Uitvoerige onderwijsnota vorige week verschenen
ONDERWIJSNOTA (1): KLEUTER- EN LAGER ONDERWIJS l*A
Nota noemt konkrete beleidsmaatregelen
voor ontwikkelingen in de komende 5 jaar
Bongerd en De Wegwijzer
moeten leerlingen van
eerste fase opvangen
Montessori-school zal
zeer sterk groeien
DONDERDAG 6 DECEMBER 1979
(van een onzer verslaggevers)
LEUSDEN - Eind vorige week Is
de gemeentelijke onderwijsnota ver
schenen. De nota, die In het beleids
stuk Samen Onderweg was toege
zegd, Is dezer dagen verzonden naar
tal van Instanties en personen, die
op enigerlei wijze bij het onderwijs In
Leusden zijn betrokken. Het Is de
bedoeling dat de ontvangers van de
nota er commentaar op geven. De
opmerkingen zullen worden gebun
deld en te zijnertijd als aanvulling op
de nota verschijnen. Het Is de be
doeling de nota eerst na het verschij
nen van deze aanvulling In de be
trokken raadscommissies te behan
delen.
De onderwijsnota gaat in op alle
vormen van onderwijs in de gemeen
te en op alles wat met onderwijs
samenhangt. In het eerste hoofdstuk
wordt een overzicht gegeven van de
bestaande onderwijsvoorzieningen
in Leusden, waarna een prognose
van de leerlingen-aantallen voor de
komende vijf jaar wordt gegeven
Aan de hand van de beleidsuit
gangspunten en de prognoses komt
men vervolgens tot een reeks con
crete beleidsmaatregelen voor het
kleuter- en lager onderwijs.
Verder komen aan bod: de rand-
diensten voor het onderwijs (onder
wijsbegeleiding, schooltandverzor-
ging, schoolartsendienst); diverse
met het onderwijs verband houden
de zaken (schooltijden, vakanties,
verkeersveiligheid, muzikale vor
ming. etcetera); en de bekostiging
van het onderwijs.
Het b-gedeelte van de onderwijs
nota gaat specifiek in op het open
baar onderwijs, waarbij onder meer
bestuurlijke zaken en het perso
neelsbeleid aan de orde komen.
In de inleiding op de nota zeggen
burgemeester en wethouders te ho
pen dat de nota een belangrijke bij
drage kan leveren voor het bepalen
van het onderwijsbeleid op middel
lange termijn. „Hierbij dient naar
onze mening wel de kanttekening te
worden gemaakt dat er enkele facto
ren zijn die het voor de gemeentebe
sturen helaas erg moeilijk maken
een eigen onderwijsbeleid gestalte
te geven. Op het gebied van het
onderwijs hebben wij te maken met
veel wettelijke voorschriften die in
acht moeten worden genomen. Deze
voorschriften zijn in tal van gevallen
niet afgestemd op de meest moder
ne inzichten op onderwijsgebied,
hetgeen op zich al beperkingen in
houdt. Wat echter wellicht veel be
langrijker is, is het feit dat de uitke
ringen van de rijksoverheid ten
enenmale ontoereikend zijn om een
optimaal onderwijsbeleid te kunnen
voeren. Zolang deze toestand voort
duurt zal men zich voor ogen moe
ten houden dat er een discrepantie
zal blijven bestaan tussen het meest
ideale en datgene wat binnen de
financiële mogelijkheden haalbaar
is", zo meent het college, dat ver
volgt:
Het ontwikkelen van nieuwe ideeën
onderwijs
is op zichzelf zinvol, maar bij de
concretisering zal er op gelet dienen
te worden dat deze in financieel
opzicht worden onderbouwd. Ge
beurt dit niet dan worden ten on
rechte allerlei verwachtingen gewekt
die achteraf niet gehonoreerd kun
nen worden.
Hoewel wij in de nota een aantal
hoofdlijnen met betrekking tot de
inhoudelijke kant van het onderwijs
hebben aangegeven, hebben wij ons
in het overige op dit punt beperkt.
Naar onze mening dient aan de in
houd van het onderwijs vorm te wor
den gegeven door de schooltems,
zulks in nauw overleg met de ouders
van de betrokken leerlingen. Dat het
gemeentebestuur als bestuur van
het openbaar onderwijs hierbij een
stuk verantwoordelijkheid draagt,
speelt uiteraard vanzelf. Deze ver
antwoordelijkheid dient onzes in
ziens evenwel meer tot uitdrukking
te komen in een kritisch volgen van
een en ander en minder in het vooraf
vaststellen van exacte beleidslijnen.
Men dient voor ogen te houden dat
een zuiver theoretische benadering
te weinig rekening houdt met de
praktische omstandigheden, die van
school tot school kunnen verschil
len. Bovendien dient naar onze me
ning gewaakt te worden tegen een
zodanige uniformiteit dat er geen
ruimte meer zou zijn voor het eigen
gezicht van de school".
Vandaag gaan we in de Leusder
Krant uitvoerig in op de beleidslijnen
die in de nota worden uitgestippeld
ten aanzien van het kleuter- en lager
onderwijs. In
de komende Leusder Krant-uitgaven
besteden we aandacht aan de overi
ge onderdelen van de onderwijsno
ta.
(van een onzer verslaggevers)
LEUSDEN - De mogelijke
stichting van twee katholieke
scholen In de tweede lase, de
mogelijke samenvoeging van de
twee katholieke scholen In Ach
terveld en het concentreren van
het onderwijs in Leusden-Zuid in
één gebouw voor het kleuter- en
één voor het lager onderwijs. De
gedachte om de Wegwijzer en de
Wipwap in één gebouw onder te
brengen, het fixeren van het aan
tal klassen van de Bongerd op
maximaal zes voor het lager en
twee voor het kleuteronderwijs,
len het vaststellen van een
schoolgrens om tot een afbake
ning van het „voedlngsgebled"
voor deze twee openbare scho
len In de eerste fase te komen.
En de explosieve groei van de
Montessorischool- naar 373
leerlingen en 13 14 leerkrachten
In 1984 welke groei In mobiele
lokalen opgevangen zal moeten
worden.
Dat zijn maar enkele van de
'vele markante punten die de
hoofdstukken over het kleuter
en lager onderwijs in de eind vori
ge week verschenen gemeente
lijke onderwijsnota opleveren.
De nota noemt een groot aantal
concrete beleidsmaatregelen
om de ontwikkelingen bij het
kleuter- en lagere onderwijs op
de middellange termijn adequaat
op te vangen. Allereerst worden
er prognoses opgesteld van de
leerlingenaantallen op alle Leus-
dense scholen In de komende vijf
jaar. De resultaten daarvan wor
den naast een zevental beleids
uitgangspunten gelegd en ver
volgend komt men tot de concre
te maatregelen.
UITGANGSPUNTEN
Als uitgangspunten voor het ge
meentelijk beleid worden de volgen
de punten genoemd:
a. een zo evenwichtig mogelijke
spreiding van het leerlingenaan
bod over de scholen,
b het zoveel mogelijk voorkomen
van leegstand van lokalen.
c. waar dat nog niet gebeurd is
moeten ruimtelijke voorzieningen
voor integratie van kleuter- en
basisonderwijs getroffen worden.
d. met uitzondering van de scholen
die een groeifunctie vervullen,
moeten scholen niet meer dan
zes klassen voor het lager en
twee klassen voor kleuteronder
wijs omvatten.
e de schoolgebouwen moeten zes
lokalen voor het lager onderwijs
omvatten en twee werklokalen
plus één speellokaal voor het
kleuteronderwijs
f. de leerlingen moeten worden op
gevangen in permanente school
gebouwen, tenzij het gaat om een
tijdelijke piek in het aantal leerlin
gen, waarvoor semi-permanente
gebouwen meer geschikt zijn
g. aan niet meer door het onderwijs
te gebruiken accommodaties
moet zo snel mogelijk een andere
bestemming gegeven worden.
PROGNOSES
De voornaamste conclusies uit de
leerlingenprognoses zijn volgens de
onderwijsnota:
a. in Leusden-zuid en Achterveld
het leerlingen aantal de komende
jaren dalen,
b ook in de wat oudere wijken in
Leusden-centrum daalt het aan
tal leerlingen. Deze daling is het
sterkst te merken bij Wegwijzer/
Wipwap, Hamersveld/Spring-
plank en Rossenberg/Klein Ros
senberg. In mindere mate bij de
Hobbit en de Groenhorst.
c. een aanhoudend groot leerlin-
genaanbod vanuit Alandsbeek op
de Bongerd en de Vallei en vanuit
de Wetering op Klim op/De Rak
kertjes.
d. een sterke groei van het Montes-
sori-onderwijs door leerlingen
aanbod vanuit zowel eerste als
tweede fase.
e een grote toename van het aantal
leerlingen op de Heerd en de
vijfde protestants-christelijke
school vanuit de tweede fase.
f. een gestage groei van de Gere
formeerde school, voornamelijk
door aanwas van leerlingen uit de
tweede fase.
g. een sterke groei van Kinderland,
indien die school wordt aange
wezen voor opvang van leerlin
gen uit de tweede fase; zou Kin
derland alleen maar kinderen uit
de eerste fase opvangen, dan zou
ook hier sprake zijn van een ge
leidelijke teruggang.
CONCREET
Door prognoses en uitgangspunten
naast elkaar te leggen, komt men in
de nota tot een uitgebreide reeks
beleidsmaatregelen. Deze concrete
vertaling van de uitgangspunten be
slaat de periode 1980 tot en met
1985. Per kern zien de voorgestelde
beleidsmaatregelen er als volgt uit:
LEUSDEN-CENTRUM
OPENBAAR ONDERWIJS
In Leusden-centrum zal voor wat
betreft het openbaar onderwijs in de
komende jaren te zien zijn dat het
aantal leerlingen van de Bongerd
flink gaat stijgen, terwijl het omge
keerde zich voor zal doen bij Weg-
wijzer/Wlpwap. Er zouden, zo staat
in de nota te lezen, maatregelen
genomen moeten worden om te be
reiken dat;
- de Bongerd niet groter wordt dan
klassen lager onderwijs en twee
klassen kleuteronderwijs;
- en de overloop van de Bongerd
wordt opgevangen door Wegwij-
zer/Wipwap.
Om dat te bereiken moet besloten
worden om op de Bongerd geen
leerlingen meer toe te laten als
hierdoor de grens van dertig leerlin
gen per klas zou worden overschre
den, en het trekken van een grens
om de voedingsgebieden van beide
scholen af te bakenen. Kinderen uit
het gebied ten oosten van de Ha-
mersveldseweg/Zwarteweg en ten
noorden van de Noorderinslag mo
gen niet naar een andere school dan
genoemde twee. In concreto bete
kent dat dus dat kinderen uit dat hele
gebied zodra de Bongerd aan zijn
aantal leerlingen is, Wegwijzer/Wip-
wap gaan vullen. Het zou wenselijk
zijn, zo wordt in de nota, gesteld om
een uitspraak te doen over de om
vang van deze school. Als gewenste
grootte wordt blijvend vier klassen
lager en 1 klas kleuterschool ge
noemd. Wegwijzer/Wipwap moet te
zamen in het gebouw van de Weg
wijzer worden ondergebracht, terwijl
het gebouw van de Wipwap dan een
ander bestemming kan krijgen. Daar
wordt door een werkgroepje al aan
gewerkt en het ligt in de bedoeling
de plannen met ingang van 1 augus
tus 1981 uit te voeren.
De Hobbit kan, zoals het er nu
naar uitziet, een zesklassige lagere
en tweeklassige kleuterschool blij
ven. Weliswaar valt er een geleidelij
ke teruggang te constateren, maar
de daardoor ontstane ruimte kan
worden gebruikt voor opvang van
kinderen uit de tweede fase. met
name uit het deelplan Claeveren-
blad.
Ingewikkelder is het met de Heerd
gesteld. Die school moet niet alleen
de openbaar onderwijs-scholieren
uit de tweede fase opvangen, maar
zit ook nog met een deel leerlingen
uit andere wijken van Leusden-cen
trum. Naar verwachting zal het aan
tal leerlingen van de Heerd over een
jaar zes zo'n 220 voor de lagere
school en 75 voor de kleuterschool
bedragen Maar in de tussentijd zal
dat aantal nog wat hoger liggen en
daarom zal de Heerd tijdelijk tot een
achtmans lagere school en een drie-
klassige kleuterschool. Deze tijdelij
ke piek zou kunnen worden opge
vangen in de reeds geplaatste nood-
lokalen aan de Smoussesteeg.
PROTESTANT CHRISTELIJK
ONDERWIJS
De situatie binnen het protestant-
christelijk onderwijs lijkt in veel op
zichten op die binnen het openbaar
onderwijs. In de nota wordt aange
drongen op nauw overleg met de
schoolbesturen om te komen tot:
a een evenwichtige verdeling van
het leerlingenaanbod tussen de
Vallei en Hamersveld/Spring-
plank.
b een benutting van de vrijkomen
de capaciteit bij de Groenhorst
voor een gedeeltelijke opvang
van leerlingen uit de tweede fase.
c. een opvangfunktie voor de leer
lingen uit de tweede fase door de
vijfde protestants christelijke
school.
Die vijfde p.c.-school is nu gevestigd
in noodlokalen aan de Smousse-
De Montessori-school zal in de komende jaren sterk groeien, is de verwachting, neergelegd in de onderwijsnota.
steeg, maar gezien de te verwachten
snelle uitgroei wordt aangedrongen
op snelle realisering van een per
manent gebouw. Daarvoor is al een
stuk grond in het deelplan Noord-
wijck gereserveerd.
ROOMS
WIJS
KATHOLIEK ONDER-
De Wegwijzer (foto) zal in de toekomst samen met de Bongerd de nieuwe leerlingen uit de eerste fase moetenop-
vangen.
De situatie is voor wat betreft het
katholiek onderwijs in Leusden-cen-
trum enigzins gecompliceerder. Te
verwachten is dat de capaciteit van
Klimop/de Rakkertjes de komende
vijf jaar volledig benut zal blijven.
Daarbij wordt aangetekend dat de
Rakkertjes zo spoedig mogelijk een
permanent gebouw moet krijgen.
Wanneer de Rossenberg en Kinder
land alleen maar kinderen uit de
eerste fase zouden opnemen, dan
zal het leerlingenaantal op die scho
len teruglopen. Maar zeker voor Kin
derland is het voor de hand liggend
om ook kinderen uit de tweede fase
op te nemen, de school ligt immers
al op grondgebied van de tweede
fase.
De vraag in hoeverre een dergelijke
funktie ook voor het scholenkoppel
„Rossenberg" in het verschiet zou
moeten liggen, dient in een wat bre
der perspectief te worden beoor
deeld Wat is namelijk het geval? De
school „Kinderland" is gehuisvest in
zogenaamde mobiele lokalen die
staan op een terrein in de vlek W7
(Claeverenblad). Deze lokalen zullen
daar te zijner tijd (waarschijnlijk
1983) moeten verdwijnen ten behoe
ve van de op het betrokken terrein te
plegen woningbouw. De bedoeling
is altijd geweest om ter vervanging
van de zogenaamde mobiele lokalen
een permanent schoolgebouw te
stichten in vlek W9 (Wildenburg).
Er is bij de lokatie van dit schoolge
bouw bewust gekozen voor het
meest zuidelijk gelegen deelplan om
zodoende het de kinderen van R K -
signatuur uit Leusden-zuid beter
mogelijk te maken een R.K.-school
te bezoeken. Momenteel wordt de
openbare lagere school ,,'t Palet" te
Leusden-zuid bezocht door 76 leer
lingen uit R.K.-gezinnen. Indien een
R.K.-school in het plan „Wilden
burg" aantrekkingskracht zou blij
ken te hebben op leeringen uit Leus
den-zuid, zou dat betekenen, dat het
R.K.-onderwijs uit de tweede fase,
ook nog een deel van de leerlingen
uit Leusden-zuid zou moeten opvan
gen. Enerzijds zou dit aanbod te
groot zijn om door de scholenkop
pels „Kinderland" en „Rossenberg"
te kunnen worden opgevangen,
doch anderzijds is dit aanbod niet
groot genoeg om naast deze twee
scholenkoppels nog een derde com
plete 6-klassige lagere en 2-klassige
kleuterschool te stichten. In die situ
atie zal het over-aanbod waarschijn
lijk opgevangen dienen te worden
door het plaatsen van mobiele loka
len bij de nieuwe „Kinderland"-
school.
Er is evenwel een alternatief indien
de „Rossenberg"-school als opvang
voor de leerlingen van de tweede
fase zou wegvallen. In het kader van
de integratiegedachte zou bijvoor
beeld overwogen kunnen worden
om de kleuterschool „Klein Rossen
berg", die in een apart schoolge
bouw is ondergebracht, te zijner tijd
te huisvesten in het gebouw van de
lagere school „Rossenberg". Hier
door zou het gebouw van laatstge
noemde kleuterschool vrijkomen en
zou hieraan een andere bestemming
kunnen worden gegeven, doch te
vens zou kunnen worden bereikt dat
in de tweede fase naast de school
„Kinderland" een tweede R.K.-
school kan worden gesticht met 6
klassen l.o. en 2 klassen k.o. Deze
oplossing lijkt een evenwichtige
spreiding van de leerlingen ten goe
de te komen.
MONTESSORI-ONDERWIJS
Een zeer sterke groei valt te ver
wachten van het Montessori-onder-
wijs. In 1984 zullen waarschijnlijk
280 leerlingen de lagere en 93 de
kleuterschool bezoeken. Dat bete
kent dat er dan respectievelijk 10 en
vier leerkrachten aan deze vorm van
onderwijs verbonden moeten zijn.
Dat kan allemaal niet in de onlangs
officieel geopende Montessori
school 't Ronde. Er zullen op wat
langere termijn vier vijf mobiele
lokalen bij geplaatst moeten worden.
GEREFORMEERD ONDERWIJS
(ARTIKEL 31)
Er bestaan plannen om het school
gebouw voor het Gereformeerd on
derwijs aan de Rozengaarde uit te
breiden met 2 lokalen ten behoeve
van het lager onderwijs.
Wanneer deze plannen zullen zijn
gerealiseerd biedt het schoolge
bouw voldoende ruimte om de leer
lingen van het kleuter- en lager on
derwijs t/m 1984 op te vangen.
ACCOMMODATIES TEN BE
HOEVE VAN HET GYMNA
STIEKONDERWIJS
Indien het evenementencentrum in
„Hamershof', waarin onder andere
een sporthal is gepland, wordt gere
aliseerd. is het de bedoeling om de
vervolg op pagina 5
„Loysden" (foto). De Woelige Hoek, t Palet en de Blokkendoos in Leusden/Zuid, nu in vier geboawen, zullen straks in
twee gebouwen worden ondergebracht.