'Mijn hart springt open, als er tien mensen zijn'
Panorama Lisiduna
Levi Weemoedtin theater De Lieve Vrouw:
„De mooiste plek van Leusden"
Mislukte inbraak
WOENSDAG 16 MEI 1990
interview
Naam: Hans Blokker
Beroep: Commandant van de brandweer
Favoriete plek: „De toekomstige plaats van de brandweergara
ge"
altijd blijven zwerven, maar hij was
een man met kerkelijke achter
grond en geloofspnncipes."
Het „christelijk element" duikt
hier en daar in Lévi Weemoedts
werk op. Zo heeft het verhaal van
Nel in „Liefdewerk oud papier"
daarmee te maken. Lévi Wee-
moedt - voor de burgerlijke stand
Isaack Jacobus van Wijk - groeide
in Vlaardtngen op bij een tante met
veel kinderen. Een warm christe
lijk gezin noemt hij het, waar hij
verbleef omdat het bij hem thuis
moeilijk lag en hij daarvoor gevoe
lig bleek, formuleert hij in eerste
instantie zijn opvoeding elders. Het
verhaal van geestelijk gehandi
capte Nel, die nog altijd een vrien
din van hem is, gaat over zijn
jeugdjaren m het gezm vein zijn tan
te en de achtergrond van deze goe
de kerkelijke mensen.
„Voor mij waren zij Christenen m
de ware zin van het woord met
echte gevoelens van naastenliefde.
Het waren eenvoudige, maar voor
mij zeer waardevolle mensen. Zij
zouden voor mij niet stroken met
het beeld van stroperige Gerefor
meerden. Het waren benijdens
waardige mensen, die hun eigen
zekerheden hadden."
Door critici wordt Weemoedts
werk veelvuldig vergeleken met
dat van dominee Frangois Ha-
verschmidt, van wie onder het
pseudoniem Piet Paaltjens de eer
ste melancholieke verzen vol zelf
spot in de Leidse studentenalma
nak verschenen. „Ik vond dat in het
begin wel leuk. Ik hield ook wel
van het werk van hem. Ik was er
zelf niet zo zeer op gekomen, maar
toen het gebeurde vond ik het aar
dig. Inmiddels is het een soort cli
ché geworden. Nu neemt het weer
af: er is in die tussentijd door mij
meer proza geschreven dan ge
dichtjes. Ik heb het weliswaar altijd
allebei gedaan, verhalen en ge
dichtjes. in Propria Cures ook al.
Maar: ik hang nu meer naar het
proza."
MINDER ONGELUKKIG?
Komt proza m de plaats van ge
dichtjes, omdat hij nu misschien
minder ongelukkig is? Hij kan nu
immers ook over zijn moeder
schrijven?
Lachend: „Misschien wel. Maar
het is ook zo: zo'n gedichtje gaat
heel snel, en de ziel ervan is ook
snel weer weg. Ik ben meer gaan
houden van iets bouwen, iets waar
aan je langer bezig bent. Ik schnjf
veel over mijn vader, zeg je, en ik
verplaats me dan zo knap m het
jongetje dat ik toen was. Ik heb nu
ook over mijn moeder geschreven
en over hoe het als kind was om
„zo'n rare moeder te hebben". Te
gelijkertijd beschrijf ik haar als vol
wassene en dus met mededogen.
Aan de ene kant schaam ik me er
voor, en als ik aan haar terugdenk
zeg ik: wat was het eigenlijk een lief
mens.
Weet je, ik liep heel lang met dat
„zeer" rond. Ik geloof, dat ik met zo
veel ouder ben geworden dan dat
land. Ik geloof dat ik me heel moei
lijk als volwassene kan betitelen,
want dat ben ik blijkbaar niet, an
ders had ik die dingen al veel lan
ger kunnen relativeren. Ze zitten
mij heel hoog. Dus ik ben blijkbaar
nog heel dicht bij dat stadium. Het
relativeren heb ik ten opzichte van
„Voor mij als brandweerman is dit natuurhjk een hele markante plek. En op dit moment is het ook
duidehjk mijn favoriete plek in de gemeente Leusden. Uiteraard hoop ik ook dat als de nieuwe garage er
eenmaal staat dat het meteen de mooiste plek van Leusden zal zijn."
Dinsdag heeft het college een keuze gemaakt uit twee ontwerpen voor een nieuwe garage. Op dit
moment weet ik nog met hoe die keuze is uitgevallen, maar ik hoop uiteraard dat ze de beste gekozen
hebben. Maar met allebei de ontwerpen kunnen we overigens uitstekend uit de voeten. Alleen met de één
nog beter als de andere."
„De lokatie voor de nieuwe garage is prima gekozen. De garage is daar goed bereikbaar. Daarnaast ligt
het zeker voor Leusden-Centrum en Leusden-Zuid lekker centraal. De bouw gaat na de bouwvak van start
en als alles goed gaat moet de nieuwe garage er over een jaar staan. En met alleen ik, maar ook veertig
andere brandweerlieden kijken reikhalzend uit naar het moment dat we de nieuwbouw m gebruik kunnen
nemen."
„Ik zit nu bijna precies een jaar in Leusden en het bevalt me hier wel. Alleen de kinderen hebben op
school erg moeten wennen. De mentaliteit is hier meer 'westersagressiever dan ik had verwacht. Wij
komen zelf uit Arnhem en daar was dat toch anders. Maar dat wil niet zeggen dat we het hier met naar ons
art zouden hebben. Zeker om te wonen zit je luer prima.
„In mijn werk zijn me een paar dingen een beetje tegengevallen. Vooral m de preventieve sfeer in
bedrijven is er mmder gedaan, dan ik had verwacht toen ik hier kwam. Verder juich ik de bouwkundige
situatie van de wijk rond de Vicanshove bepaald niet toe. Ook is er bij de indeling van woningen naar mijn
smaak hier en daar te weinig aandacht besteed aan brandwerende scheidingen russen slaap-en
woonvertrekken. Maar daar is Leusden overigens met umek m. Dat kom je in het hele land tegen.
„De belangstelling voor het vak is me hier ook tegengevallen. We hebben net een uitgebreide
campagne achter de rug om meuwe vrijwilhgers te werven, waarbij zeker achthonderd potentiele
kandidaten persoonlijk zijn aangeschreven. Tot nu roe zijn er vijf serieuze sollicitanten. Dat vind ik
zorgwekkend. Ik denk dat het feit dat Leusden een minder oorspronkehjke bevolking heeft daar mee te
maken heeft. Men is minder betrokken bij de plaats zelf. Er is wehswaar meer vrije tijd gekomen, maar ook
meer afleiding. KenneUjk heeft het brandweerwerk daar onder te hjden. In plaatsen als Nijkerk bijvoor
beeld, waar mmder 'import' woont, is de betrokkenheid bij het korps groter.
AMERSFOORT - Vlaardingen ziet er mooi uit in de warme
zonneschijn van deze meimaand. Zelfs de barse hoge kerk die
vlak voor Lévi Weemoedts huisdeur oprijst, heeft iets vriende
lijks. Het Marktplein waaraan hij woont, tooit zich op dit midda
guur met een vertrouwd aandoende gezelligheid uit vroeger
dagen, toen er meer zekerheden leken te zijn. Of dit er allemaal
mee te maken heeft weet ik niet: het wordt in elk geval een zeer
openhartig gesprek.
nujn moeder graag willen doen. Ik
wilde van dat „zeer" af, en ik wilde
ook dat ik meer begrip zou hebben
voor haar.
Ze had duidelijk dwangneuro
ses. Dat is pathologisch. Dat besef
te ik wel eens een keer, maar als
land gedroeg ik me daar met naar.
Diep in zijn achterhoofd wist het
kind wel, dat zij geen normaal
mens is, die hij niet normaal mocht
behandelen, op wie hij dus ook met
kwaad mocht worden. Het verhaal
van de stofzuiger is daar een voor
beeld van. Maar dat gaat weer
over. Het kind gaat toch weer ho
pen, dat alles weer zal zijn als bij de
buren!
IETS BESCHADIGD
Je bent kwaad als kmd, en er is
natuurlijk ook iets beschadigd.
Je voelt dat er een druk op je
wordt gelegd, waar je geen raad
mee weet. Nü wilde ik beschrijven
hoe het als kmd voelde, en tegelij
kertijd medelijden hebben met die
vrouw, doe toch maar zo was, en
die heel eenzaam moest zijn. Je
kunt elkaar met bereiken. Maar het
is wel een vrouw, met wie ik me
zeer verwant voel. Dat ben ik me de
laatste jaren, nadat ze vertrokken
is, steeds meer gaan realiseren.
Dat je op je kamer in Leiden zit, en
denkt: waar is ze nu in godsnaam?
Je knjgt een soort lots verwantheid
Ja, ik heb het ook lange tijd ver
drongen, om mezelf te bescher
men. Ik heb er ook wel eens om
gelachen. Zo'n gemeenschap
waann zo'n vrouw leeft is hard: ze
heeft al een soort plaats als van een
nar. Als je nog een goed sterk ver
haal wilt vertellen begin je over
haar. Bij verjaardagen vroeger had
mijn moeder zo'n grenzeloze fanta
sie: ze kon als een baron Von
Munchhausen verhalen vertellen,
waarin de hele wereld op zijn kop
stond. Ze kon ze zo vertellen, dat zij
en jij ze gingen geloven. Het is een
heel vermakelijke vrouw. Dat zit
ook in die bneven van haar. Ik
bewonder haar stijl. Het is allemaal:
pang! Daar heb ik het meest van
genoten, omdat ik het idee had: ik
heb nu iets in mijn boek, dat ik zelf
niet zou kunnen verbeteren!"
OP STAPEL
Staat er iets meuw op stapel9
„Er zal wel enige tijd overheen
gaan. Er zijn verschillende dingen,
waaraan ik werk. Ik weet met pre
cies wat nu de voorkeur moet heb
ben. Ik ga een boek maken over de
eerste wereldoorlog Dat wordt
een soort van non-fictie Daar ko
men verhalen in te staan, die waar
zijn. Het wordt, als ik het goed zie,
een reisgids over plaatsen, die te
maken hebben met het westelijk
front, en die verbonden worden
met vrij aangrijpende verhalen. Er
komen mensen in voor, die belang
stelling hebben voor de geschie
denis van de eerste wereldoorlog.
Ze gaan naar Belgie en Frankrijk. Ik
had daar een reportage over ge
maakt voor de VPRO-radio.
Gedichtjes zal ik ook wel weer
eens bundelen. Zitten mensen daar
op te wachten? Het heeft een hele
tijd geduurd voor mensen durfden
te zeggen, dat ze iets van me had
den!
Levi Weemoedt privé
VERPAUPERING
„De kleine trilogie van de treu
righeid" wordt nu een paperback.
De commercie, daar word je hele
maal ziek van. De gebonden editie
houdt op te bestaan. Losse deeltjes
zijn er niet meer, behalve dan van
die laatste; „Liedjes van Welzijn,
Volksgezondheid Cultuur". Je
hebt het idee, en dat heeft iedere
auteur op het ogenblik, dat van de
kant van de uitgeverijen steeds
meer poten onder je stoel worden
weggezaagd. Ze proberen van een
boek, dat een paperback is, een
pocket te maken, en van een hard
cover maken ze een paperback.
Je hebt twee dingen. Je hebt een
hard-cover, en die wordt dan een
paperback. Maar voor de liefheb
bers kunnen hard-covers ook nog
verkocht worden Je hebt echt
mensen, die willen geen paper
back. Maar Nederlnd is wat dat
betreft aan het verpauperen. Bin
nen de uitgeverijen is een heel
hard soort mensen aan het werk -
ik denk dat het te vergelijken is met
de platenmaatschappijen - dat mo
menteel hoofdzakelijk met de kos
ten m de weer gaat. Daar heb ik
heel veel last van, omdat ik een
nogal empathisch mens ben. Als ik
met een uitgever niet een redelijk
kontakt heb werk ik minder goed.
Thomas Rap en de oude Bert
Bakker waren leuke mensen, maar
die zijn allemaal weg. Kijk maar, het
zijn yuppen, snelle mensen, die
hebben vroeger waspoeder ver
kocht, en nu zitten ze opeens bij de
uitgeverij. Dat is geen fabeltje: ik
heb het allemaal zien gebeuren. Ik
behoor nu, als ik naar de hemel
kijk, tot Kluwers Samsom. Dat be
trof een hoge ome, die wel hart had
voor boeken, maar die werd ver
vangen door een man, die gespe
cialiseerd is in microfilm. Dat bete
kent, dat zo'n heel concert een
grimmig karakter krijgt. Dus Wee
moedt lukt dat niet. Als het zo dóór
gaat, en mijn werk wordt, zeg maar
zo vermalen, dan kan ik op den
duur mets meer kwijt.
Mijn werk wordt goed verkocht
Dus er is ook alle reden om bijvoor
beeld een oud boek tot een pocket
te maken, want dan verkoopt het
weer met zo'n 20.000. Ik heb er
mets aan, want zo'n boek van een
tientje, waarvan ik 5% krijg, reken
maar uit: en daar moet dan ook nog
vijftig procent van naar de belas
ting! Voor mij hoeft het niet, maar ik
kan het met tegenhouden. Dan zeg
gen ze: je naam komt op de plank
Mijn naam hoeft helemaal niet op
de plank. Straks komt ie op een
steen te staan: daar word ik toch
ook met vrolijker van?
Ik wil met dat Lodesteijn een
pocket wordt op dit moment. Een
paperback is wel het minste. Dan
moeten mensen maar twintig gul
den betalen voor dat boek Wat
maakt het uit? Een CD is veel duur
der, en ik heb er wel langer over
gedaan dan en of enkele midda
gen. Maar de verkoopafdeling van
de uitgeverij zegt: maak er een
pocket van, dan zet ik resultaten,
dan zet ik er zo 25.000 weg Ik heb
het nu nog tegen kunnen houden,
maar als ze kwaad worden denk ik,
dat ik geen enkele kans heb, tenzij
ik het weghaal bij hen. Het is heel
moeilijk, hoor."
OPTREDEN
Hoewel Lévi Weemoedt moe is
van poeziefestivals, waar hij zich in
dat massale gedoe met thuis voelt,
en waar hij ook met meer heengaat,
treedt hij nog wel voor liefhebbers
op. Zoals hij zeven jaar geleden in
Theater Appelmarkt voor de Poé-
ziekring voorlas, zo komt hij nu op
vrijdag 18 mei, aanvang 20.30 uur,
met Fred Piek m Theater De Lieve
Vrouw. Hij leest uit eigen werk
voor, en zingt samen met Fred zijn
gedichtjes, die door Piek op mu
ziek zijn gezet. Door de jaren heen
heeft hij in programma's opgetrok
ken met Hans Dorrestijn.
„Op een gegeven moment had
den we genoeg van al dat gereis en
gedoe. Hans wilde wél dat grote
publiek van driehonderd man of
meer, ik niet. Mijn hart sprong
open, als er tien mensen waren, en
Hans was dan erg boos. Toen zijn
we ermee opgehouden, we zijn ge
woon vrienden gebleven.
Fred Piek ken ik al vanaf de mid
delbare school. Hij speelde toen in
een bandje, en wist toen al dat hij
zanger zou worden. Ik had ook in
die tijd min of meer muzikale be
langstelling. Daarna is zijn camere
snel gegaan. Hij was de stem van
de bekende folkgroep Fungus, en
maakte ook in het buitenland furo
re. Na Fungus kwamen The Ama
zing Stroopwafels, en nu „Drie He
ren", Freds huidige formatie.
Fred had het zo druk, dat wij
elkaar nooit zagen, behalve bij de
benzinepomp van Texaco aan de
uitvalsweg van Vlaar dingen, als we
beiden op weg waren naar onze
eigen optredens. Vanaf die tijd
hadden we wel het plan om eens
samen te spelen en samen dingen
te doen. Het heeft heel lang ge
duurd tot het ervan kwam. Fungus
en De Stroopwafels hebben heel
lang bestaan. Toen het allemaal wat
rustiger werd kwam hij naar me
toe, en vroeg of ik wat voor hem
wilde schrijven. Dat kan ik dus niet,
maar als ik iets geschreven had,
dat zich leende voor een muziekje,
kon hij dat krijgen. Ik kan heel
goed een refreintje maken. Dat zijn
gewoon twee regels die je dan
hebt, bijvoorbeeld „Breng me maar
naar Capelle Schollevaar". Dat is
puur genoegen."
De ballade voor de Alleenstaan
den is door Piek op muziek gezet.
„Kom doe als Weemoedt: dans w
het rond
de kamer door met kat en hond
Vraag ook de hamster eens een
keer.
sprmg met de goudvis op en neer.
Strooi eens wat licht w kier en
scheuren
en laat de bladlms met vertreuren.
Maak toch plezier en zmg een lied:
het leven is zo eenzaam niet
als je eens denkt aan hen die varen
of bung'len aan een straatlantaren.
Hand om uw nek een houten bord
met daarop duidelijk en kort
uw eigen naam, dus: „Ik heet Fred,
ik woon al acht jaar in uw flat!"
Zo zorgt u dat u vrienden wint
want onbekend maakt onbemind.
LEUSDEN - Onbekenden hebben
zondagnacht vergeefs gepoogd
Groet steeds voorkomend, zmc
een lied:
het leven is zo eenzaam met.
Denk toch eens meer aan hen die
varen
of bung'len aan een straatlantaren.
enzovoorts'
HEEL SJIEK
„We hebben een soort formule
bedacht van wat we wel en met
willen. Dat is heel sjiek. We treden
op bij mensen thuis, die dat echt
willen. Dus bij een gezelschap dat
ie niet. zoals zo vaak aebeurt, uitno
digt, omdat ze iets moeten hebben.
Dat had je vroeger, zo van: ga er
maar staan en doe je kunstjes maar.
Ze hadden een bepaalde lijst van
attracties, en ze moesten aan cul
tuur doen, dus dan namen ze Wee
moedt maar. We hebben nu dus
privé gasten. Het is heel raar, maar
ik heb altijd het idee gehad, dat
daar toch wel een soort markt in
zat. We treden dus op feestjes op.
De ene keer is dat een architekten-
club, de andere keer is dat bij de
minister van milieu. Wij kunnen het
programma aanpassen. Dat is wat
meer werk, maar het geeft een per
soonlijker benadering.
Bij een themadag over onder
wijs, en dan gaat het speciaal om
Lodesteijn, zitten die mensen de
hele dag te beluisteren naar vak
bondsmensen en allerlei on-taaL
Als Weemoedt optreedt leven die
mensen helemaal op, want wat je
ook voorleest: er loopt een zin! Ook
al is het dan tegen henzelf, ze vin
den het nog leuk! Het is iets met een
kop en een staart. Bij zo'n vak
bondsman weet je niet waar hij be
gint en waar hij eindigt. Wat ik
aardig vind is dat je met alleen voor
literatuunrurinaars optreedt, maar
dat het een beetje een plaats heeft
in het gewone leven. Want dat is
een beetje mijn stijl van schrijven
ook. Ik ben met zo'n hoogvlieger
wat dat betreft. De dingen, die ik
schrijf, hebben nogal te maken met
het gewone leven."
En dat gewone leven speelt zich
voor Weemoedt af aan de Markt in
Vlaardingen, waar het oudste werk
ontstond in het piepkleine kamer
tje met dakkapel, donker, somber-
tjes, blik op de maan, waar hij ziqh
veilig voelde. Nu is dat optrekje
verruild tegen een voor zijn doen
grote werkkamer beneden. Dat
kwam omdat hij een keer werd
uitgenodigd om een boek af te ma
ken in Belgie. Daar kwam hij in een
huis terecht, waar hij een zijvleugel
kreeg, waar hij in kon lopen. Hij
vond het zo heerlijk, dat hij kon
lopen, en dat het plafond niet op
zijn hoofd rustte, dat hij sinds die
tijd niet meer in dat kleine kamertje
kan schrijven. Zijn fans kunnen ge
rust zijn: hij blijft schrijven, want dat
gewone leven gaat elke dag door!
Het blijft: geduldig lijden, geen
bloemen en zand erover.
Anco Mali
een huis aan de Ardennen binnen
te gaan. Buren werden gealar
meerd, toen er een steen door de
glazen achterpui ging. De inbre
kers staakten hun pogingen, toen m
de aanpalende woning het licht
aanging. De bewoners van het be
wuste pand waren met thuis.
maar het is een vrij waarheidsge
trouw verslag, meldt hij.
„Het heeft ermee te maken," zegt
Weemoedt, „dat ik nooit zo'n idee
heb: ik ga een boek maken. Ik
schrijf op wat me enorm dwars zit,
en dan denk ik: dit is zo geladen,
dat zou ik moeten veranderen, wil
het een boek worden. Maar dat heb
ik niet gedaan. Toen het af was,
was het af, en ik dacht: het is zo
persoonlijk, daar kan niemand wat
mee."
OUDEJAARSAVOND
Heeft hij reakties gehad van zijn
ex-collega's?
„Het is heel raar, maar het heeft
op de school m kwestie niet voor
veel opschudding gezorgd. Het
moet wél zo geweest zijn, want er
staan dingen in, die voor de context
heel erg spannend zijn. Maar zeg
maar de partij, met wie ik in de
clinch lag, heeft nooit iets laten ho
ren. Wel ben ik ooit op Oudejaars
avond opgebeld door een ex-colle-
ga, die denk ik een beetje over
spannen én dronken was op dat
moment. Hij was kwaad, en begon
tegen me uit te varen omdat hij,
zoals ik achteraf begreep, er niet in
stond. „Ja," zei hij, „als je op Oude
jaarsavond met door Wim Kan ge
noemd werd, en je zat in de rege
ring, dan was het niet best met je."
Er is nog wel iets leuks. Een van
de weinige mensen, met wie ik om
ging op die school, met wie ik een
zekere band had, vertelde me on
langs dat de naam van de school in
kwestie veranderd moest worden.
Toen heeft deze ex-collega in de
vergadering voorgesteld om de
school het Lodesteijncollege te
noemen, waarop er een pijnlijke
stilte viel." Dat er een Van Loden-
steincollege op reformatorische
grondslag in Amersfoort is kan een
komische co-incidentie genoemd
worden.
HET CHRISTELIJKE
Lévi Weemoedt gaf les bij de
Vereniging voor Christelijk Voort
gezet Onderwijs. Leeft hij zoals
mensen uit deze krmgen met ze
kerheden?
„Je hangt naar een wereld van
zekerheid," zegt hij. „Je zit in een
groot vacuum, als de zekerheden
niet meer opgaan. Je kunt het be
treuren geen zekerheden meer te
hebben, maar je moet je niet
vastklampen aan nostalgie, of
Rooms-Katholiek worden. Ik ben
geïnteresseerd in de theologie en
de geschiedenis van het christen
dom. Ik sta er niet zo negatief over
als sommige schrijvers. Ik zet me er
ook niet tegen af. Daar heb ik geen
aanleiding toe. Ik vind het een cli
ché altijd met je Gereformeerde
verleden te moeten afrekenen. Het
dogma van SDAP'ers is hetzelfde
als dat van de Gereformeerden.
Mijn vader had een rode achter
grond, was kerkelijk op latere
leeftijd en tenslotte weer met. Hij is
Weemoedt
Lévi Weemoedt is net terug uit
Ierland en Engeland, waar hij voor
de VPRO onder andere op zoek
geweest naar de stem van Oscar
Wilde. Iemand had ooit geschre
ven dat zich ergens in Engeland
een authentieke opname van Wilde
zou bevinden. De man die dat ge
schreven had, was dood, en de
meeste mensen die Weemoedt er
over aansprak geloofden er niet in.
Maar de vriendelijke president van
Oxfords Wadham College, waar
Wilde m 1874 studeerde, bleek een
copie van een fonograaf-opname te
bezitten, en na emg soebatten
kreeg Lévi Weemoedt toestem
ming om deze copie te beluisteren
en er een opname van te maken.
Daar hoort u hem binnenkort mee
in een radio-uitzending, wanneer
weet hij nog niet precies. Waar
schijnlijk op dinsdag 15 mei van
19.00 tot 20.00 uur m „Passages,
passanten", denkt hij.
Lévi Weemoedts allereerste ge
dicht stond in het voetbalkrantje
van amateurvereniging Zwaluwen,
waar Lévi in de redaktie zat. Het
sonnet ging over een vrouw, die de
hele zaterdag m de kantine zat te
wachten tot haar zoons en hun va
der terugkwamen van het veld. In
Lévi Weemoedt-stijl heette het ge
dicht „Cantine-Ine". Het was in het
begin van de 70-er jaren. Het ge
dicht is nooit in een bundel beland.
In 1977 kwam de kleine trilogie van
treungheid uit: „Geduldig lijden",
„Geen bloemen" en „Zand erover".
Daarna volgde het proza „Be
droefd maar dankbaar", „Een treu-
nge afdronk" en „Daar komt de
bmid".
Al vóór zijn kandidaats Neder
lands in Leiden gaf Lévi Weemoedt
les aan een Vlaardingse school,
hetgeen hij elf jaar zou volhouden.
!n 1978 verscheen hierover zijn eer
ste roman, „De ziekte van Lode
steijn", over het geestelijk klimaat
het middelbaar onderwijs,
de liefde tot de letteren onder
leraren zich beperkt tot de jaar-
lectuur van Elseviers Belas-
Diny Schouten noemt
Vnj Nederland van 18 apnl 1987
hoon voor Lodesteijns
collega's verpletterend,
dingen zijn wat uitvergroot,