Herders
Bomans op z'n best. Improviserend in de Speakers Cornerop
het Vlooienveld. Haarlem (Mei 1967)
vervolg van pagina 5
Wat vindt u het mooiste en
meest waardevolle werk van
Bomans?
.ik moet eerlijk zeggen: ik ken
eigenlijk lang niet al zijn werk Erg
mooi vind ik Erik Kopstukken, de
Sprookjes. Beminde Gelovigen en
Van dichtbij gezien.
Een lid van het Genootschap dat
niet eens zoveel gelezen heeft, dat
klinkt nogal paradoxaal begrijp ik
Er bestaan echter vele soorten bin
dingen met Bomans. Mi| boeide
vooral de verandering die zich de
laatste jaren van zijn leven in hem
voltrok Hij was niet alleen de no
toire lolbroek meer. maar ontwik
kelde zich hiernaast steeds meer
tot een bespiegelende moralist,
waarbij steeds weer zijn gepieker
over zijn verloren jeugdgeloof. de
moeizame verstandhouding met
zijn vader, de ..laatste grote vragen
waar het in het leven om gaat" en
zijn onvrede met de jachtige wereld
van de twintigste eeuw aan de op
pervlakte kwamen
Ik herinner alleen maar aan zijn
gesprekken met zijn broer Arnold
en zuster Wally. die. zoals hijzelf
gezegd heeft, ..een lawine hebben
losgeslagen, die ons alle drie
maandenlang onder brieven bedol
ven heeft".
Bomans streed
ja ik geloof dat zijn grootste
strijd is geweest het verschil met
vroeger ..Toen wij door vaste vor
men omgeven waren, toen wij mas
sief en massaal geloofden, terwijl
nu alles in zijn eigen uitleg staat
vastgevroren. En nu is het de vraag
of de mens een wezen is. dat in die
poolnacht kan blijven leven", zei hij
zelf eens
Dit was en is natuurlijk nog
steeds een onderwerp zó actueel
en door hem zo eerlijk in die ach-
tualiteit gebracht, dat dit ontelbare
mensen wel aan móest spreken
Als ik dan spreek over zijn groot
ste strijd dan denk ik hierbij ook aan
het volgende het is bekend dat bij
voorbeeld onze houding tegenover
een bepaalde kerk verbonden kan
zijn aan onze houding tegenover
onze ouders of anderen die ons
dierbaar zijn. De liefde voor hen kan
onze houding tegenover de kerk in-
sterke mate ondersteunen.
De sociologie spreekt over de
onderlinge verbondenheid van at
titudes een attitude die stevig ver
bonden is aan andere attitudes is
moeilijker te veranderen Welnu,
ondanks die sterke onderling ver
bondenheid is hij toch een andere
weg gegaan Sprekend over zijn
broer en zuster zegt hij ..Met ver
driet moest ik mijn hand uit de hun
ne losmaken, omdat ik meende
mijn diepste wezen te verlooche
nen als ik hen nog langer had ver
gezeld".
Kijk, dit aan de éne kant proberen
rekening te houden mét en aan de
andere kant het belijden van eigen
overtuiging toch niet te schromen,
dat is moeilijk Bij Bomans was dat
zeker het geval.
Wat betreft zijn verbondenheid
met het ouderlijk huis en zijn geloof,
waarvan velen menen dat hij bei
den ontvluchtte, moet ik denken
aan dat prachtige stukje van zijn
broer Jan in de Heemstede Koerier
..Godfried heeft zijn geloof nooit
verloochend en zich met thuis
steeds verbonden gevoeld Het
blijkt uit heel zijn oeuvre. Tot het
laatste onderlijnd, in zijn geestelijk
testament, dat hijzelf niet in het licht
zag verschijnen omdat het licht over
hem reeds scheen Ik doel hier op
zijn dagboek van Rottumerplaat dat
na zijn heengaan het eerst uit
kwam. Wanneer de boot hem afzet
op het verlaten eiland waarop ai-
!een zijn tentje, bevangt hem de
eenzaamheid (..Toen de boot niet
meer te zien was ging ik naar bin
nen en knielde, net als heel
vroeger Hij bedoelt thuis aldus
Jan Bomans
Meerdere malen is Bomans
verwantschap met Dickens ter
sprake geweest. Hoe denkt u
daarover?
..Dickens was een echte roman
schrijver. Bomans een essayist.
Ook hun humor is van verschillende
aard. Bij Dickens was deze meestal
gebaseerd op gefantaseerde bi
zarre situaties met karikaturaal ge
tekende personages, bij Bomans
wordt de humor veroorzaakt door
zijn filosofisch-ironische observa
ties van mensen en gebeurtenissen
die geheel in de werkelijkheid
staan
Bomans was een groot kenner en
bewonderaar van Dickens. Hij was
ook de eerste en enige buitenland
se vice-president van de Dickens
Fellowship te Londen.
Bomans en Dickens hadden veel
gemeen. Groot succes bijvoorbeeld
oogstte Dickens met voorlezingen
uit eigen werk. Datzelfde gold voor
Godfried Bomans, die natuurlijk zijn
grote populariteit daarnaast ook
dankte aan zijn veelvuldig optreden
in televisieprogramma's
Opmerkelijk is dat beiden 58 jaar
oud zijn geworden, op dezelfde
plotselinge manier heengingen en
in eenzelfde tijdvak leefden, de één
precies een eeuw na de ander.
In verband met meerdere tref
fende overeenkomsten in beider le
vensgang en werk is het dan ook
niet verwonderlijk dat er enkele
mensen bij het Genootschap zijn
die ook lid zijn van de Fellowship"
Nu over naar het Genootschap
Kort na Bomans overlijden schreef
Jan Bouwer naar Ferry Hoogendijk
'Elsevier) om te peilen of het zinvol
zou zijn een Bomanskring op te
richten Hoogendijk nam naar aan
leiding daarvan contact op met Mi
chel van der Plas
Het advies van beide heren luid
de Het lijkt ons een goed idee.
maar het is raadzaam om er nog
enige tijd mee te wachten.
Op 1 juni 1972 werd de oprichting
een feit. Het initiatief daartoe was
genomen door de Leidse journalist
Bert Koekebakker. Mannen die te
vens aan de wieg stonden van het
Genootschap waren de be
stuursleden W F Harmsen. J.
Loovens en T van Turnhout.
Laatstgenoemde was een per
soonlijke vriend van Godfried.
Wat is het doel van het Ge
nootschap? We vragen het aan
Jan Bouwer.
„In de eerste plaats het bestu
deren en uitdragen van de werken
van Bomans zowel in geschreven
als gesproken vorm, in de ruimste
zin van het woord.
Op de tweede plaats: Het God
fried Bomans Genootschap wil een
vriendenkring zijn. Men spreekt en
filosofeert met elkaar over de figuur
Bomans waarmee zo is ons geble
ken, zoveel mensen een bepaalde
affiniteit hadden
Het doel krijgt onder andere ge-
stalt in de vorm van ledenbijeen
komsten. Een andere taak waar
voor het GBG zich gesteld ziet is de
uitgifte van „Godfried", een enkele
malen per jaar verschijnend blad
met informatie over nieuwe uitga
ven, herdrukken. bibliofiele
wetenswaardigheden e.d betref
fende de geschriften en auditieve
werken van Bomans.
De verdere inhoud de teksten
van lezingen die gehouden worden
over Bomans. aankondigingen van
activiteiten in den lande die met het
werk van de schrijver te maken
hebben, tentoonstellingen, en
zovoort.
Jan Bomans. Godfrieds broer,
ook lid van het GBG typeerde het
werk van het Genootschap eens als
volgt: „Wijzer worden van God
fried"
Wie zijn de leden?
„De leden zijn mensen uit vele
lagen van de bevolking die op welke
manier dan ook een binding hebben
met Bomans We hebben op dit
moment honderd leden"
Zijn er bepaalde voorwaarden
aan het lidmaatschap gesteld?
Het woord Genootschap doet
namelijk onwillekeurig denken
aan een select gezelschap
„Laat ik meteen wat misverstan
den uit de weg ruimen Het GBG is
geen sociétygroep. is ook niet pri
mair een literaire kring, ledereen
kan lid worden. Het afleggen van
een proeve van bekwaamheid
zoals die bijvoorbeeld is ingesteld
bij de Dickens Fellowship, is bij ons
niet nodig. Op het punt van de bin
dingen met Bomans is het gezel
schap in zekere zin select De be
trokkenheid van de leden met de
mens Bomans en diens werk is
echter per lid zó totaal verschillend,
dat er een spontaan element in het
Genootschap gebleven is. Zo
doende spreken we dan ook van
een vriendenkring"
Wat wordt er al zo gedaan op
de bijeenkomsten?
„We beleggen bijeenkomsten
met lezingen We nodigen b.v.
sprekers uit die Bomans in zijn of in
hun werk van nabij hebben mee
gemaakt Of we laten mensen aan
het woord die vanuit hun gezichts
hoek een beschouwing geven over
het werk van Bomans.
Zo hebben we ook al eens kun
nen luisteren naar Jan en Rex Bo
mans die over hun broer vertelden.
Toen werd de figuur Bomans vanuit
een heel persoonlijke hoek onder
de loupe genomen Bijzonder fijn en
ook feestelijk zijn bijvoorbeeld de
Genootschappelijke jaar
bijeenkomsten in Haarlem.
Op iedere bijeenkomst staat -
hoe dan ook - Godfried centraal en
wordt er naar gestreefd zoveel mo
gelijk facetten van zijn persoon en
zijn werk naar voren te halen"
In welke vorm leveren de leden
een bijdrage aan de activiteiten
van het Genootschap?
„Door hun belangstelling voor de
avonden die het GBG organiseert,
door hun financiële steun, door het
zelf verzamelen van allerhande
materiaal zoals knipsels, ge
luidsbandjes van radio-opnamen,
door zelf bepaalde gedachten of er
varingen op papier weten te zetten
voor het blad „Godfried", enz. (Het
blad Godfried verscheen voor de
eerste maal in 1974. Op de omslag-
de bij dit artikel afgedrukte tekening
van Aleid Slingerland. Haarlem.
Red.).
Bomans was ook populair in
Vlaanderen. Hij had er vele con
tacten met kunstenaars en intel
lectuelen. Heeft het GBG daar
ook leden?
„Onder de leden bevinden zich
een aantal Gentse studenten. Ro
nald Soetaert bijvoorbeeld, is aan
de Rijksuniversiteit te Gent zelf ge
promoveerd op een proefschrift
over Bomans
(Godfried Bomans en Charles
Dickens, een vergelijkende studie,
proefschrift voorgelegd aan de Fa
culteit der Letteren en Wijsbegeerte
voor het verkrijgen van de graad
van licentriaat. Niet in de handel).
Raakt het Genootschap nooit
uitgepraat over Bomans?
„Dat dacht ik niet Voorlopig blij
ven we ons bezighouden met het
zoeken naar nog niet bekende Bo-
mans-zaken. zijn ongepubliceerd
werk, zijn briefwisselingen, enz. We
vragen regelmatig inzage in privé-
collecties".
Het huidige bestuur (J. Loovens.
Leiden - J. Bouwer, Nijkerk - F. v.d.
Voort, Schieweg 116a. Rotterdam
en C. de Groen, Uithoorn) zal er
alles aan blijven doen om een to
taalbeeld te verkrijgen van de mens
Bomans en zijn werk. Daarbij zijn
reeds vele verrassende zaken aan
het licht gekomen
Godfried is dood. maar hij liet ons
een oeuvre achter waar men hem in
blijft erkennen als een wijsgerig
mijmeraar
Zijn kloosterbroer Arnold zei bij
Godfrieds uitvaart: „Door te zwij
gen spreekt hij nog luider"
Het werk en de kennis omtrent
het rijke oeuvre van de schrijver
Godfried Bomans zal blijven voort
leven Dat het Genootschap zich
daarvoor blijft inzetten, is een
waardevolle zaak.
herders in het veld
op oude sandalen
aan hen werd verteld
volgens de verhalen
dat Christus was geboren
in een stal, in een grot
ergens riep een uil uit een toren
terwijl engelenkoren zongen: ,,ere zij God".
waarom aan gewone hereders
waarom?
waarom niet aan koningszonen
die in paleizen wonen
of aan profeten
die alleen honing eten.
waarom, moesten engelen helemaal naar beneden
in hun blinkende kleden
als er toch geen grote scharen
op die velden waren?
gewoonomdat zij de enigen waren die wachten
alleen wachten.
zij voelden dat machten en krachten
zich bundelden tot een wonder
zonder
eind en ze dachten
dat het komen kon elk uur
daarom spraken ze bij het vuur
over hun rijkdom, hun uitstijgen boven koningszonen
die in paleizen wonen
want een koning en zijn zoon
kunnen vallen van hun troon
maar zijzij wisten zich kinderen
kinderen van God
die stil konden zijn en naar Hem luisteren
en niet zeurden over mijn en dijn
of zich lieten kluisteren
door geld of macht of eer.
daarom daalden de engelen daar neer
bij die herders in Betlehems dalen
met hun kale mantels en oude sandalen.
Miny v. Scherrenburg.
Bomans (1967).