„In wezen ben ik 'n erg lui mens" ,Ik kan het niet goed hebben, als ik zie hoe ze in een supermarkt de klanten behandelen" BI* I*8B1C C. P. Spaans stopt na tien jaar als voorzitter van de winkeliersvereniging a CDA- kamerlid in A'veld .ia van Zandbrink verlaat haar gezellige buurtwinkeltje en leusffl Beleids programma verkrijgbaar DONDERDAG 30 SEPTEMBER 1982 interview 7 l (van één onzer medewerkers) LEUSOEN - De heer C. P. Spaans vindt zichzelf eigenlijk maar een erg lui mens. Aan het onderhoud van zijn tuintje doet hij bijvoorbeeld helemaal niets. „Ik heb dan ook het mooiste onkruid van de hele buurt", vertelt de 69-jarlge oud slager met een glunderend gezicht. Mensen die Spaans van nabij ken nen, weten echter wel beter. De heer Spaans is In totaal 53 jaar werkzaam geweest als slager. „Een vak waarin ik soms 7,5 dag per week, samen met mijn vrouw keihard moest werken voor de kost", aldus de middenstander In hart en nieren. Ondanks al het harde werken in zijn zaak zag de heer Spaans ook nog kans om tal van functies In het openbare leven te vervul len. Zo maakte hij tot vorig jaar deel uit van de gemeentelijke ad viescommissie voor het midden- en kleinbedrijf en is nog steeds lid van de werkgroep Ruimtelijke Ordening van het CML. Na tien |aar de functie van voorzitter ver vuld te hebben van de winke liersvereniging Leusden-Cen trum vond de heer Spaans het nu welletjes. Dinsdag j.l. Is hij defi nitief gestopt met het voorzitter schap omdat hij vindt dat een an der zijn taak maar eens moet overnemen. Cornells Philip Spaans werd in 1913 in Vlaardingen-Ambacht ge boren. ,,Een zelfstandige gemeen te die te vergelijken was met Ha- versveld in die dagen". De vader van Cornells Spaans zat in wat ge noemd werd de „vrije handel", wat I in de praktijk betekende dat er één week wat verdiend werd en het best mogelijk was dat de twee daaropvolgende weken op het randje van het bestaan geleefd werd. Met zijn twaalfde jaar was Comelis Spaans „afgestudeerd", jltifhad met goed gevolg de lagere school doorlopen. Ondanks het feit dat er toen al een arbeidswet be tond die kinderen verbood vóór hun 14e jaar te werken, moest de twaalfjarige Spaans een baan gaan zoeken Bij een slager in Vlaardin- gen werd een „nette jongen ge vraagd", Cornelis vond dat hij die i„nette jongen" was en stapte de slagerij binnen met de mededeling dat hij de gezochte jongen was Omdat zijn moeder in de verte fami lie was van een bekende Vlaar- dingse reder kreeg Cornelis de baan. Het loon bedroeg 3,- plus broodkost" hetgeen betekende dat het ontbijt en de avondboterham voor rekening van de slager kwam. In de praktijk betekende het echter datje 's avonds, als het nodig was, gewoon door kon werken. Om een hap warm eten te krijgen moest Cornelis Spaans tussen de middag naar huis lopen. Een kwartier heen en een kwartier terug. Er bleef een half uur over om het eten naar bin nen te werken. De fiets van de baas mocht niet gebruikt worden, die bleef mooi in de schuur staan. LEZEN Van het zakgeld dat hij van zijn ouders mocht houden, een kwartje in de week, kocht de jonge slagers knecht boeken. Omdat een boek in die dagen 0,95 kostte, werden er via een Amsterdamse boekhandel boeken op afbetaling gekocht Ook nu is lezen nog de grootste hobby van de oud-slager. In zijn boeken kast staan honderden boeken ter wijl de heer Spaans aan één krant per dag niet genoeg heeft. Om zich goed te informeren over allerlei za ken leest de heer Spaans verschil lend georiënteerde dag- en week bladen. Als slagersjongen heeft Spaans verschillende bazen gehad. „Er waren goede en slechte, makkelij ke en moeilijke werkgevers bij", zo weet de heer Spaans zich nog goed te herrineren. In de oorlogsja ren werkte de heer Spaans in de winkel van zijn broer, omdat deze na opgeroepen te zijn voor de mo bilisatie, later, tijdens de bezetting tewerkgesteld werd door de Duit sers. Aanvankelijk liep het winkeltje in Vlaardingen nog wel goed. Te gen het einde van de oorlog was de zaak echter soms maar één dag in de week open omdat er domweg geen vlees te koop was. ROTTERDAM Direct na de oorlog liet Spaans een mooi huis in Vlaardingen ach ter om in Rotterdam een eigen zaak te beginnen. Het werd uiteindelijk een klein winkeltje aan de Maasha ven. „Het hele pand bestond uit de winkel, een woonkamer, een keu ken en een kelder. In de kelderslie pen mijn vrouw en ik samen met drie kinderen", weet Spaans zich nog best te herrineren, zich achter af er over verbazend dat iedereen gezond is gebleven. Het aanvanke lijk verlopen winkeltje werd uitein delijk een bloeiende zaak met een grote klantenkring. Vervelend was echter dat de winkel vlak aan de haven lag waar meel en copra ge lost werden Werd er een schip met copra gelost, dan werd de hele buurt overspoeld met torren. In de slagerij was men dan de hele dag bezig met het vangen en doden van de torren. Een schip met meel was zo mogelijk nog erger. Na het los sen van een schip kon je nauwelijks behoorlijk over straat gaan omdat je uitgleed over de vettigheid. Om over de ratten die in groten getale tevoorschijn kwamen nog maar te zwijgen HAMERSVELD Het werken in de eigen, Rotter damse winkel kostte erg veel in spanning. Reden waarom de fami lie Spaans uitkeek naar een wat rustiger vestigingsplaats waar men het wat kalmer aan kon doen Stom toevallig verzeilden de heer en me vrouw Spaans tijdens een vakantie die in Lunteren werd doorgebracht, in het dorp Hamersveld. Het was in 1962. In die dagen bestond Ha mersveld, het latere Leusden-Cen trum, slechts uit een paar straten. Wel was er een splinternieuw win kelcentrum, de Biezenkamp. Van de negen winkels, waren er slechts drie of vier bezet, de overige ston den al geruime tijd te koop. Ook een leuke winkel op de hoek van het centrum stond nog leeg. De fa milie Spaans werd enthousiast toen ze vernamen dat er in Ha mersveld helemaal geen slager was en dat men er eigenlijk om zat te springen. Uiteindelijk kocht niet vader Spaans de winkel in de Bie zenkamp, maar zijn zoon die ook in het slagersvak terecht was geko men, verhuisde naar Leusden. „Het koopcontract", zo weet vader Spaans te vertellen, „werd rond half twaalf 's avonds in hotel Oud- Leusden getekend. De bouwer van het winkelcentrum, Vahstal en ma kelaar Nefkens waren bij de onder tekening van het contract door zoon Spaans aanwezig. Toen de handtekening op papier stond ging er direct een telefoontje naar bur gerheester Buining van Leusden met de mededeling dat er weer een winkel was verkocht". Vier jaar later, het was inmiddels 1966, hield zoon Spaans het voor gezien. Hij kreeg een goede baan aangeboden bij de Keurslageror- ganisatie en belde zijn vader dat zijn zaak te koop stond. Pa hoefde niet lang na te denken, hij wilde het nog altijd rustiger aan gaan doen, dus werd de Rotterdamse zaak achtergelaten en ingeruild voor het. landelijke Hamersveld. WINKELIERSVERENIGING Zoals iedereen weet liep het wel wat anders met het landelijke Ha- merveld waar het rustig toeven zou •zijn. Lange tijd bleef slager Spaans de enige slager in het dorp dat zich zeer snel uitbreidde „Mijn vrouw en ik hebben echt wel eens ge dacht dat er nooit een eind aan het werk zou komen", aldus de al ge ruime tijd „gepensioneerde" sla ger, „Je kunt rustig zeggen dat we soms 7,5 dag in de week werkten". Ondanks alle drukte in zijn eigen zaak, zag de heer Spaans ook nog kans om zich in te zetten voor de winkeliersvereniging van Leusden, die in 1971 werd opgericht. Al een jaar na de oprichting nam Spaans het voorzitterschap van de vereni ging van Ad Wisman over. Tot zijn grote verbazing waren alle winke liers van Leusden-Centrum lid van de middenstandsclub, die erg ac tief was. In 1972 werd er gestart met een zegeltjes-actie. Bij elke aankoop in Leusden-Centrum kreeg men zegeltjes die, als men er genoeg op een kaart geplakt had, omgewisseld konden worden voor contant geld. „Die zegelt|es-actie was een grote trekpleister voor de Leusdense bevolking", vertelt de heer Spaans. „Het was een prima klantenbinding." Bovendien bleef er, door verstandig beheer van de zegelkas door Anton v.d. Berg, ook nog behoorlijk wat geld over. Met dat geld konden we dan weer eens een speciale actie financieren. De hele zegelactie is echter kapot ge gaan toen veel winkeliers er mee stopten, vanwege de kosten die het voor de middenstanders met zich mee bracht. SOLIDARITEIT Toen Spaans en zijn vrouw de win kel overdeden aan de huidige eige naar, Fred Timmer, stopte de heer Spaans niet met zijn werk voor de Leusdense middenstand. Steeds bleef hij op de bres staan om de belangen van de middenstanders op alle fronten te verdedigen. Op vallend daarbij was dat de winke liers onderling altijd een goed con tact hadden, dat ondanks het feit dat er toch de nodige onderlinge concurrentie was. Die onderlinge solidariteit maakte dat het werken als voorzitter altijd plezierig bleef. „Al moesten er soms wel eens har de dingen gezegd worden", aldus Spaans, die er aan toevoegt dat hij dat altijd „op een tactische manier" deed. GEMEENTE Via de winkeliersorganisatie kwam de heer Spaans terecht in de com missie voor het midden- en kleinbe drijf. Een commissie waarvan ook enkele raadsleden deel uitmaak ten „In de begintijd hielden we ons bezig met onnozele dingen", geeft Spaans eerlijk toe. „Wethouder Wagenaar wist zeer veel zaken echt door te drukken, soms tegen de wil van de commissie in. Later, toen de heer Mandemaker voorzit ter was van de adviescommissie gebeurde het tegendeel wel Wet houder Mandemaker beloofde wel eens dingen die hij er dan later bii het college niet door kon krijgen". Van de werkgroep voor het mid den- en kleinbedrijf heeft de heer Spaans tot vorig jaar deel uitge maakt. Hij is van mening dat de werkgroep toch wel invloed heeft gehad op de besluitvorming binnen de gemeenteraad. De uit de werk groep voortgekomen commissie „brancheverdeling", die de ge meente adviseert over de verdeling van de verschillende branches bin nen het Leusdense winkelbestand wordt door Spaans nog altijd als een zeer zinvolle zaak beschouwd. HAMERSHOF Toen de eerste winkels in het win kelcentrum de Hamershof versche nen ontstond er in Leusden-Cen- trum een tweede winkeliersvereni ging Een kwestie die de heer Spaans nog altijd een beetje dwars zit, al heeft hij wel begrip voor de hele situatie. De Hamershofwinke- liers werden namelijk verplicht zich aan te sluiten bij de winkeliersver eniging „Hamershof" via het koop contract van hun pand. De realisa- tor van de Hamershof en de ge meente hadden op deze manier één gesprekspartner die de belan gen van de hele Hamershof moest verdedigen. Pas de laatste tijd ontstaat er weer een beetje toenadering tussen de beide winkeliersorganisaties. „Meer en meer wordt ingezien dat men een groot gezamenlijk belang heeft Namelijk het dichten van het kooplek naar Amersfoort en andere plaatsen in de omgeving", aldus de scheidende voorzitter van de oud ste winkeliersvereniging Zelf heeft Spaans wel gedacht aan één be langenvereniging voor alle winke liers in Leusden In de praktijk zal het echter wel even duren voordat de beide verenigingen gaan fuse ren, de belangen lopen daarvoor te ver uiteen. VOORTREKKEN Bovendien bestaat er bij de winke liers in Leusden nog sterk het ge voel dat de middenstanders in de Hamershof door de gemeente wor den „voorgetrokken". De heer Spaans wijst hierbij naar het feit dat het de Biezenkampers nog altijd niet gelukt is verwijsborden naar hun winkelcentrum te krijgen op de invalswegen van Leusden. Ook lijkt de gemeente niet al te veel haast te maken met de voltooiing van de Biezenkamp. De toegezegde „zoekroute" voor naar een per keerplaats zoekende automobilis ten is nog altijd niet tot stand geko men. Een doorn in het oog van de winkeliers. De heer C. Spaans heeft dinsdag jl. zijn functie als voorzitter van de winkeliersvereniging De Biezen- kamp-Leusden-Centrum, zoals de belangenorganisatie nu heet, neer gelegd Alleen in de werkgroep ruimtelijke ordening van het CML blijft Spaans opkomen voor de be langen van de Leusdense midden standers. In de tijd die nu overblijft gaat de heer Spaans zich meer bezighou den met zijn oude hobby, lezen. Ook zal hij wat meer naar toneel- en operavoorstellingen toe kunnen gaan, nu er wat meer tijd overblijft. ONTBOEZEMINGEN Eén van de aardige dingen die hij doet is het schrijven voor de Leus- der Krant, vindt de heer Spaans zeil. In zijn „Spaanse ontboeze mingen" zoals die regelmatig in de krant te vinden zijn, kan de oud slager allerlei kleine belevenissen in het dorp doorgeven aan de kran telezer. Ook is er in zijn „ontboeze mingen" ruimte voor kleine uitval letjes naar de gemeente of zomaar wat overdenkingen. Over de toekomst maakt de heer Spaans zich zorgen. Hij waar schuwt de middenstanders dan ook om „op hun tellen te passen' Ook dinsdagavond liet de heer Spaans zich nog in deze richting uit tijdens zijn laatste vergadering als voorzitter van de winkeliersvereni ging. Spaans vergelijkt de huidige situatie in ons land met de situatie van rond 1936 toen er in Nederland 350.000 werklozen waren en het steil bergafwaarts ging met het be drijfsleven in ons land. Spaans heeft geen idee uit welke hoek er momenteel een verbetering van het klimaat te verwachten is „Ik heb wel eens het gevoel van, voor mij hoeft het allemaal niet meer", zo besluit de heer Spaans zijn verhaal. „Anderen moeten echter wel verder met hun zaak. zelfstandigen kunnen nu eenmaal geen beroep doen op de werkloos heidswet, voor hen die mislukken is er slechts één regeling die echt niet zo plezierig is. de bijstand (van een onzer verslaggevers) ACHTERVELD - Op maandag 11 oktober aanstaande spreekt in Achterveld het Tweede Kamerlid voor het CDA, de heer J. van Noort. De heer Van Noort Is land- bouwspeclallst van zijn fractie en zal spreken over actuele land bouwpolitiek. De bijeenkomst, die wordt georga niseerd door de afdeling De Glind Achterveld van het CDA, vindt plaats in Ons Gebouw, Hessenweg 214 in Achterveld. De aanvang is om 20.00 uur en de toegang is gra tis. v. tf tl veldil v 1 I LEUSDEN - „Op woensdag 29 september sta Ik voor het latst in de S+K winkel. Zo kondigde Lla van Zandbrink in de ant van vorige week donderdag haar vertrek aan. Inmiddels I het een week later en ook dat ligt achter haar. Een periode fn drie jaar werken in een buurtwinkel. Die, nu er zoveel over lat onderwerp te doen is ook wel fraai „buurtsteunpunt" lenoemd wordt. Maar daar gaat het nu even niet over. Het iiatover Lia van Zandbrink. Lia is een ras-echte Hamersveld- se. Haar meisjesnaam is Groene- stein, „Ik ben nog op school ge weest in het gebouw waar nu „de Til" is. En ook op de Bernadette- school in het klooster". Ze is vieren twintig jaar „Ik ben nu al negen jaar in levensmiddelenzaken werk zaam". Het begon op haar vijftien- r kH van oor het| traject handio en heeftj •ij gekopf tp deze ia Hameis sden Ga« .1 <niep, tfj Imalen, t Mof", i-zuid. sow de (aar in een A en O-zaak aan de Soesterweg te Amersfoort. Daar heeft ze in de vijf jaar dat ze daar werkte haar meeste ervaring opge bouwd. „Ik draaide gewoon mee en ondertussen hield ik mijn ogen en oren goed open. Als ik hoorde van: „dit moet je zus of zo doen", of iemand vroeg waarom iets minder goed houdbaar was en mijn baas gaf antwoord dan luisterde ik en dan wist ik het ook". Ze heeft op het eind van die tijd ook nog even mee gereden op een winkelwagen. Daarna heeft ze een jaartje wat „gezworven": ze stond in een no- tenbar in Rhenen en in een dieren- zaak hier in Leusden. Het werd 1979 en de heer v.d. Horst, die tot dan toe zelf in de winkel aan de Roozendaallaan had gestaan, zocht een huurder voor het pand. Hijzelf vertrok naar Voorthuizen. De winkel werd verhuurd en Lia kwam achter de toonbank te staan. „Het leek me toen wel leuk om dat te doen", zegt ze en ze voegt er aan toe dat het van thuis niet zo hoefde Ze dachten dat het misschien te zwaar voor me was". In 1980 trouwde ze met Herman van Zand brink. Het echtpaar woonde aan de Hamersveldseweg naast de winkel. Lia's man is echter fruitteler van beroep en zo bleef het winkeltie echt „haar" werk. SERVICE Zoals Lia de winkel runde had bij mij de indruk doen ontstaan dat zij ook „de baas" was. Wat je dan on der baas mag verstaan in een S+K-keten. Dat blijkt mis te zijn. Jammer, maar ik ben volgens Lia niet de enige die een „verkeerde" indruk van haar heeft. Lia runde de zaak namens haar baas Ruud v. Aalst. Heeft ze naast haar ervaring ook nog diploma's hiervoor be haald' „Ja, een middenstandsdi ploma. En verder een vleeswaren- en kaasdiploma. Maar dat stelt niet zoveel voor. Dat gaat meer over „hoe presenteer je het aan de klan ten". Ondanks dat Lia in loondienst was, toonde ze groot gevoel van verantwoordelijkheid voor het lo pen van de zaak te bezitten „De klant is koning" is een leuze die ook zij, als vele kleine ondernemers on derschrijft: „Ik kan het niet goed hebben, als ik wel eens in 'n super markt kom en je ziet hoe ze de klan ten daar behandelen. Ik heb laatst eens gezien hoe ze iemand rustig lieten wachten en ondertussen nog over haar spraken. Als ik daar de baas was zou ik wel oppassen dat dat niet gebeurde". In haar eigen winkel deed ze dat zeker. „Het is een gezellig buurtwinkeltje. We zijn 's wóensdags dicht, maar 's maan dags zijn we open. Ik vond de servi ce altijd belangrijk. Meelopen naar de auto bijvoorbeeld, als de klant dat niet alleen af kon. 's Avonds werd ik ook wel eens opgebeld: „Go's Lia, ik ben nog een pakje boter vergeten". Dat konden de mensen dan ook nog komen halen. Het is vaak gebeurd dat er 's avonds gebeld werd. Maar ik bleef er natuurlijk niet voor thuis!" FILM Het leuke van een buurtwinkel vindt Lia het intensieve kontakt met de klanten. „Het is heel gek, maar nu ik weg ga, vroegen ze ook wat ik wilde hebben Ik had zells klanten uit Leusden-Zuid Eén van hen vroeg of ik pannenlappen wilde hebben. Die kon ik wel gebruiken, want ik had geen goede meer Ze zou ze maken". En over het kontakt met haar klanten vertelt ze verder „Het gebeurddnogd^yaak dat er kinderen in de winkel waren met een papiertje waarop de bestelling stond. Als het niet helemaal duide lijk was, dan vroeg ik hun naam of het telefoonnummer en vroeg dan even na of het wel goed was. Je merkt dat het toch wel op prijs ge steld wordt". En wat die kinderen betreft: „Het snoepje van vroeger is vervangen door worst. En als je vegetariërs in de winkel hebt, dan geef je een stukje kaas". Een spe ciale herinnering bewaard Lia ook aan de dag dat de KRO filmopna mes bij haar kwam maken: „Dat was in verband met het nieuwe kassa-systeem bij Wim Wahle. La ter zag ik in Brandpunt dat het om een heel klein stukje ging. Ze lieten mijn kassa zien in vergelijk met de nieuwe. Bij de opnames moest ik alles heel langzaam doen, ook het aanslaan In het filmpje leek het alsof ik het heel snel deed. Hoe ze dat doen weet ik niet. Ze kwamen heel laat in de middag. Ik had ge dacht dat ze eerder zouden komen. Om vijf uur ben ik maar gaan bel len. Ik had de hele zaak schoonge- poetst en ik zat op het laatst echt op ze te wacchten. Uiteindelijk kwa men ze. Het ging ook niet om een gesprek, ze wilden alleen die oude kassa filmen. HUISHOUDEN Het „schoonpoetsen" is trou wens toch wel iets wat natuurlijk tot de dagelijkse werkzaamheden van Lia van Zandbrink behoorde. „Van tijd tot tijd kwamen ook men sen van de keuringsdienst van wa ren kijken. Die kijken niet alleen of alles schoon is maar ook naar de datumcodering op de produkten. Ik heb nooit last met ze gehad. Daar naast kwamen er ook wel vertegen woordigers. Die stuurde ik door naar mijn baas. De boekhouding deed ik niet De kas maakte ik wel zelf op. De lijsten voor het magazijn ook. Ik kon drie keer op een dag vanuit Woudenberg bevoorraad worden. Tweemaal op een dag kon ik daar mijn bestellingen doen". Al met al had ze werk genoeg En ze stond er niet altijd alleen voor. „Ik vond het altijd leuk van Marry De- nink als ze insprong". Tijdens de koopavonden was er nog een der de hulp in de winkel aanwezig. Maar na haar werk wachtte het huishouden „Als ik klaar was met de winkel, dan moesten we snel eten. Dan moest ik het hele huis opruimen. Daar had ik niet altijd even veel tijd voor, dus dat moest in etappes gebeuren". En als je vraagt waarom ze nu eigenlijk mee ophoudt, om een hele dag in een winkel te staan, blijkt dat haar ou ders toch wel een beetje gelijk heb ben gekegen ,,'t Werd te zwaar Ik ben getrouwd en ik moet ook aan onze toekomst denken We heb ben een leuk huisie gekocht en ik ga nu een tijdje aan het huishouden wennen. Misschien dat ik toch wel weer part-time in de zelfde branche probeer te gaan werken" BUURSTEUNPUNT „Ik hoop dat de klanten het ver trouwen dat zij aan mij gegeven hebben ook aan mijn opvolger zul len geven". Die opvolger is Wim v. Roomen. „Het is niet waar dat er een heel ander soort winkel in komt. Dat vroegen de mensen wel eens aan me. Hij gaat op dezelfde voet verder, alleen breidt hij wat uit". Is er volgens jou nog wel kans van slagen voor een buurtwinkel? „Ik heb het in de afgelopen jaren alleen maar drukker gekregen. Een goed lopend winkeltje houdt zijn vaste klantenkring wel De per- onlijkheid wordhüoor de Wanten ÉÜB op prijs gesteld. Dat is echt zo' Dat geldt voor jouw winkel, maar hoe zit het met een "nieuw op te richten buurtsteunpunt? „Dan zul je het als kleine onder nemer ontzettend moeilijk hebben. Je moet namelijk een heel grote omzet hebben om je zaak goed te laten lopen. De supermarkten zijn niét altijd goedkoper dan wij. Maar soms begreep ik toch niet hoe ze het voor een bepaalde prijs konden doen. De mensen zullen toch wel naar de supermarkten gaan. In het begin misschien niet, als het nog nieuw is. Maar op den duur wel. Dat is ook wel eens tegen mij gezegd: „Ik doe mijn boodschappen niet om Lia in leven te houden" Zo is dat. En van mensen die vlak voor slui tingstijd nog binnenkomen om iets te halen dat ze vergeten waren kun je geen winkel laten lopen." LEUSOEN - De raadsfracties van het CDA, VVD, GPV/SGP en D'66 hebben zoals bekend geza menlijk een beleidsprogramma voor de komende vier jaar opge steld. Belangstellenden kunnen een exemplaar van dit program ma afhalen bij Bureau Voorlich ting, Zwarteweg 16a, telefoon 941247, toesjfi^VH^

Historische kranten - Archief Eemland

Leusder Krant | 1982 | | pagina 7