geten wordt. ledereen die zich nog van vroeger het intense plezier herinnert dat je met dit soort pano ramische boeken kon beleven, zal begrijpen wat voor een kostelijk ca deau Nicola Bayley's Gelaarsde kat voor kinderen is. Alles draait om het feit, dat Europa een zelfstandige wereld macht is geworden, ingeklemd tus sen Amerika, Rusland en China De Europese Bond is neutraal. Ze is in het bezit van een gloednieuwe computer-eenheid, „Orakel", die in staat is om aan de hand van de militaire en politieke gegevens de mogelijkheid van een derde we reldoorlog te berekenen in een waarschijnlijkheidspercentage. Garden beschrijft de spanningen van de mensen, die met deze com puter in een zwaarbewaakt en goed beschermd centrum ergens in Zweden werken, waarbij de waar schijnlijkheid van een oorlog de hoogst mogelijke curve bereikt: 99,9 procent, daarna 100%. „Sirenes in de morgen" is het lezen waard, ook al zitten er enkele tegenstrijdigheden in, zoals in de opsomming van de gevechtssterkte der verschillende machtsblokken, waarbij Europa drie keer meer aan- valskracht bezit dan de VS door de Orakel-computer, terwijl ook de VS over een „Orakel-computer" beschikt. Maar goed, daar lezen we dan gemakshalve maar overheen als een kleine onduidelijkheid. „Sirenes in de morgen" (Dawn Chorus), vertaald door Bob van Laerhoven en uitgegeven in de Bruna SF-reeks nr 66 bij uitge verij A.W. Bruna Zn. te Utrecht - prijs 5,50. Met een omslagil lustratie van Karei Thole. V. Het is een gids, die voortreffelijk aansluit bij het karakter van Peter Brusse's boek over Londen: „Neem nou Londen", ook al schrijft Peter Brusse dan ietwat ironischer over allerlei Londense zaken, dan Jacqueline Wesselius over Parijs. Toch is „Neem nou Parijs" geen gids voor de massatoerist. De oor spronkelijke titel sprak wat dat be treft duidelijke taal: Parijs..,.an ders''.-1, ■jNeem rtotr Parijs1' iseert nieuwe bewerking van dat boek, ook al moet het me van het hart, dat er toch nog enkele zaken in worden aangetroffen, die inmiddels door de tijd zijn achterhaald, zoals het hoofdstuk over het geld, waarin de oude Franse francs uitgebreid aan de orde komen, terwijl je op dit mo ment nergens in Frankrijk nog oude francs tegen zult komen. Een tikkel tje overbodige informatie dus en wellicht voor sommigen verwarrend. In „Neem nou Parijs" wordt overigens bijzonder veel aandacht besteed aan lekker en goedkoop eten. Een gids voor levensge nieters, die naast de algemeen be kende toeristische attracties ook wel eens wat anders willen zien. Wat dat betreft: uitstekende infor matie, smakelijk opgediend. Maar om volledig te zijn, moet je er wel een gids van bijvoorbeeld Jan Brusse bij gebruiken „Neem nou Parijs", door Jac queline Wesselius (tekst) en Hennie Riemens (foto's). Met medewerking van Christophe Le- leu. 1977, 224 blz, gebonden- 15,- (in handig meeneemfor- maat). V. ,,U hield er nogal macabere gewoonten op na," sprak de Bak rechter misprijzend tot de sinistere verdachte, die zich stemÏÏ 't zwart gekleed had en er zelf erg bleekjes uitzag. ,,lk kan niet helpen dat ik zo'n naam heb die schrik a „Nee, maar u zoudt er wel iets voorzichtiger mee kunnen Mnjyj - 1 onstuj, „Hoe dan? Als ik opgebeld word, moet ik wel antwoorden, H zeg ik al heel voorzichtig en heel langzaam: u spreekt met De Dooj „Dan moet u voortaan maar niet uw naam zeggen, maar uw telfjj, nummer." „O, u zou gek kijken als ik me hier kwam voorstellen met. g» effe, m'n naam is drie, vier, nul, één „U moet natuurlijk beginnen met doodgewoon te doen." „Dat deed ik al. Gewoon als De Dood." „Ja, maar niet zo ongewoon als meneer De Dóód gewoon „Wat was daar dan niet gewoon an?" „U ging ook mensen opbellen die u niet kenden en zei dan dafi bezoek zou komen. En als ze dan informeerden met wie te noegen hadden, klonk het héél onheilspellend: u spreekt cJ Dood!" „Nou, had ik dan moeten zeggen dat ze met de politierechtera ken? Of met meneer Pietje Puck? Kom nou, ik heb zaken te ft' moet een klantenkring opbouwen. Ik verkoop een artikel. Dat moet ik er in brengen." „Doodkisten, soms?" „Nee, bruidssuikertjes." „En raakte u die wel kwijt op die manier? Waren de daar niet als de dood voor?" „Ja, werkelijk, 't was wél 'ns de dood in de pot. Maar ilJ wel. Ik moet ook eten, edelachtbare. Ik heb 't geprobeerd ts«|( handelsnaam: Bruiloftsbelangen. Maar dan had je weer mensa dachten dat ik me zou verhuren als lolbroek op bruiloften tijen en als die dan belden en naar m'n naam vroegen, kr,g gelijk 't gedonder in de glazen. Of ze riepen: dat is 'ngwï' ze waren razend, daar kreeg ik het nodige van te horen. Eofy concurrentie niet te vergeten. Die fluisterde de winkeliers in met die bruidssuikers van die firma, dan krijg je De Dood opfca En er waren genoeg mensen die dat letterlijk opvatten." „Dus de één z'n Dood was de ander z'n bruidssuikers..., h handelsnaam ging ook niet. En hoe zat 't dan met die weda ,Die zat al op me te wachten, zogezeid." „O, u had uw komst schriftelijk aangekondigd?" „Nee, ik niet, maar zo'n spiritus-scéance. Ze had contact gehili de geestenwereld. Met de ziel van d'r overleden echtgenoot, zogeitj „Een spiritistische scéance, bedoelt u?" „Jawel edelachtbare. En haar man had geklopt dat-ie op zijn bnj wachtte bij de poort." „Wélke poort „De hemelpoort. Dus die weduwe maakt zich reisvaardig. Die^ bezig d'r boedeltje te verdelen en d'r ouderwetse snoepwinkeltje lei kopen. Toevallig kom ik op die rotdag dat zaakje binnenstappend proberen daar een ordertje bruidssuikers te vangen. Nou ja, veels was 't niet. Ik dacht al: 't is hier de dood in de pot. Er was geenl te zien, hé. Komt dat ouwe mensje naar voren sloffen en vraagtv, ik bén, want ze was gesloten. Ik zei héél voorzichtig: u ként me oog: maar ik ben De Dood en ik heb iets voor de bruiden... Nou ja, zei op haar knieën en riep: Goddank-u bent gekomen! Kus me, klaar om met u méé te gaan! - Nou ja, toen ben ik uitgevalla daarop heeft ze mij aangeklaagd. Alsof ik haar opzettelijk wilde!* velen!" De getuigen bevestigen, dat de verdachte en de weduwe elkaar kenden. Daardoor kon de officier geen opzet aanvoeren en moes politierechter tot vrijspraak komen. „Misschien kunt u uw naam 1 veranderen," stelde hij voor. „M'n naam?" vroeg de bleke man in 't zwart verbaasd. "Isdit doodzonde, soms?" En hij ging. Geschokt door dat goedbedoelde adïi d'ARGENl Naar aanleiding van mijn recensie van „Honden van de oorlog" van Frederick Forsyth schreef een lezer me, dat het niet - zoals ik vermeldde zijn nieuwste roman was. Nadien verscheen nog „Nachtdienst" (een korte novelle, die even® Bruna in paperback verschep is korrekt, wat ik bedoelde» nieuwste vertaling van f roman. Overigens heb il dienst" enige tijd geledenre sproken in deze rubriek. „Ik moet je eerst nog bekennen, dat ik gewoonlijk een bril draag" Een voortreffelijk kinderboek. Prijs, 14,50. uitgevoerd gebonden, J.G. Ballard is in Nederland vooral bekend door zijn zoge naamde „apocalyptische" ro mans, verhalen, waarin het on dergaan van ons wereldje - op wat voor absurdistische wijze dan ook - centraal staat. Een ze ker pessimisme kun je Ballard dan ook niet ontzeggen, want zijn romans behoren zonder meer tot de zwarte SF. Baliard geeft de wereld weinig hoop op werkelijk overleven. De nieuwste Ballard verscheen kortgeleden bii Bruna SF (nr 63) In vertaling. „De toren flat" (High Rise) Is de titel van deze roman, die zich helemaal afspeelt binnen de betonnen muren van een veertig verdie pingen tellende superflat. „High Rise" is geen prettig boek om te lezen, maar dat zijn de meeste boeken van Ballard niet. Op het moment dat alle woningen in de torenflat zijn betrokken, komen al lerlei maatschappelijke processen in werking, zoals in iedere gemeen schap. In de torenflat wonen twee duizend mensen, eigenlijk verdeeld in drie categorieën. Van gewone mensen, via de middle class (de gegoede burgers) tot de rijken, die het bovenste deel in bezit hebben genomen (hoe hoger je zit, hoe hoger je de top van de maat schappelijke ladder hebt beklom men). De voorzieningen, zoals zwembad, tennisbanen, winkelcen trum, speelgelegenheden en scho len, zijn gemeenschappelijk en daarmee begint de eerste ellende In de gesloten gemeenschap van de torenflat begint langzaam maar zeker een strijd te ontbranden tussen de drie bevolkingsgroepen. Het begint allemaal onschuldig, maar groeit langzaam maar zeker uit tot een chaotische nachtmerrie, waarbij het laatste vernisje bescha ving verdwijnt om plaats te maken voor een soort struggle for live, waarbij het recht van de sterkste be palend is. De totale onttakeling van het gebouw en haar bewoners is het gevolg. Terwijl je aan het lezen bent, denk je aanvankelijk, dat het alle maal wel wat overtrokken is. Zo'n situatie, zeg je dan, zal niet zo gauw ontstaan. Maar naarmate je verder leest, komen tal van herkenbare zaken op je af, details, die nu al in het klein bestaan, vooral in een grote stad en die door Ballard feilloos zijn ingepast in zijn psy chologisch uitstekend opgezette roman. Vorige week kon men in de kran ten lezen over een stroomstoring in New York en wat daarvan de gevol gen zijn geweest. Op zo'n moment krijgt Ballard gelijk en is zijn schets van een ontwortelde samenleving, zoals in „De Torenflat", een beeld van een misschien bestaande, maar zeker van een toekomstige realiteit. Aanbevolen! „De torenflat" (High Rise - 1975), vertaald door Annemarie Kindt. Uitgegeven door A.W. Bruna Zn. te Utrecht in de Bruna SF-reeks nr 63. Omslagil lustratie Karei Thole. Prijs 6,50. V. Uitgeverij Gottmer startte vorig jaar met een uitstekende SF-reeks, zoals ik reeds eerder in deze rubriek schreef. Twee voor treffelijke romans omvatten deze start. Dit jaar werd de reeks ver volgd met een minder gelukkige keuze „De plastic Man" van Jer- mey Brent, waarmee de begonnen kwaliteit niet werd ge handhaafd. Kortgeleden ver scheen hef vierde deel van de Gottmer-SF-reeks, „De Questor Tapes" van D.C. Fontana. Waar mee Gottmer enigszins revanche nam, want dit boek is aan merkelijk beter dan het vorige. Het is geen origineel thema dat Fontana uitwerkt, want sinds Fran kenstein heeft de literatuur al heel wat al dan niet verschrikkelijke ro bots, androïden en vermenselijkte computers opgeleverd. Toch weet hij dit oude thema voor een gloednieuw verhaal te gebruiken en dat is op zich al de moeite van het lezen waard. Vijf grote landen hebben een ge zamenlijk project opgezet de ont wikkeling van een androïde Geen van de geleerden die er aan mee werken weet echter alles van dit project. In feite is het immers voor het overgrote deel het werk van één mens: Emil Vaslovik, en deze is spoorloos verdwenen Toch komt de androïde tot leven. En is niet meer tegen te houden. Samen met Jerry Robinson, een jonge, begaafde technicus, die de assistent van Vaslovik was, gaat de androïde Questor op zoek naar zijn maker. Fontana weet op humoristische wijze de kennismaking van de an droïde met de menselijke bescha ving te beschrijven, waarna de spanning toeneemt tijdens de speurtocht naar de verdwenen ge leerde. Ook al kan men er over van mening verschillen - persoonlijk vind ik „De Questor Tapes", vooral door het toch niet geheel verwachte slot - een uitstekende SF-roman, die een nieuwe dimensie toevoegt aan de reeks tot nu toe verschenen verhalen over androïden en robots. „De Questor Tapes" (The questor Tapes - 1974), uit gegeven door J.H. Gottmer te Haarlem in haar SF-reeks nr 4. Vertaling Dick Ouwendijk, in het inmiddels bekende omslagont werp van Matt van Doorn. V. JONGE ZEELEEIM MAAK DRIE WEKES| RHENEN - De in Diei* hand geboren California is maar drie weken ok Cor Ouwehand zei het al:, pas hoera roepen als weid verder zijn." Hij schrijft het jong toe aan gebrek voeding bij de moeder ei: wezigheid van het man») drie weken krijgen ze(ö paringsdriften. De moedfi nelijk méér belangsteller de vader dan voor het td een les om lering uit teC de volgende keer. Hel1 vruchtbaar. Het heeft nï ter wereld gebracht. Uk gedekt en in de komeBk we maatregelen nemen n volgende geboorte moeien tijd apart te kunnen houJ» wat teleurgestelde Cor. fl aan gedaan heeft om hel' te kunnen houden. Want* een hele gebeurtenis zo'n' geboorte in gevangens# komen nieuwe kansen, <k' GILLENDE KEUK0 RHENEN - In de mek zin van het woord heef11 gaarde Ouwehand kennis® met gillende keukenmeid vuurwerk, maar échte1 écht gilden. Er was een' uitgebroken. Die woont ft het parkrestaurant. DeM rende linea recta het reei om daar links en rechts^ te pakken, waarvoor e« betalen Dat was het de meisjes uit de keub' gillen als fabnekssires1 gillende keukenmeiden schrik waren bekomen' beerd de aap te paW wel, maar met veel moed baardend van een heerlj werd de gibbon naar i'D gebracht. De slimmerd® ontdekt onder een trap' dat overstapje naar moet nu binnen blijven 1> regelen zijn genomen k onmogelijk te maken. I' de withaudgibbons zijn gibbons op het apeneila* die niet zo avontuurlij vallen.

Historische kranten - Archief Eemland

Leusder Krant | 1977 | | pagina 12