Wanneer mogen we weer in ons eigen huis" !k ga niet alleen bij de grote stieren' leusderknml; jlewoners en oud-soldaten waterlinie herdenken mobilsatie [andbouworgansaties organiseren open dag UW AANKONDIGINGEN IN DE SNELSTE KRANT VAN LEUSDEN? LEUSDER KABELKRANT WOENSDAG 27 SEPTEMBER 1989 plaatselijk nieuws 11 (door Jan Schouten) NEUSDEN/ACHTERVELD Het is vijftig jaar geleden dat w de Nederlandse regering de mobilisatie (het op voet van rlog brengen) werd afgekondigd. De Valleistelling moest rden aangelegd. Assacht, Laappeers, Leusbroek en een is gedeelte van Stoutenburg werden als inundatiegebied igewezen. Tegen de vijftig gezinnen moesten huizen en er- H verlaten en elders onderdak vinden, alles moest wijken >r het in dit gebied wassende water, soldaten van het 16e Jiinent infanterie en van het 6e regiment veld artillerie moes- daadwerkelijke meehelpen bij de aanleg van ondermeer pgraven. De soldaten kwamen bij de boeren en burgers Ee drinken of even een tehuis zoeken, totdat daar door de jerwaterzetting een einde aan kwam. Na 1939 hebben ze elkaar niet proken maar er komt een weer- op woensdag 4 oktober 1989 in Gebouw te Achterveld. Ze zul- elkaar dan ontmoeten: de 94- ge Kapitein M. van Zalingen, de ange R. Schoonderbeek en zijn arige echtgenote, de families De Berkt, Lagerweij, Van Groot, rnbeek, Van de Salm, van Eij- Schreuder, Brouwer en Herder Asschat en Leusbroek, verder juier en Huis in *t Veld, de ser- ints uit 1939 Kragting, Quint en Vink en de manschappen van de Voorposten De Schans, de Asschat- terkeerkade en de Hoofdweer- standslijn. Bijna 100 Asschatters en soldaten zien elkaar na vijftig jaar op woensdag 4 oktober in het oor logsdorpje Achterveld terug. Enkelen van hen schreven over deze periode. Hieronder volgt een bloemlezing uit dagboeken en no tities. Ze geven een indruk van de omstandigheden waaronder de betrokkenen in deze tijd moesten leven. -■ Moeder Schreuder en met drie kinderen in het watergebied. ONDER WATER jpjrein M. van Zalingen, die bijna 300 soldaten aanvoerde in de voorpos- van De Schans en de Asschatterkeerkade. Op de boerenbedoening Klem Taayland aan de Langesteeg F 103 in de gemeente Leusden, parochie Hamersveld, woont het gezin van C. de Ridder-Steenkamp en de doch ters Mien 8 jaar, Truus 6 jaar. De 11-jarige Rika weet te vertellen: „De burgemeester komt zeggen dat we het huis mt moeten want het komt onder water te staan. Vader is jarig maar dat kan niet worden ge vierd. De soldaten helpen met de kleine oogst binnen te halen en de inboedel op te laden op een auto. Het is heel erg van huis weg te moe ten en we gaan wonen bij Opa en Opoe in Hoogland, daar hebben we het goed. Een klein beetje Sint Ni- colaasfeest deze keer op 4 decem ber, want de volgende dag trekken we naar Achterveld in een leeg staand huis in de Klettersteeg, eer ste huis links, vochtig en niks aan. Bij ons oude huis kunnen we met komen door het hoge water maar éds het gaat vriezen gaan we er schaatsnjden. De deuren staan open, je rijdt naar binnen en zittend op de hilt zit je te denken: wanneer mogen we weer in ons eigen fijne huis zijn. Uit het dagboek van een elfjan- ge. Hij schrijft over Tiemen Herder en zijn vrouw die wonen op de Punt, huisnummer G 1. Hij is boer van tien melkkoeien, één vaars, één puik en een mooie paard. Ze hebben zes bunder grond en drie bunder huren ze nog. Veel weiland maar ook een stukje rogge en soms knollen, die zijn lekker om te eten, en hele grote bieten maar da's in het najaar want de rog maaien ze al einde juli. Dan komt de Mobilisatie, dan komen er een boel soldaten te slapen bij de boeren op de deel of hilt en bij an dere mensen in de voorkamer maar dat is dan voor de hoge soldaten, de kapitem en zo. Er komen meer dan veertig soldaten en die slapen op de houten zolder boven de koeien. Er is ook een keukenwagen bij. „Daar heb ik wel eens een stuk worst van gekregen en ook pud dingpap, maar die was soms aan gebrand. Want ik ga langs de sol daten met een bak op nujn buik en daar zijn op gestald sigaretten, merk Rooie Riek, gevulde koeken, en soms van die taartjes, slappe tompoucen en zo meer. De burge meester van Leusden, die loopt kreupel en hij heet de Boefoor en met nog een meneer, komt ie bij Herder zeggen dat ze het huis uit moeten. Dat is denk ik dat ze den ken dat er oorlog kan komen en nu gaan ze stellingen bouwen in As- schat en alles komt onder water te staan. Kees is krek een half jaar oud, dat is hun eerste kindje, en nu moeten ze weg. Da's heel erg want die menschen blijven toch ook lie ver thuis en bij de koeien en het land. Nee ze moeten weg, dat is wel vreselijk." De toen 7-jarige Johan van Eijden: „De Hollandse soldaten waren druk met het bouwen van stellingen in de dijk vlak bij ons. Een groep solda ten was m Achterveld ingekwar tierd, die kwamen 's morgens op de fiets naar ons en omdat het koud was gingen ze in de keuken bij het warme fornuis zitten. Anna Midde laar was toen bij ons als hulp m de huishouding, die gaf de soldaten chocolademelk, dat was in oranje bekers. Daarop stonden Prins Bern- hard en Pnnses Juliana want die be kers hebben we gekregen, toen ze getrouwd waren. Als dat opwar men door de soldaten te lang duur de stuurde sergeant Kragting ze de deur uit en moesten ze gaan graven aan de stellingen. Maar er waren er ook die van de keuken de deel op gingen en dan op de hilt in het hooi kropen." Nicolaas Brouwer getrouwd met Johanna van de Hengel woont op „Loppeers", groot 18 bunders, 16 koeien en 2 paarden. Op de 2e za terdag van september 1939 komt de burgemeester de Beaufort de aan zegging doen dat men de boerderij zal moeten verlaten, wegens onder waterzetting van dit gebied en de stellingbouw op korte afstand van de boerderij. Vader en moeder en vier jonge kinderen moeten huis, hof en erf verlaten. Weg van huis, ze gaan enkele weken wonen op de boerderij Roozendaal op Hamers veld. Daarna gaan ze op zichzelf wonen in een leeg huis dat men huurt van Evert Kaas. De eigen boerderij en landerijen staan ruim één meter onder water. In de winter vriest het 20 graden. Het gebied As- schat is dan één ijsvlakte. Hierop hebben de kinderen het schaatsrij- den geleerd en even uitrusten was er dan op de hilt. Gemt Brouwer, zijn vrouw Neel- tje van Burken en de kinderen Bep en Riet wonen in Asschat op huis nummer G 9. Hij is soldaat „ergens in Nederland". Kapitein Ijzerwaar- den zegt: ,Je moet direct naar huis en nu alle soldatenkleding en ge weer inleveren, waarvoor je weg moet is me niet bekend." Met alle angst gaat hij naar huis en hoort er dat het huis vanaf 16 september on der water zal worden gezet. Toen direct gegaan naar de Heiligen berg, samen met Roel Tijmensen, waar de burgemeester hem mede deelt dat het gezin Tijmensen en ons gezin in een leegstaand huis - twee onder één kap - op Waterloo kan gaan bewonen. Maar ik heb vijf koeien, die wil ik niet missen en ik wil ook met op de hei gaan wonen, daarom gaat Niek Blom er wonen. De soldaten helpen met de laatste andijvie in te maken, alle huisraad op een auto te laden en dan weg, weg van het plaatsje üat je zo graag wilde opbouwen. Weg voor het wassende water. Zullen we ooit ons huis terugzien? Op een achteraf boerderijtje in Stroe is een bakhuis leeg. Elf jaar is het niet in gebruik geweest. Er ligt een stapeltje dode kuikens m en de stank blijft er han gen. Daar zit mijn vrouw en twee kinderen, want ik moet weer in sol datendienst in Apeldoorn, verdre ven door het water en ook nog doordeweeks weg van mijn gezin. Een hele nare en harde tijd. Later in een goed huis op de Schaapsweg 23 in Apeldoorn zodat ik elke dag weer even „thuis" was. Bijeenkomst „1939 Mobilisatie 1989". Aankomst gasten tussen 12.30 en 13.00 uur. Toespraak door dhr. J. v. Ginkel, hoofdredacteur van de Leusder en Barneveldse Krant. Fototentoonstelling Mobili satie 1939-1940. Onthulling van Ge denkplaat Asschat. Foto opnamen door de Leusder Krant aangebo den. Warme soldatenmaaltijd 1989. Organisane „Groep Achterveld 1939-1945". Alle inwoners van de gemeente Leusden, Achterveld, Stoutenburg zijn welkom op woens dagavond 4 oktober 1989 in Ons Gebouw te Achterveld. Vanaf 20.00 is er een fototentoonstelling „Mobi lisatie 1939" en om 21.00 uur een diaprojectie met gesproken woord. Bijdrage 5,- (minimaal) per per soon voor de fototentoonstelling en diaprojectie. De bijdrage is voor de bekostiging van een Gedenksteen in 1990. Stelling van het Pantser Afweer Geschut. fSDEN - Meer dan 300 mensen bezochten de open dag van gezamenlijke landbouworganisaties Leusden en Achter- Id. Zij organiseerden de open dag onder het motto „kijken het werk van de boer en tuinder". Het jongerencentrum de in Leusden fungeerde als startpunt. Er was een fietstocht igs de zeven deelnemende bedrijven uitgezet. Om de bezoe- rs te stimuleren de hele tocht te fietsen was er een prijsvraag geschreven. Bij ieder bedrijf hing een bord met een rebus. De lossingen vormden een slagzin. Verder moest er voor deelna- bij elk bedrijf een stempel gehaald worden. „Hee, waar kan stempelen" was dan ook een veel gehoorde kreet. de tocht waren twee rundvee- lnjven opgenomen. In het be- f van de heer Bremer wordt het ren van de koeien per computer egeld. Alle koeien lopen met zendertje om hun nek, als ze in voerstal komen leest de compu- hoeveel krachtvoer de koe no- heeft. ij het bedrijf van de heer Over- r was er een stand van een gro- suivelfabnek ingericht. Bezoe- mochten Biogarde, een pro- i van het bednjf proeven. Een jetje wilde weten of de Biogar- écht van deze koeien kwam. n de mengvoederfabriek Eem- stroom werden alle grondstoffen van het veevoer getoond. Eén van de grondstoffen bestaat uit gema len citroen- en sinaasappelschillen. Dit ontlokte de reactie: „Jeetje, dit ruikt naar cake". In de varkensfokkerij van de heer Barten hangt een zeugenka lender. Hier wordt precies op bij gehouden wanneer de zeugen moeten biggen. Naast de pasgebo ren biggetjes trok een zwarte zeug, de enige van een ander ras veel aandacht. Op het bedrijf wordt het dier daarom het zwarte schaap van de familie genoemd. Bij de stierenfokkerij van de heer door Michaela du Pon Verwey waren kleine stierkalfjes van een maand oud tot grote stieren van 15 maanden. Op de vraag of ze gevaarlijk zijn, antwoordde de boer: „Hun horens zijn er wel afge haald maar het blijven stieren. Bij de kleintjes ga ik nog wel alleen de stal in, maar bij de grote doe ik dat zeker niet." De familie van de Wel had in haar kassen een tocht langs de rozen, anjers en alstroemeria's uitgezet. Deze zomer is voor de snijbloem kwekers financieel gezien niet goed geweest. Door de warmte was het aanbod van bloemen heel groot, daardoor ging de pnjs om laag. Bovendien kochten de men sen weinig bloemen, omdat ze met het mooie weer vaak buiten waren. Om de kleur en bloeiwijze van elke soort te tonen had men een paar bloeiende bloemen laten staan. Op de grond lagen tot grote vreugde van een aantal kinderen, die ze meteen gingen verzamelen nog wat eens hoe hef. bloemen zonder of met te kromme steel. In het kippenfokbedrijf van de heer Rozenboom vormden de één dag oude kuikentjes een trekpleis ter. Deze kuikentjes mochten naar hartelust opgepakt en geknuffeld worden. Enkele ouders kregen hun kinderen nauwelijks bij de kuikens weg. „Maar mama, kijk dan hoe lief." Bel 03420-94292 en vraag naar Boudewrna de Boer. Uw bericht vanmorgen opgegeven, vanmiddag al te zien op de de beeldboiskrant van Lensden! Een overzicht van de stierenfokkerij van de familie Verwey. rein van de onderwijsmensen be gaf. Swank: „Natuurlijk hadden wij zeer regelmatig zeer diepgaande discussies over wat nou precies de taak van het bestuur, de directeur van de school en het team was. Waar liggen de grenzen was steeds opnieuw de VTaag. Het had alles te maken met het vaststellen van de eigen identiteit. Daarin mag je het je als bestuurder niet gemak kelijk maken. Het onderwijs veran derde. Zowel wat betreft de oplei ding van de leerkrachten, de te hanteren leermethoden, de menta liteit van de leerling als inbreng van de ouders. Natuurlijk hielden wij ons als bestuur alleen bezig met de grote lijnen van de nieuwe ontwik kelingen. Wij hadden als taak het voorwaarden scheppen. We bevorderden het volgen van cur sussen en raadden ons personeel bijvoorbeeld aan eens met de on derwijs begeleidings dienst (OBD) te gaan praten. Dan moet je beden ken dat een aantal leerkrachten in die tijd de oude opleiding had, waarbij men nog veelal werkte vanuit de visie dat de leerstof cen traal stond, in plaats van de leer ling." TAAK De bestuurlijke taak bestond in deze tijd, het begin van de jaren zeventig, ook uit het twee maal per jaar officieel bezoeken van de school. Swank: „Wij kondigden ons be zoek van tevoren aan. We zaten die dag in iedere klas een half uurtje. De juf of meester vertelde dan zo goed mogelijk een verhaal of liet een liedje zingen wat voor deze gelegenheid speciaal was ingestu deerd." Aan deze praktijk kwam een einde met de komst van de oudercom missies. Deze hadden geen con trolerende taak, maar meer een meelevende functie. In de ene school ontwikkelde zich dat tot een soort feestcommissie voor hand en span diensten, terwijl op andere scholen ouders hierdoor mee gin gen praten in onderwijscommis sies. Swank verheelt niet dat het zwaarste conflict in zijn bestuur speriode 'de grensregeling' betrof. Om te voorkomen dat de ene school zou gaan uitpuilen, terwijl een andere school in de buurt met lege klassen zou komen te zitten, werd besloten om een aantal gren zen vast te stellen. Deze grenzen bepaalden naar welke (christelij ke) school kinderen uit een bepaal de wijk heen konden. Swank er kent dat deze grenzen weerstan den hebben opgeroepen. Hij ont kent dat bij het aanstellingsbeleid bewust getracht is om scholen te formeren voor verschillende vor men van beleving van hetzelfde geloof. „De levensbeschouwelijke en methodische argumenten lopen altijd door elkaar heen. De voor waarden zijn voor iedere leer kracht gelijk. Daar werden zij het eerst op geselecteerd. Daarna werd natuurlijk gekeken of de be treffende man of vrouw m het team waarin een vacature was, paste." SFEER „Natuurlijk heeft iedere school een eigen sfeer. Maar van opzet is daarbij geen sprake. Het instellen van grenzen was gewoon een be stuurlijke noodzaak. Wij konden het ons niet veroorloven bij de ene school lokalen aan te bouwen ter wijl bij een andere van onze scho len lokalen leeg stonden." „Ach," mijmert Swank: „Het bestu ren van scholen is een zaak van de zachte sector. Wanneer gaat het goed op een school? Wanneer er weinig kinderen blijven zitten? Wanneer de meeste kinderen naar het Atheneum gaan? Wanneer kin deren op een school zich gelukkig voelen? Hoe meet je dat? Zachte factoren bepalen of een school goed of met goed is. Factoren die bovendien nog beïnvloed worden door allerlei nevenfactoren zoals hoe ziet de school eruit, waar is hij gelegen en wie gaan er allemaal wel of juist niet naar toe." En terug kijkend op die penode weet hij onmiddellijk wat hem het meest is bijgebleven: „De enorme liefde van de mensen voor het onderwijs waar ze zo ontzettend veel voor over hadden. Ook geld, wanneer de gemeente iets niet goedkeurde wat men toch wilden betaalde men het 'zolang' met geld mt het eigen bedrijf. En in de tweede plaats de medewerking van de gemeente Leusden in die tijd van nieuwbouw. Hoewel de basisschool toen alleen nog in nota's bestond, bouwden we toen al allemaal scholen waarbij de kleuterschool tegen het lager on derwijs aanstond. We bouwen voor de toekomst zei ambtenaar Boog aard altijd namens de gemeente." AFBOUW En over de toekomst: „Groei is omgezet in stabilisatie en zelfs af bouw. Dat geeft weer andere zor gen. Oude zorgen die ik al had bij de aanloop van de basisschool, lij ken zich nu te verhevigen. Ik ben altijd van mening geweest dat de vier tot zes jangen die extra be scherming nodig hebben, die de kleuterleidsters met de ouderop leiding zo schitterend in staat wa ren om te geven. In het algemeen voor het christelijk onderwijs in Leusden zou ik het heel erg vinden als het aanmeldingsbeleid zoals het nu is, losgelaten zou worden. Dat zou het einde zijn van het PC onder wijs. Wij moeten niet net als de reformatorische scholen een se lectief toepassingsbeleid gaan voeren. Andersom moeten we wel vasthouden aan de voorwaarden die we aan de teamleden stellen, ten einde onze scholen christelijk te houden."

Historische kranten - Archief Eemland

Leusder Krant | 1989 | | pagina 11