Kerstmis is een mooi feest, maar niet voor de koster' Koster A. van den Tweel houdt er na 36 jaar mee °p Koster is uitstervend beroep Een koster werkt zeven dagen per week plaatselijk nieuws door Frits van Breda Kosjer Van den Twee! bezig met het aansteken van de kaarsen ft **c>'**e>**c>a DONDERDAG 24 DECEMBER 1981 Albert krijgt meer een beheerdersfunctie. LEUSDEN - Als in de nacht van oud op nieuw het geluid van de nieuwjaarsklokken is verstomd, zit de laatste handeling van koster Van den Tweel van de R.K. Sint Jozefkerk in Leusden-centrum er op. De parochianen zullen het in de toekomst zonder koster moeten stellen. De huidige koster krijgt geen opvolger. Wel zal zoon Albert een deel van de werkzaamheden overnemen. Hij gaat dat echter doen in de functie van beheerder van de kerkelijke gebouwen en niet als koster zoals zijn vader dat 36 jaar lang was. De huidige koster stopt met zijn werkzaamheden op een leeftijd die een aantal jaren ouder is dan de leeftijd waarop de meeste mensen met pensioen gaan. Vorige week zaterdag is koster Van den Tweel namelijk negenenzestig jaar geworden. Hij stopt met zijn werk, omdat zoals hij het zelf zegt: „Toch eens een keer moet stoppen met werken". HOOGLAND Koster Aalbert (zijn zoon moet het met één letter minder doen) van den Tweel werd op 19-12-1912 op een boerderij in Hoogland geboren. „Beslist niet in 't Veen. want dat maakt een groot verschil zo preciseert de heer Van den Tweel zijn geboorteplaats In Hoogland werd de Lagere School bezocht en zo als zoveel boerenzonen werd Aalbert op zijn vijftiende jaar boerenknecht. Nu. na ruim vijftig jaar is het gemakkelijk om te zeggen dat die stap toentertijd bepa lend is geweest voor de latere kosters loopbaan Aalbert ging namelijk werken op een boerderij waar de moeder van de Hamersveldse pastoor Van Wee de scepter zwg^ide. Na 11 jaar op de boer derij gewerkt te hebben van mevrouw Van Wee. trouwde Aalbert met Maria van Valkengoed, ook een rasechte Hooglandse. Het pasgetrouwde stel wist een boerderijtje in Hamersveld op de kop te tikken Het boerderijtje be vond zich aan een steegje, juist achter het onlangs gesloopte klooster of beter gezegd „Huize Ansfridus" „Ik kan me nog goed herinneren hoe we toentertijd, in 1939, in Hamersveld aankwamen. Hamersveld was niet veel meer dan een paar wegen met wat boerderijen en huizen. In feite had je alleen de Asschatterweg en de Zwar- testeeg. De toenmalige smid, Jan van de Hengel, was tevens tolbaas. De tol bevond zich ongeveer daar waar nu nog Tolboom woont, juist tegenover het huidige gemeentehuis. Toen ik aan kwam rijden met paard en wagen met daarop mijn huisraad kwam de smid naar buiten, om zijn tolgeld in ontvangst te nemen Toen hij de spullen op de wagen zag liggen wist hij dat het om een nieuwe inwoner van het dorp ging Wie ik was en waar ik ging wonen bleek ook al bekend, zo klein was het dorp in die dagen Zonder te betalen mocht ik door rijden. omdat Hamersvelders vrije door gang hadden Aalbert van den Tweel kwam de oor logsjaren door met het werken op zijn eigen bedoeninkje en hier en daar wat werken bij andere boeren Het gezin Van den Tweel heeft niet lang alleen gewoond Kinderen kwamen er al vrij snel. In totaal kregen pa en ma Van den Tweel elf kinderen, vijf jongens en zes meisjes Toen pastoor Van Wee in 1944 naar Hamersveld kwam lag het voor de hand dat Aalbert contact met hem zocht. Hij kende de pastoor immers nog vanuit Hoogland Omdat de toenmalige koster Yperenburg al tegen de negentig liep en het zware werk dus aan anderen over moest laten, ging Aalbert van den Tweel af en toe naar de pastorie om de tuin bij te houden Het was echter duide lijk dat er in de Sint Jozefparochie een nieuwe koster moest komen. In oktober 1945 werden er sollicitanten opgeroe pen „Er waren best een heel stel kandi daten", weet koster Van den Tweel zich te herinneren. „De sollicitatie was echter voor wat mij betreft een formaliteit. Toen ik moest komen wist ik al dat ik benoemd zou worden. Ik kende de pastoor immers al vanaf mijn jeugd." De familie Van den Tweel verhuisde van hun boerderijtje naar de kosterswo ning naast de R K. kerk aan de Hamers- veldseweg, dezelfde woning waarin ze nu nog steeds wonen Ook het bijbeho rende winkeltje was er in die dagen al. Toen de pasbenoemde koster verhuis de was de winkel echter dichtgespijkerd met planken. De handelswaar die over genomen werd bestond uit een stapel tje zakdoeken „Toen de winkel, zo vlak na de oorlog weer openging, had ik voor precies veertig gulden ingekocht, De hele handel bestond uit twee dozen met diverse spulletjes. Het ging onder meer om houten broches, klompenriemen, notitieboekjes en nog wat klein spul De hele handel vloog weg. ledereen zat in die dagen overal om verlegen Als je wat te koop had was je het vaak de volgende dag al kwijt." Voor de kersverse koster was de scheidende koster overigens niet veel vertellen, omdat hij bang is de gevoe lens van de nabestaanden te kwetsen, ook al is dit alles al lang verleden tijd Eén facet van het trouwen en rouwen in die dagen wil de koster wel kwijt, hierbij aangemoedigd door de familieleden die bij het vraaggesprek aanwezig zijn. „Wat ik in die dagen niet zo leuk vond wat het feit dat je in drie „klas sen" begraven kon worden", begint de koster voorzichtig. (De familie ge bruikt echter heel andere termen: „verschrikkelijk-heel erg-misse- lijk"). Iemand die eerste klas begra ven werd, kreeg een speciale plaats op het kerkhof. Tijdens de rouw dienst hingen er in de kerk vijf meter lange, zwarte gordijnen, die ik vaak al in alle vroegte had moeten ophan gen omdat begrafenissen altijd 's morgens vroeg plaats vonden en niet zoals nu om 11 uur of 's mid dags. Als er eerste klas begraven werd moesten er ook zwarte lopers uitgelegd worden en werd het altaar de dienst ook koffie gedronken De vrouwen konden intussen hun bood schappen doen bij Coba Voskuil die in de helft van het huidige Ros Beyaart een kruidenierswinkeltje had Ook mijn winkel was open op zondag, na de kerk. We verkochten toen vooral „religieuze artikelen", later kwam daar pas speel goed en ijzerwaren bij" zo weet de kos ter te vertellen plezierig ervaart. „De eerbied in Gods Huis is minder dan vroeger, dat merk je vooral bij de kinderen die in de kerk komen", zo meent de heer Van den Tweel. BEHEERDER ledereen kende iedereen in die da gen Men zag elkaar zondags in de kerk en daarna bij een kop koffie Alhoewel Hamersveld een erg klein dorp was zat de kerk toch elke zondag tweemaal stampvol, wat betekent dat zo n 900 mannen, vrouwen en kinderen, elke zondag ter kerke gingen. Ook nu is de R.K. kerk aan de Hamersveldseweg el ke zondag en zaterdagavond redelijk vol. Als alle, als katholiek ingeschreven inwoners van Leusden naar de kerk zouden gaan. dan had men al lang een nieuwe kerk bij moeten bouwen in Leusden Eens per maand zal iemand anders de koffie moeten verzorgen Albert en Aalbert van den Tweel. als gebruikstaal in de kerk betekende een hele omschakeling. Vroeger werd er door de kerkgangers niet gezongen in de Roomse kerk Alleen het kerkkoor zong enkele liederen, uiteraard in het Latijn. Ook de koster moest in het verle den een beetje Latijn kennen omdat hij soms „voor moest bidden' Alle veran deringen in de kerk werden door de kos ter en zijn gezin geruisloos gevolgd De dochters Annie, Nel, Ria en Hannie wa ren één van de eersten die de Neder landstalige liederen kenden, toen men het Latijn als voertaal in de kerk verliet Het koppel heeft meermalen voor een volle kerk voor moeten zingen Koster Van den Tweel nam op veer tigjarige leeftijd zelfs nog orgelles om dat hij ook wel eens diensten wilde be geleiden Zoon Albert is inmiddels als vaste organist aan de Sint Jozefkerk verbonden Wie mocht denken dat de verbouwing van de kerk wel moeilijk zal vallen bij het kostersgezin heeft het fali- kant mis De koster en zijn vrouw jui chen de verbouwing zelfs toe. „De kerk is er na de recente ver bouwing gezelliger op geworden. Het is allemaal veel knusser. Het lijkt wel of de betrokkenheid van de kerk ganger met het hele gebeuren nu groter is. Ook blijven de mensen te genwoordig nog wat napraten in de nieuwe baan wei even wennen. Van boer naar koster is een hele stap. Bo vendien zat de heer Van den Tweel met het probleem dat er niet veel spullen beschikbaar waren. Zelfs de klokken waren uit de toren verdwenen, omdat de Duitsers daar kanonnen van konden maken. Een kleine klok hadden de Duit sers echter laten hangen. Deze klok die met de hand geluid moest worden was nog wel zo groot dat als „vrouw Kos ter". zoals mevrouw Van den Tweel ook heden ten dage nog wordt genoemd, de klok luidde, zij mee omhoog getrokken werd Het kosterschap in die na-oorlogse jaren was zeker geen gemakkelijk baantje Vooral 's winters moest er kei hard aangepoot worden om alles in or de te maken Achteraf vraag je je af of het eigenlijk niet allemaal teveel was voor éen man Het begon 's winters al met het stoken van de verwarming Niet alleen de verwarming in de kerk moest opgepord worden, tot het arbeidsterrein van de koster behoorde ook de jon gensschool van meester Hendriks aan de Hamersveldseweg. het huidige jon gerencentrum „De Til" Ook in de school moest de verwarming bijgehou den worden ,,'s Winters had ik altijd hele harde handen. Afwisselend waren ze gloeiend heet en dan weer koud. De keel in de kerk werd gestookt met kolen gruis, in de school werd cokes gebruikt Het was wel een mooi gezicht die vuur haarden in de ovens, je handen hadden er echter wel van te lijden, 's Zomers kon je dan de smerige as weer wegha len wat ook geen pretje was BEGRAFENISONDERNEMER Een andere taak van de koster was die van begrafenisondernemer in het dorp Als er iemand overleden was moest de koster opdraven. Eén van de buren ging in vroeger dagen de buurt rond om de dorpsgenoten in kennis te stellen van het overlijden Later moest de koster ook nog de rouwbrief opma ken toen het „rondzeggen wat uit de mode raakte Ook het in de kist leggen van de overledene en het aantrekken van de lijkwade (die de koster in zijn winkel overigens zelf verkocht) hoorde tot de taak van de heer Van den Tweel Als beheerder van het kerkhof, achter de kerk. moest de koster ook zelf het graf delven. Over al deze zaken wil de Het vertrek van Aalbert van den Tweel na 36 jaar kosterschap zal zeker niet ongemerkt voorbijgaan Volgende maand neemt hij officieel afscheid, zijn werkzaamheden legt hij echter per 1 januari neer Zoon Albert gaat een deel van de taak die zijn vader vervulde overnemen. Albert zal echter niet be trokken worden bij het directe kerkelijke gebeuren Het assisteren tijdens de kerkdienst zal zoveel mogelijk gebeu ren door vrijwilligers uit de parochie. Ook zullen de pastores zelf meer voor bereidende werkzaamheden moeten uitvoeren. Albert krijgt meer een beheerders functie. Hij krijgt de zorg over bel nieuwe parochiecentrum, het kerk gebouw, de tuin en het kerkhof. Het schoonhouden van de gebouwen, het bijhouden van de verwarming en het delven van graven blijven taken van de kosterszoon. Albert blijft, zo als altijd organist in de parochiekerk. Met de dienst zelf heeft hij echter geen enkele bemoeienis meer. Ook zijn de werktijden voor Albert goed geregeld. Elke woensdag is hij vrij en verder elke zaterdagmiddag. Één maal in de maand is Albert van den Tweel dan ook nog eens een heel weekend vrij. Iemand anders zal dan koffie moeten zetten na de zondag morgenmissen. Koster zal Albert echter niet wor den. Dat beroep behoort voor wat be treft de Sint Jozefparochie in Leus- den-centrum tot het verleden. Overi gens geen uitzondering in deze re gio. Ook in Achterveld en in Hoog land moet men het al geruime tijd zonder de figuur van een koster stel len. aangepast. Ook het kerkkoor zong bij eerste klas begrafenissen buiten, bij het graf. Bij tweede klas begrafe nissen werd het al wat minder. De loper werd niet uitgerold en ook de zwarte gordijnen bleven in de kast. Wel werd het altaar aangepast. Bij derde klas begraven gebeurde er in de kerk helemaal niets." Toen het kerkhof in 1966 werd uitge breid verdween het gebruik om onder scheid te maken in klassen als het ging om een bepaalde plaats voor het graf. Op het oude gedeelte van het kerkhof is ook nu nog duidelijk de indeling in vak ken voor de diverse „klassen" te zien. Ook voor het trouwen kende men twee klassen. Bij het „eerste klas" trou wen werd er lopers uitgelegd en werden er meer kaarsen aangestoken dan het geval was bij de wat „goedkopere trouwpamj Het hele dorp kon toenter tijd zelfs horen of er eerste of tweede klas werd getrouw Bij eerste klas wer den er twee bruiloftsklokken geluid, in het andere geval maar één. Ook in de kerk zelf was het verschil tussen de welgestelde boeren en de arbeiders nog duidelijk zichtbaar in de jaren na de oorlog De plaatsen werden in die dagen voor een jaar „verpacht De duurste plaatsen waren de banken voorin de kerk. zodat daar de welgestel- den zaten Wel zaten de mannen en vrouwen gescheiden De vrouwen in het middenschip en de mannen aan de zijkant Alleen de achterste rijen van het middenschip waren dan weer bedoeld voor mannen. Zij zaten op de „petten- banken" zo genoemd omdat er een aparte plank aangebracht was voor de pet „In die jaren na de oorlog ging het in Hamersveld wel anders toe dan in de huidige tijd De boeren die van ver kwa men. kwamen met paard en wagen, de zogenaamde „tentwagen De boeren in het stemmig zwart met een pet op, de vrouwen in het zwart met een witte kan ten muts. De paarden werden op stal gezet bij het Ros Beyaart Daar werd na NOOIT VRIJ GEHAD Als je zo zit te praten met koster Van den Tweel vraag je je al snel af wanneer zo'n man nu eigenlijk vrij heeft Het ant woord is erg simpel: „nooit Om geen misverstanden te wekken wordt dit ant woord snel aangevuld Tegenwoordig zou een vrije dag er best inzitten, de koster en zijn vrouw blijven echter maar het liefst bij huis en bij hun winkel Een winkel die overigens de oudste be staande winkel in Leusden is, zo vertelt „vrouw Koster" vol trots. Vroeger werd er over vrije dagen gewoon niet gespro ken. De koster was er altijd, zeven da gen in de week. 52 weken per jaar Bij hoge uitzondering werden er wel eens een paar dagen vrijaf genomen voor een kort tripje Zondagavond ging men dan weg, meestal was men vrijdag avond al weer terug. KERSTMIS „Kerstmis is een mooie dag, maar niet voor de koster Dat mag je rustig in de krant zettenzegt koster Van den Tweel enkele dagen voor het kersi.'»~°' van 1981 Van 's morgens vroeg tot 's avonds laat is de koeler ur..e dagen in touw met alle vooroereiu gen. Dit jaar begint de eerste Mis op kerstavond al om 18 00 uur. de laatste begint om middernacht De koster is dan pas om een uur of twee thuis, na al een hele dag druk in de weer te zijn geweest De volgende morgen om 9 00 uur staat hij weer paraat als op eerste kerstdag een Mis begint Toch klaagt de heer Van den Tweel niet over zijn taak die hij over enkele dagen neerlegt. In tegendeel, vol trots vertelt hij „nooit moeilijkheden in zijn loopbaan gehad te hebben" Toch is er in de jaren dat de koster zijn werkzaamheden vervulde wel het eén en ander veranderd in de Rooms- Katholieke kerk. Vooral de omschake ling van het Latijn naar het Nederlands kerk, dat gebeurde vroeger veel min der." Toch is er in de kerk van vandaag wel een zaak die de koster als wat minder

Historische kranten - Archief Eemland

Leusder Krant | 1981 | | pagina 5