„In wezen ben ik
'n erg lui mens"
,Ik kan het niet goed hebben, als ik zie hoe ze
in een supermarkt de klanten behandelen"
BI*
I*8B1C
C. P. Spaans stopt na tien jaar als
voorzitter van de winkeliersvereniging
a
CDA-
kamerlid
in A'veld
.ia van Zandbrink verlaat haar gezellige buurtwinkeltje
en
leusffl
Beleids
programma
verkrijgbaar
DONDERDAG 30 SEPTEMBER 1982
interview
7 l
(van één onzer medewerkers)
LEUSOEN - De heer C. P. Spaans vindt zichzelf eigenlijk maar
een erg lui mens. Aan het onderhoud van zijn tuintje doet hij
bijvoorbeeld helemaal niets. „Ik heb dan ook het mooiste
onkruid van de hele buurt", vertelt de 69-jarlge oud slager met
een glunderend gezicht. Mensen die Spaans van nabij ken
nen, weten echter wel beter. De heer Spaans is In totaal 53 jaar
werkzaam geweest als slager. „Een vak waarin ik soms 7,5
dag per week, samen met mijn vrouw keihard moest werken
voor de kost", aldus de middenstander In hart en nieren.
Ondanks al het harde werken
in zijn zaak zag de heer Spaans
ook nog kans om tal van functies
In het openbare leven te vervul
len. Zo maakte hij tot vorig jaar
deel uit van de gemeentelijke ad
viescommissie voor het midden-
en kleinbedrijf en is nog steeds
lid van de werkgroep Ruimtelijke
Ordening van het CML. Na tien
|aar de functie van voorzitter ver
vuld te hebben van de winke
liersvereniging Leusden-Cen
trum vond de heer Spaans het nu
welletjes. Dinsdag j.l. Is hij defi
nitief gestopt met het voorzitter
schap omdat hij vindt dat een an
der zijn taak maar eens moet
overnemen.
Cornells Philip Spaans werd in
1913 in Vlaardingen-Ambacht ge
boren. ,,Een zelfstandige gemeen
te die te vergelijken was met Ha-
versveld in die dagen". De vader
van Cornells Spaans zat in wat ge
noemd werd de „vrije handel", wat
I in de praktijk betekende dat er één
week wat verdiend werd en het
best mogelijk was dat de twee
daaropvolgende weken op het
randje van het bestaan geleefd
werd. Met zijn twaalfde jaar was
Comelis Spaans „afgestudeerd",
jltifhad met goed gevolg de lagere
school doorlopen. Ondanks het feit
dat er toen al een arbeidswet be
tond die kinderen verbood vóór
hun 14e jaar te werken, moest de
twaalfjarige Spaans een baan gaan
zoeken Bij een slager in Vlaardin-
gen werd een „nette jongen ge
vraagd", Cornelis vond dat hij die
i„nette jongen" was en stapte de
slagerij binnen met de mededeling
dat hij de gezochte jongen was
Omdat zijn moeder in de verte fami
lie was van een bekende Vlaar-
dingse reder kreeg Cornelis de
baan. Het loon bedroeg 3,- plus
broodkost" hetgeen betekende dat
het ontbijt en de avondboterham
voor rekening van de slager kwam.
In de praktijk betekende het echter
datje 's avonds, als het nodig was,
gewoon door kon werken. Om een
hap warm eten te krijgen moest
Cornelis Spaans tussen de middag
naar huis lopen. Een kwartier heen
en een kwartier terug. Er bleef een
half uur over om het eten naar bin
nen te werken. De fiets van de baas
mocht niet gebruikt worden, die
bleef mooi in de schuur staan.
LEZEN
Van het zakgeld dat hij van zijn
ouders mocht houden, een kwartje
in de week, kocht de jonge slagers
knecht boeken. Omdat een boek in
die dagen 0,95 kostte, werden er
via een Amsterdamse boekhandel
boeken op afbetaling gekocht Ook
nu is lezen nog de grootste hobby
van de oud-slager. In zijn boeken
kast staan honderden boeken ter
wijl de heer Spaans aan één krant
per dag niet genoeg heeft. Om zich
goed te informeren over allerlei za
ken leest de heer Spaans verschil
lend georiënteerde dag- en week
bladen.
Als slagersjongen heeft Spaans
verschillende bazen gehad. „Er
waren goede en slechte, makkelij
ke en moeilijke werkgevers bij", zo
weet de heer Spaans zich nog
goed te herrineren. In de oorlogsja
ren werkte de heer Spaans in de
winkel van zijn broer, omdat deze
na opgeroepen te zijn voor de mo
bilisatie, later, tijdens de bezetting
tewerkgesteld werd door de Duit
sers. Aanvankelijk liep het winkeltje
in Vlaardingen nog wel goed. Te
gen het einde van de oorlog was de
zaak echter soms maar één dag in
de week open omdat er domweg
geen vlees te koop was.
ROTTERDAM
Direct na de oorlog liet Spaans
een mooi huis in Vlaardingen ach
ter om in Rotterdam een eigen zaak
te beginnen. Het werd uiteindelijk
een klein winkeltje aan de Maasha
ven. „Het hele pand bestond uit de
winkel, een woonkamer, een keu
ken en een kelder. In de kelderslie
pen mijn vrouw en ik samen met
drie kinderen", weet Spaans zich
nog best te herrineren, zich achter
af er over verbazend dat iedereen
gezond is gebleven. Het aanvanke
lijk verlopen winkeltje werd uitein
delijk een bloeiende zaak met een
grote klantenkring. Vervelend was
echter dat de winkel vlak aan de
haven lag waar meel en copra ge
lost werden Werd er een schip met
copra gelost, dan werd de hele
buurt overspoeld met torren. In de
slagerij was men dan de hele dag
bezig met het vangen en doden van
de torren. Een schip met meel was
zo mogelijk nog erger. Na het los
sen van een schip kon je nauwelijks
behoorlijk over straat gaan omdat
je uitgleed over de vettigheid. Om
over de ratten die in groten getale
tevoorschijn kwamen nog maar te
zwijgen
HAMERSVELD
Het werken in de eigen, Rotter
damse winkel kostte erg veel in
spanning. Reden waarom de fami
lie Spaans uitkeek naar een wat
rustiger vestigingsplaats waar men
het wat kalmer aan kon doen Stom
toevallig verzeilden de heer en me
vrouw Spaans tijdens een vakantie
die in Lunteren werd doorgebracht,
in het dorp Hamersveld. Het was in
1962. In die dagen bestond Ha
mersveld, het latere Leusden-Cen
trum, slechts uit een paar straten.
Wel was er een splinternieuw win
kelcentrum, de Biezenkamp. Van
de negen winkels, waren er slechts
drie of vier bezet, de overige ston
den al geruime tijd te koop. Ook
een leuke winkel op de hoek van
het centrum stond nog leeg. De fa
milie Spaans werd enthousiast
toen ze vernamen dat er in Ha
mersveld helemaal geen slager
was en dat men er eigenlijk om zat
te springen. Uiteindelijk kocht niet
vader Spaans de winkel in de Bie
zenkamp, maar zijn zoon die ook in
het slagersvak terecht was geko
men, verhuisde naar Leusden.
„Het koopcontract", zo weet vader
Spaans te vertellen, „werd rond
half twaalf 's avonds in hotel Oud-
Leusden getekend. De bouwer van
het winkelcentrum, Vahstal en ma
kelaar Nefkens waren bij de onder
tekening van het contract door
zoon Spaans aanwezig. Toen de
handtekening op papier stond ging
er direct een telefoontje naar bur
gerheester Buining van Leusden
met de mededeling dat er weer een
winkel was verkocht".
Vier jaar later, het was inmiddels
1966, hield zoon Spaans het voor
gezien. Hij kreeg een goede baan
aangeboden bij de Keurslageror-
ganisatie en belde zijn vader dat
zijn zaak te koop stond. Pa hoefde
niet lang na te denken, hij wilde het
nog altijd rustiger aan gaan doen,
dus werd de Rotterdamse zaak
achtergelaten en ingeruild voor het.
landelijke Hamersveld.
WINKELIERSVERENIGING
Zoals iedereen weet liep het wel
wat anders met het landelijke Ha-
merveld waar het rustig toeven zou
•zijn. Lange tijd bleef slager Spaans
de enige slager in het dorp dat zich
zeer snel uitbreidde „Mijn vrouw
en ik hebben echt wel eens ge
dacht dat er nooit een eind aan het
werk zou komen", aldus de al ge
ruime tijd „gepensioneerde" sla
ger, „Je kunt rustig zeggen dat we
soms 7,5 dag in de week werkten".
Ondanks alle drukte in zijn eigen
zaak, zag de heer Spaans ook nog
kans om zich in te zetten voor de
winkeliersvereniging van Leusden,
die in 1971 werd opgericht. Al een
jaar na de oprichting nam Spaans
het voorzitterschap van de vereni
ging van Ad Wisman over. Tot zijn
grote verbazing waren alle winke
liers van Leusden-Centrum lid van
de middenstandsclub, die erg ac
tief was. In 1972 werd er gestart
met een zegeltjes-actie. Bij elke
aankoop in Leusden-Centrum
kreeg men zegeltjes die, als men er
genoeg op een kaart geplakt had,
omgewisseld konden worden voor
contant geld. „Die zegelt|es-actie
was een grote trekpleister voor de
Leusdense bevolking", vertelt de
heer Spaans. „Het was een prima
klantenbinding." Bovendien bleef
er, door verstandig beheer van de
zegelkas door Anton v.d. Berg, ook
nog behoorlijk wat geld over. Met
dat geld konden we dan weer eens
een speciale actie financieren. De
hele zegelactie is echter kapot ge
gaan toen veel winkeliers er mee
stopten, vanwege de kosten die het
voor de middenstanders met zich
mee bracht.
SOLIDARITEIT
Toen Spaans en zijn vrouw de win
kel overdeden aan de huidige eige
naar, Fred Timmer, stopte de heer
Spaans niet met zijn werk voor de
Leusdense middenstand. Steeds
bleef hij op de bres staan om de
belangen van de middenstanders
op alle fronten te verdedigen. Op
vallend daarbij was dat de winke
liers onderling altijd een goed con
tact hadden, dat ondanks het feit
dat er toch de nodige onderlinge
concurrentie was. Die onderlinge
solidariteit maakte dat het werken
als voorzitter altijd plezierig bleef.
„Al moesten er soms wel eens har
de dingen gezegd worden", aldus
Spaans, die er aan toevoegt dat hij
dat altijd „op een tactische manier"
deed.
GEMEENTE
Via de winkeliersorganisatie kwam
de heer Spaans terecht in de com
missie voor het midden- en kleinbe
drijf. Een commissie waarvan ook
enkele raadsleden deel uitmaak
ten „In de begintijd hielden we ons
bezig met onnozele dingen", geeft
Spaans eerlijk toe. „Wethouder
Wagenaar wist zeer veel zaken
echt door te drukken, soms tegen
de wil van de commissie in. Later,
toen de heer Mandemaker voorzit
ter was van de adviescommissie
gebeurde het tegendeel wel Wet
houder Mandemaker beloofde wel
eens dingen die hij er dan later bii
het college niet door kon krijgen".
Van de werkgroep voor het mid
den- en kleinbedrijf heeft de heer
Spaans tot vorig jaar deel uitge
maakt. Hij is van mening dat de
werkgroep toch wel invloed heeft
gehad op de besluitvorming binnen
de gemeenteraad. De uit de werk
groep voortgekomen commissie
„brancheverdeling", die de ge
meente adviseert over de verdeling
van de verschillende branches bin
nen het Leusdense winkelbestand
wordt door Spaans nog altijd als
een zeer zinvolle zaak beschouwd.
HAMERSHOF
Toen de eerste winkels in het win
kelcentrum de Hamershof versche
nen ontstond er in Leusden-Cen-
trum een tweede winkeliersvereni
ging Een kwestie die de heer
Spaans nog altijd een beetje dwars
zit, al heeft hij wel begrip voor de
hele situatie. De Hamershofwinke-
liers werden namelijk verplicht zich
aan te sluiten bij de winkeliersver
eniging „Hamershof" via het koop
contract van hun pand. De realisa-
tor van de Hamershof en de ge
meente hadden op deze manier
één gesprekspartner die de belan
gen van de hele Hamershof moest
verdedigen.
Pas de laatste tijd ontstaat er weer
een beetje toenadering tussen de
beide winkeliersorganisaties.
„Meer en meer wordt ingezien dat
men een groot gezamenlijk belang
heeft Namelijk het dichten van het
kooplek naar Amersfoort en andere
plaatsen in de omgeving", aldus de
scheidende voorzitter van de oud
ste winkeliersvereniging Zelf heeft
Spaans wel gedacht aan één be
langenvereniging voor alle winke
liers in Leusden In de praktijk zal
het echter wel even duren voordat
de beide verenigingen gaan fuse
ren, de belangen lopen daarvoor te
ver uiteen.
VOORTREKKEN
Bovendien bestaat er bij de winke
liers in Leusden nog sterk het ge
voel dat de middenstanders in de
Hamershof door de gemeente wor
den „voorgetrokken". De heer
Spaans wijst hierbij naar het feit dat
het de Biezenkampers nog altijd
niet gelukt is verwijsborden naar
hun winkelcentrum te krijgen op de
invalswegen van Leusden. Ook lijkt
de gemeente niet al te veel haast te
maken met de voltooiing van de
Biezenkamp. De toegezegde
„zoekroute" voor naar een per
keerplaats zoekende automobilis
ten is nog altijd niet tot stand geko
men. Een doorn in het oog van de
winkeliers.
De heer C. Spaans heeft dinsdag jl.
zijn functie als voorzitter van de
winkeliersvereniging De Biezen-
kamp-Leusden-Centrum, zoals de
belangenorganisatie nu heet, neer
gelegd Alleen in de werkgroep
ruimtelijke ordening van het CML
blijft Spaans opkomen voor de be
langen van de Leusdense midden
standers.
In de tijd die nu overblijft gaat de
heer Spaans zich meer bezighou
den met zijn oude hobby, lezen.
Ook zal hij wat meer naar toneel-
en operavoorstellingen toe kunnen
gaan, nu er wat meer tijd overblijft.
ONTBOEZEMINGEN
Eén van de aardige dingen die hij
doet is het schrijven voor de Leus-
der Krant, vindt de heer Spaans
zeil. In zijn „Spaanse ontboeze
mingen" zoals die regelmatig in de
krant te vinden zijn, kan de oud
slager allerlei kleine belevenissen
in het dorp doorgeven aan de kran
telezer. Ook is er in zijn „ontboeze
mingen" ruimte voor kleine uitval
letjes naar de gemeente of zomaar
wat overdenkingen.
Over de toekomst maakt de heer
Spaans zich zorgen. Hij waar
schuwt de middenstanders dan
ook om „op hun tellen te passen'
Ook dinsdagavond liet de heer
Spaans zich nog in deze richting uit
tijdens zijn laatste vergadering als
voorzitter van de winkeliersvereni
ging. Spaans vergelijkt de huidige
situatie in ons land met de situatie
van rond 1936 toen er in Nederland
350.000 werklozen waren en het
steil bergafwaarts ging met het be
drijfsleven in ons land. Spaans
heeft geen idee uit welke hoek er
momenteel een verbetering van
het klimaat te verwachten is
„Ik heb wel eens het gevoel van,
voor mij hoeft het allemaal niet
meer", zo besluit de heer Spaans
zijn verhaal. „Anderen moeten
echter wel verder met hun zaak.
zelfstandigen kunnen nu eenmaal
geen beroep doen op de werkloos
heidswet, voor hen die mislukken is
er slechts één regeling die echt niet
zo plezierig is. de bijstand
(van een onzer verslaggevers)
ACHTERVELD - Op maandag 11
oktober aanstaande spreekt in
Achterveld het Tweede Kamerlid
voor het CDA, de heer J. van
Noort. De heer Van Noort Is land-
bouwspeclallst van zijn fractie
en zal spreken over actuele land
bouwpolitiek.
De bijeenkomst, die wordt georga
niseerd door de afdeling De Glind
Achterveld van het CDA, vindt
plaats in Ons Gebouw, Hessenweg
214 in Achterveld. De aanvang is
om 20.00 uur en de toegang is gra
tis.
v. tf
tl
veldil
v 1
I LEUSDEN - „Op woensdag 29 september sta Ik voor het
latst in de S+K winkel. Zo kondigde Lla van Zandbrink in de
ant van vorige week donderdag haar vertrek aan. Inmiddels
I het een week later en ook dat ligt achter haar. Een periode
fn drie jaar werken in een buurtwinkel. Die, nu er zoveel over
lat onderwerp te doen is ook wel fraai „buurtsteunpunt"
lenoemd wordt. Maar daar gaat het nu even niet over. Het
iiatover Lia van Zandbrink.
Lia is een ras-echte Hamersveld-
se. Haar meisjesnaam is Groene-
stein, „Ik ben nog op school ge
weest in het gebouw waar nu „de
Til" is. En ook op de Bernadette-
school in het klooster". Ze is vieren
twintig jaar „Ik ben nu al negen
jaar in levensmiddelenzaken werk
zaam". Het begon op haar vijftien-
r
kH
van
oor het|
traject
handio
en heeftj
•ij gekopf
tp deze ia
Hameis
sden
Ga« .1
<niep, tfj
Imalen,
t
Mof",
i-zuid.
sow
de (aar in een A en O-zaak aan de
Soesterweg te Amersfoort. Daar
heeft ze in de vijf jaar dat ze daar
werkte haar meeste ervaring opge
bouwd. „Ik draaide gewoon mee
en ondertussen hield ik mijn ogen
en oren goed open. Als ik hoorde
van: „dit moet je zus of zo doen", of
iemand vroeg waarom iets minder
goed houdbaar was en mijn baas
gaf antwoord dan luisterde ik en
dan wist ik het ook". Ze heeft op het
eind van die tijd ook nog even mee
gereden op een winkelwagen.
Daarna heeft ze een jaartje wat
„gezworven": ze stond in een no-
tenbar in Rhenen en in een dieren-
zaak hier in Leusden. Het werd
1979 en de heer v.d. Horst, die tot
dan toe zelf in de winkel aan de
Roozendaallaan had gestaan,
zocht een huurder voor het pand.
Hijzelf vertrok naar Voorthuizen.
De winkel werd verhuurd en Lia
kwam achter de toonbank te staan.
„Het leek me toen wel leuk om dat
te doen", zegt ze en ze voegt er aan
toe dat het van thuis niet zo hoefde
Ze dachten dat het misschien te
zwaar voor me was". In 1980
trouwde ze met Herman van Zand
brink. Het echtpaar woonde aan de
Hamersveldseweg naast de winkel.
Lia's man is echter fruitteler van
beroep en zo bleef het winkeltie
echt „haar" werk.
SERVICE
Zoals Lia de winkel runde had bij
mij de indruk doen ontstaan dat zij
ook „de baas" was. Wat je dan on
der baas mag verstaan in een
S+K-keten. Dat blijkt mis te zijn.
Jammer, maar ik ben volgens Lia
niet de enige die een „verkeerde"
indruk van haar heeft. Lia runde de
zaak namens haar baas Ruud v.
Aalst. Heeft ze naast haar ervaring
ook nog diploma's hiervoor be
haald' „Ja, een middenstandsdi
ploma. En verder een vleeswaren-
en kaasdiploma. Maar dat stelt niet
zoveel voor. Dat gaat meer over
„hoe presenteer je het aan de klan
ten".
Ondanks dat Lia in loondienst
was, toonde ze groot gevoel van
verantwoordelijkheid voor het lo
pen van de zaak te bezitten „De
klant is koning" is een leuze die ook
zij, als vele kleine ondernemers on
derschrijft: „Ik kan het niet goed
hebben, als ik wel eens in 'n super
markt kom en je ziet hoe ze de klan
ten daar behandelen. Ik heb laatst
eens gezien hoe ze iemand rustig
lieten wachten en ondertussen nog
over haar spraken. Als ik daar de
baas was zou ik wel oppassen dat
dat niet gebeurde". In haar eigen
winkel deed ze dat zeker. „Het is
een gezellig buurtwinkeltje. We zijn
's wóensdags dicht, maar 's maan
dags zijn we open. Ik vond de servi
ce altijd belangrijk. Meelopen naar
de auto bijvoorbeeld, als de klant
dat niet alleen af kon. 's Avonds
werd ik ook wel eens opgebeld:
„Go's Lia, ik ben nog een pakje
boter vergeten". Dat konden de
mensen dan ook nog komen halen.
Het is vaak gebeurd dat er 's
avonds gebeld werd. Maar ik bleef
er natuurlijk niet voor thuis!"
FILM
Het leuke van een buurtwinkel
vindt Lia het intensieve kontakt met
de klanten. „Het is heel gek, maar
nu ik weg ga, vroegen ze ook wat ik
wilde hebben Ik had zells klanten
uit Leusden-Zuid Eén van hen
vroeg of ik pannenlappen wilde
hebben. Die kon ik wel gebruiken,
want ik had geen goede meer Ze
zou ze maken". En over het kontakt
met haar klanten vertelt ze verder
„Het gebeurddnogd^yaak dat
er kinderen in de winkel waren met
een papiertje waarop de bestelling
stond. Als het niet helemaal duide
lijk was, dan vroeg ik hun naam of
het telefoonnummer en vroeg dan
even na of het wel goed was. Je
merkt dat het toch wel op prijs ge
steld wordt". En wat die kinderen
betreft: „Het snoepje van vroeger
is vervangen door worst. En als je
vegetariërs in de winkel hebt, dan
geef je een stukje kaas". Een spe
ciale herinnering bewaard Lia ook
aan de dag dat de KRO filmopna
mes bij haar kwam maken: „Dat
was in verband met het nieuwe
kassa-systeem bij Wim Wahle. La
ter zag ik in Brandpunt dat het om
een heel klein stukje ging. Ze lieten
mijn kassa zien in vergelijk met de
nieuwe. Bij de opnames moest ik
alles heel langzaam doen, ook het
aanslaan In het filmpje leek het
alsof ik het heel snel deed. Hoe ze
dat doen weet ik niet. Ze kwamen
heel laat in de middag. Ik had ge
dacht dat ze eerder zouden komen.
Om vijf uur ben ik maar gaan bel
len. Ik had de hele zaak schoonge-
poetst en ik zat op het laatst echt op
ze te wacchten. Uiteindelijk kwa
men ze. Het ging ook niet om een
gesprek, ze wilden alleen die oude
kassa filmen.
HUISHOUDEN
Het „schoonpoetsen" is trou
wens toch wel iets wat natuurlijk
tot de dagelijkse werkzaamheden
van Lia van Zandbrink behoorde.
„Van tijd tot tijd kwamen ook men
sen van de keuringsdienst van wa
ren kijken. Die kijken niet alleen of
alles schoon is maar ook naar de
datumcodering op de produkten. Ik
heb nooit last met ze gehad. Daar
naast kwamen er ook wel vertegen
woordigers. Die stuurde ik door
naar mijn baas. De boekhouding
deed ik niet De kas maakte ik wel
zelf op. De lijsten voor het magazijn
ook. Ik kon drie keer op een dag
vanuit Woudenberg bevoorraad
worden. Tweemaal op een dag kon
ik daar mijn bestellingen doen". Al
met al had ze werk genoeg En ze
stond er niet altijd alleen voor. „Ik
vond het altijd leuk van Marry De-
nink als ze insprong". Tijdens de
koopavonden was er nog een der
de hulp in de winkel aanwezig.
Maar na haar werk wachtte het
huishouden „Als ik klaar was met
de winkel, dan moesten we snel
eten. Dan moest ik het hele huis
opruimen. Daar had ik niet altijd
even veel tijd voor, dus dat moest in
etappes gebeuren". En als je
vraagt waarom ze nu eigenlijk mee
ophoudt, om een hele dag in een
winkel te staan, blijkt dat haar ou
ders toch wel een beetje gelijk heb
ben gekegen ,,'t Werd te zwaar Ik
ben getrouwd en ik moet ook aan
onze toekomst denken We heb
ben een leuk huisie gekocht en ik
ga nu een tijdje aan het huishouden
wennen. Misschien dat ik toch wel
weer part-time in de zelfde branche
probeer te gaan werken"
BUURSTEUNPUNT
„Ik hoop dat de klanten het ver
trouwen dat zij aan mij gegeven
hebben ook aan mijn opvolger zul
len geven". Die opvolger is Wim v.
Roomen. „Het is niet waar dat er
een heel ander soort winkel in
komt. Dat vroegen de mensen wel
eens aan me. Hij gaat op dezelfde
voet verder, alleen breidt hij wat
uit". Is er volgens jou nog wel kans
van slagen voor een buurtwinkel?
„Ik heb het in de afgelopen jaren
alleen maar drukker gekregen. Een
goed lopend winkeltje houdt zijn
vaste klantenkring wel De per-
onlijkheid wordhüoor de Wanten
ÉÜB
op prijs gesteld. Dat is echt zo'
Dat geldt voor jouw winkel, maar
hoe zit het met een "nieuw op te
richten buurtsteunpunt?
„Dan zul je het als kleine onder
nemer ontzettend moeilijk hebben.
Je moet namelijk een heel grote
omzet hebben om je zaak goed te
laten lopen. De supermarkten zijn
niét altijd goedkoper dan wij. Maar
soms begreep ik toch niet hoe ze
het voor een bepaalde prijs konden
doen. De mensen zullen toch wel
naar de supermarkten gaan. In het
begin misschien niet, als het nog
nieuw is. Maar op den duur wel. Dat
is ook wel eens tegen mij gezegd:
„Ik doe mijn boodschappen niet om
Lia in leven te houden" Zo is dat.
En van mensen die vlak voor slui
tingstijd nog binnenkomen om iets
te halen dat ze vergeten waren kun
je geen winkel laten lopen."
LEUSOEN - De raadsfracties
van het CDA, VVD, GPV/SGP en
D'66 hebben zoals bekend geza
menlijk een beleidsprogramma
voor de komende vier jaar opge
steld. Belangstellenden kunnen
een exemplaar van dit program
ma afhalen bij Bureau Voorlich
ting, Zwarteweg 16a, telefoon
941247, toesjfi^VH^