Liliane Kools: het verhaal van een violiste die een boek
ging schrijven over de symboliek van het Hebreeuws
Erfenis
„Slaven van de klan" -
sublieme Jack Vance
„Mijn vriend
Jossele"
Erfenis van
het kwaad";
horror-thriller
van het
DINSDAG 22 JUL11980
interview
Liliane Kools. (Foto: Christine Spek).
AMERSFOORT Vandaag het re
laas van een violiste, die via de studie
van het Hebreeuws tot het schrijven
van een boek, „Openaring": symbo
liek van het Hebreeuws'' is gekomen.
Dat boek komt medio-eind septem
ber 1980, uit onder haar meisjesnaam
bij uitgeverij „Servire" b.v. te Katwijk.
Die violiste-schrijfster is Liliane
Kools-Warris.
Ik vraag haar hoe ze tot de keuze
van het vak van violiste is gekomen.
..Dat is vanzelf gegaan", zegt ze
..Mijn moeder speelde voortreffelijk
piano. Ze had een zangopleiding ge
noten. en zong veel op liefdadig-
heidskonserten Ze werd nooit be
roeps dat was in die dagen voor een
vrouw bijna niet mogelijk.
Zo kwam ik met de muziek in aan
raking Mijn vader wilde dat ik rech
ten deed. ik begon met een viool, en
de dialoog in het gezin viel ten gunste
van de viool uit Ik ben daar laat mee
begonnen. Pas op mijn veertiende
jaar Toen vroeg ik of ik naar het
Conservatorium mocht Ik deed eerst
staatsexamen, en zo kon ik mijn mu
ziekopleiding in drie in plaats van zes
jaar doen
Toen heb ik nog een paar jaar
gestudeerd, en in 1953 ging ik sollici
teren Eerst was ik nog van plan het
solistenexamen te doen. maar ik wou
toch liever in een orkest spelen, en
kijken of ik kamermuziek kon doen
BRABANTS ORKEST
Ik solliciteerde bij het Brabants
orkest, en werd meteen aangeno
men Zeven jaar heb ik in dat orkest
gespeeld
Ik stond op het punt om naar het
Frankfurter Radiofilharmonisch Or
kest te gaan. toen ik mijn man ont
moette Die zei nee tegen Frankfurt.
„We gaan trouwen", zei ie. Gezien de
specialisatie van mijn man in Amster
dam gingen we naar Utrecht, en ik
ging werken bij het Utrechts Stedelijk
Orkest Toen we ons in Amersfoort
vestigden ging ik werken bij het Ra
dio Kamerorkest in Hilversum
Mijn Brabantse tijd was de meest
vruchtbare Ik richtte het trio Musica
Instrumentalis op met de pianist Wil
lem Adriaansz en de eerste fluitist
Dick Mooy
RADIO KAMERORKEST
Ik heb vrij lang bij het Radio Ka
merorkest gewerkt. Ik heb dat met
veel plezier gedaan. Tot het in de
praktijk zó druk werd. dat ik niet meer
iedere dag op en neer naar Hilversum
kon gaan Och, ook belasting-tech
nisch was het niet zo interessant
„Heb u het er niet moeilijk mee
gehad om op te houden met spelen?
En voelde u het niet als een zichzelf te
kort doen, zeker wat uw speeltech-
niek betreft?"
„Ik heb het wel moeilijk gehad
Maar het proces werd goed opgevan
gen. Ik ben niet in een hoekje gaan
zitten treuren. Ik bleef studeren, met
in mijn achterhoofd de gedachten om
het vioolspelen ooit weer op te ne
men
Je hebt een enorme routine. Als je
even studeert, dan merk je dat je vrij
snel op je oude peil terugkomt. Je
kunt zien. dat je het erg veel gedaan
hebt
Nog tijdens het Radio Kamerorkest
ben ik me gaan interesseren voor het
Hebreeuws. Ik had 's avonds vrij en
ben in die avonduren met hebreeuws
begonnen."
„Voordat we op uw boek komen is
het best aantrekkelijk om wat muzi
kale herinneringen op tehalen. Welke
muziek had uw voorkeur?"
„Ik heb me voornamelijk gespeci
aliseerd op de oude Barok-muziek
In Amersfoort had ik trouwens ook
een trio twee violen met orgel. Voor
onszelf maakte we programmaatjes,
en voerden die uit Met ontzaglijk veel
genoegen.
Ik heb een prachtig instrument,
een oude Italiaan Een Andreas Gu-
arnerius van 1680. Herinneringen?
Als orkestlid beleef je van alles.
MET EEN KLEUR
ALS EEN BOEI DEED
IK MIJN RITS DICHT
Ik moest een konsert geven in het
Concertgebouw in Amsterdam. Mijn
man en ik waren de weg kwijt in
Amsterdam. In het Vondelpark keer
den we over het gras met de auto om.
en ik riep vertwijfeld „Ik móet om
20.00 uur inhet Concertgebouw zijn!"
Ik besloot me in de auto om te kleden.
Ik holde de zaal in, en kwam en
plein public tot de ontdekking, dat ik
mijn ritssluiting nog moest dicht
doen. Ik zat helemaal vooraan, en
met een kleur als een boei ritste ik
mijn jurk dicht.
Nóg dwazer Mijn man werkte in
Groningen, en werd gebeld of ik het
in Gronings Orkest wilde invallen Ik
zei. „Oké, maar ik heb geen avond
kleding bij me. Ik moest meteen naar
de repetitie Had een zwart truitje
aan. Dat was iets. Van een vriendin
kreeg ik een wijde rok maat 42 ik heb
maar 38 Om de rok deed ik een
touwtje. Maar ik heb schoenen maat
36. en iemand leende mij een paar
zwarte pumps maar 39. Die schoenen
waren veel te wijd en te groot Ik ging
naar mijn plaats, en bleef daar ook in
de pauze als en blok graniet zitten.
Maar na afloop van het konsert kon ik
niet blijven zitten, en tot grote hilari
teit van het publiek strompelde ik met
mijn grote schoenen het podium af.
Je maakt veel busreizen. Je komt erg
laat thuis. Je maakt onderlinge af
spraken voor een goed plaatsje in de
bus. „Ik pak jouw viool in, en dan ga
jij de bus in om een goed plaatsje
voor ons uit te zoeken."
Wat hebben we veel beleefd. Wat
hadden we een onderlinge band. je
trok dag en nacht met elkaar op.
Als orkestlid was je een gezien
persoon bij het publiek Je werd door
het publiek met respekt benaderd.
Het publiek kent je. Spreekt je aan Je
zit onder het lamplicht, bent leuk
opgemaakt, leuk gekleed Het is een
kijkspel. Voor jezelf is de zaal een
schimmemspel Maar je kleede je er
voor. Je ging echt op. en je maakte
echt muziek
DE OUDE SOURDINE
Ik had een oude sourdine, dat is
een instrumentje dat je op de brug
van je viool kunt zetten Dat geeft een
nasaal geluid. Als je opnamen voor
een grammofoonplaat maakt, moet
uiteraard alles doodstil zijn. Als er
één verkeerd geluid bij komt. moet de
gehele opname over. Natuurlijk viel
mijn oude sourdine met een klap op
de grond tijdens de opnamen Toen
heb ik me een rubber sourdine aan
geschaft'
Op een keer werden er televisieop
namen gemaakt. We waren in grand
tenue, en ik had lange oorbellen aan
We waren ingespannen bezig ge
weest. en die lampen maakten het zó
heet De oorbellen gingen me pijn
doen Toen het konsert was afgelo
pen deed ik met een zucht van ver
lichting mijn oorbellen uit Net op dat
moment nam de cameraman een clo
se up vn me. „Dat vergeet ik nooit!"
zei mijn man.
Ik heb met veel buitenlandse gast-
dirigenten gewerkt. Dat was een op-
frissertje Heel verrassend. Een heel
andere aanpak.
27 MAAL ACHTEREEN
DE MATTHAÜSPASSION
Zevenentwintig keer achter elkaar
speelde je de Matthaus Passion met
allerlei koren en hun dirigenten. Ik
herinner me een koordirigent, die
tegen de maat insloeg. In paniek
vroeg ie aan een solist: „Waar zijn
we?" Ook op een repetitie nam je
altijd de hele Passion door. Voor ons
was het de zoveelste keer. Voor zo'n
koordirigent was het een heel evene
ment Het koor in gala En hij, dirige
rend koor én orkest.
De houtblazers hebben grote ge
deelten van de passion niets te doen.
Ze hebben op hun lessenaar een
boek of tijdschrift staan om te lezen.
Ze pakken hun instrument op een
bepaald moment, blazen een gedeel
te mee, en gaan weer verder met
lezen. Had je de reakties van het koor
moeten horen een schande, dat zó
iets gebeurde Dat moest die dirigent
dan gaan uitleggen
BRUCKNER VANAF HET
TOILET
's Middags gaven we schoolkon-
serten We speelden op die scholen
wel eens, als een soort repetitie, het
grote werk dat we 's avonds op een
„gewoon" konsert moesten uitvoe
ren Zo speelden we eens ergens in
een school op een podium, dat veel te
klein was, een symfonie van Bruck
ner! Plotseling schoof de violist een
deurtje open om ruimte te krijgen. Er
was daar een toilet, en daar ging die
violist zitten spelen. Dat bekken trek
ken vanuit het toilet' En de dirigent
werd als maar roder en kwader!
HEIN JORDANS
Wij speelden voor allerlei soorten
schoolpubliek In Brabant kwamen
we vooral op kostscholen. Dirigent
Hein Jordans was een zeer geordend
mens, en die hield er niet van als de
leerlingen met het een of ander in de
rondte gooiden. Dan hield ie op, en
zei dat we ogenblikkelijk weggingen,
als ze niet rustig werden. Het werd
altijd muisstil. Hij had een ontzaglijk
overwicht. De dirigent hield een inlei
ding De viool, de cello, de bas wer
den gedemonstreerd om het verschil
in klankwijdte te doen horen. Ik heb
met veel plezier onder Hein Jordans
gewerkt. Hij is nu gepensioneerd.
Wat een evenment was. dat was het
Holland Festival Bij een balletvoor
stelling zaten wij onder in de bak. We
probeerden toch iets van het dansen
te zien. We namen spiegels mee. en
die hingen we aan de rand van de bak
op Zo zagen wij ook iets van het
ballet."
„Toen u vanwege de praktijk van
uw echtgenoot niet meer steeds naar
Hilversum kon gaan, nam u het
Hebreeuws op. Waarom koos u die
taal?"
„Niet om te gebruiken als spreek
taal. maar om de symboliek en de
achtergronden Van lieverlee heb ik
vele relaties ontdekt, want ook de
struktuur van de symboliek van het
oude testament zet zich in het nieuwe
testament voort Dat is bij mij geen
christelijke theologie, maar een zui
ver struktureel gegeven Dat is het
nieuwe dat ik heb mogen ontdekken.
Als kind was ik sterk gelovig, geb
onden aan de godsopenbaring Ik
voelde toen al aan. dat er een tijd zou
komen, dat ik iets met de bijbel zou
gaan doen Ik heb dat overigens niet
gezocht Het wós er op een zeker
moment.
„Was misschien een vakantie in
Israël daar de aanleiding toe?"
„Ik maakte met mijn man een reis
door Turkije en het nabije oosten. We
bezochten die gebieden in Jordanië,
die momenteel onder Israëlisch be
heer zijn Hebron. Jeruzalem, Bethle
hem. Maar Nazareth heb ik niet ge-
doorAnco Mali
zien. want Israël zelf hebben wij niet
bezocht.
GETALSVERHOUDINGEN
In het Hebreeuws bestaan getals
verhoudingen, die iets bedoelen, die
een bepaaldezin hebben. Het Joodse
denken zegt, dat de schepping is
ontstaan uit het goddelijke, dat zich
presenteert als een totale eenheid.
Uit die eenheid is de dualiteit ont
staan. De weg van de dualiteit is de
weg van deze wereld, om weer opge
nomen te worden in de eenheid
In getalswaardering wordt dat uit
gedrukt in 12. 2,1 In het Hebreeuws
kennen wij het woord abba, dat vader
betekent. Het woord abba heeft die
getalswaardering als struktuur in
zich. namelijk ABBA—1-2-2—1. Ab
ba kun je splitsen in ab. wat vader
betekent; en ba, wat „kom" betekent.
Abba betekent dus tevens komt te
rug tot de vader De dualiteit in tegen
stelling zoals die zich in de schep
ping manifesteert lost zich op in de
eenheid van het begrip „Kom tot de
vader" (God).
Zo zijn er vanuit deze gedachte
talloze voorbeelden. Het Hebreeuw
se woord emet betekent: waarheid.
Het is opgebouwd uit de medeklin
kers aleph=1, mem=40 en tav=400.
De aleph als de 1 is de representant
van de goddelijkewereld, de onzicht
bare kant. Als ik de aleph weglaat, dat
krijg ik „met", wat „dood" betekent.
Dus de waarheid ligt uitsluitend in de
verbinding van de schepping met de
eenheid, de oorsprong Is men van de
oorsprong afgesneden, dan wordt de
waarheid tot het begrip „dood" Je
zus de Christus, zelf oorsprong zijn
de, zegt. „Ik ben de weg, de waarheid
en (met als konsekwentie) het leven!
De relatie tussen oud en nieuw
testament is in strukturele zin vanuit
de hebreeuwse taal nooit gelegd. Je
ontdekt het, je gaat het opschrijven,
en het blijkt een uniek gegeven te
zijn.
EEN ZICH IN DE TIJD
OPENBAREND BOEK
De bijbel is een boek, waarmee je
twee dingen kunt doen. Je kunt het
boek ontmythologiseren, maar dan
ontkracht je de openbaring Je kunt
de bijbel ook zien als een eeuwig
gegeven, dat zich in de menselijke
tijd uitdrukt, dat zich in tijdsfasen aan
de mens openbaart Dan komt er een
dimensie bij. Het is geen mensen
werk. maar helemaal voor de mens
bestemd. Het gaat over tijd en ruimte
heen naar de eeuwigheid. De tijd is
een „worden" naar het „zijn".
Er zijn theologen, die zich houden
aan de gevestigde dogmatiek, en die
zich met deze vorm van bijbelkennis
niet bezighouden. Sommigen van
hen wijzen deze benadering af, als
niet ter zake doende mystiek
De dualiteit openbaart zich in iede
re mens. zijn keuzen van gevoelen en
willen, denken en doen Dat ik me
hiermee ging bezighouden kwam
niet uit de problematiek voort dat ik
niet meer kon musiceren. Het kwam
als een openbaring, het verdringt de
muziek ook niet: het is er een aanvul
ling op
De heer Verwey, die het voorwoord
bij mijn boek heeft geschreven is een
publicist. Hij heeft onder meer bijdra
gen geleverd aan het theologische
blad „In de Waagschaal", waarvan
destijds K H. Miskotte hoofdredak-
teur was Hij was onder meer jaren
lang hoofd-redakteur van het refor
matorisch opinieblad „Koers". Hij
heeft veel theologische werken op
zijn naam staan Hij is een vriend van
ons, en hij heeft de stoot tot het boek
gegeven
EVANGELISCHE
BIJBELSCHOOL IN
DOORN
Ik heb les gegeven aan de Evange
lische Bijbelschool in Doorn Daar
heb ik het spreken als zodanig ge
leerd Daar gaf ik les aan jongeren
tussen de achttien en vijentwintig
jaar.
Pas later ontdek je. dat dat een
voorbereiding is voor het latere feite
lijke werk.
In Amersfoort gaf ik een winterkur-
sus in „De Amershof" En ik schreef
een serie artikelen. Verwey zei eens
tegen mij: „Schrijven, dat heb je of
dat heb je niet Dat kun je niet leren".
Ik kon trouwens toch niet meer op
houden Vóór die tijd had ik al een
boekje geschreven over eschatolo
gie Dat wil ik nu gaan omwerken
voor een breder publiek.
Na het eerste deel van mijn boek
komt nog een tweede deel. En dan wil
ik nog een stuk of tien verhalen uit de
Joodse symboliek publiceren. Ik kan
voorlopig dus vooruit!"
„Raadpleegt u thora en talmud bij
uw publikaties?"
„Ik mag gebruik van de commenta
ren op thora en de talmud. Vooral op
die van de Midrash, de zogenaamde
overleveringen om de bijbel heen
Het is bijna ongelofelijk Plotseling
zie je in de thora twee vergrote letters
in een tekst staan Dat is geen zetfout.
De eerste vergrote letter van het eer
ste woord en de laatste vergrote letter
van het laatste woord vormen een
woord, dat rechtstreeks in verbinding
staat tot de inhoud van de zin.
Toen ik dacht welke titel voor mijn
boek. was er eigenlijk maar één titel
mogelijk: Openbaring, want het He
breeuwse alphabet is een openba
ring.
De Hebreeuwse letters hebben na
melijk alle een getalswaarde en deze
geven verhoudingen ten opzichte
van elkaar weer Er is als het ware een
wereld van het woord als het vormge-
wordene in de tijd. en een wereld van
het getal als het opzichtbare Beide
zijn echter één Die getalsstruktuur is
het wezen van het woord. Het getal
leeft mee
Het Hebreeuws is een oorsprongs
taal, een oertaal. Jezus sprak als
omgangstaal Aramees, en las He
breeuws in de tempel. Opvallend is
ook het gegeven van de Gods open
baring aan Paulus. In Handelingen 26
wordt in verband hiermee speciaal de
aandacht gevestigd op het feit. dat dit
in het Hebreeuws gebeurt. Je krijgt
dan, als je met die dingen bezig bent.
een brainwave. Natuurlijk was het
Hebreeuws, want het was een open
baring vanuit het goddelijke
Zo ben ik van het materiële, zou je
kunnen zeggen, overgstapt naar het
onzichtbare, wezenlijke Het heeft
me geen moeite gekost Het is ge
woon een proces.
In haar weinige vrije tijd dressert
Liliane Kools-Warris haar vier hon
den: een setter en drie heidewach-
tels. En zij heeft een bijzondere voor
liefde voor een vossenpaar. dat zij in
een grote ren in haar tuin heeft ge
huisvest. Als zij van vakantie thuis
komt, is het vossenpaar dolzinnig van
vreugde dat ze er weer is. Zij toont mij
foto's van de honoen en vossen En
het is haar aan te zien. dat ze zeer op
de dieren is gesteld.
99
JofolQjMC
„The legacy,'' (Erfenis van het
kwaad) is typisch een boek om met
een verfilmd te worden door regis
seurs als Brian de Palma of John
Carpenter. Fantastische horror dus.
Hoewel ik in het algemeen een
liefhebber ben van de fantastische
literatuur en alijd zeer geboeid kijk
naar films van de eerdergenoemde
regisseurs, kan ik er niks aan doen,
maar moet ik toch vaak lachen als ik
boeken als „Erfenis van het kwaad"
lees. De auteur John Coyne zal het
allemaal wel bloedserieus bedoeld
hebben, maar ik ben bang dat dit
soort verhalen het vooral moeten
hebben van filmische effekten.
Zodra iets nuchter zwart op wit op
papier staat, lijkt het eerder een kwaad
aardig sprookje, temeer omdat Coyne's
geloofwaardigheid niet bepaald opti
maal genoemd kan worden. Je kunt
natuurlijk altijd een hele hoop nonsens
vertellen, als je het maar geloofwaardig
doet Ergens hebben we allemaal de
neiging om iets ongelooflijks te willen
verklaren en dan het liefst nog op een
wijze, waardoor er niets ongelooflijks
meer overblijft, hoogstens een onge
lukkige samenloop van merkwaardige
omstandigheden.
In „Erfenis van het kwaad" is het al
lemaal best bloedstollend verteld, maar
zo nu en dan schiet rk in de lach. zoals
op het moment, dat Maggie Walsh en
haar vriend Pete het geheimzinnige
landgoed ontvluchten met een gestolen
Rolls Royce om dan tot de ontdekking
te komen dat de wagen, waar je ook
naar toe rijdt, altijd weer op het land
goed terugkomt, zoiets is onverklaar
baar. en lijkt op papier een slapstick Als
het in een film gebeurt, voila, dan is het
wat anders. Daarom is mijn advies:
maak er snel een goede film van
En voor hen die van horror houden -
„The legacy" is horror - moet maar
voorbij zien aan het ongerijmde. Er valt
verder genoeg te griezelen
„Erfenis van het kwaad" (The lega-
cy-1978). Vertaald door H. de Otter.
1980. Uitgegeven door de Zuidhol
landse Uitgeversmaatschappij te
Amsterdam, paperback 182 blz.
Eén van de meest befaamde Israëli
sche schrijvers is de columnist Ephraim
Kishon. die vooral bekendheid verwierf
met zijn verschillende bundels vol korte
satires. De Jan Blokker van Israël zou je
hem kunnen noemen
Vijftig van deze satires zijn opgeno
men in de nieuwste bundel van Kishon:
„Mijn vriend Jossele" Jossele is in on
geveer de helft van deze stukjes de
held, die de Israëlische autoriteiten op
allerlei mogelijke manieren te slim af is.
Ik lees altijd met erg veel plezier de
bundels van Kishon, ook al krijg je elke
keer weer de sterke indruk, dat deze
columnist de zaken sterk overdrijft
Want een staat als Israël zou al lang ten
onder zijn gegaan, als de werkelijkheid
van Kishon de realiteit van alle dag zou
zijn Toch zijn alle elementen in de ver
halen van Kishon natuurlijk gebaseerd
op het toch wel merkwaardige en uit
zonderlijke dagelijkse leven van de Is
raëliërs.
Het huidige Israel is samengesteld uit
een veelheid van culturen, kompleet
met eigen tradities, die met verve in ere
worden gehouden Hoewel de eigen
Joodse tradities natuurlijk overheersen,
kon niet worden voorkomen, dat de
'Joodse emigranten ook de gewoontes
en eigenaardigheden van het land
meebrachten, waar zij generaties lang
hebben gewoond
Kishon legt dat allemaal op amusante
wijze bloot, met de nadruk op de vele
'tegenstrijdigheden, die het Israëlische
volk beroeren en in beweging houden
Spottend legt Kishon de vinger op de
bijzonder zere plek de schier onuit
puttelijke bureaukratie. die soms het
openbare leven lamlegt op een onge
looflijke wijze, maar anderzijds tot nut is
van iedereen, die een tikkeltje handig is
„Mijn vriend Jossele" is een kostelij
ke bundel
V.
..Mijn vriend Jossele", 1977.
Vertaling: Herman van der Klei
1980. Uitgave Bruna Zn te Utrecht -
Zwarte Beertjes 1874
prijs 5,75.
Jack Vance is één van de beste
science fiction-schrijvers van dit
moment. Ook In Nederland worden
zijn verhalen en romans graag gele
zen, getuige de grote reeks titels, die
Meulenhoff tot nu toe uitbracht Van
ce' werk kan in grote lijnen gesplitst
worden in twee genre's. In de eerste
plaats het grootse avonturen-werk,
waarin hij op een onnavolgbare wijze
nieuwe werelden en culturen laat
ontstaan, die zo levensecht overko
men, dat je er onherroepelijk in gaat
geloven. (Tschai, de waanzinnige
planeet; Durdane en net te vergeten
de Duivelsprinsen-serie).
Een tweede genre dat hij uitstekend
beheerst is de fantasy en dan nog met
name als het zich afspeelt op de oude.
stervende aarde, waarin de magie aan
het afnemen is en alles oud en traag
aan het worden is (De stervende aarde.
Het laatste kasteel, Ogen van de over-
wereld).
Korte verhalen schreef Vance ook.
maar in werkelijkheid zijn het eerder
novelle s. Verhalen, die tussen de der
tig en 100 bladzijden beslaan Een
bloemlezing uit het kortere werk van
Vance verscheen kortgeleden in de
Meulenhoff SF-reeks onder de titel.
„De slaven van de Klau". Zeven korte
en langere verhalen, waarvan het titel
verhaal de lengte van een korte roman
heeft.
In hoofdzaak ouder werk, geschre
ven tussen 1950 en 1967. Het ruige
ruimtevaarderswerk wordt amusant
beschreven in „Zeil 25", fantasy is in
ruime mate aanwezig in „Wanneer de
vijf manen opkomen", terwijl in „De
planeetmachine" het betere
avonturenwerk van Vance excelleert,
kompleet met een vreemde bescha
ving. Dat is ook het geval in één van de
beste verhalen uit deze bundel, het
schitterende verhaal ..De Potten
bakkers van Firsk". „De slaven van de
Klau" tenslotte is een korte roman over
de aardman Barch. die door het lot in
handen valt van een wrede buiten
aardse beschaving en zich als mens
weet te handhaven, zelfs weet te over
winnen. Op het eerste gezicht een hel
den-epos, maar Vance is een meester
in het cynisme ten aanzien van discri
minatie. De wijze, waarop hij andere
volkeren uit de kosmos gestalte geeft
en de houding van mensen ten opzichte
van die volkeren, is uitermate relativer
end. leder volk, aldus de theorie van
Vance, heeft haar eigen goede en
slechte eigenschappen Geen enkel
volk is in principe beter dan een ander.
In „De slaven van de Klau is dit prin
cipe op uitstekende wijze uitgewerkt tot
een spannend, maar vooral ook erg
amusant avonturen-verhaal vol vreem
de buitenaardse wezens, die door be
schrijving van Vance voor ons gaan le
ven. zelfs sympathiek worden. Aanbe
volen.
V.
„De slaven van de Klau", zeven won
derlijke verhalen van Jack Vance.
Vertaling: Jalme Martljn. 1980.
Uitgave: Meulenhotf-Nederland.
SF-reeks nr. 154. Paperback-335 blz.
12,50.
Liliane Kools thuis, met hond. (Foto: Christine Spek).