Liliane Kools: het verhaal van een violiste die een boek ging schrijven over de symboliek van het Hebreeuws Erfenis „Slaven van de klan" - sublieme Jack Vance „Mijn vriend Jossele" Erfenis van het kwaad"; horror-thriller van het DINSDAG 22 JUL11980 interview Liliane Kools. (Foto: Christine Spek). AMERSFOORT Vandaag het re laas van een violiste, die via de studie van het Hebreeuws tot het schrijven van een boek, „Openaring": symbo liek van het Hebreeuws'' is gekomen. Dat boek komt medio-eind septem ber 1980, uit onder haar meisjesnaam bij uitgeverij „Servire" b.v. te Katwijk. Die violiste-schrijfster is Liliane Kools-Warris. Ik vraag haar hoe ze tot de keuze van het vak van violiste is gekomen. ..Dat is vanzelf gegaan", zegt ze ..Mijn moeder speelde voortreffelijk piano. Ze had een zangopleiding ge noten. en zong veel op liefdadig- heidskonserten Ze werd nooit be roeps dat was in die dagen voor een vrouw bijna niet mogelijk. Zo kwam ik met de muziek in aan raking Mijn vader wilde dat ik rech ten deed. ik begon met een viool, en de dialoog in het gezin viel ten gunste van de viool uit Ik ben daar laat mee begonnen. Pas op mijn veertiende jaar Toen vroeg ik of ik naar het Conservatorium mocht Ik deed eerst staatsexamen, en zo kon ik mijn mu ziekopleiding in drie in plaats van zes jaar doen Toen heb ik nog een paar jaar gestudeerd, en in 1953 ging ik sollici teren Eerst was ik nog van plan het solistenexamen te doen. maar ik wou toch liever in een orkest spelen, en kijken of ik kamermuziek kon doen BRABANTS ORKEST Ik solliciteerde bij het Brabants orkest, en werd meteen aangeno men Zeven jaar heb ik in dat orkest gespeeld Ik stond op het punt om naar het Frankfurter Radiofilharmonisch Or kest te gaan. toen ik mijn man ont moette Die zei nee tegen Frankfurt. „We gaan trouwen", zei ie. Gezien de specialisatie van mijn man in Amster dam gingen we naar Utrecht, en ik ging werken bij het Utrechts Stedelijk Orkest Toen we ons in Amersfoort vestigden ging ik werken bij het Ra dio Kamerorkest in Hilversum Mijn Brabantse tijd was de meest vruchtbare Ik richtte het trio Musica Instrumentalis op met de pianist Wil lem Adriaansz en de eerste fluitist Dick Mooy RADIO KAMERORKEST Ik heb vrij lang bij het Radio Ka merorkest gewerkt. Ik heb dat met veel plezier gedaan. Tot het in de praktijk zó druk werd. dat ik niet meer iedere dag op en neer naar Hilversum kon gaan Och, ook belasting-tech nisch was het niet zo interessant „Heb u het er niet moeilijk mee gehad om op te houden met spelen? En voelde u het niet als een zichzelf te kort doen, zeker wat uw speeltech- niek betreft?" „Ik heb het wel moeilijk gehad Maar het proces werd goed opgevan gen. Ik ben niet in een hoekje gaan zitten treuren. Ik bleef studeren, met in mijn achterhoofd de gedachten om het vioolspelen ooit weer op te ne men Je hebt een enorme routine. Als je even studeert, dan merk je dat je vrij snel op je oude peil terugkomt. Je kunt zien. dat je het erg veel gedaan hebt Nog tijdens het Radio Kamerorkest ben ik me gaan interesseren voor het Hebreeuws. Ik had 's avonds vrij en ben in die avonduren met hebreeuws begonnen." „Voordat we op uw boek komen is het best aantrekkelijk om wat muzi kale herinneringen op tehalen. Welke muziek had uw voorkeur?" „Ik heb me voornamelijk gespeci aliseerd op de oude Barok-muziek In Amersfoort had ik trouwens ook een trio twee violen met orgel. Voor onszelf maakte we programmaatjes, en voerden die uit Met ontzaglijk veel genoegen. Ik heb een prachtig instrument, een oude Italiaan Een Andreas Gu- arnerius van 1680. Herinneringen? Als orkestlid beleef je van alles. MET EEN KLEUR ALS EEN BOEI DEED IK MIJN RITS DICHT Ik moest een konsert geven in het Concertgebouw in Amsterdam. Mijn man en ik waren de weg kwijt in Amsterdam. In het Vondelpark keer den we over het gras met de auto om. en ik riep vertwijfeld „Ik móet om 20.00 uur inhet Concertgebouw zijn!" Ik besloot me in de auto om te kleden. Ik holde de zaal in, en kwam en plein public tot de ontdekking, dat ik mijn ritssluiting nog moest dicht doen. Ik zat helemaal vooraan, en met een kleur als een boei ritste ik mijn jurk dicht. Nóg dwazer Mijn man werkte in Groningen, en werd gebeld of ik het in Gronings Orkest wilde invallen Ik zei. „Oké, maar ik heb geen avond kleding bij me. Ik moest meteen naar de repetitie Had een zwart truitje aan. Dat was iets. Van een vriendin kreeg ik een wijde rok maat 42 ik heb maar 38 Om de rok deed ik een touwtje. Maar ik heb schoenen maat 36. en iemand leende mij een paar zwarte pumps maar 39. Die schoenen waren veel te wijd en te groot Ik ging naar mijn plaats, en bleef daar ook in de pauze als en blok graniet zitten. Maar na afloop van het konsert kon ik niet blijven zitten, en tot grote hilari teit van het publiek strompelde ik met mijn grote schoenen het podium af. Je maakt veel busreizen. Je komt erg laat thuis. Je maakt onderlinge af spraken voor een goed plaatsje in de bus. „Ik pak jouw viool in, en dan ga jij de bus in om een goed plaatsje voor ons uit te zoeken." Wat hebben we veel beleefd. Wat hadden we een onderlinge band. je trok dag en nacht met elkaar op. Als orkestlid was je een gezien persoon bij het publiek Je werd door het publiek met respekt benaderd. Het publiek kent je. Spreekt je aan Je zit onder het lamplicht, bent leuk opgemaakt, leuk gekleed Het is een kijkspel. Voor jezelf is de zaal een schimmemspel Maar je kleede je er voor. Je ging echt op. en je maakte echt muziek DE OUDE SOURDINE Ik had een oude sourdine, dat is een instrumentje dat je op de brug van je viool kunt zetten Dat geeft een nasaal geluid. Als je opnamen voor een grammofoonplaat maakt, moet uiteraard alles doodstil zijn. Als er één verkeerd geluid bij komt. moet de gehele opname over. Natuurlijk viel mijn oude sourdine met een klap op de grond tijdens de opnamen Toen heb ik me een rubber sourdine aan geschaft' Op een keer werden er televisieop namen gemaakt. We waren in grand tenue, en ik had lange oorbellen aan We waren ingespannen bezig ge weest. en die lampen maakten het zó heet De oorbellen gingen me pijn doen Toen het konsert was afgelo pen deed ik met een zucht van ver lichting mijn oorbellen uit Net op dat moment nam de cameraman een clo se up vn me. „Dat vergeet ik nooit!" zei mijn man. Ik heb met veel buitenlandse gast- dirigenten gewerkt. Dat was een op- frissertje Heel verrassend. Een heel andere aanpak. 27 MAAL ACHTEREEN DE MATTHAÜSPASSION Zevenentwintig keer achter elkaar speelde je de Matthaus Passion met allerlei koren en hun dirigenten. Ik herinner me een koordirigent, die tegen de maat insloeg. In paniek vroeg ie aan een solist: „Waar zijn we?" Ook op een repetitie nam je altijd de hele Passion door. Voor ons was het de zoveelste keer. Voor zo'n koordirigent was het een heel evene ment Het koor in gala En hij, dirige rend koor én orkest. De houtblazers hebben grote ge deelten van de passion niets te doen. Ze hebben op hun lessenaar een boek of tijdschrift staan om te lezen. Ze pakken hun instrument op een bepaald moment, blazen een gedeel te mee, en gaan weer verder met lezen. Had je de reakties van het koor moeten horen een schande, dat zó iets gebeurde Dat moest die dirigent dan gaan uitleggen BRUCKNER VANAF HET TOILET 's Middags gaven we schoolkon- serten We speelden op die scholen wel eens, als een soort repetitie, het grote werk dat we 's avonds op een „gewoon" konsert moesten uitvoe ren Zo speelden we eens ergens in een school op een podium, dat veel te klein was, een symfonie van Bruck ner! Plotseling schoof de violist een deurtje open om ruimte te krijgen. Er was daar een toilet, en daar ging die violist zitten spelen. Dat bekken trek ken vanuit het toilet' En de dirigent werd als maar roder en kwader! HEIN JORDANS Wij speelden voor allerlei soorten schoolpubliek In Brabant kwamen we vooral op kostscholen. Dirigent Hein Jordans was een zeer geordend mens, en die hield er niet van als de leerlingen met het een of ander in de rondte gooiden. Dan hield ie op, en zei dat we ogenblikkelijk weggingen, als ze niet rustig werden. Het werd altijd muisstil. Hij had een ontzaglijk overwicht. De dirigent hield een inlei ding De viool, de cello, de bas wer den gedemonstreerd om het verschil in klankwijdte te doen horen. Ik heb met veel plezier onder Hein Jordans gewerkt. Hij is nu gepensioneerd. Wat een evenment was. dat was het Holland Festival Bij een balletvoor stelling zaten wij onder in de bak. We probeerden toch iets van het dansen te zien. We namen spiegels mee. en die hingen we aan de rand van de bak op Zo zagen wij ook iets van het ballet." „Toen u vanwege de praktijk van uw echtgenoot niet meer steeds naar Hilversum kon gaan, nam u het Hebreeuws op. Waarom koos u die taal?" „Niet om te gebruiken als spreek taal. maar om de symboliek en de achtergronden Van lieverlee heb ik vele relaties ontdekt, want ook de struktuur van de symboliek van het oude testament zet zich in het nieuwe testament voort Dat is bij mij geen christelijke theologie, maar een zui ver struktureel gegeven Dat is het nieuwe dat ik heb mogen ontdekken. Als kind was ik sterk gelovig, geb onden aan de godsopenbaring Ik voelde toen al aan. dat er een tijd zou komen, dat ik iets met de bijbel zou gaan doen Ik heb dat overigens niet gezocht Het wós er op een zeker moment. „Was misschien een vakantie in Israël daar de aanleiding toe?" „Ik maakte met mijn man een reis door Turkije en het nabije oosten. We bezochten die gebieden in Jordanië, die momenteel onder Israëlisch be heer zijn Hebron. Jeruzalem, Bethle hem. Maar Nazareth heb ik niet ge- doorAnco Mali zien. want Israël zelf hebben wij niet bezocht. GETALSVERHOUDINGEN In het Hebreeuws bestaan getals verhoudingen, die iets bedoelen, die een bepaaldezin hebben. Het Joodse denken zegt, dat de schepping is ontstaan uit het goddelijke, dat zich presenteert als een totale eenheid. Uit die eenheid is de dualiteit ont staan. De weg van de dualiteit is de weg van deze wereld, om weer opge nomen te worden in de eenheid In getalswaardering wordt dat uit gedrukt in 12. 2,1 In het Hebreeuws kennen wij het woord abba, dat vader betekent. Het woord abba heeft die getalswaardering als struktuur in zich. namelijk ABBA—1-2-2—1. Ab ba kun je splitsen in ab. wat vader betekent; en ba, wat „kom" betekent. Abba betekent dus tevens komt te rug tot de vader De dualiteit in tegen stelling zoals die zich in de schep ping manifesteert lost zich op in de eenheid van het begrip „Kom tot de vader" (God). Zo zijn er vanuit deze gedachte talloze voorbeelden. Het Hebreeuw se woord emet betekent: waarheid. Het is opgebouwd uit de medeklin kers aleph=1, mem=40 en tav=400. De aleph als de 1 is de representant van de goddelijkewereld, de onzicht bare kant. Als ik de aleph weglaat, dat krijg ik „met", wat „dood" betekent. Dus de waarheid ligt uitsluitend in de verbinding van de schepping met de eenheid, de oorsprong Is men van de oorsprong afgesneden, dan wordt de waarheid tot het begrip „dood" Je zus de Christus, zelf oorsprong zijn de, zegt. „Ik ben de weg, de waarheid en (met als konsekwentie) het leven! De relatie tussen oud en nieuw testament is in strukturele zin vanuit de hebreeuwse taal nooit gelegd. Je ontdekt het, je gaat het opschrijven, en het blijkt een uniek gegeven te zijn. EEN ZICH IN DE TIJD OPENBAREND BOEK De bijbel is een boek, waarmee je twee dingen kunt doen. Je kunt het boek ontmythologiseren, maar dan ontkracht je de openbaring Je kunt de bijbel ook zien als een eeuwig gegeven, dat zich in de menselijke tijd uitdrukt, dat zich in tijdsfasen aan de mens openbaart Dan komt er een dimensie bij. Het is geen mensen werk. maar helemaal voor de mens bestemd. Het gaat over tijd en ruimte heen naar de eeuwigheid. De tijd is een „worden" naar het „zijn". Er zijn theologen, die zich houden aan de gevestigde dogmatiek, en die zich met deze vorm van bijbelkennis niet bezighouden. Sommigen van hen wijzen deze benadering af, als niet ter zake doende mystiek De dualiteit openbaart zich in iede re mens. zijn keuzen van gevoelen en willen, denken en doen Dat ik me hiermee ging bezighouden kwam niet uit de problematiek voort dat ik niet meer kon musiceren. Het kwam als een openbaring, het verdringt de muziek ook niet: het is er een aanvul ling op De heer Verwey, die het voorwoord bij mijn boek heeft geschreven is een publicist. Hij heeft onder meer bijdra gen geleverd aan het theologische blad „In de Waagschaal", waarvan destijds K H. Miskotte hoofdredak- teur was Hij was onder meer jaren lang hoofd-redakteur van het refor matorisch opinieblad „Koers". Hij heeft veel theologische werken op zijn naam staan Hij is een vriend van ons, en hij heeft de stoot tot het boek gegeven EVANGELISCHE BIJBELSCHOOL IN DOORN Ik heb les gegeven aan de Evange lische Bijbelschool in Doorn Daar heb ik het spreken als zodanig ge leerd Daar gaf ik les aan jongeren tussen de achttien en vijentwintig jaar. Pas later ontdek je. dat dat een voorbereiding is voor het latere feite lijke werk. In Amersfoort gaf ik een winterkur- sus in „De Amershof" En ik schreef een serie artikelen. Verwey zei eens tegen mij: „Schrijven, dat heb je of dat heb je niet Dat kun je niet leren". Ik kon trouwens toch niet meer op houden Vóór die tijd had ik al een boekje geschreven over eschatolo gie Dat wil ik nu gaan omwerken voor een breder publiek. Na het eerste deel van mijn boek komt nog een tweede deel. En dan wil ik nog een stuk of tien verhalen uit de Joodse symboliek publiceren. Ik kan voorlopig dus vooruit!" „Raadpleegt u thora en talmud bij uw publikaties?" „Ik mag gebruik van de commenta ren op thora en de talmud. Vooral op die van de Midrash, de zogenaamde overleveringen om de bijbel heen Het is bijna ongelofelijk Plotseling zie je in de thora twee vergrote letters in een tekst staan Dat is geen zetfout. De eerste vergrote letter van het eer ste woord en de laatste vergrote letter van het laatste woord vormen een woord, dat rechtstreeks in verbinding staat tot de inhoud van de zin. Toen ik dacht welke titel voor mijn boek. was er eigenlijk maar één titel mogelijk: Openbaring, want het He breeuwse alphabet is een openba ring. De Hebreeuwse letters hebben na melijk alle een getalswaarde en deze geven verhoudingen ten opzichte van elkaar weer Er is als het ware een wereld van het woord als het vormge- wordene in de tijd. en een wereld van het getal als het opzichtbare Beide zijn echter één Die getalsstruktuur is het wezen van het woord. Het getal leeft mee Het Hebreeuws is een oorsprongs taal, een oertaal. Jezus sprak als omgangstaal Aramees, en las He breeuws in de tempel. Opvallend is ook het gegeven van de Gods open baring aan Paulus. In Handelingen 26 wordt in verband hiermee speciaal de aandacht gevestigd op het feit. dat dit in het Hebreeuws gebeurt. Je krijgt dan, als je met die dingen bezig bent. een brainwave. Natuurlijk was het Hebreeuws, want het was een open baring vanuit het goddelijke Zo ben ik van het materiële, zou je kunnen zeggen, overgstapt naar het onzichtbare, wezenlijke Het heeft me geen moeite gekost Het is ge woon een proces. In haar weinige vrije tijd dressert Liliane Kools-Warris haar vier hon den: een setter en drie heidewach- tels. En zij heeft een bijzondere voor liefde voor een vossenpaar. dat zij in een grote ren in haar tuin heeft ge huisvest. Als zij van vakantie thuis komt, is het vossenpaar dolzinnig van vreugde dat ze er weer is. Zij toont mij foto's van de honoen en vossen En het is haar aan te zien. dat ze zeer op de dieren is gesteld. 99 JofolQjMC „The legacy,'' (Erfenis van het kwaad) is typisch een boek om met een verfilmd te worden door regis seurs als Brian de Palma of John Carpenter. Fantastische horror dus. Hoewel ik in het algemeen een liefhebber ben van de fantastische literatuur en alijd zeer geboeid kijk naar films van de eerdergenoemde regisseurs, kan ik er niks aan doen, maar moet ik toch vaak lachen als ik boeken als „Erfenis van het kwaad" lees. De auteur John Coyne zal het allemaal wel bloedserieus bedoeld hebben, maar ik ben bang dat dit soort verhalen het vooral moeten hebben van filmische effekten. Zodra iets nuchter zwart op wit op papier staat, lijkt het eerder een kwaad aardig sprookje, temeer omdat Coyne's geloofwaardigheid niet bepaald opti maal genoemd kan worden. Je kunt natuurlijk altijd een hele hoop nonsens vertellen, als je het maar geloofwaardig doet Ergens hebben we allemaal de neiging om iets ongelooflijks te willen verklaren en dan het liefst nog op een wijze, waardoor er niets ongelooflijks meer overblijft, hoogstens een onge lukkige samenloop van merkwaardige omstandigheden. In „Erfenis van het kwaad" is het al lemaal best bloedstollend verteld, maar zo nu en dan schiet rk in de lach. zoals op het moment, dat Maggie Walsh en haar vriend Pete het geheimzinnige landgoed ontvluchten met een gestolen Rolls Royce om dan tot de ontdekking te komen dat de wagen, waar je ook naar toe rijdt, altijd weer op het land goed terugkomt, zoiets is onverklaar baar. en lijkt op papier een slapstick Als het in een film gebeurt, voila, dan is het wat anders. Daarom is mijn advies: maak er snel een goede film van En voor hen die van horror houden - „The legacy" is horror - moet maar voorbij zien aan het ongerijmde. Er valt verder genoeg te griezelen „Erfenis van het kwaad" (The lega- cy-1978). Vertaald door H. de Otter. 1980. Uitgegeven door de Zuidhol landse Uitgeversmaatschappij te Amsterdam, paperback 182 blz. Eén van de meest befaamde Israëli sche schrijvers is de columnist Ephraim Kishon. die vooral bekendheid verwierf met zijn verschillende bundels vol korte satires. De Jan Blokker van Israël zou je hem kunnen noemen Vijftig van deze satires zijn opgeno men in de nieuwste bundel van Kishon: „Mijn vriend Jossele" Jossele is in on geveer de helft van deze stukjes de held, die de Israëlische autoriteiten op allerlei mogelijke manieren te slim af is. Ik lees altijd met erg veel plezier de bundels van Kishon, ook al krijg je elke keer weer de sterke indruk, dat deze columnist de zaken sterk overdrijft Want een staat als Israël zou al lang ten onder zijn gegaan, als de werkelijkheid van Kishon de realiteit van alle dag zou zijn Toch zijn alle elementen in de ver halen van Kishon natuurlijk gebaseerd op het toch wel merkwaardige en uit zonderlijke dagelijkse leven van de Is raëliërs. Het huidige Israel is samengesteld uit een veelheid van culturen, kompleet met eigen tradities, die met verve in ere worden gehouden Hoewel de eigen Joodse tradities natuurlijk overheersen, kon niet worden voorkomen, dat de 'Joodse emigranten ook de gewoontes en eigenaardigheden van het land meebrachten, waar zij generaties lang hebben gewoond Kishon legt dat allemaal op amusante wijze bloot, met de nadruk op de vele 'tegenstrijdigheden, die het Israëlische volk beroeren en in beweging houden Spottend legt Kishon de vinger op de bijzonder zere plek de schier onuit puttelijke bureaukratie. die soms het openbare leven lamlegt op een onge looflijke wijze, maar anderzijds tot nut is van iedereen, die een tikkeltje handig is „Mijn vriend Jossele" is een kostelij ke bundel V. ..Mijn vriend Jossele", 1977. Vertaling: Herman van der Klei 1980. Uitgave Bruna Zn te Utrecht - Zwarte Beertjes 1874 prijs 5,75. Jack Vance is één van de beste science fiction-schrijvers van dit moment. Ook In Nederland worden zijn verhalen en romans graag gele zen, getuige de grote reeks titels, die Meulenhoff tot nu toe uitbracht Van ce' werk kan in grote lijnen gesplitst worden in twee genre's. In de eerste plaats het grootse avonturen-werk, waarin hij op een onnavolgbare wijze nieuwe werelden en culturen laat ontstaan, die zo levensecht overko men, dat je er onherroepelijk in gaat geloven. (Tschai, de waanzinnige planeet; Durdane en net te vergeten de Duivelsprinsen-serie). Een tweede genre dat hij uitstekend beheerst is de fantasy en dan nog met name als het zich afspeelt op de oude. stervende aarde, waarin de magie aan het afnemen is en alles oud en traag aan het worden is (De stervende aarde. Het laatste kasteel, Ogen van de over- wereld). Korte verhalen schreef Vance ook. maar in werkelijkheid zijn het eerder novelle s. Verhalen, die tussen de der tig en 100 bladzijden beslaan Een bloemlezing uit het kortere werk van Vance verscheen kortgeleden in de Meulenhoff SF-reeks onder de titel. „De slaven van de Klau". Zeven korte en langere verhalen, waarvan het titel verhaal de lengte van een korte roman heeft. In hoofdzaak ouder werk, geschre ven tussen 1950 en 1967. Het ruige ruimtevaarderswerk wordt amusant beschreven in „Zeil 25", fantasy is in ruime mate aanwezig in „Wanneer de vijf manen opkomen", terwijl in „De planeetmachine" het betere avonturenwerk van Vance excelleert, kompleet met een vreemde bescha ving. Dat is ook het geval in één van de beste verhalen uit deze bundel, het schitterende verhaal ..De Potten bakkers van Firsk". „De slaven van de Klau" tenslotte is een korte roman over de aardman Barch. die door het lot in handen valt van een wrede buiten aardse beschaving en zich als mens weet te handhaven, zelfs weet te over winnen. Op het eerste gezicht een hel den-epos, maar Vance is een meester in het cynisme ten aanzien van discri minatie. De wijze, waarop hij andere volkeren uit de kosmos gestalte geeft en de houding van mensen ten opzichte van die volkeren, is uitermate relativer end. leder volk, aldus de theorie van Vance, heeft haar eigen goede en slechte eigenschappen Geen enkel volk is in principe beter dan een ander. In „De slaven van de Klau is dit prin cipe op uitstekende wijze uitgewerkt tot een spannend, maar vooral ook erg amusant avonturen-verhaal vol vreem de buitenaardse wezens, die door be schrijving van Vance voor ons gaan le ven. zelfs sympathiek worden. Aanbe volen. V. „De slaven van de Klau", zeven won derlijke verhalen van Jack Vance. Vertaling: Jalme Martljn. 1980. Uitgave: Meulenhotf-Nederland. SF-reeks nr. 154. Paperback-335 blz. 12,50. Liliane Kools thuis, met hond. (Foto: Christine Spek).

Historische kranten - Archief Eemland

Leusder Krant | 1980 | | pagina 7