I
„Bij de andere kinderen
was het ook ingewikkeld"
Opvoeding zwakzinnigen vaak moeilijk, maar niet onmogelijk
Edwin is net zo lief en stout als andere kinderen.
Henk is zo zelfstandig geworden,
dat onze zorg een heel stuk lichter werd.
De oudste dochter zegt, dat het uiteindelijk is
neegevallen met Liesbet en accepteert haar zoals ze is."
bevallingen deed ik soms in een bedstee, bijgelicht
ioor een boer die achter mij stond met een lamp".
DONDERDAG 22 DECEMBER 1988
plaatselijk nieuws
15
deren in een leeftijd dicht op el
kaar, verliep de aansluiting gemak
kelijk," vertelde een ouderpaar.
„De een trekt en de ander duwt en
Henk deed daaraan zonder manke
ren mee. Later liep Henk meer
achter en, wat we achteraf pas
goed beseften, de rest van het ge
zin hield zich meer in. Je beleefde
dat eerder niet als een verwer
kingsprobleem."
uAAT
„Liesbet is al weer 18 jaar en de
niddelste van dne kinderen," ver-
elt haar moeder. „De handicap
ipenbaarde zich zeer laat. Ze zag
ïr vroeger namelijk niet gehandi-
:apt uit. Zelf had ik na een half jaar
d wel het gevoel, dat er iets mis
vas. De kinderarts, die we hebben
jeraadpleegd, vond mets. En na
wee jaar zei de wijkverpleegster
lard, maar helder: „Zij hoort in het
anderdagver blijf voor verstande-
ïjk gehandicapten. Ga daar maar
:ens kijken."
door
Anne Bunt
„We wisten niet wat ons daar
overkwam," zegt de moeder van
Liesbet. „Al die uiterlijk andere
kinderen. Moest ons normaal uit
ziende kind daartussen? Mijn man
vond, dat ze daar gek zou worden.
Toen ze tweeëneenhalf jaar was en
we nog geen vooruitgang bespeur
den, hebben we een psycholoog
geraadpleegd. Die zei, dat Liesbet
een tehuizenkind zou worden. Die
harde boodschap schokte ons
zeer, maar voor het eerst durfde
iemand ons iets anders te vertellen
dan dat het misschien nog wel eens
goed zou komen met onze Liesbet."
De oorzaak van haar handicap is
nog altijd onbekend en veroor
zaakt mogelijk met alleen zwakzin
nigheid.
„In het gezin was het verschrik
kelijk moeilijk met haar," vervolgt
de moeder van Liesbet. „Ze streed
voortdurend met de andere kinde
ren om mijn aandacht en verstoor
de de gezinssituaties. In de zomer
ging het nog wel, dan speelde ze
veel buiten. Maar in de winter, als
we meer op eikaars hp zaten, werd
het ons allemaal teveel. Vandaar,
dat we een opname in een obser
vatiehuis hebben aangevraagd."
„Liesbet was vijfeneenhalf jaar
bij de opname. Ouderverenigingen
en familie verweten ons dat we het
bijltje er te snel bij neergooiden
Maar voor ons was het wel een
opluchting, dat halve jaar observa
tiehuis. We hebben ook meteen
een plaatsing in een tehuis aange
vraagd, voor het geval dat men
haar wederom een tehuizenkind
zou vinden. Een arts, die het beste
tehuis slechter vond dan het slecht
ste thuis, kon ons verder met meer
van de wijs brengen. Met een te
huis in de buurt hebben we een
Het leukste is het samenspel met
haar broertje van vier. Die beva-
dert haar wel, wat ze toelaat. Hij
accepteert, dat de oudere Liesbet
op haar strepen blijft staan, als het
alleen voor hem bedtijd is."
„En de oudste dochter zegt, dat
het uiteindelijk is meegevallen en
accepteert Liesbet zoals ze is. Zou
ze later, als wij het niet meer kun
nen, er nog zo over denken? Zou
dat komen door de vroege uithuis
plaatsing van Liesbet9"
Minder vragen levert tot nu toe
de opvoeding van Edwin op. Licha
melijk is hij kwetsbaar, maar er zijn
geen omgangsproblemen met
hem. Edwin is vijf jaar en zal, naar
het zich laat aanzien naar een
school voor zeer moeilijk lerende
kinderen gaan. Uit huis plaatsing is
bij hem nog lang niet aan de orde.
KLEURRIJK
„We wisten vnjwel vanaf de ge
boorte. dat er iets mis was met
Edwin," vertelt zijn moeder „Hij
wilde na twee dagen nog niet drin
ken en kreeg longontsteking. Ed
win moest m de couveuse. Op
grond van de merkwaardige vorm
„In het begin hebben we het zeer
druk gehad met hem. Voortdurend
activeren en oefenen om hem zo
veel mogelijk ontwikkelingskan
sen te geven. Ondertussen was hij
erg veel ziek, vanwege zijn longen.
Edwin had ademhalingsproble
men. Maar het gmg naar omstan
digheden met slecht met hem. Om
dat we al wisten, dat hij achter zou
blijven, viel de uitslag van de test
voor de ZMLK-school, voor zeer
moeilijk lerende kinderen, met
echt tegen. Op viereneenhalf jange
leeftijd had Edwin een verstandelij
ke leeftijd van bijna tweeëneenhalf
jaar." In de praktijk betekent die
uitslag: hoewel testuitslagen van
jonge kinderen met vastliggen,
moet hij gemakkelijk kunnen mee
komen op de ZMLK-school.
AANPASSING
„Dus Edwin ging vlak voor zijn
zesde jaar naar de ZMLK-school,"
gaat zijn moeder verder. „Na drie
maanden aanpassingsproblemen
mogen we stellen, dat we op een
plezierige manier aan de school
zijn begonnen. Hij vindt het met
meer vreselijk en begint de juf en
inrichting met nodig zal zijn. Mis
schien zit het er voor hem in dat hij
m een groep in een woning kan
leven, als hij later het huis uit wil. Ik
kan me namelijk nu al wel voor
stellen, dat, zodra Edwin zijn zus
sen uit huis ziet gaan, hij daar zelf
ook aan toekomt. Maar ver vooruit
zien kunnen we met. De wereld
verandert zo snel. En momenteel is
Edwin net zo hef en stout als de
rest."
Dat de opvoeding van zwakzinni
ge kinderen in veel opzichten vaak
niet veel hoeft te verschillen van
die van .normale' kmderen, blijkt
uit het verhaal van Henk. Deze 21-
jange mongool heeft volgens zijn
ouders niet alleen een groot sociaal
aanpassingsvermogen, maar heeft
bovendien verassend veel ge
leerd. Zijn ouders wilden hem zo
normaal mogelijk op voeden. En
dat is zodanig gelukt, dat Henk tot
op zekere hoogte zelfstandig kan
leven. Uiteindelijk vonden zijn ou
ders de opvoeding van hun andere
kinderen minstens even ingewik
keld.
GEMAKKELIJK
„De eerste vier jaar met drie Ion-
van hun verlovingsplan. Zo van, die
gaan spoedig trouwen. Maar dat
was de bedoeling met. Ze willen
alleen verloven, naar het voorbeeld
van anderen in hun omgeving."
„Trouwen valt dein buiten zijn ho
rizon, te ver weg om ruzie met de
moeder van zijn meisje over te ma
ken. In het algemeen veegt hij zijn
paadje soepel schoon. Hij maakt
duidelijk, wanneer anderen te ver
gaan met hun vragen. Zo betaalde
hij eens tijdens een ruzie tussen de
andere kmderen over wie de reke
ning voor de geleende boeken
moest betalen, zelf de rekening.
Daarna was de discussie voor hem
gesloten."
„Als het erop aankomt, dan is de
opvoeding van de andere kinderen
minstens zo ingewikkeld geweest.
Minder voorspelbaar. Bij Henk
was, mede door zijn ingeboren be
schaving en zijn bekende beper
kingen, tot nog toe alles overzich
telijker. Al met al is Henk zo zelf
standig geworden, dat onze aan
vankelijke zorg wel een heel stuk
lichter is geworden."
LEUSDEN - Deze maand schrok Nederland op van een foto in
kranten en tijdschriften, waarop een naakte vrouw te zien was,
die met een leren band vastgebonden was aan de muur. Het
ging om Jolanda Venema, die al enige jaren is opgenomen in de
Hendrik van Boeyenoordinrichting. Jolanda is gedragsge
stoord' en vormt soms een gevaar voor zichzelf en haar omge
ving. Omdat zij daarbij haar kleren kapot scheurt, blijft er
volgens de staf van de inrichting niets anders over dan haar
naakt vast te binden.
De ouders van Jolanda Venema zagen in het vrijgeven van
deze door henzelf gemaakte foto de enige mogelijkheid om de
problemen van Jolanda onder de aandacht te brengen. Jaren
lang hadden zij geprobeerd om verbetering in haar situatie te
krijgen, maar volgens hen was de inrichting, waar Jolanda
geplaatst was, niet in staat haar op de juiste wijze te behande
len.
Los van de vraag wat daarvan de oorzaak is en wie daarvoor
verantwoordelijk gesteld kan worden, blijkt uit de ,zaak Jolan
da Venema' dat het voor ouders van zwakzinnige en gedrags
gestoorde kinderen moeilijk en in sommige gevallen onmoge
lijk is om deze kinderen op te vangen en op te voeden. In het
geval van Jolanda weten zelfs de deskundigen nog geen bevre
digende oplossing te vinden. Het is in ieder geval duidelijk dat
de opvoeding van deze kinderen voor de ouders een enorme
belasting is.
Natuurlijk gaat het niet altijd om kinderen zoals Jolanda.
Naar schatting wordt 20 procent van de zwakzinnigen in in
richtingen als «gedragsgestoord' beschouwd. Kinderen als Jo
landa zijn binnen die groep weer een minderheid. Over zwak
zinnigheid bestaan wat dat betreft veel misverstanden. Zo
hoeven niet alle zwakzinnigen in een inrichting en het gaat niet
altijd om gedragsstoornissen. Er zijn in veel gevallen oplossin
gen te bedenken die plezieriger zijn dan wat nu met Jolanda
gebeurt. Gezinsvervangend tehuis, dagverblijf, begeleid ka
merwonen of gewoon thuis blijven maken deel uit van een
scala van mogelijkheden. Het zijn meestal de ouders, die vaak
de uiteindelijke beslissing nemen. Meestal na jaren van thuis
proberen.
Anne Bunt had gesprekken met ouders van drie zwakzinni
gen uit Leusden over hoe het is om him kinderen op te voeden
en welke overwegingen er bij hen toe hebben geleid hun kind
wel of niet uit huis te plaatsen. Twee van de ouderparen
wensten anoniem te blijven. De namen van Liesbet en Henk zijn
daarom niet hun echte namen. De redenen van die wens tot
anonimiteit zijn verschillend, maar er blijkt wel uit dat dit
onderwerp voor hen gevoelig is. Dat oplossingen niet altijd
voor de hand liggen, blijkt onder meer uit de zaak van Jolanda
Venema. Dat het niet altijd hoeft te gaan zoals bij Jolanda blijkt
uit de verhalen van Liesbet, Edwin en Henk.
gesprek aangevraagd, dat verder
plezierig verliep en leidde tot een
uithuisplaatsing. Liesbet was in
middels zes jaar."
„Het thuis logeren verliep plezie
rig. De andere kmderen vonden
dat bezoek fijn. Achteraf hebben
we ervaren, dat het moeilijkste aan
de opvoeding van een gehandicapt
land is het normaal blijven opvoe
den van de normale kmderen. Zo
geconcentreerd waren we op dat
ene kind. Die druk voelden we veel
minder, nu Liesbet niet meer thuis
woonde, maar op bezoek kwam.
En 's zomers, als ze 14 dagen met
ons op vakantie gaat, wat heel in
tensief voor ons allen is, loopt het
ook plezierig. Wat verdrietig blijft,
is het huilen van Liesbet, als ze
weer terug moet naar het tehms,
waar ze al weer 12 jaar zit."
SCHULP
„Het eerste jaar in het tehms gmg
goed. Liesbet woonde aanvanke
lijk in een zogenaamde kleuter
groep. Na het eerste jaar dachten
we, dat ze in de andere groep van
het tehuis zou kunnen. In de zoge
naamde middengroep. Die veran
derde echter, door de opnames
van kmderen met een hoger ni
veau. Ze werd door hen gedomi
neerd. Liesbet is namelijk vaak wel
vrolijk, maar verbaal met sterk ge
noeg en trekt zich dan gauw m haar
schulp terug. In de ZMLK-school,
waarop ze nog steeds zit, gaat het
verder goed. Het probleem is dus
onze behoefte aan een passende
woongroep voor haar."
„Liesbet ziet er nu meer gehan
dicapt uit en wordt daardoor meer
dan vroeger door anderen in be
scherming genomen. Op het plein
tje kan ze bij enkele andere fami
lies terecht, als ze daarmee contact
zoekt. Ook trekt ze naar andere
kmderen toe, die ik soms overi
gens wel even moet toespreken.
van zijn hand adviseerde een arts
ons bij hem een chromosomen-on
derzoek te doen. Hij bleek een wat
andere afwijking te hebben dan
mongolen. Die hebben een chro
mosoom extra en bij Edwm mist er
iets aan het negende chromosoom.
De dokter vertelde ons na dat on
derzoek, dat ons kmd, dat er uiter
lijk ook al wat anders uitziet, achter
zou blijven."
„Na die Jobstijding duurde het
nog vele weken, voordat Edwm be
gon te drinken. Hij begon met zitten
en lopen na anderhalf tot twee jaar
Omdat hij alles rechts deed en de
linkerhelft van zijn lichaam minder
ontwikkelde, kreeg hij gedurende
een jaar speltherapie. Dat is heel
goed voor hem en voor ons ge-
andere kinderen al behoorlijk uit te
dagen. Eerst liet hij zich op de huid
zitten en nu deelt hij ook wel eens
het een en ander uit. Zo probeert hij
daar zijn eigen grenzen te ontdek
ken. Verder is hij een stuk mmder
gebonden aan zijn moeder. Dat is
een ontwikkeling, die hij al bij de
particuliere logopediste is begon
nen. Overigens krijgt hij nu van
school nog logopedie Zijn praten is
duidelijk verbeterd, maar Edwm
zegt bijvoorbeeld voor elk woord
nog een t."
„Door zijn zusjes wordt Edwm
volledig geaccepteerd. Zij denken
er evenals ik eenvoudig met aan,
dat hij zwakzinnig is. Dat vinden ze
een raar woord. Gelukkig wordt hij
in de buurt ook opgenomen en in
„Bovendien is Henk een intelli
gente mongool, die op de ZMLK-
school heeft leren lezen en schrij
ven. Dat zat er voor ons al m, toen
hij alle verkeersborden bleek te
begrijpen Zonder die ervaring
hadden we de school nauwelijks
kunnen overtuigen. Hoewel hij die
vaardigheden voor een flink deel
aan zichzelf heeft te danken, zal
onze houding van zo gewoon mo
gelijk omgaan met een leerbare
verstandelijk gehandicapte er vast
wel toe hebben bijgedragen. We
hebben nooit willen geloven, dat
alle mongolen te lui zijn om te wil
len leren."
„Ook is het onze grote zorg ge
weest de samenleving om ons heen
om een zo gewoon mogelijke be
handeling van Henk te vragen.
Hem echt zo voor vol aan te zien,
zoals bijvoorbeeld zijn broer doet,
als die hem eens lik op stuk geeft.
Die zorg voelen we nu mmder, om
dat door de jaren heen talloze men-
weest. Je keek naar en deed mee
aan een heleboel activiteiten. Maar
er is nog meer met hem aan de
hand."
„Pas na twee jaar kwamen we
erachter, dat Edwm zeer slecht ziet.
Hij had een bril nodig met glazen
met een sterkte van -15 en -8, zo
bijziend is hij. Verder leerde Edwm
heel laat praten, terwijl hij wel de
meeste opdrachten, die ik hem gaf,
begreep en uitvoerde Daarom
hebben we al ver voor de school
leeftijd een particuliere logopedis
te ingeschakeld. U moet eens kij
ken naar haar schrift met tekenin
gen, opdrachten en korte rappor
ten." Ze laat het schrift zien waann
grote kleurrijke tekeningen staan.
„Dat werkte," vervolgt de moeder
van Edwm. „Hij leerde via dit
schnft dmgen nazeggen en zeg
gen. En hij leerde voor zichzelf op
komen."
huis gehaald. Edwm werkt daar
trouwens zelf aan mee. Hij is inne
mend en maakt graag hier en daar
een praatje. Van babies en kleine
kinderen is hij zelfs idolaat. Maar
kinderen, die even oud zijn en te
snel voor hem bij het fietsen, voet
ballen en indiaantje spelen, laat hij
gauw met rust. Hij trekt zich dan
terug. Misschien is het ook zijn oog
handicap. die hem daarbij parten
speelt. En hij zit op een andere
school dan die vriendjes op straat."
„Over zijn toekomst hebben we
oris nog niet zo druk gemaakt.We
hopen, dat hij ergens zijn eigen
stekje vmdt. Ik heb tijd voor hem.
En de andere kinderen geven hem
zoveel aandacht, dat het gezm ook
werkelijk belangrijk voor hem is.
Vaak heeft hij van de oudere zusjes
ook een voorbeeld gehad om na te
doen. Hij gaat vooruit. Ik hoop dan
ook, dat een vroege opname in een
sen bereid waren iets voor Henk te
betekenen in de activiteitensfeer.
Dat is het wonder in de opvoeding
van hem. Bijvoorbeeld, Henk heeft
al weer jarenlang pianoles. Als de
een het niet langer meer doet, dan
staat er weer een andere leer
kracht klaar. Zo is hij ook aan werk
gekomen."
„Henk geeft verder veel terug.
Toen éën van ons in de put zat,
speelde hij opbeurende geestelij
ke liederen. Die spontane hulp
werkte. Ook hield hij bij zijn af
scheid van de ZMLK-school een
feest, evenals anderen dat doen na
het examen op de middelbare
school. De daar aanwezige 50 per
sonen wisten niet wat ze hoorden,
toen Henk hen vertelde, wat ze
voor hem hadden betekend. Zijn
gevoel voor verhoudingen blijkt
ook uit een langdurige verkering
De moeder van zijn meisje schrok
Kunenborg met zijn moeder onder de kerstboom. „Over zijn toekomst maken we ons met druk. We hopen dat hij zijn eigen stekje vindt.
ma 3e'
be-
rs:e
be
ren.
taai -1
bui-
ran-
lam
md
p ze-
Mof
ee< j?
vervolg van pagina 14
iets te doen. Protestanten kaarten
iet. Er was geen voetbalclub. Op
e bazar kon je schieten, sjoelen,
lerwerpen en we verkochten
m alles, babykleertjes, sokken en
idere zelfgemaakte dingen en er
as een lotenj met pnjzen beschik-
aar gesteld door de paar winke-
:rs die we toen hadden." En een
ad van Avontuur? De suggestie
saakt veel herinneringen wakker.
D ja, samen met mijnheer Van Bu-
ïn. Wat hebben we daarbij gela-
len. Veel burgers die een leven-
5 kip wonnen durfden die niet aan
pakken. Trouwens, ik ook niet
>r. Dan verkocht mijnheer Van
iren achter 't Rad de kip voor een
iksdaalder of zo en brachten hem
,j imeuw in als pnjs. Dat ging soms
el een paar maal zo en gaf veel
ezier
LECTRICITEIT
Begin jaren vijftig kreeg Leusden
iciteit. In 1957-1958 kwam er
is. Voor die tijd gebruikte ïeder-
in butagas of petroleum. In de-
slfde jaren werd de eerste vuil
nisophaaldienst georganiseerd.
„De mensen begroeven het vuil al
tijd achter in de min, maar de men
sen van de kleine nieuwbouwhui
zen, met kleine tuintjes konden dat
niet doen. Vandaar." Vooral met de
aanleg van de waterleiding begm
jaren zestig was zuster Prins blij.
„We gebruikten altijd eigen water.
Ook ik gebruikte water van een
wel in de kelder. Het was altijd
roestig, geel."
De grote verandering in de ge
zondheidszorg bestond vooral uit
het geven van injecties. Zuster
Pnns gaf er honderden. Peniciline
maar vooral de kinderinentingen
tegen polio, difterie, kinkhoest. De
polio-epiderrue, eind veertig, be
gin vijftig, eiste ook in Leusden
slachtoffers, twee dodelijke en
handicap. „Voor één patiënt was
het belangrijk dat hij wekelijks kon
zwemmen in het Sportfondsenbad
in Amersfoort. Nog steeds waren
er maar weinig autobezitters in
Leusden, maar we kregen het voor
elkaar. Wanneer iedereen een
maal per week reed, kon hij drie
maal per week naar het zwembad.
Dat is gelukt." Leusden telde inmid
dels zes scholen. Zuster Pruis gmg
ze af om kmderen m te enten en om
de leerlingen op hoofdluis te con
troleren. „De oogst was rijk."
BURENHULP
Na 1950 begon Leusden echt te
veranderen. Ansfridus en de Ba-
voort werden vol gebouwd. Boeren
hielden op met boeren. Sommige
vertrokken naar Friesland. „Zoals
de boer die zat waar nu de Rabo
bank zit," naar Brabant en een en
keling emigreerde. Kmderen wer
den geen boer meer en leerden
door. Daarvoor moesten ze naar
Amersfoort. Ook daardoor begon
een andere wind te waaien. „Vroe
ger kwamen de mensen nooit van
het dorp."
De burenhulp verdween met.
Boer Van Beek had nog steeds als
één van de weinigen een mooi
zwart pak. Een reden door zuster
Pnns aangehaald om te verklaren
waarom juist hij de overledenen
naar de begraafplaats aan de Arn-
hemseweg, oud-Leusden bracht.
En bij geboorten kwamen de buren
een krentenbrood brengen of
brachten als cadeautjes „iets m na-
tura" mee. Zodra er in het dorp
getrouwd werd, werd de deel ver
sierd. Na de kerk werd daar altijd
een broodmaaltijd met drank („de
boeren hadden altijd veel drank")
aangericht waarbij de halve buurt
aanwezig was. En m de winter wa
ren er de wmterbezoeken. Buren
die gingen buurten bij elkaar. De
ene week bij de een, de volgende
bij de andere.
Het Wit-Gele Kruis werd opge
richt. Zuster Prins was met meer het
emge „kruis" m Leusden. De laatste
twee jaar reed zuster Prins rond in
een Fiat 500. „Zelf gekocht hoor,
want knjgen deed ik hem niet."
AOW
Bijna dertig jaar vertegenwoor
digde zuster Prins het kruis m Leus
den. Eenmaal zestig geworden
moest ze eruit. „Dat was de regel."
Pas op haar vijfenzestigste had ze
recht op AOW. Dat was moeilijk. Ze
overbrugde de jaren door hier en
daar m te vallen als aanvulling van
een klem pensioentje.
Op haar lauweren lijkt zuster
Prins nooit gerust te hebben. Ze
was actief m de diacome en organi
seerde uitstapjes voor bejaarden.
„De eerste keren reden we wel met
twintig auto's weg Later hadden
we teveel auto's nodig. Toen mocht
het met meer van de politie en
moesten we bussen huren. De
avond voor vertrek smeerde ik
honderden broodjes. Want iedere
deelnemer kreeg twee broodjes en
een krentenbol mee. Voor de he
ren was er bovendien een sigaar.
Voor de dames snoepgoed. Onver
getelijke gebeurtenissen waren
dat. Ik herinner me een dikke
dame die we met veel moeite in het
trammetje m het Openlucht Mu
seum hebben gehesen. Zat ze ein
delijk zei ze dat ze een plasje moest
doen! Prachtig was dat." De verha
len komen los. Hoe zuster Prins
toen ze nog in emdhoven woonde,
eind twintiger jaren een rondvlucht
boven de stad maakte „Dat wilde
ik gewoon. Niemand durfde. Maar
ik wou het meemaken. Het kostte
wel vijf gulden. Dat was een heel
kapitaal." Later vloog ze nog een
keer van Rotterdam naar Amster
dam m een tweedekkertje. „Dat
ging een stuk vlugger en was leuk."
Vijfentwintig jaar woonde ze m
het witte huis en later in de aanleun
woning met haar beste vnendin,
mevrouw Van Gestel. Na vijftig jaar
vriendschap overleed mevrouw
Van Gestel, twee jaar geleden.
Zuster Pnns (84 toen) verzorgde
haar tot haar dood.
Nichtje Ans uit Barneveld komt
wekelijks bij zuster Pnns op be
zoek. Nog steeds zuster Prins. ..Me
vrouw is het wel, maar het klinkt zo
vreemd." Nog steeds is zuster Prins
actief Doodgemoedereerd zegt ze
„Ach, mijn zus komt regelmatig op
bezoek. Die is negentig. Mijn ande
re zus van 83 komt regelmatig uit
Veenendaal, met de bus. Ik heb
een leuke familie
Tsja, ze komt uit een sterk ge
slacht mogen we wel vaststellen.
Ergens spijt van? Welnee. Ik heb
veel belangstelling en krijg veel
belangstelling terug Misschien als
ik het over mocht doen, dat ik dok
ter had willen worden. Maar zo is
het ook goed. Ik ben tevreden."
Volgend jaar hoopt ze in aanmer
king te komen voor een boottocht
van het Rode Kruis. Dat zou leuk
zijn.
Zuster Prins zag Leusden hon
derdtachtig graden draaien bij
wijze van spreken. Van een ge
meente waar de adel het voor het
zeggen had over de kleine boer
tje die goedkoop pachten maar
niet mochten bijwonen, en een
paar burgermensen, naar een ge
meente, waarin de adel en de
boeren grotendeels verdwenen
zijn. Landgoed De Boom is na het
overlijden van juffrouw Anna on
dergebracht in een stichting. Het
grote huis aan de Heiligenberger-
weg werd een internaat en zal dat
binnenkort ook al niet meer zijn.
Het jachthuis aan de Hertekop
verdween. De laatste De Beauf-
fort woont in een voormalig
koetshuis en bemoeit zich niet
met bestuurlijke zaken in Leus
den. En de oude inwoners van
Leusden voelen zich soms als een
kat in een vreemd pakhuis in hun
geboortestreek.
Het 'witte huis', waar zuster Pnns jaren woonde.