De dr. Willem de Jongstichting gaat gezinsvervangend tehuis
voor geestelijk gehandicapten bouwen in Leusden
„Fantastisch, net als normale mensen"
I leustlen kru:
Een woning vinden is voor iedereen moeilijk,
dus ook voor hen. Maar een woning vinden is
voorniemand onmogelijk, ook niet voor hen."
V ->
DINSDAG 14 APRIL 1981
Reportage
7
UTRECHT - De direkteur van de stichting vertelt het verhaal
van de eerste buitenlandse vakantie, „ledereen zei altijd: voor
die zwakzinnigen maakt het helemaal niks uit, waar je naar toe
gaat. Ze zien toch het verschil niet tussen de Hondsrug of het
Gardameer. Toch zijn wij op een gegeven moment naar het
buitenland gegaan. Zitten ze daar op een avond ergens in Italië
naar de ondergaande zon te kijken. Zegt een van onze mensen
- een man van een jaar of veertig, die ook al verschillende
keren in Nederland op vakantie was geweest - ineens: „Fantas
tisch, net als normale mensen". En dat kwam helemaal van
binnen uit bij die man, dat kon je horen. Daar hebben we nog
lang over nagepraat."
De direkteur heet J. N. Hagg, de
stichting draagt de naam van dr. Wil
lem de Jong. En misschien mag je de
uitspraak van de vakantieganger wel
beschouwen als een vrije vertaling
van de grondgedachte van de stich
ting, die in Utrecht een aantal gezins
vervangende huizen voor geestelijk
gehandicapten heeft. Het verhaal
van Hagg bevat legio voorbeelden
om dat te staven. Waarom zouden
twee zwakzinnige verliefden zich
niet mogen verloven? Waarom zou je
voor een debiele bakkersknecht, die
25 jaar bij één baas gewerkt heeft,
geen receptie houden? Waarom zou
je als bewoner van een gezinsver
vangend tehuis geen recht hebben
op privacy in je eigen kamer? Omdat
het om geestelijk gehandicapten
gaat? „Ach", zegt Hagg, „we hebben
allemaal wel een handicap, alleen
valt die misschien wat minder op."
De term is „bewoner-gericht wer
ken", en de invulling die daar aan bij
de Willem de Jongstichting wordt gege
ven, vat direkteur Hagg kort samen:
„Mindervóórzedenken, ruimteaan hen
geven om zelf dingen te proberen. Om
nog een voorbeeld te noemen we be
trekken sedert enige tijd ook bewoners
van onze huizen bij sollicitaties. Dus als
ergens een nieuwe pedagogisch mede
werker of medewerkster moet komen,
dan praten enkele bewoners mee in de
sollicitatieprocedure En dat levert din
gen op, waar wij echt niet aan zouden
denken. Eigenlijk is het heel logisch na
tuurlijk. Om het ongezellig te zeggen
het personeel lost elkaar af. Maar de
bewoners hebben natuurlijk het meeste
met de medewerkers en medewerk
sters te maken.
Ja. dat is werken vanuit een ideaal.
En we komen daardoor af en toe voor
grote moeilijkheden te staan Er mislukt
ook wel eens wat Maar dat geeft niet.
Je moet het toch proberen."
OUDERVERENIGINGEN
Eigenlijk is het gezinsvervangend te
huis zelf, zoals de Willem de Jongstich
ting er over enige tijd ook een in Leus
den gaat bouwen, ook een middel om
geestelijk gehandicapten zoveel als
kan dezelfde mogelijkheden te bieden
als normale mensen hebben. Direkteur
Hagg vertelt, dat de gezinsvervangen
de tehuizen zo'n 25 jaar geleden be
gonnen op te komen. „Op dat mo
ment", aldus Hagg, „waren er eigenlijk
alleen maar inrichtingen voor zwakzin
nigen Wanneer je kind - om welke re
den dan ook - niet meer thuis kon blij
ven wonen, dan was zo'n stichting de
enige mogelijkheid Vanuit de ouder
verenigingen is toen de vraag geko
men, of ook niet iets anders denkbaar
zou zijn En zo is men bij het gezinsver
vangend tehuis gekomen dat nu een
schakel vormt in de hele keten van
voorzieningen, die er zijn voor geeste
lijk gehandicapten
Hagg zegt moeite te hebben met de
term „gezinsvervangend tehuis „Om
dat er natuurlijk nooit echt sprake is van
vervanging van een gezinssituatie. Al
was het alleen maar, omdat je je moei
lijk een gezin van 25 personen kunt
voorstellen, en zoveel mensen komen
er bijvoorbeeld wel in het Leusdense
huis wonen. Je kunt dan ook eigenlijk
beter zeggen, dat het de woning is van
25 individuen, die in groepsverband wo
nen. Dat verplichte in een groep wonen
heeft zijn nadelen, zeker Maar het
heeft ook zijn aantrekkelijkheden En je
moet proberen de nadelige kanten zo
veel mogelijk te reduceren Ja, je zou
jezelf toch ook niet moeten voorstellen,
dat je voortdurend in een groep van 25
personen moet leven Daarom hebben
al onze bewoners een eigen zit-slaap-
kamer."
VOORWAARDEN
Een gezinsvervangend tehuis is na
drukkelijk geen behandelingstehuis.
Wel krijgen de mensen die er wonen
begeleiding, waar dat nodig is Het mi
nisterie van CRM stelt aan de bewoners
van gezinsvervangende tehuizen een
aantal voorwaarden. Een heel belang
rijke is dat de bewoner in staat moet zijn
om overdag bezigheden buitenshuis te
hebben. Zo werken veel bewoners van
de huizen van de Willem de Jongstich
ting in sociale werkplaatsen of bezoe
ken dagverblijven Een kleiner deel van
de bewoners heeft in het vrije bedrijf
een werkkring kunnen vinden.
Om voor plaatsing in een gezinsver
vangend tehuis in aanmerking te kun
nen komen, moet men eerst op de Cen
trale Wachtlijst voor zwakzinnigen in de
provincie Utrecht komen. Dat gebeurt,
nadat men zich heeft aangemeld bij een
van de buro's van de provinciale
Utrechtse stichting Sociaal Pedagogi
sche Dienst Via die instantie vernemen
besturen van tehuizen, wie er opgeno
men zou willen worden, waarbij tevens
de urgentie van opname wordt aange
geven
Voorwaarde voor plaatsing in een gezinsvervangend tehuis is dat de bewoners overdag naar een dagverblijf of een sociale
werkplaats gaan. Een enkeling vindt een werkkring in het bedrijfsleven.
door
Marnix Kreijns
Aan de andere kant beschikken de
stichtingen over intake-teams voor hun
tehuizen. Wanneer er in een tehuis een
plaats vrijkomt, geeft men in het tehuis
aan, wat voor iemand die plaats zou
kunnen innemen. Het is dan aan het
intake-team (dat wordt gevormd door
het hoofd van het tehuis, de arts. een
ortho-pedagoog en een maatschappe
lijk werkende) om uit de wachtlijst ie
mand te vinden, die aan het profiel vol
doet.
SCHONE LEI
Zo gaat dat, wanneer er in een be
staand huis een plaats vrij komt. Maar in
Leusden moet een heel nieuw gebouw
van de grond komen Hagg: „Hoe de
invulling van het huis er in Leusden uit
gaan zien, is nog niet duidelijk We gaan
met een schone lei beginnen, en dat is
best moeilijk De sfeer van het huis is
nog niet bekend, al wordt Leusden na
tuurlijk wel ons achtste huis en hebben
we dus wel de nodige ervaring. Maar
het blijft een moeilijke opgave, temeer
daar het voor de mensen zo'n ingrijpen
de beslissing is. Ouders en familieleden
zitten soms al jaren te wachten op een
plaatsingsmogelijkheid en dus zijn er
verwachtingen, wanneer die er dan ein
delijk komt Met een wat konkretere in
vulling van het huis in Leusden zullen
we ongeveer een jaar voor de opening
beginnen."
Aan de noordzijde komen enkele dienstruimten
r— - rv
j
-- •-
V.'I"
uv»
•vestoevel
Als alles volgens planning verloopt,
zou de dr Willem de Jongstichting eind
1982 of begin 1983 het huis in Leusden
willen openen. Het komt te staan in het
deelplan Zwanenburg van de Tweede
Fase. De verkoop van de grond komt in
de raadsvergadering van deze maand
aan de orde. De stichting zou dan in
bijvoorbeeld februari volgend jaar willen
starten met de bouw. Daarbij tekent
Hagg wel aan, dat dat nog maar een
heel voorlopige planning is, die vooral
door factoren van buitenaf beïnvloed
kan worden. De Willem de Jongstich
ting stelt er namelijk prijs op dat de
bouw van een huis, dat in een nieuw
bouwwijk komt te staan, zoveel moge
lijk gelijke tred houdt met de rest van de
woningbouw in de wijk. Éénmaal heeft
een huis van de stichting nog maanden
lang in een soort woestijn gestaan en
dat was geen beste ervaring.
De tekeningen voor het huis in Leus
den zijn inmiddels gereed Er komen op
de begane grond enkele kleinere woon-
en leefruimtes, die aan de zuidkant van
het huis gesitueerd zullen worden Aan
de minder aantrekkelijke kant van het
huis yvordt ruimte gereserveerd voor de
keuken, direktiekamer en slaapverblij
ven voor het personeel. Ook komen er
in de parterre enkele woon-slaapka-
mers voor bewoners Bij de bouw van
het huis houdt de Willem de Jongstich
ting rekening met de mogelijkheid om
twee dubbel gehandicapten (geestelijk
en lichamelijk) op te nemen Omdat de
ze mensen veelal gebruik moeten ma
ken van een rolstoel, moeten hun ka
mers beneden gesitueerd worden. Om
deze twee bewoners niet te geïsoleerd
binnen het huis te huisvesten zullen er
in de parterre ook nog voor enkele an
dere bewoners kamers gemaakt wor
den Op de eerste verdieping vindt men
dan de rest van de zit-slaapkamers.
WEERSTANDEN
De vraag, hoe de Willem de Jong
stichting in Leusden terecht is geko
men, leidt tot een verhaal van Hagg
over de ondervonden weerstanden. Er
bestaan weerstanden tegen geestelijk
gehandicapten, zo weet de direkteur
van de stichting niet alleen, hij zegt het
zich ook wel te kunnen voorstellen. Hij
komt in dit verband nog even terug op
genoemde buitenlandse vakantierei
zen, die de stichting ook niet zonder
slag of stoot heeft kunnen organiseren.
„Ik begrijp wel", zegt Hagg, „dat men
sen daar even moeite mee hebben,
wanneer ze op vakantie gaan en de bus
blijkt voor de helft gevuld met zwakzin
nigen."
Van de andere kant: als de provincie
een beleid ten aanzien van de geestelijk
gehandicapten zegt voor te staan,
waarin ook ruimte is voor gezinsvervan
gende tehuizen, dan zullen er toch ook
gemeentes moeten zijn, die hun mede
werking willen verlenen En die mede
werking, zo heeft Hagg vast moeten
stellen, was miniem. Hagg: „We kwa
men gewoon nergens in Iedere keer,
wanneer we een gemeente schreven,
kregen we wel weer een briefje terug,
dat er geen grond voor was of dat het
planologisch met paste of wat dan ook
Toon en inhoud van die brieven kon
variëren, de strekking was telkens de
zelfde Toen hebben we ons gewend tot
het college van Gedeputeerde Staten
en hen er op gewezen, dat op deze
manier geen uitvoering gegeven kon
worden aan het provinciaal beleid. Ken
nelijk heeft het college van G S. druk op
de gemeenten uitgeoefend, want daar
na kwamen er wel mogelijkheden"
Bijvoorbeeld in Leusden. dat aanvan
kelijk ook afwijzend gereageerd had.
„Maar", voegt Hagg daar onmiddellijk
aan toe. „in tweede instantie zijn de
kontakten werkelijk heel leuk verlopen.
Ik moet echt zeggen dat Leusden, toen
men eenmaal besloten had dat er een
gezinsvervangend tehuis kon komen,
„con amore" er aan gewerkt heeft We
hebben goed duidelijk kunnen maken,
wat onze wensen en verlangens zijn en
daar heeft men ook aan tegemoet willen
komen We hebben, wat de plaats be
treft, zelfs verschillende keuzemogelijk
heden gehad
En daar is Hagg zichtbaar content
mee. Want, zonder dat hij het over
integratie wil hebben - „ik vind dat
een rotwoord" - maakt de direkteur
in twee zinnen duidelijk wat hij be
doelt: „Het vinden van een geschikte
woning is voor iedereen moeilijk,
dus mag het ook voor geestelijk ge
handicapten best moeilijk zijn. Maar
het is voor niemand onmogelijk, en
dus ook niet voor hen."
De vraag of er in deze regio behoefte
is aan een gezinsvervangend tehuis in
deze streek, kan Hagg niet anders dan
met een volmondig „ja" beantwoorden.
In deze buurt is nog geen gezinsvervan
gend tehuis en de laatst verschenen
Centrale Wachtlijst voor Utrecht omvat
niet minder dan 256 urgent wachten
den „Er is", aldus Hagg. „op dit mo
ment zeker nog een huis of zeven nodig
in deze provincie. Want iedere keer als
er een tehuis geopend kan worden is
dat natuurlijk een prachtige zaak. maar
je moet wel beseffen, dat je dan zo'n 25
mensen hebt kunnen onderbrengen,
die dan ook weer zeer geruime tijd daar
gebruik van zullen maken. Want het is
de opzet van de huizen, dat de bewo
ners er langdurig kunnen verblijven en
in ieder nieuw huis ben je dus, normaal
gesproken, voorlopig uitgepraat wat
nieuwe plaatsingen betreft."
De Willem de Jongstichting is niet de
enige instantie, die zich in deze provin
cie bezighoudt met zwakzinnigenzorg
Er zijn vijf stichtingen bezig, ieder op
een eigen grondslag. Hagg zegt dat er
tussen de verschillende instanties goed
wordt samengewerkt. En hij ziet zwak
zinnigenzorg op verschillende gronsla
gen als een zinnige zaak. „Je kunt je'
aldus Hagg, „afvragen, wat in ons geva
het zinnige is van „protestant-christe
lijk". Ik heb al gezegd, dat de gezinsver
vangende tehuizen er vooral zijn geko
men op initiatief van de ouderverenigin
gen. Dan vind ik, dat die ouders he'
goede recht hebben op een situatie
voor hun kind, die overeenkomt wat zi'
in hun eigen leven als wezenlijk en zin
vol ervaren. En als je dan vraagt, hoe
dat in de praktijk gaat, dan blijkt dat in
huizen van verschillende grondslagen
veel dingen gelijk op gaan Ik bedoel bij
ons bestaat er ook geen verplichte kerk
gang. Maar er is wel alle ruimte voor En
het is ook niet zo, dat we alleen protes
tants-christelijke mensen opnemen."
Wat zijn de ervaringen van de
dr. De Jongstichting met de ge
zinsvervangende tehuizen tot
nog toe? Hoe funktioneert zo'n
huis in de wijk, waarin het staat?
Hagg: „Daar kan ik hele verha
len over vertellen. Heel verschil
lende verhalen ook. Maar in z'n
algemeenheid geldt: het lukt best
om tot aardige kontakten te ko
men, maar het moet wel van ons
uit gaan. En dat doen we dus ook.
Toen we een keer een huis start
ten in een bestaand pand, heb
ben we de hele straat daarover
schriftelijk geïnformeerd. We
hebben iedereen ook uitgeno
digd om te komen kijken. Bij een
ander huis in een nieuwbouwwijk
hadden we een andere mogelijk
heid; daar beschikten de huis
vrouwen niet over een mogelijk
heid om 's ochtends eens bij el
kaar te komen. Dat kon wel bij
ons en dus komen die vrouwen
regelmatig bij ons over de vloer.
In weer een ander huis is het tra
ditie geworden, dat de hele straat
bij ons een nieuwjaarsborrel
komt drinken; we hebben ten
slotte de grootste huiskamer van
de hele straat. En ik heb ook al
eens een huis uitgezwaaid om
zes uur 's morgens, toen ze op
vakantie gingen, en daar stond
de halve straat mee uit te zwaai
en. En de buren hadden de sleu
tel om voor de planten te zorgen.
Dus er kan van alles."
Plattegrond van het Gezinsvervangend tehuis
De geestelijk gehandicapten wonen in groepen van ongeveer acht personen.
De westgevel van het te bouwen gezinsvervangend tehuis