idolf Hitier: Het einde
lan een mythe?
De persoonlijke
verantwoordelijkheid in de
Duitse Demokratische Republiek
KLIM OP-SCHOOL DAG LANG IN
TEKEN VAN FEESTELIJKHEDEN
Wonen in de ruimte" -
et „nieuwe land" van de
Dekomstige mens
„WIE VERMOORDT DE GROTE
KOKS VAN EUROPA?"
KOSTELIJK EN ZOT BOEK
Jurek Becker
Musical, spelletjes, volksdansen, poppen maken
„SLAPELOZE NACHTEN" VAN JEREK BECKER
Slapeloze
dagen/Roman
K Leusder Krant - boeken
DONDERDAG 12 OKTOBER 1978
boeken, voor u besproken
DOOR BERT VOS
JSDEN-Vrijdag 6oktober hield
>oms katholieke basisschool
op" een feestelijke dag voor
eerlingen. Omdat het buiten-
het afgelopen jaar letterlijk In
|en was gevallen, besloten de
raad en het onderwijzend per-
I nu activiteiten binnenshuis te
iseren.
lorgens om kwart voor negen
i de kinderen in groepjes ver
en samen met een onderwij-
of een ouder gingen zij een
sr aan een aktiviteit deelnemen,
iktiviteiten bestonden uit: steltlo-
Iraattekenen (op het schoolplein
iedereen een tekening maken
ïurkrijt. Aan het eind van de och-
mtstond er een hele gezellige
'laats), de vertoning van een film
alt Disney. (Hierbij kregen de kin-
de gelegenheid om even tot rust
len).
ponnen werd er ook; twee spin-
en stonden in een klaslokaal op-
d Nadat de kinderen uitleg over
innen hadden gekregen, moch-
1 het allemaal zelf proberen met
intol. Ook kon er gehoepeld wor
st een fietswiel en een stokje
moedig geprobeerd het wiel te
Hen.
POPPEN MAKEN
Poppen werden er ook gemaakt. Me
vrouw Van Dijk vertelde de kinderen
over de kleding en gewoonte van de
mensen vanaf 1900 aan de hand van
prachtige zelfgemaakte poppen. Ook
kleine attributen zoals poederdoosjes
en snuifdoosjes gingen van hand tot
hand. De kinderen luisterden ademloos
toe.
VOLKSDANSEN
Per groepje leerden de kinderen een
eenvoudig volksdansje op gezellige
muziek. Na afloop ervan mochten zij
zelf ook een dansje verzinnen.
Met 3 kleine weefgetouwen mochten
de kinderen een stukje weven aan een
wandkleed.
De lagere klassen konden raden
hoeveel knikkers er in de pot zaten, de
hogere klassen moesten raden wat het
gewicht was. Aan het slot van de och
tend kregen de kinderen leuke prijsjes
voor het goede antwoord.
Met muisjes, glazuur, hagelslag en
soortgelijke zaken werden erg leuke
taai-taai poppen gemaakt. Er zaten
natuurlijk ook taai-taai poppen tussen,
die alleen een berg hagelslag op hun
hoofd hadden gekregen.
SCHACHT MAKEN
Een ander onderdeel was spijker-in
slaan. Had je de spijker goed in de plank
geslagen dan kreeg je een mooie pa
pieren bloem, die je als corsage kon
gebruiken.
De heer Van den Hengel liet de kin
deren zien hoe je een schacht moest
maken, een soort vlechtwerk van stro
om vroeger het hooi van de hooiberg
met een soort muur te omringen, zodat
alles stevig bij elkaar wordt gehouden
Als laatste mocht iedereen een
bloemstukje maken en mee naar huis
nemen Tafels vol bloemen en takken
lagen gereed en er zijn erg leuke stuk
jes gemaakt.
JEUGDMUSICAL
Tussen de middag bleven alle kin
deren op school hun boterhammetje
opeten; voor de limonade zorgde de
school (tijdens de koffiepauze hadden
de kinderen al een versnapering en li
monade gekregen) en 's middags werd
er door de 6e klassers een jeugdmusi-
cal opgevoerd getiteld „Een speel
tuint einde".
Het verhaal: De kinderen van het
dorp hebben een fancy-fair georgani
seerd om geld te krijgen voor een
speeltuin, die ze op het plein willen op
bouwen. Maar dan komen tot hun grote
schrik ambtenaren van het ministerie
van Stadsvernieuwing die de stad wil
len moderniseren, desnoods ten koste
van de kinderen. De jongelui proteste
ren en trachten met een slim plannetje
de aanleg van een autoweg te verhin
deren door middel van een Oudhol
landse markt. Maar in de huidige maat
schappij moet je overal vergunning voor
hebben. Ze krijgen dan ook moeilijkhe
den met de politie. Op een bepaald
moment, schijnen ze die afgepoeierd te
hebben
Dan volgt er een ballade Gelukkig
krijgen ze hulp van „Monumen
tenzorg". Aan de blijdschap wordt uiting
gegeven met een klompendans. Blitse
Bill, 'n lawaaierige Amerikaan ziet een
mogelijkheid folklore te vertalen in geld.
Klompendansers voor de filmbusiness.
Hij zingt zijn levensverhaal in „Blitse
Bill"
De kinderen trappen er echter niet in:
een speeltuin is voor hen belangrijker.
Wanneer een agent van politie weer
moeilijkheden dreigt te veroorzaken,
krijgt de jeugd de hulp van 'n makelaar
in onroerend goed, Casacasco. Hij zal 't
plein voor hun speeltuin kopen, hij weet
overal de weg
De kinderen vertrouwen Casacasco
niet. Terecht, want al spoedig blijkt dat
ze hun handtekening hebben gezet
achter op een verzoek aan het ge
meentebestuur, om de markt te verko
pen aan de makelaar.
JOVIALE ZAKEN
Gelukkig is er dan nog het Ministerie
van Joviale Zaken; twee ambtenaren
vinden ook dat geld niet gelukkig maakt
Ze zullen zien wat ze kunnen doen voor
de kinderen. Ze doen hun naam Joviaal
eer aan. De jeugd komt aan zijn trek
ken, want er komt een echte speeltuin.
LEUK GESPEELD
De musical werd erg leuk gespeeld
hier en daar wat kleine foutjes door
nerveusiteit, maar dat overkomt
zelfs de meest geroutineerde to
neelspeler weieens.
Na afloop van het cabaret kregen
alle kinderen een pannekoek (waar
schijnlijk konden de ouders die ze 's
middags gebakken hadden, voorlo
pig geen pannekoek meer zien).
Het feest was ten einde. Alleen
voor de 6e klassers ging het nog
even door. Die mochten 's avonds
voor de ouders de musical nog een
keer opvoeren.
lijkt mij zo langzamerhand een
ogelijkheid om het lugubere fe-
ten van de twintigste eeuw,
I Hitier, te vergeten, ook al doen
(voornamelijk Duitse) volks-
men daar tegenwoordig alle
te voor. De talrijke boeken en
'afieën, die over deze diktator
leschreven, zorgen er voor, dat
f Hitler in de geheugens gegrift
ijven. De nieuwste aanwinst op
ebied is het boek van John To-
Adolf Hitler, het einde van een
e".
noet toegeven dat u al veel eerder
recensie onder ogen gehad had
ïn hebben, indien ik de moed wat
r bijeen had geraapt en bijvoor-
tjdens de vakantie me zou heb-
lewaagd aan de bijna elfhonderd
ijden, die deze Nederlandse ver
kent. De zon, de ontspannende
van mijn vakantieweken hebben
aar zonder meer van afgehouden
en als ik het boek wel in die tijd zou
hebben gelezen, dan zou ik me wellicht
nog eens extra gehebben geërgerd aan
verschillende Duitse buren, die luid
ruchtig blijk gaven van hun aanwezig
heid op de camping, waar ik was neer
gestreken. Daarom heb ik pas later ex
tra voedsel gegeven aan dit sluimeren
de onbehagen. Zonder Duitsers om me
heen.
Het is ongelooflijk hoeveel er ge
schreven kén worden over Adolf Hitler,
dat onbeduidende mannetje, dat in een
al even ongelooflijke machtsroes het
grootste deel van de wereld in het ver
derf stortte met zijn blitz-kriege, zijn on
verwoestbare drang naar expansie,
naar „Lebensraum". Eigenlijk heb nooit
zo de behoefte gevoeld om me in dit
monster te verdiepen. Met zo'n pil van
John Toland op je bureau moet je
eigenlijk wel en ik moet zeggen, dat ik
de meer dan duizend bladzijden gefas
cineerd heb gelezen.
Zonder nou direkt te zeggen, dat ik
Adolf Hitler en zijn beweegredenen, zijn
angsten, zijn frustaties, zijn liefdes en
zijn haatgevoelens, nu echt beter heb
leren kennen, want er blijft - ondanks
die duizend pagina's tekst, toch veel
onverklaarbaars over, brengt dit boek
van Toland weer méér duidelijkheid
over wat er allemaal plaatsvond in de
zwartste jaren van de twintigste eeuw.
Geen opwekkend boek, maar wel
een brok informatie van formaat.
Vooral voor de liefhebbers van ge
schiedenisboeken over de tweede
wereldoorlog de moeite van het le
zen waard, maar ook voor hen, die tot
nu toe slechts zelden lets over Adolf
Hitler hebben gelezen. Vooral de
jongeren zouden zich daar eens wat
meer in moeten verdiepen. Voordat
Adolf Hitler werkelijk een mythe is.
Bert Vos
Zelden heb ik zo gelachen bij het
lezen van een toch wel echt span
nende thriller als bij het boek van
Nan en Yvans Lyons: „Someone is
killing the great chefs of Europe",
dat in de vertaling van Ingrid Aar-
den-Klijnveld bij Bruna kortgeleden
verscheen onder de nogal lange titel:
„Wie vermoordt de grote koks van
Europa?". Op het eerste gezicht doet
de kombinatie van titel en omslag
ontwerp denken aan een curieus
kookboek en die eerste oogopslag is
juist. Het IS een zeer curieus kook
boek, want de hele handeling van
deze kostelijke thriller bestaat bij de
gratie van verrukkelijke recepten,
klaargemaakt door de beste chef
koks van Europa.
Nan en Yvan Lyons zijn er in ge
slaagd om een boek te schrijven, waar
niet alleen de grootste smulpapen on
der ons, maar ook andere liefhebbers
(van goede thrillers bijvoorbeeld) volop
aan hun trekken komen. Wie zelf na het
lezen van het boek nog eens wat wil
kokkerellen, die kan dat doen aan de
hand van de gepubliceerde recepten,
wie daar geen behoefte meer aan heeft
doordat veel van die recepten inmiddels
in bloed zijn gedrenkt, doet er mis
schien verstandig aan om toch een
eenvoudig hapje te nemen bij de bistro
op de hoek om het geloof in onze culi
naire grootheden te bewaren
Ik wil niet te veel verklappen van dit
kostelijke boek, dat zeker niet alleen in
allerlei pittige sausjes is gedoopt, maar
zeker ook in een behoorlijk humoristi
sche saus om over de sexy aantrek
kelijkheden nog maar te zwijgen Want
Nan en Yvan Lyons hebben wat dat
betreft ook enkele zeer charmante re
cepten op papier gezet
Het gaat er allemaal om, dat er op
een regelmatige manier telkens een
top-kok van Europese huize op een
nogal curieuse wijze om het leven wordt
gebracht. Elke moord kan in connectie
worden gebracht met de specialiteit van
de desbetreffende kok, die slachtoffer
wordt van zijn eigen top-kreatie.
„Wie vermoordt de grote koks van
Europa?" is een zot boek, vlot en span
nend geschreven, met een fikse dosis
humor en ironie ten aanzien van de cu
linaire elite. Smakelijk lezen!
Bert Vos.
„Wie vermoordt de grote koks
van Europa?" door Nan en
Yvan Lyons. Vertaling: Ingrid
Aarden-KIIjnveld. Uitgegeven
door Bruna Zn. te Utrecht.
Paperback - 16,90.
„Plotseling vond hij het haar goed
recht om te gaan waarheen ze wilde,
en ook haar goed recht om terug te
keren als het haar op die andere
plaats niet meer beviel. Dat te willen
verhinderen, realiseerde hij zich ge
tergd, was een ongehoorde aanma
tiging, waartoe alleen iemand het lef
kon hebben die geluk beschouwde
als iets waarvoor de tijd nog niet rijp
was."
Op dit punt in Slapeloze dagen van
Jurek Becker verlaat de onverschillig
heid Simrock Hij is leraar aan een mid
delbare school in Oost-Duitsland en
heeft tot dan toe veranderingen in zijn
levensloop gelaten ondergaan. Zijn
huwelijk is kapot en zijn vriendin heeft
net een poging gedaan tijdens hun va
kantie in Hongarije naar het westen te
vluchten. Pas dan overvalt hem een
„razende woede" Die komt in de plaats
van zijn voorafgaande enige emotie
doodsangst. Een lichte pijn in zijn hart
streek bezorgt hem een onevenredig
grote angst. Zijn onverschilligheid krijgt
een gevoelige deuk, maar hij realiseert
zich dat niet meteen. Pas als „de auto
riteiten" hem direct raken (als zijn
vriendin wordt gearresteerd) is Simrock
niet langer de teruggetrokken, maar
betrouwbare, staatsburger. Later zegt
hij bij zichzelf: „het meest walgde ik
waarschijnlijk van het feit dat ik me nooit
heb verzet. Ik heb (dacht hij) net gedaan
of het niet mijn zaak was om in opstand
te komen tegen bevoogding en on
rechtvaardigheid. En dat betekent: ik
heb me niet verantwoordelijk gevoeld
voor mezelf". Hij is dan dankbaar voor
de onrust die hem beving toen hij zijn
hart voor de eerste keer in zijn leven
voelde.
De gang van zaken rond het proces
van vriendin Antonia doet aan Kafka
denken. Bij hem was het de verdachte
die geen inzicht kreeg in de gebeurte
nissen rond „zijn" proces; bij Becker is
het de bij de verdachte emotioneel be
trokkene Dezelfde sfeer, hetzelfde dik
doenerige optreden van zelf
genoegzame kleine klerken, de moeite
die het kost om zelfs maar de uitspraak
te weten te komen. Ook in andere op
zichten is het nietzo gek om Becker met
Kafka te vergelijken. De door Kafka
voorspelde willekeurige staatsmacht is
bij Becker werkelijkheid, in ieder geval
in haar bureaucratische aspecten. De
staatsautoriteit blijft vaag, iets dat heel
ver weg staat. De mensen zijn echt,
maar hun „echtheid" wordt beperkt
door een benauwend keurslijf, dat door
de auteur in de persoon van Simrock
gaandeweg wordt verwoord. „Hoe zou
iemand die het in een land niet bevalt
ook tot het inzicht moeten komen dat
het juist is om te blijven? Zo iemand zal
alleen blijven omdat hij het risico van
een vlucht niet aandurft. (En hij dacht);
Daarom wemelt het om ons heen im
mers van mensen die het schijnbaar
overal mee eens zijn," overweegt Sim
rock terwijl hij denkt aan zijn vriendin,
die in de cel zit voor een „misdaad die
dat in haar ogen niet was". Becker s
terloopse manier van vertellen draagt
bij aan de sfeer van hopeloosheid in het
boek, dat door de uitgever in de DDR
werd geweigerd.
Simrock kiest de enige weg die hem
blijft in zijn pogingen met zijn geweten in
het reine te komen. Hij gaat als arbeider
werken op een fabriek, na al eerder ont
slagen te zijn als leraar Het aanbod van
„de autoriteiten" om hem in zijn functie
te herstellen „als hij zijn fouten maar
inzag" slaat hij af. „Spoedig leek het
hem het waarschijnlijkst dat de autori
teiten rust wilden: een ontslagen leraar
was een mogelijke onrustzaaier, die je
het effectiefst onschadelijk kon maken
door hem weer voor de klas te zet
ten
Becker's standpunt is niet nieuw,
maar het wordt voornamelijk ingeno-
van zuurstof. De maan schijnt een
grote voorraad te hebben, maar
zuivere zuurstof is erg brandbaar en
zal dus vermengd dienen te worden
met bijv. stikstof om grote gevaren te
voorkomen.
KOMPLETE WERELDEN
De wetenschap en de techniek moet
zonder meer in staat worden geacht om
dergelijke „wooneilanden in de ruimte"
te scheppen. Wat op aarde in de ko
mende decennia wellicht nog een on
mogelijkheid zal blijken te zijn: klimaat
beheersing, behoeft op de wooneilan
den in de ruimte geen probleem meer te
zijn. Naast industrie dient elk woonei-
land voldoende landbouwpotentieel te
hebben om voor eigen voedsel te kun
nen zorgen. In een woonoord kan wa
ter, als het er eenmaal in voldoende
mate aanwezig is, oneindig gere-cycled
worden. Onafhankelijk van weer en kli
maat kunnen we in dergelijke woonoor-
deh een hoogwaardige kringloop-land-
bouwproduktie op gang brengen. De
industrie kan vrijwel kosteloos draaien
na de installatie, zeker in verhouding
met de steeds stijgende kosten op aar
de.
Uiteraard zal het leven op een ruimte
eiland grotendeels een getrouwe af
spiegeling zijn van het leven op aarde
Het landschap zal zo goed mogelijk na
gebootst zijn, kompleet met blauwe
luchten, bergen en dalen. Transport zal
ook erg goedkoop kunnen zijn, omdat
dit grotendeels door het vacuum van de
kosmos zal geschieden. Eenmaal op
snelheid gebracht zal er geen brandstof
(lees energie) verbruik zijn.
WANNEER?
Ik wil hier in dit korte bestek niet ver
der ingaan op de rijke details, die het
boek van O'Neill oplevert. „Wonen in
de ruimte" is een bijzonder stimulerend
èn hoopvol boek. Het geeft de weg aan
naar nieuwe mogelijkheden voor de
mens. En dat niet alleen. Misschien
biedt het wonen in de ruimte uiteindelijk
de oplossing voor het grootste pro
bleem van de menselijke beschaving:
Een stelsel van twee woonoorden van het type Eiland III zou er zo uit kunnen
zien. De cilinders hebben een lengte van 35 kilometer en een doorsnee van
bijna zes en een halve kilometer. Woongebied en gebieden voor landbouw en
Industrie zijn slechts enkele kilometers van elkaar gescheiden. In elk van de
gebieden kunnen temperatuur, klimaat, zwaartekracht en de lengte van dag
en nacht apart geregeld worden.
(R. Guidice, Nasa)
de oorlog. Misschien dat er dan toch
eindelijk vrede zal zijn. Binnen een
eeuw zal een belangrijk deel van de
menselijke beschaving in de ruimte
kunnen wonen, mits we er in willen ge
loven. Mits we er ons voor in gaan zet
ten. Dan zal wellicht gebeuren wat vijf
en zeventig jaar geleden door de Rus
sische natuurkundige en schoolmees
ter Konstantin Tsiolkowsky werd ge
schreven de werkelijkheid worden:
„De mens zal niet eeuwig op aarde
blijven Het verlangen naar licht en
ruimte zal hem er eerst toe brengen
aarzelend de grenzen van zijn at
mosfeer te onderzoeken Maar daarna
zal hij het hele zonnestelsel veroveren."
Als het aan Gerard K. O'Neill ligt,
zullen onze kinderen en kleinkinderen
wellicht kennis kunnen maken met de
onbegrensde mogelijkheden voor de
mens buiten de dampkring.
Bert Vos.
Gerard K. O.'Nelll: Wonen In de
ruimte (The High Frontier)
1976. Vertaling: Willem
Nieuwenhuys. Uitgegeven
door Gottmer te Haarlem,
1978. 221 blz. paperback.
men doormensen buiten de DDR en
wel aan deze kant van de scheidslijn
Becker legt het probleem waar het
thuishoort: bij de persoonlijke verant
woordelijkheid van de betrokkenen. En
dat is heel wat geloofwaardiger dan wat
de aanhangers van de communistische
onderdrukkingstheorie vanuit hun
comfortabele consumptiemaatschappij
beweren.
Fred Moormann.
„Slapeloze dagen", door Jurek
Becker. Vertaling Gerrit Bus-
sink. Uitgave Bruna Zn. te
Utrecht. Paperback -144 blz. -
prijs 17,90.
NEN IN DE RUIMTE - de nieuwe
Itat van de toekomstige mens.
lat nu wellicht voor het overgrote
I als science fiction zal worden
tempeld, zal In de verre toekomst
kelljkheld kunnen zijn. De Ameri-
nse schrijver en weten-
apsmanGerard K. O'Neill heefter
l uitgebreid boek aan ge-
Wonen In de ruimte". Op boei-
e wijze weevt O'Neill uit te leg-
wat er allemaal komt kijken als
straks In de ruimte zouden willen
n wonen. Tal van problemen die-
ite worden opgelost. Het begint al
de bouw van een stad met in-
trie In de ruimte. Maar een stad
nensen moeten herbergen. Men-
moeten kunnen ademen, kunnen
n, wonen en werken. Er is een
osfeer nodig, er dient een af-
nde bescherming te zijn tegen de
mlsche stralingen. Gewicht-
isheid dient te worden opgehe-
kortom er zijn talrijke proble-
i op te lossen, voordat de mens
planeet aarde kan verlaten om
In de ruimte te gaan vestigen,
rgle kan uit de zonne-straling
den gehaald, dat is het probleem
Wel een probleem Is de aanvoer
John Toland: „Adolf Hitler".
1976. Vertaling Tltla Jel-
gersma, Peter van Dijk en Nico
Kuipers. Gebonden. Uitgege
ven door Bruna Zn. te
Utrecht. 49,50.