'Het programma dat zondag vertoond wordt
is een selectie van vijfentwintig jaar werk'
het leuke vind ik, dat het publiek
er zelf mee aan de gang gaat.
Kaarten
uitverkocht
ik heb het gevoel, dat ik
een tovenaarsleerling ben.
Henk Boerwinkel met figurentheater Triangel zondag in Groot Krakhorst:
de kobold is de mascotte
van Triangel geworden.1
JL'
algemeen
Henk Boerwinkel vervaardigt de poppen zelf.
LEUSDEN - Zondag 14 december geeft Henk Boerwinkel
met zijn figurentheater Triangel een voorstelling in Groot
Krakhorst. Aanvang 14.30 uur.
Anco Mali sprak met hem.
„Bent u beeldend kunstenaar
van origine? Uw poppen zijn zeer
beeldend, mooi van vorm. Daar
zie ik echt een beeldend kunste
naar achter."
„Ik heb inderdaad een tekenop-
leiding gehad, een opleiding als
graficus-illustrator aan de toenma
lige Kunstnijverheidsschool in Am
sterdam. Ik heb dus erg veel gete
kend. In die tijd was ik ook al bezig
met poppen, en die hebben het
langzamerhand eigenlijk gewon
nen voor mijzelf als expressiemid
del."
IDEE
„Omdat het een beeldverhaal is,
dat ik bijna niet onder woorden kan
brengen, begin ik altijd met het
maken van een ontwerp, begin ik
te tekenen. Ik denk in beelden. Ik
door
Anco Mali
omdat ik m dit poppentheater een
vorm heb gekozen, waarin alle be
wegingsmogelijkheden toegepast
kunnen worden. Het zijn met uit
sluitend marionetten, stof- of hand
poppen of maskers, maar alles
door elkaar."
„Eigenlijk is het zo, dat iedere
pop, en ik heb er nu toch al honder
den gemaakt, verschillend be
weegt. Het is ook vaak weer een
zoeken naar een totaal nieuwe be
wegingstechniek. Zelfs is het zo dat
het ontstaan van een nieuw idee
soms voortkomt uit het zoeken naar
een nieuw soort beweging in mijn
theatertje."
„Een andere keer komen de
ideeen ergens uit mijn onderbe
wustzijn voort, beelden die er al
je terug vindt in schilderijen. Hoe
wel het nooit direct daar op geïn
spireerd is, maar het komt uit een
zelfde vormenwereld."
PROGRAMMA
„Het programma, dat zondag
vertoont wordt, is een selectie van
25 jaar werk. Ik ben er in 1955 mee
begonnen. In 1980 ben ik er mee
gestopt. In al die jaren was het bijna
steeds zo, dat er in iedere voorstel
ling nieuwe nummers werden inge
bracht. Het publiek had dat niet in
de gaten. Zo'n nummer werd dan
gespeeld, en na een tijdje kon je
zien of zo'n nummer aansloeg ja of
nee. Dus dan werd het er m gehou
den en verder ontwikkeld, of het
werd er^weer uitgenomen."
„Zo heb ik zo'n vijftig nummers
gemaakt, waarvan er nu nog twin
tig overgebleven zijn, en die spelen
we constant in deze volgorde. Ook
al omdat je met altijd aan zo'n pro
gramma kunt dóórwerken. Het is
ook interessant om met andere vor
men van theater aan de gang te
ga zitten, en ik ga krabbelen zeg
maar. Er komen allerlei tekenin
getjes, en vanuit die beelden wordt
vaak een idee geboren. Tegelij
kertijd denk ik aan de bewegin
gen, die de poppen moeten maken,
lang zitten. Het associeert dan vaak
met beelden die er ook in de beel
dende kunst zijn, omdat het dus
ook al tekenend, en vanuit het
beeld, ontstaat. Daardoor kom je
vaak op begrippen en beelden, die
gaan, die weer tot andere moge
lijkheden aanleiding geven."
„Het programma is erg veel ge
speeld. Dat hangt ook van de num
mers af. Sommige nummers zijn
heel oud, dateren vanaf de begin
tijd. De allereerste pop, de kobold,
dateert uit 1955, en doet nog steeds
mee. De kobold is het openings
nummer. Hij beeldt de eenzaam
heid uit."
SOLOMARIONET
„Hij was de eerste solomarionet
in mijn leven, die ik vanuit een on
bewuste drang móést maken, en ik
hennner me nog precies in welke
jaren ik met die manonet bezig
was. Dat was in de overgangsfase
van jeugd naar volwassenheid.
Sindsdien is de kobold een deel
van mezelf geworden en met mij
méégegroeid."
„De begin-impuls was bij deze
figuur zó sterk, dat mijn opvatting
over poppenspel nog bijna de-
nen. Daarvan wordt nu gezegd:
God ja, dat is logisch dat die Boer
winkel m het buitenland speelt,
want hij heeft geen tekst, dus dat is
internationaal. Dat is de omge
keerde wereld! Want juist het ge
bruik van geen tekst is het begini-
dee, omdat ik het gevoel heb dat
poppen niet kunnen praten. Het is
een wereld van beweging, en het is
de essentie van de beweging, die
ik probeer op te roepen door mid
del van de poppen. Er is nooit
tekstgebruik bij geweest: de pop
pen hebben nooit gepraat. Ik had
ook nooit gedacht, dat ik er mee m
het buitenland zou komen. Dat is
wèl het geval geworden, en heeft
zich als een sneeuwbaleffekt ont
wikkeld. Met gevolg dat dit pro
gramma van aanstaande zondag
over vrijwel de gehele wereld ge
speeld is. Op heel grote festivals
als Avignon, om er maar éèn van te
noemen."
EIGEN LEVEN
„Het programma zélf is een ei
gen leven gaan leiden, en ik heb
het gevoel dat ik een tovenaars
leerling ben, die iets oproept dat
een eigen leven leidt. Wij zijn aru-
mateurs, die voor een moment tot
leven wekken."
„Ik ben nu al weer jaren bezig
met iets nieuws, dat misschien vol
gend jaar begint, en dan merk ik
voor mezelf, op het moment dat ik
een nieuw idee heb, hoe moeilijk
het is om m deze vorm te werken. Je
staat ook eigenlijk steeds weer aan
het begin. Je maakt niets vanuit een
geweldig weten of kunnen, maar
juist vanuit „een zoeken naar", een
avontuur, dat je steeds weer aan
gaat."
ook het leuke dat het publiek er zelf
mee aan de gang gaat. Dan krijg je
de meest wonderlijke visies erop,
omdat de toeschouwer er met zijn
eigen fantasie mee verder gaat. Het
gebeurt dan ook met dit pro
gramma, dat mensen meerdere ke
ren terug komen om het nóg weer
eens te zien, omdat er heel veel
gebeurt in een korte tijd."
„Het pure figurentheater is een
uiterst zelfzaam verschijnsel ge
worden. Je kunt het haast niet
meer „leren zien"."
„Zoals in Avignon, dan spelen
we als enige poppenspelers tussen
andere disciplines, en dan herken
nen mensen het vaak niet als pop
penspel. Het is een vorm van beel
dend kleintheater met de fictie dat
het gemaakt wordt door iemand
LEUSDEN - Bij het ter
perse gaan van deze krant
bereikte ons het bericht, dat
de laatste kaarten voor het
optreden van figurentheater
Triangel inmiddels zijn uit
verkocht.
„Figurentheater:
geen humor
Voorstelling: „De zoon van moe
der aarde" en „Levensbomen".
Gezelschap: Figurentheater
Tnangel van Henk Boerwinkel.
Gezien in het Flinttheater op
woensdag 18 december.
Heel mooi en innig van vormge
ving en kleur is de voorstelling van
Figurentheater Triangel van Henk
Boerwinkel. Fraaie creaties van
poppen, zetstukken, lichteffekten.
Prettig en artistiek om naar te kij
ken.
Toch bevredigden de zéér korte
stukken „De zoon van moeder aar
de" en „Levensbomen" mij nauwe
lijks. De gebruikte symbolen waren
soms onduidelijk, de opeenvolging
was niet logisch, de gebaren, voor
al in „Levensbomen" waren saai en
identiek. De geest was overwe
gend somber. In „De zoon van moe
der aarde" werd de man door de
oermens uit de aarde getild en
opengebouwen. Of de voedster zijn
biologische moeder was of de zo-
Goed werd uitgebeeld hoe het
jongetje m zijn jeugd met oorlogs
speelgoed m de weer was en in zijn
volwassenheid als generaal de ka
nonnen het bulderen. Daar tuimel
de een doodskop uit tevoorschijn.
Onduidelijk was het theatrale eind
met het kruis en de opstijgende fi
guur: een hemelvaart, een schei
ding van lichaam en voortleving m
de geest?
Het ontbreken van humor bij het
onontkoombare gegeven dat de
dood iedereen in zijn macht krijgt
hield de zaal in doodstille beklem
ming. Vooral bij het laatste stuk
waar de mens in dofheid wordt ont
luisterd en de dood zwart en sluw
bezit van hem neemt dacht ik aan
een versje dat wij moesten zmgen
als mijn grootvader weer eens
zuchtte over iets dat voorbij of ka
pot gegaan was. Mijn grootmoeder
hief de handen als koordirigente,
knipoogde lachend tegen ons, en
wij zetten m:
„Wat heden bloeit
valt morgen af
Wat is het leven
Eén stap naar het graf!"
gende vrouw in het algemeen werd
met duidelijk. Of het rode plakkaat,
dat de knorrende wortel-
peerachtige kleuterfiguur uitstak
en die hem door de voedster werd
afgenomen een tong of een penis
was werd niet helder.
Henk Boerwinkel had in zijn stuk
ken ook nog wel iets van geluk,
vrolijkheid of humor kunnen opne
men. Zijn bespiegelingen waren
duister en droefgeestig.
Anco Mali
DONDERDAG 11 DECEMBER 1986
vormde ik alles van papier, beplakt
met een grof soort jute-achtig lin
nen. Het lichaam bestaat uit een
oud zwart fluwelen jasje, dat lang
zamerhand bijna verteerd is van
ouderdom. Op stille, onbestemde
fluittonen beweegt Kobold alleen
met kop en handen, laat voor een
kort ogenblik zijn ware karakter
zien aan het publiek en is voor mij
zelf op dat moment de verpersoon
lijking van de eenzaamheid."
LATERE TIJD
„Je kunt Lorca ook interprete
ren. Deze gigant laat natuurlijk
véél mogelijkheden open."
„Jawel, het kan wel, en er zijn er
velen, die het doen. Maar m mijn
visie is het toch een ondergeschikt
maken van de poppen aan een
tekst of aan een muziek, die je ge
kozen hebt. En ik wil juist die pop
pen autonoom laten zijn, en juist
puur vanuit de beweging de ge
dachte of de sfeer op te roepen. Dat
zoek ik, en daar maak ik het mezelf
erg moeilijk mee. Als het lukt,
werkt het heel sterk."
VERSTILD
„Uw theater is héél verstild van
sfeer."
,Ja, dat is iets dat je in deze tijd
niet vaak meer tegen komt. Alles is
vaak luidruchtig en rumoerig."
Ans en en Henk Boerwinkel.
die echt alles zelf wil doen, van
constructie van de kast af tot de
belichting toe. Het is leuk om alles
zélf in de hand te houden, dan krijgt
het een eenheid van vorm en
ideèen, en dan hoef je op al die
onderdelen niet 100% te zijn, maar
daardoor wint het wel aan homoge
niteit."
Over een paar nummers, die
zondag te zien zullen zijn, nog het
volgende.
Op contrast is het nummer „Reu-
sendwerg" uit 1963 geent. Als
dienstweigeraar werd Henk Boer
winkel indertijd tewerkgesteld in
een psychiatrische inrichting. Het
masker van de reus is later ontstaan
uit herinneringsbeelden uit die tijd.
Het is genaaid van stukken oude
kous op een harde ondergrond,
met ogen van koper en tanden van
stukjes kurk. De dwerg is een echt
handpopje, en de combinatie van
deze twee figuren vormt een gro
tesk contrastbeeld.
Het nummer „De Speeltuin" uit
1974 geeft voor Henk wel het zui
verst weer wat hij onder puur pop
penspel verstaat. Het karakter van
de figuren is reeds bepaald door de
manier, waarop ze gemaakt zijn. De
bewegingstechniek is aangepast
aan de funktie van de pop. Na een
korte sfeertekening versnelt de ak-
tie zich lachwekkend tot een cli
max, waarna abrupt een totale om
wenteling van gevoel ontstaat. Ide
aal vindt Henk Boerwinkel ook, dat
het kunstwerk zijn eigen krakend
en piepend geluid voortbrengt.
Op woensdag 18 december 1985
zag ik een voorstelling van Henk in
het Flinttheater van „De zoon van
Moeder Aarde" en „Levensbo
men". Ik tekende daarbij het vol
gende aan, en veel mensen die de
voorstelling gezien hadden, lieten
mij weten, dat ze het met me eens
waren. Om misverstand te voorko
men: dat is met de voorstelling van
aanstaande zondag in Groot Krak
horst: die heb ik niet kunnen zien.
„Maar er zijn ook nummers uit
latere tijd. De nummers zijn door
spekt met zwarte humor effekten,
en zitten vol beweging. Dit pro
gramma is heel anders dan het
geen u gezien hebt in De Flint in
1985: De zoon van moeder aarde en
Levensbomen, dat inderdaad vrij
somber, geladen en langzaam is."
„Maar: het is natuurlijk wel alle
maal van mij: er zit duidelijk een
soort sfeer achter, die mensen toch
ook in dat andere programma her
kennen. Ik zeg met opzet: van mij,
omdat ik alles bedenk en maak, en
mijn vrouw Ans „alleen maar" met
het spelen méédoet."
„Mijn poppentheater is iets, dat
eigenlijk niet te beschrijven is. Het
theater heeft zich door het vele
spelen met de poppen voortdu
rend ontwikkeld. Vanaf 1976 zijn
we ook in het buitenland begon-
TWINTIG FRAGMENTEN
„De twintig fragmenten, die u
zondag gaat spelen, zitten vol ver
rassingen."
„Ja, er zitten veel contrasten in.
Groot-klein-effekten. Het speelt
zich af in een kleine kijkkast met
vrij geconcentreerde belichting,
waardoor ook alles vaak weer gro
ter lijkt. Het heeft een vervreem
dende werkmg. Doordat het hoog
tepunten zijn uit al die jaren, zijn het
ook poppen uit al die jaren, atmo-
sfeertjes en zo, en krijg je een con
trastrijk programma."
„Het is verder zo, dat het publiek
zelf méé interpreteert, terwijl het
kijkt. Ieder heeft inderdaad zijn ei
gen interpretaties, maakt zijn eigen
verhaal. Ik geef geen verhaal aan,
alleen maar beelden, en dat vind ik
m
De kobold is de mascotte van het figurentheater.
zelfde is gebleven. Daarom is de
kobold dan ook de mascotte van
Tnangel geworden. Het karakter
van een pop wordt voor mij, samen
met houding en gebaar, in belang
rijke mate bepaald door de expres
sie van kop en handen. In dit geval
„Daar hóüdt u het wel bij. U zou
geen teksten van Lorca willen
spelen bijvoorbeeld?"
„Nee, op het moment dat je dat
zou doen worden de poppen een
illustratie van Lorca, dan ga je illu
streren eigenlijk."
Het masker van de reus.