i
-
Wetenswaardigheden over Leusden honderd jaar geleden
leusil
DONDERDAG 3 JANUARI 1991
plaatselijk nieuws
maken. Het lag geenszins in mijn
bedoeling mij van dat stuk grond
te ontdoen, ik heb alleen in het
verlenen van het recht van opstal
ingestemd teneinde de gemeente
de gelegenheid te verschaffen om
ene daar te plaatsen zeer nodige
school te bouwen op een door het
gemeentebestuur gekozen stuk
grond. Het is dan ook mijn bedoe
ling om de toestemming niet te
verlenen tenzij ik de zekerheid
heb dat de grond gebruikt wordt
voor het doel thans beoogd en dat
wel bij voortduring. Het is der
halve mijn verlangen dat de opstal
eindige zodra het gebouw ruet
meer voor een school, toeganke
lijk voor alle kinderen van de ge
meente gebruikt worde, ook al
mocht dit een gevolg zijn ener
veranderde wetgeving
Om dezelfde rede bestaat bij mij
bezwaar tegen deze verandering
Het geval dat het gemeentebe
lang met medebrengt dat de on
derwijzer wone in de onderwij
zerswoning komt mij ondenkbaar
voor. Wel kan het mogelijk zijn dat
de onderwijzer, wien het genot
ener vrije woning bij de wet is ge
waarborgd de womng niet wil be
wonen en die verhure. Een bepa
ling voor dit geval zal bij mij geen
bezwaar ontmoeten.
5. Tegen de voorgestelde bijvoe
ging bestaat bij mij geen bezwaar.
6. Het komt mij volkomen ratio
neel voor dat het gemeentebe
stuur zo het de bepalingen van de
overeenkomst met nakomt, met
op gelijke voet worde gesteld met
de bezitter ter goeder trouw die
op eens anders grond heeft ge
bouwd Deze heeft iets verricht, in
de overtuiging van wat hij deed
volkomen rechtmatig was. van
daar de voor hem gunstige bepa-
hng van art. 659 B.W. Er zou
slechts dan emge analogie met
het geval van art. 659 B. W. zijn in
dien het gemeentebestuur door
overmacht - in casu van een
wetsbepaling - verphcht werd
zijne openbare school op te hef
fen. Intussen bedenke men dat
een schoolgebouw alleen waarde
heeft voor hem die het als zodanig
gebruikt en dat het bezit van een
dergelijk gebouw voor een
grondeigenaar alleen de waarde
van de afbraak vertegenwoordigt.
Tegen een bepaling dat in het ge
val van overmacht, door verande
ring der wetsbepaling de onder
wijzerswoning voor de ge
taxeerde waarde en het schoolge
bouw tegen de waarde van af
braak zou moeten worden overge
nomen, zou ik in beginsel geen
bezwaar maken.
(met blauw potlood zijn de vol
gende aantekeningen op de brief
gemaakt: 200,- (hiermee zal de
grondprijs per hA zijn bedoeld)
De beplanting langs de gnntweg
blijft het eigendom van de Heer
de Beaufort.
Bepaling dat in het gebouw geen
bijzonder onderwijs mag worden
gegeven)
Het laatste bericht omtrent onder
Naast het jaaroverzicht
van 1990 vindt u op deze
pagina een terugblik
naar het jaar 1890. Onze
medewerker historie, de
heer Goos van Leeuwen,
dook geruime tijd in de
archieven.
Aan de orde komt onder
andere de schoolse
gebuertenissen in
Leusden anno 1890, de
wegenproblematiek (ook
toen al!), de
verwikkelingen rond de
brandweer en de dood
van Koning Willem III.
Niettegenstaande de leerplicht
wet pas tien jaar later zou worden
ingevoerd, wordt er van de moge
lijkheid van onderwijs in 1890 al
veel gebruik gemaakt De school
strijd, de mogelijkheid tot het
stichten van bijzondere scholen
naast de openbare scholen, be
gonnen in 1857, is weer actueel
geworden De oorzaak is gelegen
in de nieuwe wet, het vorig jaar
aangenomen, waarin wordt be
paald dat de Bijzondere scholen
van Rijkswege dezelfde subsidie
zullen ontvangen als de Openbare
scholen Dit schijnt in de omlig
gende gemeenten nogal wat on
rust te hebben veroorzaakt, maar
in Leusden maakt men zich hier
met zo druk over Dit kunnen we
althans opmaken uit het zeer uit
gebreide jaarlijkse verslag aan het
gemeentebestuur van de hoofd
onderwijzer van de Openbare La
gere School te Leusbroek:
Verslag aangaande de toestand
der Openbare School te Leusden
over 1889.
Geen jaar was sedert 1857 zo be
langrijk voor het Lager Onderwijs
ten onzent als 1889. In dat jaar im
mers werd het onderwijsvraag
stuk, dat zo lange tijd en met te
meer heftigheid zonen van het
zelfde Vaderland verdeelde en
daardoor van elkaar ver
vreemdde, eindelijk naar wij ho
pen. in het belang des lands opge
lost.
Moge die oplossing een vrede ge
bracht hebben, verzoenend wer
kende daar. waar de gevoelens
het meest uiteenliepen, met om
warme hoofden en koude harten,
maar om beginselen, vnj van alle
bijbedoelingen, en daar waar dat
minder het geval was, moge hij
daar meer belangstelling in, meer
toewijding aan, en meer uitzicht in
een der hoogste volksbelangen:
het onderwijs, met zich brengen.
Overziet men nu de kaart van het
land dan behoort de gemeente
Leusden zeker tot diegenen waar
alles nog bij het oude is gebleven
Ze gaf ons immers nog weinig te
zien van hetgeen op zeker gebied
in hare Zustergemeente soms
voorviel, als was de belangstelhng
en wat dies meer zij in zake onder
wijs, dan ook groot. Wat voor zo
ver de ondergetekende bekend is
zijn hier nog geen stemmen opge
gaan tegen de geest der school
maar heeft zij nog haar naam ge
houden, zo zelfs dat mensen van
zeer rechtzmmge richting hem
openhartig verklaarden: Wij zul
len onze kinderen gerust aan U
toevertrouwen, onze ondervin
ding is daarvoor een waarborg.
Een verklaring als deze enzulke
tongen gehoord, bemoedigt, ver
heldert de toekomst en zegt meer
dan alle woordenpraat, waarmede
in de laatste tijd zoveel geschermd
is Bleef alzo de school haar naam
behouden, zij behield evenzeer
haar leerhngental. In het eerste
kwartaal van 1889 telde zij 110 leer
lingen zijnde 51 jongens en 59
meisjes, m het tweede kwartaal
110 leerlingen zijnde 56 jongens
en 54 meisjes, in het derde 110
leerlingen zijnde 56 jongens en 54
meisjes en in het vierde kwartaal
107 leerlingen zijnde 56 jongens
en 51 meisjes
Neemt men eindehjk nog het ge
middelde van de cijfers in de vier
kwartalen des jaars dan bedraagt
dit 111 leerhngen tegen 109 in het
voorgaande.
Als de ondergetekende in Onder
wijsbladen zo nu en dan de
schoolverslagen van andere ge
meenten leest, en meer bepaald
het oog laat vallen op de rubriek
schoolverzuim, dan moet hij zeg
gen dat de buurtschap alhier zich
daarvan gunstig onderscheidt.
Meer uitgezonderd is van school
verzuim bijna geen sprake.
Daarom alleen evenwel de zaak
gezond te noemen zou dwaasheid
zijn; de medaille heeft ook een
keerzijde. Doordien het land
bouwbedrijf in de laatste jaren
ruet meer die voordelen heeft af
geworpen van weleer en de ge
goeden er tegenop zien dienstbo
den, veeleisend en onverschillig
in omgang, in huis te nemen, be
gint het bij hen langzamerhand ge
bruikelijk te worden hunne 1ande
ren reeds na vier, hoogstens vijf
schooljaren voor volleerd te hou
den. Ze kunnen het zodoende,
naar hun zeggen zonder volk af,
leven veel voordeliger, vinden 't
veel aangenamer in huis en de
kinderen behoeven toch geen
rechtsgeleerden te worden. Po
gingen tot bestrijding van dit eu
vel lijden gewis schipbreuk. Want
hoofdzaak is het vreemde volk
buiten de deur te houden, daar
moet alles zich naar regelen en het
leren is maar bijzaak. Dat onder
zulke omstandigheden de vruch
ten van het onderwijs grotendeels
langs mathematische weg verkre
gen en nog lang ruet genoeg ver
werkt, niet blijvend kunnen zijn
maar spoedig vervliegen. Wie is
er die dat betwijfelt. Maar dat
daargelaten, waren de vorderin
gen der leerlingen toch nog niet
zo als de ondergetekende die wel
gewenst zou hebben. Door over
alles te vluchtig heen te spnngen
zijn de voorbereidende oefemn-
gen m de laagste klassen niet van
dien aard geweest dat daarop met
kans van slagen kon voortge
bouwd worden, althans vroeger
zag het daarmede geheel anders
uit en het 'Haast u langzaamis in
onderwijszaken een eerste ver
eiste.
Daarbij komt nog dat de meeste
leerlingen zijner school tot de min
der gegoeden behoren, wier op
voeding slecht en verwaarloosd
wordt, wier ontwikkehng zo ge
ring en wier begrip zo bekrompen
is dat zij alles van de school moe
ten hebben, terwijl vroeger de
verhouding juist andersom was.
Want een uitgelezen corps levert
in dezen Oud-Leusden met. Op
het gedrag der leerlingen viel
weinig aan te merken, dat van een
paar gaf echter reden tot ontevre
denheid.
Het onderwijs in de handwerken
wordt des Zaterdags van negen tot
elf uur gegeven. Het bezoeken
dier lessen liet soms wat te wen
sen over. men denke maar aan de
hopbouw op den Treek. Maar als
ouders ook zeggen: „Zo'n paar
uurtjes in den Treek, dat geeft zo
weimg", is men zoiets hier wel te
wachten.
Hoofd der school Leusbroek,
w.g. J. W. van der Heul
Ook het Hoofd der school te Ha-
mersveld levert zijn verslag in. Hij
maakt zich echter dit jaar er wel
heel makkelijk van af en schnjft
geen zin teveel. Een groot ver
schil met zijn collega van de Leus-
broeker school. Maar over één
ding zijn ze het eens, het te vroeg
verlaten van de school door de
leerlingen.
Verslag
Ingeleverd ingevolge art. 19 van
het reglement voor de Openbare
scholen in de Gemeente Leusden.
Verslag van de school te Hamers-
veld.
Openbare lagere school Leusbroek m Leusden-zuid.
Dat met alleen de onderwijzers
moeten worden beschermd tegen
onhandelbare kinderen maar ook
de kinderen tegen loshandige on
derwijzers zien we in de bnef van
de direkteur van het Kindertehuis
'Zandbergen' te Amersfoort:
wijszaken van dit jaar in Leusde
is het besluit om de minimum lee
tijd voor toelating van de schole
te stellen op 6 jaar. wordt het kin!
binnen drie maanden na aanvanl
van het schooljaar (apnl) 6 jaar daf
kan het op school worden gq|
plaatst.
Het schoolgeld is 1,44 per dnl
maanden en voor minvermogeij
den 0,72 per drie maanden.
Wanneer meer dan één kind uT
een gezin de school bezoek
wordt het schoolgeld verminder^
voor het tweede kind met éefi
vierde, voor het derde kind mj
één derde en voor het vierde e|
ieder volgend land met de helft.
BRANDWEER
In het jaar 1890 moest de branó£
weer ook enige malen in actie k<|
men. De burgemeester is vel
plicht hiervan melding te makel
bij de Officier van Justitie.
Ik heb de eer UEd mede te dele
dat op 7 jum op de Leusderber?31
gelegen binnen mijne gemeent
brand is ontstaan waardoor ongi
veer 12 hA heide zijn vernield. Hi
door de politie ingestelde ondei
zoek omtrent de oorzaak hoe dj
brand is ontstaan, is niet ontdel
geworden.
Ik heb de eer UEd Gestr te b«
richten dat op 30 aug. jl. des rjf.
middags ongeveer vier uur in d|
woning van J. van Doom branc
ontstaan
De womng en de meubelen
ren verzekerd bij een
Brandwaarborgmaa tscha ppij.
De oorzaak is
aan onvoorzichtigheid der
toe te schrijven.
Aangezien aan geen moedwil
denken valt heb ik gemeend dl
verder onderzoek overbodig is
Schietbanen op de Leusder kkie:
school voor lager onderwijs te
stichten in de buurtschap Oud-
Leusden. Gelet op zijn besluit van
28 april 1881 goedgekeurd bij be
sluit van G S
Besluit
De scholen voor Lager Onderwijs
binnen deze gemeente zullen ge
vestigd zijn in de buurtschappen
Hamersveld, Leusbroek en Oud-
Leusden.
Nu is het voor de gemeente zaak
een geschikt stuk grond te vinden
om de meuwe school te kunnen
bouwen. Ze vinden de Heer de
Beaufort bereid een geschikt per
ceel in erfpacht beschikbaar te
stellen. Hiervoor is echter de
goedkeuring van Gedeputeerde
Staten noodzakelijk:
Wij hebben de eer U ter goedkeu
ring te doen toekomen een besluit
van de raad onzer gemeente he
den tot het aankopen van het
recht van opstal op een stuk
grond van de Heer W H. de Beau
fort alhier bestemd voor de bouw
hi
De Officier van Justitie denkt da;
echter anders over en schrijft:
Naar aanleiding uwer
van gisteren omtrent de brand i
de woning van Jan van Doom he Q
ik de eer UEd beleefdelijk te ve
zoeken mij nader te willen bene
ten of er incasu levensgevaar
gemeen gevaar voor goedere
bestond en of grove onvoorzic.
tigheid van de vrouw bewijsbaijË
is, en in dat geval de personen c'
daaromtrent inlichtingen kurmJ
geven te willen horen of doen rifl
ren en van hunne verklaring^
proces verbaal op te maken.
Op een dergelijke reactie van <1
Officier had de Burge meest)
schijnbaar niet gerekend en
haast zich te schrijven:
Naar aanleiding uwer missie)
betreffende de brand in de
mng van Doom heb ik aan UË
Gestr. te berichten dat er geen f
vensgevaar of gemeen geval
voor goederen bestond en dat
na onderzoek is gebleken dat
onvoorzichtigheid van de vroi\"
niet bewijsbaar is.
Een paar weken later heeft
burgemeester weer een brand
melden. Hij is nu wat voorzien!
ger geworden in het uiten van v)~
moedens:
Ik heb de eer UEd te berichtË
dat op de 20ste dezer des avorM
ongeveer 7Zz uur een hevi)
brand heelt gewoed op de
derhofstad 'Lookhorst' gelegenI
deze gemeente. De brandwej
der gemeente was spoedig
plaatse en is het aan haar krachi
optreden te danken dat de bQ
renwomng met annex herenii|
en een hooiberg zijn gespaard g
bleven
De brand schijnt ontstaan te
aan een der hooibergen en is ij
na nauwkeurig onderzoek geh
ken dat in de verste verte
brandstichting geen sprake
zijn.
De gebouwen welke het eig)
dom zijn van de Heer Baron
Hardenbroek van Lookhorst te Jl
faas en een gedeelte der goej
ren van de bewoner C. Spelt i
ren verzekerd bij de Brandwd
borgmaatschappij De Jong en
te Amsterdam.
De Hopschuur, waarin vroeger tijden hop werd opgeslagen
Niet alle kinderen op school wa
ren even gehoorzaam, maar Nelis
van de Broek had het wel erg bont
gemaakt en meester Van der Heul
besluit, niettegenstaande zijn
klacht dat de kinderen veel te
vroeg van school worden geno
men, Nelis van school te sturen.
Hiervoor heeft hij echter toestem
ming nodig van het gemeentebe
stuur.
18 augustus 1890. Aan burgemees
ter en wethouders van Leusden.
De ondergetekende, hoofd der
Openbare school alhier, neemt bij
deze de vrijheid UEd beleefdehjk
te verzoeken Nehs van de Broek,
wiens vader Gemt Versteeg als
timmermansknecht bij de Heer A.
Pothoven werkzaam is wegens
brutaliteit, weerspannigheid en
weglopen alvorens strafwerk te
maken, de toegang tot de school
te willen ontzeggen.
Genoemde leerling is door mij om
gemelde redenen Maandag 18
Augustus des middags één uur
buiten de school gezet.
Hopende in deze op de medewer
king van UEd te mogen rekenen
heb ik de eer mij te noemen
J.M. van der Heul
Het gemeentebestuur verleent
medewerking en dne dagen later
krijgt de arme (stief?)vader het
vonnis thuis
Leusden 21 augustus Aan G. Ver
steeg.
Naar aanleiding van artikel 8 van
het regalement voorde Openbare
scholen voor Lager onderwijs in
deze gemeente hebben wij bij
deze u kennis te geven dat door
ons aan Nelis van de Broek we
gens herhaald wangedrag de toe
gang tot de school is ontzegd.
Burgemeester en wethouders
van Leusden
den waarom Willem van Kooy, on
derwijzer der Openbare lagere
school te Leusbroek bij de burge
meester ontslag aanvraagt in
gaande 16 september?
Een school met 110 leerlingen in
twee lokéilen met twee onderwijs
krachten is toch wel wat klein. De
gebeurtenissen van de laatste tijd
zijn voor het gemeentebestuur
aanleiding om de knoop door te
haikken en zij schrijven aan Gede
puteerde Staten van Utrecht:
Wij hebben de eer U mede te de
len dat de Openbare school te
Leusbroek te klein is om alle kin
deren te kunnen plaatsen en de
gemeente derhalve voor de aan
stelling van een onderwijzer of
een onderwijzeres genoodzaakt
zonde zijn om tot vergroting der
school door aanbouw van een lo
kaal over te gaan.
Deze aangelegenheid is reeds
meermale in onze vergaderingen
besproken en hebben wij wegens
de uitgestrektheid der gemeente
gemeend geen voorstel daartoe te
mogen doen Met het oog op de
vele in de Buurtschap Oud-Leus
den aanwezige kinderen, hebben
wij de voorkeur gegeven om ene
school met onderwijzerswoning
aldaar te stichten en door ons een
voorstel in de raad zal worden ge
daan Teneinde bij het opmaken
der begroting voor 1891 de no
dige gegevens te hebben is reeds
door ons aan een deskundige op
gedragen een plan te ontwerpen.
Gedeputeerde Staten zijn spoedig
overtuigd:
Gehoord de mededehng van B.
en W. betreffende de toestand
der Openbare Lagere scholen in
deze gemeente
Overwegende dat het mitsdien
wenselijk wordt geacht ene derde
van een openbaar lagere school
met onderwijzerswoning in de
buurtschap Oud-Leusden
Gedeputeerde Staten zijn het er
echter allesbehéilve mee eens:
Als gevolg op ons schrijven heb
ben wij u mede te delen dat tegen
het besluit der raad uwer ge
meente strekkende om van de
Heer de Beaufort aan te kopen het
recht van opstal op een stuk
grond gelegen in uw gemeente
aan de Leusder Gnntweg ter grote
van 40 are voor de som van 280
gulden ineens de navolgende be
denkingen bestaan:
lste Komt ons de som van het
recht van opstal zijnde 700 gulden
per hA in verband met de waarde
der landenjen in uwe gemeente
hoog voor.
2de. Wordt een termijn van 30 jaar
als bedoeld in art. 766 van het bur
gerlijk Wetboek te kort geacht.
De gemeente toch laat zich ruet
blootstellen aan het geval dat de
eigenaar de grond reeds na de
verloop van 30 jaren met een be
roep op vermeld wetsartikel het
recht van opstal kan doen ein
digen. Een veel langere termijn
zal mitsdien behoren vastgesteld
te worden.
3de De mogelijkheid bestaat dat
bij ene wet aan de gemeente het
verbod wordt opgelegd om de
openbare school zoals die vol
gens de tegenwoordige wet rege
lende het Lager Onderwijs wordt
omschreven te behouden of daar
omtrent andere verplichtingen of
bevoegdheden worden opgedra
gen of gegeven
De billijkheid brengt volgens ons
gevoel mede dat ingeval de open
bare school met meer voldoet aan
de wet of zulks een gevolg mocht
zijn van een latere wet. de ge
meente alsnog het recht van op
stal kan doen voortdurend gedu
rende de tijd bij de vestiging van
het recht van opstal bepaald.
Onderdeel van punt 5 zal dus in
ieder geval gewijzigd moeten
worden in die zin dat de school zal
moeten voldoen aan de bepahn-
gen van de onderwijswet gehjk
die thans luidt of later luiden zal.
4de Denkbaar is het geval dat het
gemeentebelang niet mede
brengt dat het hoofd der school
blijft wonen in de onderwijzers
woning.
Het is daarom onbillijk om de vor
dering van overeenkomst daaraan
afhankehjk te maken.
5de. Ook tegen de woorden voor
komende in onderdeel van punt
vijf met name geheel of gedeelte-
hjke sloping bestaat bezwaar.
Deze sloping kan nodig wezen
ook bij afkeuring van het schoollo
kaal door de heer inspecteur van
het geneeskundig staatstoezicht
ingevolge het bepaalde bij art 5
der onderwijswet. Bij dit punt
zoude mitsdien in elk geval ver
meld moeten worden dat gehele
of gedeeltelijke sloping met ont
bindend zou werken. Wanneer
bijvoorbeeld binnen het jaar het
gesloopte tot dezelfde be
stemming worde opgebouwd en
6de. De bepahng in de voorlaatste
alinea in het raadsbesluit voorko
mende aanvang nemende met de
woorden 'dat ingeval' enz. komt
ons voor veel overeenkomst te
hebben met een strafbepaling die
de gemeente teveel bindt.
Deze bepaling toch is tegen de
opstalhebber veel strenger dan
de grondeigenaar heeft tegen de
bezitter ter goeder trouw die op
eens anders eigendom heeft ge
bouwd als bij art. 59 van het Bur-
gerhjk Wetboek wordt bedoeld.
Wij verzoeken u bovenstaande
bedenkingen aan de raad te doen
en hen voor te stellen de verbete
ringen in het hierbij teruggaand
raadsbesluit te willen aanbrengen
of wel de overeenkomst tot vesti
ging van het recht van opstal niet
te sluiten doch te trachten de
grond ten behoeve van de ge
meente aan te kopen.
Voor het geval dat partijen zich
met met elkander omtrent de on-
derwerpelijke aangelegenheid
zullen kunnen verstaan alsdan
zouden wij ons verplicht zien de
goedkeuring aan het aangeboden
raadsbesluit te onthouden.
Bovenstaande bezwaren van G.S.
worden aan de Heer de Beaufort
voorgelegd. Deze geeft het vol
gende commentaar:
Naar aanleiding der mij medege
deelde missieve van GS heb ik het
volgende op te merken.
Wat de prijs betreft. Het gemeen
tebestuur heeft mij die prijs gebo
den. ingeval GS die wil verminde
ren zal ik gaarne berusten en laat
dat geheel aan hun taxatie over
Wat de termijn betreft Tegen de
verlenging van de termijn bestaat
bij mij geen bezwaar.
Wat het gebruik van de opstal te
In 1889 was het verzuim der leer
hngen genng te noemen (5.654%).
Wij menen hier in geen herhalin
gen van verslagen uit voorgaande
jaren te moeten vervallen. Ver
anderingen in schoolgebouw of
bij het onderwijs hebben met
plaats gehad. Alleen is met 1 ja
nuari de onderwijzer J. van Dijk
vervangen door de Heer C Staal.
Voorzover dit nu al mogehjk is me
nen wij over het werk van laatstge
noemde een gunstig oordeel te
mogen uitspreken. In de behoefte
aan leermiddelen en schoolbeno-
digdheden werd als steeds ruim
voorzien.
Het te vroeg verlaten der school is
en blijft nog steeds regel. Tegen
over 1 goedwilhgen vader, die
zijn kind tot 12 jaar of daarboven
laat schoolgaan, staan er gewoon-
Ujk 3 die menen dat dit met langer
dan tot 10 of hoogstens 11 jaar be
hoeft te geschieden. De gemid
delde leeftijd van hen, die de
school verlaten hebben, was dan
ook dit jaar iets boven de 11 jaren.
Hoofd der school,
w.g J. Huibers
Aan de burgemeester van Leus
den.
De ouderloze kinderen Joanus
Wobma (8 jaar) en Pieter Leen-
knecht zijn door rmj geplaatst in
het gezin van Joanus van Ginkel,
woonachtig in de gemeente Leus
den. Genoemde Van Ginkel is de
zer dagen tot mij gekomen met
het verzoek de wezen Hopma en
Leenknecht van de gemeente
school te Leusden te mogen ne
men en deelde mij als rede van
dat verzoek mede de hchamelijke
mishandehng waaraan de pupil
len door een der ondergeschikte
onderwijzers der school hadden
blootgestaan Vóór ik in deze enig
besluit neem acht ik mij verplicht
UEd. met deze zaak in keruus te
stellen teneinde UEd. dringend te
verzoeken in deze aangelegen
heid een ernstig onderzoek in het
werk te doen stellen, omdat zo
mogehjk zekerheid worde erlangt
of op genoemde school hchame
lijke mishandehng plaats grijpt,
opdat zo ja, de onderwijzer die
zich daaraan schuldig maakt zijn
verdiende berisping en straf ont-
vangt, zo nee, de verspreiders van
zulks een onware beschuldiging
als lasteraars aan de kaak worde
gesteld
Ik gevoel te meer tot het uiten van
mijn verzoek verphcht omdat voor
emge weken een onderwijzer, Jan
Bakker door het hoofd der school,
meester Van de Poel te Haterd,
gemeente Nijmegen, een paar uur
na het ontvangen van enige sla
gen op het hoofd door den onder
wijzer bhjkens rechtelijke schouw
ten gevolge dier mishandehng is
overleden en de schuldige onder
wijzer door de Rechtbank te Nij
megen crimineel gevoruust is.
Zulke onheilen ie voorkomen
door de bevoegde instanties in
keruus te stellen met de onhebbe-
hjkheden die hcht buiten haar we
ten plaats vinden zal hierbij, hier
van ben ik overtuigd, door UEd.
worden gewaardeerd.
w.g. M.W Scheltema
Is bovenstaande r.usschien de re-