„Egypte, geschiedenis, kunst en kuituur in het Nijldal" Reizen: nu en straks Over liefde: voorlichting en sex voor de jongeren Hocus Pocus: de magie van de goochelkunst „De grote droogte in waterland" fascinerend boek over de natuur „Mijn groot Frans woordenboek": speciaal voor de kinderen DINSDAG 18 NOVEMBER 1980 Bij Uitgeverij Cantecleer bv in De Bilt is een vertaling uitgekomen van Hans Strelockes „Agypten - Ge- schickte, Kunst und Kultur im Niltal: Vom Reich der Pharaonen bis zur Gegenwart". In de serie Cantecleer Kunst reisgidsen bracht Yvonne Melchers de vertaling uit als: ..Egypte Geschiede nis, kunst en kuituur in het Nijldal Het boek ziet er met het omslagont werp van Cor Wijtemans en de typog rafie van Studio Combo plezierig uit Is verluchtigd met een schat aan veelal goede zwart-wit foto's en tekeningen. En met helaas slechts een bundeltje van acht bladzijden heldere kleuren foto's De binnenzijde van de vóór-omslag geeft een overzichtelijke kaart van Egypte. Vanaf Rosette en Damiette in het uiterste noorden tot Aboe Simbel in het zuiden. Met de situatie der woestij nen en de historische beziens waardigheden langs de Nijl en in de oasen. De binnenzijde van de achter-omslag geeft een goede globale tijdtabel van prehistorie tot en met de Islam In een tweede druk zou het Nieuwe Rijk (dy nastie 18 toten met 20). dat loopt van 1600 tot 1100, gesteld moeten wor den op: ca 1550 tot 1070, en niet tot 1670 Bij de praktische informatie in het crèmekleurige bundeltje van de bladzij den 361 tot en met 368 zou toch wel nadrukkelijk vermeld moeten worden, dat naar onze maatstaven de Egyp- tenaren op zeer gespannen voet met de hygiëne leven. Met zéér ernstige kon- sekwenties vooral voor de individuele reiziger, die gebruik wil maken van openbare middelen van vervoer, mid delgrote hotels en Egyptische restau rants Onder het kopje .Paspoort, visum, vaccinaties op bladzijde 363 is de vermelding ..Verplicht is voorts een bewijs van inenting tegen pokken" overbodig De Wereldgezondheidsraad heeft het licht op groen gezet pokken zijn in de hele wereld uitgeroeid Na drukkelijk zou daarentegen moeten worden gesteld dat in verband met de voor ons zéér onhygiënische toestan den in Egypte men onder géén beding het land kan bezoeken zonder te zijn ingeënt tegen cholera (waarvan een epidemie in opmars was vanuit Kenya), tyfus, difterie-tetanus-polio en hepati tis. En dat men. als men naar het zui den, naar Opper-Egypte gaat. elke dag een paludrinetabletje moet slikken te gen de tropische malaria, tot en met vier weken na thuiskomst. Ook zou nadrukkelijk vermeld moe ten worden, dat veel straten in diverse plaatsen meest ongeplaveid zijn. Dat het bestaande plaveisel in steden zo ernstig gehavend is, en dat er vaak veel vuil en mest ligt. dat de bezoeker over stevig en dicht schoeisel moet beschik ken. Kunst-Réisgids zou deze Cantecleer uitgave niét moeten heten. Voor het praktisch reizen in Egypte is deze gids niet bruikbaar (daarvoor zou de reiziger terecht moeten bij Hachettes Guide bleu). Kunst-gids zou een betere naam zijn. Zeer overzichtelijk behandelt Stre- locke de geschiedenis, kuituur en kunst van Egypte. Van de prehistorie, de vroeg-dynastieke tijd, het Oude. Mid den en Nieuwe Rijk en de tussentijden, de tijd van Alexander de Grote, de Pto- lemaeën. de Romeinen, de Byzantijnen en de Christenen tot en met de Islam. Op gedegen wijze gaat hij in op de sociale struktuur van het Oude Rijk met zijn koningsteologie, zijn tempel- en dodenkultus. De helft van het boek is gewijd aan de klassieke bezienswaardigheden van Noord-, Midden- en Opper-Egypte. En de schrijver gaat daar vrij uitvoerig op in. Jammer is. dat er geen uitvoerig al fabetisch register aan de gids is toege voegd Zodat de lezer als hij op bladzij de 180 de Toeloeniedenresidentie El Katai wil lokaliseren, op eigen initiatief moet gaan zoeken op bladzijde 81 waar in het hoofdstuk 13 ..Egypte onder de Islam", iets over de Toeloenieden-dy- nastie wordt gezegd. Zelfs in het regis ter van persoons- en godennamen (bladzijden 356 tot en met 358) vindt de lezer onder ,.lbn Toeloen" deze bladzij de 81 - waarop enkele bizonderheden over de stichter van de Toeloenieden- dynastie worden gegeven - niet aan geduid. Een niet te onderschatten moeilijk heid in Egypte is. dat de mastaba's, pyramiden, rotsgraven, grafhuizen, (doden) tempels en andere monumen ten zijn leeggehaald door (graf) rovers, of door verzamelaars voor museale of partikuliere kollekties Dat ze boven dien zwaar beschadigd en zelden of nooit gerestaureerd of onderhouden zijn. De lezer-reiziger krijgt een wirwar van objekten, beelden en graven voor ogen zonder veel samenhang Het is bizonder moeilijk om verbanden te leg gen In de graven (en tempels) zou ter plekke door middel van duidelijk illustratiemateriaal moeten worden weergegeven welke voorwerpen en beelden daar thuis horen. Wie daar in welke sarkofagen, vaak bij elkaar in de buurt, ter ruste lagen In het Egyptisch Museum in Cairo zouden diezelfde grote illustraties ge plaatst moeten worden. Bij de daar tentoongestelde onoverzichtelijke hoeveelheid beelden, grafhuizen, mummiekisten enzovoorts. Mét de aanduiding bij welke (tempels en) gra ven ze horen. Dat is niet het geval. Als de lezer reiziger hoopt daar een inzicht in te krij gen door middel van de kunstgids, van Hans Strelocke, dan wordt hij groten deels teleurgesteld. De gigantische hoeveelheid verbin dingen van beelden, objekten, grafhui zen (enzovoorts) in het Egyptisch Mu seum met tempels, graven en overige monumenten elders in Egypte, wordt afgedaan met iets meer dan een halve bladzijde (bladzijde 174). Dominicus in ..Portret van Egypte" (Uitgeverij J H Gottmer, Haarlem) geeft zelfs nog méér houvast. Bij het kalkstenen beeld van Koning Djoser, 3e dynastie, op bladzij 17, staat evenmin vermeld dat het zich in het Egyptisch Museum bevindt. Wel wordt dit vermeld op bladzij 216 waar gespro ken wordt over de levensgrote ka-figuur van Koning Djoser, die zich in de nieuw opgebouwde serdab bevindt (een kopie althans). Maar daar kan men er moeilijk achter komen dat de serdab zich naast de ruïne van de graftempel bevindt. Als men de term „serdab" (een hoger dan de grafkamer in de mastaba gele gen goed verborgen vertrek met beel den of reserve-hoofden van de gestor vene: als de mummie werd geroofd kon de gestorvene hiermee blijven vóórtbe staan) afzonderlijk wil opzoeken, schiet de lijst „Termen en begrippen uit de kuituur van het oude Egypte" (bladzij 348 tot en met bladzij 354) tekort. Van kunst „beschouwing" is in dit boek vrij weinig sprake. Waar er iets in die richting wordt ondernomen is naar mijn mening de terminologie vaak min der gelukkig gekozen Op bladzijde 27 staat: „Een Egyptisch beeld was een zakelijke weergave van het bestaande, en maakt wellicht daarom op ons zo n starre, stramme, bijna doodse indruk." Ook voor enkele andere benaderingen in deze trant zijn de gebruikte woorden mijns inziens niet de juiste. Desondanks een goed boek met veel informatie over bouwwerken en over voornamelijk hun historische achter gronden. ANCO MALI ..Egypte, geschiedenis kunst en kuituur In hetNi|ldal door Hans Strelocke Cantedeer Kunst-Reisgids boeken, voor u besproken DOOR BERT VOS Onze regelmatige boekenrubriek, waarin nieuwe uitgaven voor u werden gelezen en beoordeeld. Eindredaktie: Ben Vos. VANDAAG AANDACHT VOOR: Frans woordenboek voor de jeugd Hocus Pocus, de magie van de goochelkunst Over liefde Een uitvoerige beschouwing over de Cantecleer's Kunstreisgids Reisgidsen De grote droogte in waterland „Egypte". Even aandacht voor ons milieu. Dat is eigenlijk regelmatig nodig, want we willen met z'n allen nog wel eens vergeten, dat we er uiterst zuinig op moeten zijn. Ee kopen wel graag een boek over de natuur om ons heen, waarin de mooiete plekjes staan beschreven, maar we zijn met z'n allen zonder enige moeite in staat om diezelfde plekjes na ons bezoek het uiterlijk te geven van een slecht onderhouden picknick-plaats. Daar om opnieuw aandacht voor ons mi lieu, voor onze natuur, onze schitte rende reservaten en het behoud er van. Uitgeverj Bruno Zn te Utrecht bracht kortgeleden een schitterend boek op de markt van schrijver Koos van Zomeren en fotograaf William Rep- pel. „De grote droogte in Waterland" is de intrigerende titel van dit fraaie boekwerk, waaraan een zwerftocht van zes maanden en ongeveer 15.000 ki lometer door Nederlands belangrijkste natuurgebieden ten grondslag ligt. „De grote droogte in waterland" is gebaseerd op een serie van twaalf ar tikelen, die in oorspronkelijke vorm ver scheen in de „Nieuwe Revue". Koos van Zomeren heeft een erg prettige stijl van vertellen. Hij weet te boeien, waar bij de werkelijk schitterende fotografie van William Reppel het geheel op de juiste wijze ondersteunt. Natuurlijk is dit boek niet zo maar een kijk- en lees boek. Het is niet alléén bedoeld om met veel „aaah's" en „oooh's" door te bla deren. Dit boek wil méér. Van Zomeren - die naast een hart stochtelijk natuurliefhebber óók veel interesse voor de politiek heeft - legt dat duidelijk uit. Hij wil de lezer er van doordringen, dat de natuur die we nog hebben meer dan de moeite waard is om behouden te worden, ook al is het landschap door de eeuwen zodanig door de mens gemanipuleerd, dat het zichzelf niet meer zonder hulp in stand kan houden. De natuur in Nederland moet gesubsidieerd worden, is de kon- klusie die dit boek trekt. En wel heel snel. Er zal iets gedaan moeten worden aan de algemene achteruitgang, die ook de reservaten binnensluipt. Maar, zegt van Zomeren, dan moet je wel rechtstreeks van de natuur de verga derzaal van de Tweede Kamer bin-fcc nenlopen. Want het is een politiek pro bleem. De vraag is: wat is de levende natuur ons werkelijk waard? „De grote droogte in Waterland" geeft de situatie anno 1980 weer. Hoe zal een dergelijk boek er over tien jaar uit zien? Geven de dan ook wel licht schitterende foto's een goed^ beeld van de verpauperende land- schappen of KI Reizen zit in de mens. Schrijven over reizen ook. Vandaar, dat we in onze boekenrubriek regelmatig aandacht kunnen besteden aan nieuw verschenen reisgidsen, reisverhalen, reistips en wat al niet meer. BRUNA WINTERSPORTGIDS Erik Couwenhoven schreef de „Bruna Wintersportgids" speciaal bestemd voor hen, die dit jaar of be gin volgend jaar van plan zijn om hun wintersportvakantie in de oostelijke alpen door te brengen. En dat is de grootste hap, ook al zijn er ook steeds meer wintersportende Ne derlanders die kiezen voor andere oorden, zoals het dichtbij liggende Ardennengebied, of Frankrijk (al pen). Maar goed. de oostelijke alpen dus met de daarbij behorende uitlopers. In deze gids bekijkt Couwenhoven 225 wintersportplaatsen in Zuid-Duitsland, Oostenrijk en Noord Italië vrij kritisch. Bovendien gaat hij ook dieper in op de kenmerken van sneeuw, de mogelijk heden van lawines en het weer in het algemeen. Hij behandelt in grote trek ken de verschillende gebieden in Euro pa waar wintersport mogelijk is, met de voor en nadelen, vertelt over het mee nemen van de kinderen en waar je dan rekening mee moet houden, terwijl ui teraard het materiaal nader wordt be keken. zoals de ski's, de schoenen en met name ook de belangrijke bindin gen. De spelregels voor de skipistes wor den doorgenomen, het Langlauf als al ternatief voor het skiën, het kamperen in de sneeuw (wat de laatste jaren een steeds grotere vlucht neemt), met de auto op reis (en ook dat vereist speciale voorbereidingen), de verzekeringen etc. Als u dan nog steeds van plan bent om te gaan skiën, komen de 225 win tersportplaatsen aan de beurt, die kri tisch worden beschouwd, één en ander afgerond met een lijstje nuttige adres sen De gids geeft een goede indruk van de wintersport in het algemeen en de mogelijkheden in het oostelijke al pengebied, maar we betreuren wél, dat het kaarten-materiaal wat minimaal is. Het is duidelijk, dat je - als je op reis gaat - zonder meer goede kaarten bij je dient te hebben, maar in zo'n gids hoort toch wel echt wel wat meer materiaal van de wintersportgebieden zelf. Mis schien voor de volgende druk. NEEM NOU ANTWERPEN „Neem nou Antwerpen" is de titel van een kostelijke gids voor deze Vlaamse stad in een reeks, waarin we al eerder verschenen „Neem nou Londen van Peter Brusse en „Neem nou Parijs" van Jacqueline Wesselius en Henny Riemens. „Neem nou Antwerpen" werd geschreven door Antwerpen- kenners bij uitstek George van Cauwenbergh en Eddy van Hee Een ideale kombinatie, want Van Cauwen bergh kent de stad en haar geschiede nis op haar duimpje, terwijl Eddy van Hee zich heeft verdiept in de Antwerpse bevolking en het uiterst boeiende stadsleven met haar tal van randver schijnselen. Wie een bezoek wil brengen aan de ze Vlaamse stad, kan natuurlijk niet zonder een goede gids, waarin „alles" staat. Het is niet teveel gezegd, als ik vaststel, dat „Neem nou Antwerpen" zo'n gids is. Je kunt het bijna zo gek niet noemen of het staat er in en het is buiten kijf, dat je met die gids in de hand in Antwerpen heel ver komt Niet alleen alle (talrijke) bezienswaardigheden worden keurig netjes met een korte ge schiedenis op een rijtje gezet, maar de gids gaat veel verder, zoals dat ook het geval was bij de andere twee uit deze reeks. Andere bezienswaardigheden, curiositeiten, restaurants en restauran tjes (met bijvoorbeeld drie tafeltjes), alle mogelijke kroegen in de meest exoti sche variëteiten (Antwerpen is natuur lijk niet voor niets een havenstad), het openbaar vervoer, bioscopen, niet te vergeten de grote en kleine hotels en pensions mét een beoordeling die wat mij betreft erg betrouwbaar aandoet. Antwerpen, een stad vol cultuur, een bijzonder rijke geschiedenis, een enorm scala van uitgaansmogelijkhe den, kortom: een stad om zo maar eens een paar dagen (of langer) naar toe te gaan Maar neem deze gids dan wel mee! GOEDE REIS NAAR MOSKOU Inderdaad! Een beetje aan de late kant, dit boek. maar dat ligt ook deels aan mij, omdat ik. nadat ik het boek ter bespreking ontving (niet aan de vroege kant) van mening was. dat de Olympi sche Spelen in Moskou niet zoveel Ne derlandse bezoekers zou trekken toen de boycot bekend werd. Dat neemt niet weg. dat „Goede reis naar Moskou" niet een verloren boek is, dat nu maar in de prullebak kan worden gegooid, want ook de vakantietrek naar Rusland groeit elk jaar. Voor hen. die beslist een andere vakantie willen dan gebruikelijk, zit met een vakantie naar Rusland's hoofdstad met dit, boek na tuurlijk goed. De schrijver ervan. Wolf gang Kuballa, schreef een uitvoerig boek over de Russische hoofdstad, vergat daarbij de geschiedenis niet. be steedt veel aandacht aan de beziens waardigheden, hotels, restaurants en andere uitgaansmogelijkheden, de kunst, musea, de bevolking zelf, het openbaar vervoer, kortom alles wat de moeite waard is om te weten. En dat allemaal onder het motto: Niet bang zijn voor de Russen, want dat is nergens voor nodig En wat de reis betreft: per vliegtuig duurt het van Schiphol naar Moskou niet langer dan vier uur. Deze reisgids - hoewel anders van uitvoering - lijkt veel op de bekende Cantecleer Kunst-Reisgidsen, alleen dan zonder dat het accent alleen op de kunst wordt gelegd. En wie de in het algemeen uitstekende kwaliteit van deze reisgidsen kent, weet, waar ik het over heb. Bert Vos nlt Eigenlijk hoor ik het u al zeggen: wat nou, alwéér zo'n boek? U bent misschien van mening, dat iedereen en zeker de jongeren zo langzamer hand wel weten waar Abraham de mosterd haalt. De praktijk ligt toch wel een tikkeltje anders. Vandaar dat ieder goed boek over sexuele voor lichting nooit weggegooid geld is. Kortgeleden verscheen bij Uitgeverij Rostrum te Haarlem wat dat betreft een erg goed boek: „Over liefde, voorlichting en sex voor jongeren", geschreven door Alex en Jane Comfort, twee deskundigen bij uit stek, terwijl de vertaling in handen was van drs. Mariëtte C. T. Moors- Mommers. De sexuoloog en psychiater dr Alex Comfort schreef veel boeken (o.m. Speelse liefde) en zijn vrouw Jane, een sociologe, deed veel praktische erva ring op met een projekt over de relatie „Ouder-Kind". Zij benaderen de sek sualiteit op moderne wijze, waardoor er afgerekend wordt met ouderwetse op vattingen en zij nemen de vrees weg. die meestal is gebaseerd op onwetend heid. Er wordt veel aandacht besteed aan de relatie, seksueel gedrag als een goed van positieve waarde, dat plezie rig kan zijn als het verantwoord gehan teerd wordt. Als u dat leest denkt u natuurlijk: weer twee van die deskundologen, die den ken dat ze méér weten. Toch is het be slist geen boek. waarin weer moeilijk wordt gedaan, waarin allerlei moeilijke termen worden gebruikt of waarin de sexbeoefenaren psychologisch worden uitgekleed. „Over liefde" is een rustig geschreven boek. zonder het befaam de waarschuwende vingertje al te hoog opgestoken. Een boek, waarin vooral de zaak wordt benaderd vanuit het oogpunt, de gevoelens en de bele vingswereld van de jongeren Het is dan ook een boek vóór die jongeren, niet voor de ouders. Aan de andere kant wordt niet ingegaan op de morele waarden, die bijvoorbeeld de ouders hanteren, maar is het wel zo. dat het accent gelegd wordt op het voorkomen van problemen. Het aantrekkelijke van dit boek is- en die tendens is de laatste tijd steeds meer waarneembaar - dat het niet vol gestouwd is met allerlei foto's van jon gens en meisjes in allerlei houdingen, het is dan ook geen handleiding in dat opzicht Er is gebruik gemaakt van erg plezierige tekeningen, die ongedwon gen overkomen De wetenschappelijke „poespas" is zoveel mogelijk verme den, en voor zover er moeilijke woorden worden gebruikt is er tevens een ver klaring bij met alle mogelijke benamin gen, zoals die worden gebruikt in de normale omgangstaal. Ook al hoor je een jongen nog niet zo snel zeggen, dat „zijn penis een erectie heeft", het is toch makkelijk om in dat soort gevallen een handige vertaling bij de hand te hebben Een aardig en vooral nuttig Sin terklaasgeschenk voor jongeren van elf jaar en ouder, maar de minimumleeftijd is naar mijn gevoel wel afhankelijk van het kind. De één is er wat vlugger aan toe dan de ander. Aanbevolen V. Nog niet zo lang geleden werd in Nederland een nogal verbeten dis- kussle gevoerd rond het al dan niet lesgeven in de Franse taal binnen het voortgezet onderwijs. De leraren Frans hebben zich nogal sterk ge maakt tegen afschaffing van het Frans op school en het resultaat is, dat op dit moment er weinig of niets meer van de departementale plan nen wordt vernomen. En dat is maar goed ook, want het zou een onzalig idee zijn om het Frans af te schaffen als schoolvak. Voor ouders, die van mening zijn dat het Frans moet blij ven, verscheen kortgeleden bij de Centrale Uitgeverij te Harderwijk in samenwerking met de Zuid-Neder landse Uitgeverij te Aarteselaar (België) een uitstekend boek om het Frans in uw eigen gezin op een ple zierige wijze te introduceren. Mocht u jaarlijks uw vakantie in Frankrijk doorbrengen, dan is dit boek natuur lijk helemaal een welkome aanvul ling. We hebben het hier over „Mijn groot Frans woordenboek" (Mon grand dictionnaire Neérlandais) be stemd voor kinderen van 6 tot twaalf jaar. Met dit woordenboek - rijkelijk geïllu streerd - kunnen de kinderen spelen derwijs de Franse taal leren spreken. En Franse en Frans sprekende Belgi sche kinderen kunnen met hetzelfde boek prima Nederlands leren, dat spreekt! De opbouw van dit woordenboek is niet alleen simpel maar ook doeltref fend Samenstellers E Walpole en Aimé Gabillon en de Nederlandse be werker Wim K. Goderis hebben geko zen voor de meest voorkomende woor den, gevolgd door praktische zinnen, waarin dit woord voor komt. Voorbeeld de letter A. „La première lettre de I' alphabet". ,,è"-naar Dan volgt de zin: „Piet komt terug naar huis", „Pierre rentre a la maison" Ook de andere be tekenissen van hetzelfde woord worden in zinnen verduidelijkt. Elke letter heeft een kleur, zodat je de woorden snel opfe kleur op kunt zoeken. Voorin een pagina vol met getekende Jfer spelletjes, die keurig in het Frans Nederlands worden aangegeven, zo een Nederlands kind met dit boek basis, vlug een Frans kind kan vertel- c len, wélk spelletje het graag wil spelen en omgekeerd. Het boek heeft uiteraarc een index achterin en dat is iets wa< ook kinderen erg veel plezier van heb ben. „Mijn groot Frans woordenboek" erg geschikt voor gebruik thuis, mas misschien ook op de lagere school vi zover daarvoor enige ruimte is en schoolplan daar in voorziet. Enige voorbereiding van de vreemde talen de basisschool kan overigens to geen kwaad. Maar ook dat schijnt eei strijdpunt te zijn. Hoe het ook zij, „Mij groot Frans woordenboek" kan ik aan bevelen. II -ngi „Het vermogen van de magie om het menselijke voorstel lingsvermogen te boeien is bijna even oud als de mensheid zelf. Zelfs nog in onze tijd, waarin de wetenschap voor alle natuurver schijnselen rationele en over tuigende verklaringen kan bie den, blijft de waarneembaar ge maakte magie even sterk als in het verleden aan de menselijke fantasie appelleren waarbij het van ondergeschikt belang is of we denken aan occulte ver schijnselen dan wel aan toneel matige illusies. We zouden magie kunnen definiëren als een even raadselachtige als schijnbaar overklaarbare en bijzondere kracht, die gebeurtenissen kan beïnvloeden of wonderlijke ef- fekten kan oproepen. Een derge lijke definitie zou toepasbaar zijn op de eeuwenoude stammen, op de esoterische rituelen van de moderne hogepriester van het accultisme of op het bedrieglijk amusante spel van de meester- goochelaar op het toneel. De om schrijving is echter niet toe reikend wanneer wij de betekenis van deze oeroude menselijke vinding in zijn volle diepte willen peilen aldus begint het boek „Hocus Pocus", het grote boek van de goochelkunst, uitgegeven door uitgeverij Icob c.v. te Alphen a.d. Rijn. Het boek behandelt dan ook niet alleen de goocheltrucs en de soms wonderbaarlijke capriolen der kam pioen-goochelaars. maar gaat in de eerste helft uitputtend in op de ge schiedenis van de zwarte en witte magie en de eerste magiërs, waarbij de grote meesters van de goochel kunst uiteraard de revue passeren, zoals Jean Eugène Robert-Houdin. de gebroeders Herrmann. John Ne- vil Maskelyne. Howard Thurston, Harry Houdini en Harry Blackstone. De tweede helft van dit magische boek is voor de inventieve doe-het- zelvers onder de amateur-gooche laars of van hen, die in de vak verder willen en de huidige kampioenen straks naar de goochelaars-kroon willen steken. Vijftig goocheltoeren om zelf te doen, is de titel van dit gedeelte, waarin op duidelijke wijze wordt uitgelegd hoe de verschillen de trucs, waarmee meester-gooc- helaars vermaard werden, in wer kelijkheid werken. Je moet daar na tuurlijk ook echt interesse voor heb ben, want elke goocheltoer vereist natuurlijk de nodige voorbereidin gen en om het goed onder de knie te krijgen zul je eindeloos moeten oefenen „tussen de schuifdeuren dat spreekt Voor het overige is „Hocus Po cus", geschreven door Wendy Ry- dell en George Gilbert, een fas cinerend boek, ook zonder de trucs fltn V< ingj ang 1US letit H( U ;eyl< erzi and Itrijd Wil

Historische kranten - Archief Eemland

Leusder Krant | 1980 | | pagina 12