„Zienden maken onze toestand tot een handicap" Hairy Tolboom uit Achterveld vindt hulpmiddelen uit voor blinden ,,Voor het ontwerpen van deze hulp middelen heb je niks aan zienden" „Als je blind bent dan is je wereldje wel heel klem" ONDERDAG 20 AUGUSTUS 1987 interview rugzak op om de boel te vervoeren, want m de ene hand heb je de stok en aan de andere hand de geleidehond." Na de brievenbus volgde de ontwikke ling van het zogenaamde „magische mes", dat inmiddels ook z'n weg heeft gevonden naar blinden en zienden. Aan dit mes is een verstelbare belegsnijder gemonteerd. Aanvankelijk ontwierp Harry Tolboom het mes om blinden de mogelijkheid te geven altijd gelijke plakken te kunnen snijden. Zienden zagen er echter ook de voordelen van in en tonen ook veel belangstelling voor dit „wondennes", zoals het ook wel wordt genoemd. THERMOSTAAT Eén van de belangnjkste uitvindingen die de Achterveldse technikus heeft ge daan is de thermostaat voor blinden en slechtzienden. Het gaat hier om een kamer thermostaat met schaaldelen m een ver hoogd reliëf. Op deze thermostaat bevindt zich namelijk een verhoogde afdeknng waarop duidelijk voelbaar de cijfers 5, 6, 7 en 8. Vijf staat voor tien graden Celcius, zes voor 15,5 graden, zeven voor 21 graden en acht voor 26,5 graden. De tussenliggende temperaturen zijn aangegeven door een voelbaar streepje van ongeveer één graad Celcius. Met een gekartelde ring daarbo ven kan de blinde of slechtziende horen en voelen welke temperatuur hij instelt. De thermostaat is ook geschikt voor motorisch gestoorden en rolstoel- en reumapatiënten. Het apparaat wordt nu in de hele wereld toegepast. In de schuur aan de Jan van Arkelweg wordt nog veel meer uitgebroed. Harry is momenteel bezig met de ontwikkeling van een kookplaat „waarmee je," zoals hij het noemt, „alles kunt doen behalve je vingers branden" Hij kan er nog niet veel over kwijt, alleen dat het werkt volgens het prin cipe van een magnetronoven. Over niet al (Door Jan de Vries) ACHTERVELD - Harry Tolboom uit Achterveld werd zestien jaar geleden nagenoeg blind als gevolg van een net- en hoornvliesbeschadiging. Hij was toen 32 jaar. „Ver werken doe je zo'n klap nooit helemaal, maar je kunt je wel aanpassen," zegt hij. Hij paste zich aan door zich „volop in het blinden wereldje te storten", zoals hij het zelf noemt. In dat wereldje vond hij het begrip voor zijn handicap, dat hij zo node miste in de wereld van zienden. Het blindenwe- reldje kreeg bovendien aan Harry Tolboom een uitvinder waar visueel gehandicapten over de hele wereld plezier van hebben. BURGEMEESTER Niet iedereen kan of wil de gedachten- gang van Harry Tolboom volgen. Nog steeds stuit hij op muren van onbegnp. „Ik vergader met wethouders uit alle gemeen ten in deze regio. Soms bereik je hele leuke resultaten, maar soms denk je na zo'n ge sprek: wat doe ik hier eigenlijk? Laatst hoorde ik een burgemeester zeggen dat al die aanpassingen in zijn gemeente niet no dig waren omdat hij toch nooit rolstoelge bruikers of visueel gehandicapten zag. Nogal logisch, die komen niet op straat als het niet veilig is. Van zo'n opmerking kan ik zo ongelofelijk kwaad worden. Toch ga ik de volgende keer weer met die man om tafel zitten, want je moet blijven proberen goede resultaten te bereiken," zegt Tol boom. Hij vervolgt: „Ik begrijp niet dat een bur gemeester zo'n opmerking kan maken. Ie mand die dat doet beseft niet dat hij mor gen zelf in een rolstoel kan zitten of blind kan zijn. En dan moet je hem eens horen." De suggestie dat bestuurders een dag lang in een rolstoel of met een blinddoek voor door hun gemeente gestuurd zouden moeten worden ontlokt bij Harry met de volle honderd procent instemming die ik had verwacht. „Enerzijds," zegt hij, „zou dat te lange tijd zal hij er mee naar buiten tre den. KLEURDETECTOR Ondertussen haalt hij uit een kast een rekenmachine, waarop de cijfers niet al leen af te lezen zijn, maar die ook praat. Een uitkomst voor blinden dus. Harry Tolboom werkt aan een apparaat waarmee digitaal weergegeven cijfers m stemgeluid kunnen worden omgezet. Dit apparaat is toepas baar op bijvoorbeeld thermometers en weegschalen, kortom, alles waarop getal len afgelezen moeten worden. Het grootste project dat hij nu onder han den heeft en dat hij komend najaar wil af ronden is echter de kleurendetector. Een vreselijk ingewikkeld apparaatje, ter beeld in een winkelcentrum een lijn wordt getrokken, die telkens van kleur veran derd. Een blinde kan dan aan de kleur die zijn detector, bijvoorbeeld gemonteerd aan een stok, meldt, horen voor welke winkel hij staat. Ik zie in dit apparaat grote moge lijkheden om het mobiliteitsprobleem op te lossen. Maar dan praat ik wel in de verre toekomst." Ik stel heel voorzichtig dat hij wel schat rijk moet zijn dankzij al zijn uitvindingen. „Welnee," is het resolute antwoord. „Ik verdien er geen cent aan. Sommige men sen zeggen wel eens dat ik op bepaalde produkten octrooi moet aanvragen, maar dat doe ik niet. Het belangnjkste is dat mensen plezier beleven aan mijn hulpmid delen. Ik hoef er niet njk van te worden. Ik geef niks meer om matenele zaken. Een mij vroeg. Ik ben toen m m'n schuur aan de slag gegaan en uiteindelijk slaagde ik er m een lange aansteker te maken, die door middel van een vonkje het gas m vlam zet te." Een dergelijke aansteker bleek echter al te bestaan, maar dat weerhield Harry Tol boom er niet van om door te gaan met het ontwikkelen van hulpmiddelen voor ge handicapten. Een bekende uitvinding van Tolboom is de braille-bnevenbus, waarover al veel is gepubliceerd. De bus is groot genoeg voor braillepost. De sleuf is uiteraard extra breed, maar het is met mogelijk om de post er weer uit te halen, omdat er „hangtanden" m de sleuf bevestigd zijn. Alleen de eige naar van de bus kan, door middel van een deurtje met slot bij zijn post komen. Tolboom legde onlangs aan het blad Po dium van het Postdistrict Utrecht uit waar om hij tot het ontwerp van deze bus was gekomen: „De braillepost wordt overdag bezorgd en bestaat uit flinke pakken; een bnef is bijna altijd een boek. Nu zijn er veel blinden die gewoon werken en dus met thuis zijn als de postbode aan de deur komt. De besteller krijgt de brailleboeken met door de bus en laat een kennisgeving ach ter: of je de post even wilt komen ophalen. Dat briefje vind je dan als je thuiskomst, maar je kunt het natuurlijk niet lezen. Tegen de tijd dat je iemand hebt gevonden die het wil voorlezen, is het postkantoor al dicht. En haal je het wel, dan loop je altijd met je grootte van een aansteker. Het princiepe is echter eenvoudig: je houdt het ergens te genaan en het apparaat vertelt je welke kleur het object heeft. „Daarmee voorkomt een blinde dat hij 's morgens een rode en een gele sok aantrekt," zegt Harry Tol boom. Hij denkt echter ook verder. Filosofe rend zegt hij: „Stel je voor dat er bijvoor- Tolboom is van huis uit technikus, die tot voor zestien jaar geleden werkzaam was in de meet- en regeltechniek. Van de ene dag op de andere verloor hij vrijwel zijn gehele gezichtsvermogen. Zijn toestand verslech tert nog steeds en zelf verwacht hij binnen enkele jaren helemaal blind te zijn. Op de dag dat hij ruet meer kon zien veranderde zijn hele leven. Harry Tolboom: „Ik was vroeger erg materialistisch ingesteld. Nu natuurlijk mooi zijn, want dan zouden ze met hun neus op de problemen gedrukt wor den. Anderzijds gun ik het geen mens om zo door het leven te moeten, zelfs niet voor één dag, want het is verschrikkelijk. Als je namelijk in een rolstoel zit of blind bent, dan is je wereldje wel heel klein. Ik denk dat het beter is om door middel van goede voor lichting iedereen bewust te maken van de problemen die wij ondervinden." goed gesprek, dat vind ik belangrijk." Op de vraag hoe het mogelijk is dat ie mand, die nagenoeg blind is, zulke hulp middelen kan ontwerpen zegt Harry Tol boom: „Dat doe ik allemaal op het gevoel. Ik hoop niet dat ik je beledig, maar voor het ontwerpen van hulpmiddelen voor blinden heb je niks aan ziende mensen. Die voelen namelijk met of iets functioneert of met." geef ik niets meer om materialistische din gen. Het belangrijkste voor mij is nu een goed gesprek met een ander." ONBEGRIP Omdat met zijn lichamelijke toestand ook zijn geestelijke toestand veranderde stuitte hij in zijn omgeving op een muur van onbe grip. De moeilijkheden die hij daardoor on dervond wil hij uitdrukkelijk voor zichzelf houden, maar ze waren de directe aanlei ding dat hij zich volop m het blindenwe- reldje stortte. „Daar kwam ik in aanraking met mensen die precies begrepen waar ik het over had omdat ze het zelf allemaal hadden meegemaakt," zegt de Achtervel den Hij raakte betrokken bij de Nederlandse Vereniging voor Blinden en Slechtzienden, namens welke vereniging hij in de regio in diverse overlegorganen zit. De vereniging heeft in Harry Tolboom een vurig pleitbe zorger voor betere omstandigheden voor blinden, slechtzienden maar ook rolstoel gebruikers. Hij heeft een uitgesproken me ning, die hij regelmatig in diverse besturen waarvan hij lid is laat horen: „Wij hebben geen handicap. Onze toestand wordt tot een handicap gemaakt door ziende men sen." Achter die opmerking schuilt een boek vol aanklachten. „Ik zal proberen," zegt Harry Tolboom, „om met enkele simpele voorbeelden uit te leggen wat ik bedoel. Blinden kunnen zich aardig voortbewegen met hun stok en/of geleidehond. Wanneer ziende mensen echter hun auto ergens op de stoep parkeren, dan is ons blind-zijn opeens een handicap, want dan komen we in de problemen omdat de doorgang ge blokkeerd is. Datzelfde geldt als er veel groen over de trottoirs hangt, waar we tel kens met ons hoofd in lopen. Normaal zou den we heel goed over dat trottoir kunnen gaan, maar als er groen over hangt wordt het een probleem. En wat denk je van al die gebouwen met trappen. Rolstoelrijders kunnen daar niet naar binnen. Ze zouden dat wel kunnen als ziende mensen die trap pen zouden verwijderen. Als iedereen met dergelijke dingen rekening zou houden, dan zou een handicap opeens veel minder erg zijn. Dat bedoel ik nou als ik zeg dat onze toestand tot een handicap wordt ge maakt door ziende mensen." UITVINDEN Harry Tolboom is m de blindenwereld vooral bekend als uitvinder. Het begon al lemaal toen een eveneens blinde kennis hem vroeg of hij een lange aansteker kon ontwerpen, zodat hij met langer zijn vingers brandde als hij de geyser aanstak. Tolboom: „Ik kom uit de regel- en meet techniek, dus het was logisch dat hij het aan

Historische kranten - Archief Eemland

Leusder Krant | 1987 | | pagina 7