„Norton is voor mij dé Britse motor"
De ondergang
van een industrie
Japanse motoren? Daar zit teveel plastic aan".
Leusdenaar Willem Sleutel restaureert oude Engelse motorfietsen SZWtZdJ; S.
DONDERDAG 22 DECEMBER 1988
plaatselijk nieuws
Motorfietsen. Geen ander vervoermiddel is zo omgeven
met een waas van romantiek en mysterie als de motorfiets.
Verschillende psychologen, die in de voetsporen van
Freud traden, zagen in de vuurspuwende tweewielers
verlengstukken van het mannelijk libido of als compensa
tie van hiaten in de persoonlijkheid van de berijder. Ze
leken daarin gelijk te krijgen, toen mannelijke macho-hel
den van het witte doek him sterstatus voor een belangrijk
deel ontleenden aan de motor. Marlon Brando in 'The wild
one' (op een prachtige Triumph) en het duo Peter Fonda/
Dennis Hopper in 'Easy rider' zijn daar sprekende voor
beelden van.
Anderen associëren de motorfiets nadrukkelijk met de
ongrijpbare begrippen vrijheid en avontuur. Met de haren
in de wind, eén zijn met de techniek en de omgeving en een
heel direct gevoel van macht. De spinnende poes, die op
het commando van de berijder in een brullende leeuw
verandert, om even later weer uit zijn handen te eten.
Maar ook een onberekenbare en gevaarlijke kat. Vrijwel
iedereen kent de verhalen van iemand in de directe of
minder nabije omgeving, die in het harnas op de motor
sneefde, danwel anderszins lichamelijk hoge tol moest
betalen. Het aantoonbare gevaar, de kwetsbaarheid op
twee wielen, geeft degenen die het aandurven om de motor
te temmen iets griezeligs, maar tegelijk iets heel aantrek
kelijks. Het is geen wonder dat met name in Amerika het
oude romantische vrijheidsideaal, de cowboy, werd inge
wisseld voor een meer eigentijdse variant: de motorrijder
als de cowboy van de highway.
Het mysterie van de motorfiets wordt nog eens versterkt
door het feit dat de berijder als een eigentijdse ridder
gekleed gaat en niet direct als normaal medemens herken
baar is. Een gevoel van jaloezie bekruipt menig automobi
list in de file op die fraaie voorjaarsdag, wanneer een
accelerende gehelmde gestalte als een speer uit het ge
zichtsveld verdwijnt, de zon tegemoet.
De motorfiets heeft op velen een enorme aantrekkings
kracht. Menig jonge vader, de jeugd juist definitief achter
zich gelaten en onverbrekelijk aan de maatschappij vast
geklonken door vaste baan, gezin, hypotheek en persoon
lijke lening voor de auto, krijgt bij het aanschouwen van
zo'n blinkende tweewieler een verliefde blik in de ogen.
Onder het motto „Vader is ook jong geweest", krijgt zoon
lief de fraaiste verhalen opgedist. De motorfiets als het
symbolische antwoord op het knellende keurslijf van de
samenleving, als het middel om de latente wens om 'on
aangepast' te zijn gestalte te geven. Oudere mannen mij
meren graag bij het zien van een stokoude motorfiets en
herinneren zich de dolste avonturen, uit de tijd dat de
motor nog het belangrijkste gemotoriseerde vervoermid
del was voor Jan met de Pet en de straten nog nauwelijks
op die naam aanspraak konden maken.
door
Daan Bleuel
feit dat m die tijd vijftig gulden voor
Iée'n nieuwe, brommer al een inves
tering betekende, ee^i maand
zakgéld ïrt ging zitten, viel er aan de
LEUSDEN - Ik was een jaar of aanschaf van een motor al helemaal
achttien/negentien. Samen met met te denken. Bovendien moest je
mijn zus bezocht ik de Pedagogi- voor de motor )e rijbewijs halen. En
sche Academie, in een eerste po- dat was een extra handicap M n
ging mijn maatschappelijke loop- ouders zouden daar- zo dacht
baan richting te geven. In de toen n°oit toestemming voor geven. En
heersende opvattingen onder de omdat zij het halen van een rijbe-
jeugd bestonden er twee duidelij- w^den bekostigen, maar dan
ke groepen. Aan de ene kant wa- wel voor een aut0- leek het ldeaaJ
ren er de blueskickers, aan de verder weg dan ooit.
andere kant de soulmensen. Mijn
zus en ik voelden ons een duide
lijke exponent van de eerste cate- DREUNEN
gorie. En we gaven daar uiting
aan, door het haar flink lang te Zo kwam het ook dat ik me nooit
laten groeien en ons te kleden in echt verdiepte in de motorfiets Ik
spijkergoed en aanverwante at- wist dat 'Norton 850 Commando' in
tributen. We verplaatsten ons in mijn vrienden- en kennissenkring
dat kader respectievelijk op een een gevierd begrip was en dat 'Ja-
Puch en een Tomos, bromfietsen pans' met enige minachting beke-
met sturen zó hoog, dat we er ken werd. Helemaal begreep ik dat
haast aan hingen. Maar het niet, al vond ik de Japanse Honda's,
moest. Hoge sturen waren een Kawasaki's, Yamaha's en Suzuki's
statussymbool. Hoe hoger het gevoelsmatig ook niet alles. Vooral
stuur, hoe beter. En op school het geluid, wat een belangrijke
moest ik erkennen dat er nog maatstaf was, klonk niet goed. Het
steeds jongens waren met een jankte teveel. Soms hoorde je in de
stuur dat nog véél hoger was dan verte een geluid, wat wél helemaal
de mijne. in orde was. Die dreunen voelde je
Net als vrijwel elke andere jon- mje maag en dat was de bedoeling
gen in die leeftijd, die ik kende, Later begreep ik dat dat de
brandde latent bij mij ook het ver- Triumphs, de Norton's, de Harley-
langen naar een motorfiets. Een Davidson's en een enkele Italiaan-
brommer was leuk en met een ver- se Laverda moesten zijn. En dat de
stelbare sproeier reed 'ie ook al reden dat je die nauwelijks zag zijn
gauw 60,65 kilometer per uur, maar oorsprong vond in het feit dat de
het fietspad was toch niet helemaal Japanners de Europese motorin-
het ware leven. Zonder precies te dustrie toen al bijna helemaal had
weten waarover het ging, spraken den weggeconcureerd.
in die tijd vrienden van mij de Dat leerde ik in het eerste jaar op
woorden 'Norton 850 Commando' de Pedagogische Academie. Er
fluisterend en met veel ontzag uit. was bij ons m de klas een jongen
Het moest een motorfiets zijn, een gekomen, die het romantische
Engelse, een hele zware. Maar ook beeld van de motorrijder helemaal
vast een hele dure. En gezien het invulde. Hij heette Philip en was
Leusdenaar Willem SleuteL Onder zijn handen veranderen wrakken van motoren in exemplaren, die mooier zijn dan ze ooit waren.
juist in deze omgevmg komen wo
nen. Hij boezemde ontzag m door
zijn nonchalante houding en zijn
vrijmoedige optreden tegen do
centen, als hij het niet met ze eens
was. Hij had regelmatig conflicten,
maar dat kon hem weinig schelen.
Verder was hij mateloos populair
bij het vrouwelijk deel van de stu
denten, wat zijn status alleen maar
verhoogde. Maar het belangrijkste
motor was precies wat ik me altijd
bij een motor had voorgesteld. Niet
alleen het geluid was precies in
orde, ook de vormgeving sloot
perfect aan bij mijn wensen. Philip
haalde mij en mijn zus, als we 's
middags na school op onze brom
mers naar huis gingen, in op zijn
zwarte zware motor en zwaaide
dan altijd joviaal. Dan draaide hij
het gashendel open en met een
paar machtige klappen verdween
hij uit het gezichtsveld.
ARIEL
Philip was gedoemd te misluk
ken op de P.A., maar daarin stond
hij niet alleen. Ook voor mij en mijn
zus was het duidelijk dat onze car
rière niet in het onderwijs lag. Het
toeval wilde dat zowel Philip, als
mijn zus en ik tegelijk besloten het
bijltje erbij neer te leggen. Dat
schiep een band en het leidde er
toe dat Philip ons bij hem thuis uit
nodigde. We zagen elkaar daarna
regelmatig en zo zag ik Philip ook
regelmatig aan zijn 'fiets', zoals dat
liefkozend genoemd wordt, sleu
telen Hij bleek in het bezit van een
Ariel („een Alles Rammelt In Eens
Los", wist mijn vader). Het bleek
een 350 cc Engelse ééncüinder,
gebouwd in 1955. De kennisma
king
opende een totaal nieuwe wereld
voor me. De wereld van de Engelse
motorfietsen. Naast de Japanse
'HondaMaYuki's', zoals een andere
vriend van mij de produkten uit het
land van de Rijzende Zon achteloos
op één hoop gooide, bleken er nog
talloze, en niet zelden zeer fraaie
andere merken te bestaan. Poëti
sche namen als BSA, AJS („Alle
Jezus Snel", herinnerde mijn vader
zich), Matchless, Velocette, DKW,
Nimbus („Duitse Kinder Wagen"),
JAP (de Engelse JAP), The Vmcent
en Triumph waren om voor mij on
begrijpelijke redenen uit het dage
lijks leven praktisch verdwenen.
MOTORFIETS
i"19p
De 'kéftnfèiftakmg--mét' Philip''
bracht het ideaal een eigen motor
fiets te bezitten ineens snel nader
bij. Ik vond een baan bij eert groot
winkelbedrijf, waardoor ik ineens
enorme sommen geld (vond ik
toen) op m'n bankrekening bijge
schreven kreeg. Bovendien stond
op een avond Philip bij mij voor de
deur. Hij had een nieuwe motorfiets
gekocht en kwam hem trots laten
zien. Het bleek een driecilinder
Triumph (een Trident) en dat was
je-van-het. Ik werd uitgenodigd
voor een ntje en dat werd tevens
mijn vuurdoop. Achterop de Tri
dent was een enorme sensatie,
maar met de broek vol was ik blij
toén ik met knikkende knietjes af
mocht stappen. Toen stelde Philip
voor, dat ik zijn Arièl maar moest
kopen. En om kort te gaan, voor het
enorme kapitaal van 1700,- werd
ik de trotse eigenaar van mijn eer
ste motorfiets.
Een werkelijk prachtige machi
ne, fraai door zijn eenvoud. De hin
dernis van het rijbewijs werd snel
genomen, waarna mets mij meer in
de weg stond om de wereld te ver
overen. Gaandeweg werd ik van
enige illusies beroofd, maar werd
ik ervaringen rijker. De veronder
stelling dat je als motorrijder bij het
vrouwelijk deel van de bevolking
een streepje voor zou hebben,
bleek, anders dan in de film, op een
misverstand te berusten. (De meis
jes bleken veelal een auto te prefe
ren. Dat was minder koud, mmder
vies en je hoefde geen helm op, die
het kapsel ruïneerde). Bovendien
'kon het op de motor knetterend
^kpud zijn, zelfs 's zpmejs^ zodat je
vna een lange rit wef een halvè dag
nodig had om door te warmen. Ook
bleek de romantiek van de tech
niek minder prettige kanten te heb
ben. Zeker als op een snelweg om
onverklaarbare rédenen meens je
licht uitviel, waarna bleek dat een
zesvolts peertje met meer overal
verkrijgbaar is, of de motor er ge
woon mee ophield.
Aan de andere kant deed ik on
vergetelijke ervaringen op, als ik
rustig ploffend op de motorfiets 's
lands dreven verkende. Vooral de
kleine binnenwegen waren favo
riet. De motorfiets maakte veel
herinneringen los en stond borg
voor talloze meuwe contacten.
GRONDBEGINSELEN
Ik leerde onder leiding van
vnenden de grondbeginselen van
de techniek van de motorfiets en
ging zelf sleutelen. En op een gege
ven moment was je zover, dat je de
motor zelf uit elkaar kon halen en
weer m elkaar kon zetten. Dat leid
de tot boeiende taferelen thuis,
waarbij moeder de olievlekken her
en der in huis en vader de volledig
Hoewel er tegenwoordig
vrijwel geen andere
motoren meer rond lijken te
rijden dan Japanse, is de
tijd dat dat anders was nog
niet zo lang geleden. Pas in
de jaren zestig kregen de
Japanners in Europa vaste
voet aan de grond.
Daarvoor domineerde de
Engelse industrie jarenlang
de markt. Vele tientallen
merken van Engelse
makelij vonden hun weg
naar de consument.
De eerste klappen, die de
Engelse industrie kreeg,
vonden hun oorsprong in
het feit dat de economie
begon te groeien. De auto
kwam binnen het bereik
van Jan Modaal, waardoor
de motorfiets aan
populariteit inboette.
Aan de andere kant lijkt
ook het conservatisme en
een vorm van arrogantie
debet aan de teloorgang
van de Britse
motorindustrie. Het gebrek
aan vernieuwingsdrang gaf
de Japanse industrie, die
zich van een
'namaakindustrie' tot een
innovatieve industrie
ontwikkelde, de kans de
Europese markt te
veroveren.
De grootste klap kwam
met de introductie van een
viercilinder Honda, in het
begin van de jaren
zeventig. De betrouwbare
Japanner betekende de
genadeklap voor de Britten.
De Engelse industrie
antwoordde nog vertwijfeld
met een snelle driecilinder
(de Triumph Trident en de
BSA Rocket 3), maai- die
konden de concurrentie niet
aan. Ondanks grote fusies
in de Engelse industrie,
ging de ene na de andere
fabriek ten onder. Het eens
zo roemruchte merk Norton
hield het in 1976 voor
gezien. Triumph hield het
nog het langst vol en bleef
tot halverwege de jaren
tachtig motoren
produceren. Het
marktaandeel was echter
marginaal, zodat ook de
laatste der Mohikanen ten
dode was opgeschreven.
Er worden in Engeland
nog steeds, op zeer
bescheiden schaal,
motorfietsen geproduceerd.
De rol op de markt is heden
ten dage echter marginaal.
in beslag genomen schuur, waar
door de auto buiten moest staan,
maar matig wisten te waarderen. Ik
leerde ook dat het sleutelen aan je
eigen fiets in 'Britse kringen' erbij
hoorde. Eén van de redenen om de
Japanse motoren te minachten was
het feit dat het pnncipe van een
voud van techniek, die de Engelse
motorfietsen kenmerkten, was los
gelaten. Juist de eenvoud maakte
het ..voor een eigenaar mogelijk,
met relatief weinig en goedkoop
gereedschap het onderhoud van
zijn motor te verrichten. De intrede
van geavanceerde electronica in
de motorindustrie, met name de
Japanse, vervreemdde de eigenaar
van zijn motor, was de heersende
visie. De motor werd een gebruiks
voorwerp, in plaats van een ge
koesterd eigendom, met een eigen
karakter. In plaats van het onder
houd zelf te doen, ging de motor
naar de dealer, om na een jaar voor
een nog nieuwer model ingeruild
te worden. Een motor als massa-
consumptiegoed gold in Engelse,
maar ook in andere knngen als een
contradictie.
LIEFHEBBERS
Onder de oppervlakte van het
dagelijkse bestaan, bleken zich
nog onverwacht veel gelijkgestem
de liefhebbers en bezitters van En
gelse motorfietsen op te houden.
En vrijwel allemaal onderhielden
ze hun eigendom zelf. Daarbij wa
ren er ovengens grote onderlinge
verschillen. Er waren erbij, die er
slechts op uit waren de motor rij
dend te houden. Een onverzorgd
uiterlijk van de motor gold voor
sommigen zelfs als een 'must'. An
deren onderhielden hun machine
met grote toewijding en liefde. De
motoren werden compleet geres
taureerd en waren na zo'n opknap
beurt vaak beter, dan ze ooit ge
weest waren. Het verschil tussen
die twee soorten 'sleutelaars' was
ook aan de plaatsen te zien, waar
gesleuteld werd. Bij de één slinger
de het gereedschap, te vet om aan
te pakken, overal rond, de ander
had alles, keurig schoon, immer
Willem Sleutel, een rustige, tik
keltje introverte jongen, woont nog
thuis. In een onooglijk klem
schuurtje, dat als het even kan ook
nog met de andere huisgenoten
gedeeld moet worden, knapt hij
zijn motoren op. Het opknappen
lijkt belangrijker dan het rijden. De
motoren komen vaak slechts onder
bijzondere omstandigheden uit de
schuur. Waar komt bij Willem
Sleutel de fascinatie voor Engelse
motoren vandaan? „Ik wist al vroeg
dat ik een motor wilde. En daarbij
vond ik Engelse motoren gewoon
het mooist. Vooral het geluid. Ik
wist toen al dat het een Tnumph of
een Norton moest worden. Die wa
ren met kop en schouders favoriet.
Mijn eerste motor kocht ik m 1981.
Een vriend in de buurt had een 750
cc Norton Commando en die wilde
hij op den duur wel kwijt. Zodoen
de."
„De fiets was sterk verwaar
loosd. De bouten van hel motorblok
waren losgetrild, de primaire aan
drijving was gescheurd en de op
hanging van het uitlaatsysteem was
stuk. Verder was de motor omge
bouwd tot een chopper, met afge
zaagde spatborden bijvoorbeeld
en daar was ik ook niet echt kapot
van. Allereerst heb ik de fiets rij
dend gemaakt en gaandeweg
kreeg ik er lol in om hem weer m
de oorspronkelijke staat terug te
brengen. Zoetjesaan vond ik origi
neel mooier".
„Het vinden van onderdelen was
in het begin een probleem. De En
gelse motoren waren toen in de
reguliere handel al nauwelijks
meer te koop (de laatste Norton
werd rond 1976 geproduceerd).
Maar door het zoeken kom je in
aanraking met anderen en leer je
de weg kennen."
HOBBY
„Angst om het motorblok voor
het eerst uit elkaar te halen had ik
ook niet echt. Per slot sleutelde ik
al jaren aan brommers en boven
dien is vader automonteur, dus als
het lastig werd, kon hij altijd assis
teren. Ja. en als je eenmaal gepakt
ben door zo'n hobby, laat je dat niet
meer los. Het heeft ertoe geleid, dat
ik nu zeven motoren bezit. Vier
Nortons, twee drie-cilinder
Triumphs en een Triumph Bonne
ville (een traditionele Engelse
twee-cilinder). Voor een deel zelf
gerestaureerd."
IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMImillmiHUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIJI Hoe gaat dat restaureren in zijn
werk? Willem Sleutel: „Om te be-
of versleten onderdelen worden
Eén van de Norton's (een 850 Commando), die door Willem Sleutel in nieuwstaat is gerestaureerd.
Een Triumph Trident 750 cc.
vervangen. Die bestel ik dan m En
geland of haal ze ergens anders
vandaan Dan bekijk ik de rest van
de onderdelen. De metalen delen
gaan naar de verchromerij of ze
worden verzinkt. Het frame en an
dere delen worden gemoffeld (lak
m poedervorm, die in een oven
wordt verwarmd en vloeibaar ge
maakt). De tank wordt gespoten.
Als alle onderdelen weer terug zijn,
begmt de wederopbouw. De op
bouw gaat m grove delen. Dus, het
motorblok wordt in apart m elkaar
gezet, de versnellingsbak, de wie
len en het frame. In totaal ben ik 100
tot 150 uur bezig per restauratie.
Dat wordt dan wel over een aantal
weken uitgesmeerd. Ik denk dat ik
tussen de vijftien en twintig uur per
week gemiddeld met motorfietsen
in de weer ben."
„Ik hou er niet van me te haasten
met dat werk. Daarom restaureer
ik het liefst voor mezelf. Ik koop
graag een wrak om die op me ge
mak op te knappen en hem eventu
eel weer te verkopen. Dat bevalt
me beter, dan werk van anderen
aan te nemen. Dat doe ik dan ook
bijna nooit. Dan komen de mensen
bij je aan de deur kleppen van 'is-ie
al klaar?', en dat ligt me niet. Alleen
goede vnenden help ik ook bij re
paraties en dergelijke."
„Bovendien is de ruimte, die ik
hier tot m'n beschikking heb ge
woon te klein. Ik ben dan ook naar
stig op zoek naar geschikte ruimte.
Ik zoek een kleine woning met een
hele grote schuur. Dat zou ideaal
zijn." De moeder van Willem, die
het verhaal aanhoort, beaamt dat
de ruimte een probleem is. De hob
by van zoonlief is weieens aanlei
ding geweest tot conflicten. „De
schuur moest bijvoorbeeld altijd
leeggehaald worden, als Willem
met zijn motoren aan de slag ging.
Dat betekende dat onze fietsen al
tijd buiten stonden. Maar er waren
ook wel andere problemen. Je kon
bijvoorbeeld nooit bij de koelkast
komen. Dan stonden er weer on
derdelen voor. Ik herinner mij een
geval, waarin Willem een tank van
zijn motor op een kist met appels
had neergezet. Na het eten wilden
we een appeltje nemen, maar ze
roken al wat vreemd. Er bleek nog
benzine in de tank te hebben geze
ten, die in de kist met appels was
gelopen. Ze waren doordrenkt. Die
kist hebben we weg kunnen gooi
en." Ze vertelt het verhaal overi
gens met een glimlach.
Voor Willem is er eigenlijk maar
één Engelse motorfiets en dat is de
Norton. „Dat is voor mij het prototy
pe van de Britse motor. Twee cylin
ders, en een losse versnellingsbak,
maar ook de ophanging van het
blok. Wat dat betreft was de Norton
beter van kwaliteit dan andere En
gelse motoren. Het blok is in rub
ber opgehangen, waardoor de tril
lingen beter worden geabsor
beerd. Hoe harder je gaat rijden,
hoe minder hij gaat trillen. Dat vmd
ik mooi."
Bestaan er voor Willem geen an
dere motoren dan Engelse? Japan
se bijvoorbeeld? „Nooit", antwoord
Sleutel haast beledigd Hoewel de
reactie een gevoelsmatige afkeer
verraadt, onderbouwt hij zijn afwij
zende reactie met pragmatische
argumenten: „Japanse motoren
verliezen snel hun waarde. De af
schrijving is hoog. Bovendien zijn
onderdelen erg duur, als ze al te
krijgen zijn. Bovendien was de
wegligging van de Japanners voor
heen niet best. Dat is tegenwoordig
trouwens wel verbeterd. En verder
zit mij er teveel plastic aan. Daar
hou ik niet van."
Willem Sleutel heeft in zijn korte
carrière als restaurateur van mot-
rofietsen naar eigen zeggen een
stuk of acht wrakken m zogenaam
de 'showroomconditie' gebracht.
Hopeloze stukken schroot, die
door een leek onmiddellijk zouden
zijn weggegooid, veranderden on
der de gouden handjes in plaatjes
van motoren, die rechtreeks het
museum m zouden kunnen. Het is te
danken aan mensen zoals Willem
Sleutel, (en die zijn er ongetwijfeld
tallozen), dat stukken waardevolle
historie bewaard wordt. Met veel
liefde en vrije tijd worden erfstuk
ken aan de kwalijke, maar onver
mijdelijke invloed van de tand des
tijcis ontfutseld.
IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIJIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIM
onder handbereik. Ik herinner mij
een vriend, die ik gemakshalve in
de eerste categorie zal onderbren
gen, die van de afwezigheid van
zijn ouders gebruik maakte, om zijn
motor te reviseren Bij gebrek aan
een alternatief, koos hij de badkuip
uit als plaats waar de verschillende
onderdelen konden worden on
dergebracht. Toen zijn ouders wat
vroeger dan verwacht van een
vakantie naar huis terugkeerden,
kreeg moeder dan ook bijna een
beroerte, toen ze een blik in de
badkamer en de met olie besmeur
de badkuip wierp.
Een exponent van de andere ca
tegorie was Willem Sleutel (nee,
dat is geen bijnaam). Ik leerde
Willem kennen, als zoveel ande
ren. Ook hij bezat Engelse moto
ren. Het verschil was dat Willem op
plaatjes van motoren rondreed Hij
bezat bijvoorbeeld een Norton 850
Commando, die er altijd uitzag of
hij juist van de produktieband was
gelopen. Van de spreekwoordelij
ke olielekkage bij Engelse moto
ren (De Britten zijn er nauwelijks in
geslaagd motoren te produceren
die geen olie lekten), was bij Wil
lem geen sprake.
De nu 26-jarige Leusdense stem-
pelconstructeur heeft het restaure
ren van (Engelse) motoren wat mij
betreft tot kunst verheven. Het was
voor mij reden om de kennisma
king met Willem Sleutel te hernieu
wen en hem nog eens op te zoeken.
SCHUURTJE