„Het feminisme
etekent nog steeds
heel veel voor me"
ran alles heb ik geprobeerd, maar niets schijnt te helpen'
itten drijven buurtbewoonster tot wanhoop
„Woonkwaliteit in beperkte ruimte"
'OENSDAG 20 MAART 1991
plaatselijk nieuws
i
In het vrouwenontmoe-
tingscentrum wordt de
jaarvergadering dit jaar
(donderdag) opgeluisterd
met een bijzondere gast:
de schrijfster en eertijds
enzo bekende cabare
tière Marjan Berk. Berk
L"ev<
1 tiè:
zal voorlezen uit eigen
werk en vertellen over
haar loopbaan.
Anco Mali had aan de
vooravond van de komst
van Berk naar Leusden
een gesprek met de
schrijfster.
DEN - Nee, terug naar het theater en cabaret verlangt
iet. Marjan Berk is zevenentwintig jaar in de wereld van
owbizz werkzaam geweest, en dat was oké, maar die
Üd houdt ze dan ook wel voor gezien. Toen in Nederland
Slangstelling voor het cabaret terugliep en zij steeds
r huishoudsterrolletjes moest spelen gaf ze er voorgoed
Toch is ze momenteel bezig met een klein theaterpro-
nma samen met 'Bos en Van Bemmel', het gitaarduo van
op één na jongste zoon Ruud Jan Bos. Weer een
ipje van die oude liefde voor musical en toneel? Het
spontaan bij hen op. Ze voelt zich uiteraard op het
als een vis in het water. Met de beide jazzmusici
ze het programma 'Sterke Benen.' Een muzikale
noemt ze het, en het drietal oogst er veel succes mee.
ijf keer per maand komen ze met 'Sterke Benen' door
iele land. Ze geniet ervan.
i haar theatercarrière begon
Berk met het schrijven
pneel, radio en televisie. In
schreef ze de muzikale
show 'Moeder en haar jon-
/aarvan ook een grammo-
it werd gemaakt. Eind
reef ze voor het jeugdra-
ramma van de KRO 'De
lutste.' Ook schreef ze
|0N (De Pomp) en VARA ('t
kosten-show). In 1983
ze in opdracht van de
ie kindermusical 'Wordt
ruimte nog gelezen?' In
te ze in opdracht van
iting Nederlandse Koren
lermusical 'Hé, dat kan ik
lover de Mini Playback
ie volgens haar wel een
is voor aanwezig talent,
tie helaas uitgaat van on-
jnkelijk materiaal.
- Hoe waren de reacties op uw
kindermusicals? -
Marjan Berk: „De reacties wa
ren dusdanig dat de eerste musi
cal spoedig leidde tot een op
dracht voor de jeugdsene 'De
band' over de lotgevallen van de
funkband It's Too Much. Steeds
kwamen er daarna meuwe aan
vragen voor musicals en nu heb
ben mijn man (de musicus Ruud
Bos) en ik weer een opdracht ge
kregen om een musical voor de
middelbare school te schrijven.
Daaruit kunt u dus afleiden dat de
reacties zéér gunstig zijn."
In 1980 schreef Marjan Berk
samen met Jeroen Krabbé haar
eerste boek: 'Het Bezuinigings
kookboek', waarna in 1981 'Nooit
meer slank' het licht zag.
- Hebt u na het schrijven van
deze boeken uw zucht om te eten
voor goed onder de knie gekre
gen? -
Nou nee, hoor. Het is zoals
met alle gebreken van de mens.
Het feit dat je inzicht verwerft be
tekent dat je het beter kunt hante
ren. Maar ja, als je een vraatzuch
tig type bent zoals ik en de hon
gerwinter grondig hebt meege
maakt Eten blijft in zoverre
veel voor mij betekenen dat je mij
wel méé kunt krijgen, ja. In 'Nooit
meer slank' gaat het over balen
en naar eten grijpen. Als ik nu
baal mag ik nog wel eens een
stukje bittere chocola verslinden.
Het is echt alleen met inzicht dat
je ermee kunt leven!"
- In 1984 schreef u 'De Feminist'
(Arbeiderspers) Wat betekent
het feminisme voor u? -
Berk: „Het feminisme betekent
nog steeds heel veel voor me. Ik
kan er absoluut niet tegen als
mensen, omdat het op het ogen
blik niet zo zeer in de mode is,
roepen: Oh, met het feminisme
heb ik niks! Ik denk dat de femis-
tische golf ontzettend veel heeft
veranderd in de maatschappij.
Gewoon pragmatisch. En ik denk
dat er ook niet veel meer dan
pragmatisch veranderd kan wor
den, want ik heb het gevoel dat
mannen en vrouwen twee ver
schillende
rassen zijn, en dat zal -op zijn
best- wel altijd vreedzame co-
existentie blijven."
„Ik denk dat het feminisme
hard nodig is om de achterstand
in praktische gelijkheid (de ge
lijkheid m betaling bijvoorbeeld
waaraan gelukkig al ontzettend
veel verbeterd is) in te lopen. Het
feminisme moet waakzaam blij
ven, want in tijden van recessie is
het meteen weer 'Oh, tweever
dieners, dat kan eigenlijk met.'
Terwijl ik vind dat ieder mens er
recht op heeft om via zijn baan tot
zijn recht te komen. Mannen ook,
hoor, want daar wordt die eman
cipatie natuurlijk ook voor be
doeld. Maar vrouwen hebben wat
dat betreft grote achterstand. En
er is nog steeds een achterstand
te merken. Ook in de mentaliteit
Het feminisme betekent nog steeds heel veel voor me." (Foto: Sjaak Ramakers)
blijft het moeilijk. Het feminisme
heeft absoluut met afgedaan. Het
wordt uiteraard ook steeds bijge
steld. Ik denk dat het practisch
feminisme nog lang niet overbo
dig is!"
- Hoe vond u de film die Dimitn
Frenkel Frank met Peter Faber
maakte van uw boek De Femi
nist? -
„Die film heb ik met gezien. In
1984 heeft Houwer van mij de
rechten gekocht. Het is natuurlijk
heel leuk als een uitgever de
rechten van je boek voor een film
kan verkopen. Dat betekent een
zekere uitbreiding en ook een
soort financiële ruimte. Het betrof
de rechten van twee boeken: 'De
dag dat de mayonnaise mislukte'
(1983) en 'De Feminist'. Maar het is
allemaal anders gelopen dan de
bedoeling was."
„Het was de bedoeling dat daar
twee films van gemaakt zouden
worden. Het is door de dood van
Dimitri Frenkel Frank allemaal
verstoord. Ook Rob (Houwer) had
even zijn handen vol met het Film-
net en de flop van 'Het Bittere
kruid' waar hij toen ontzettend
veel tegenslag mee heeft gehad.
Het is een tijd op de plank blijven
liggen. Uiteindelijk is er een
script van die twee boeken door
elkaar van gemaakt. Daar heb ik
mij van gedistantieerd. De rech
ten waren verkocht en daar kon
ik absoluut niets meer aan doen.
Ik had daar mets meer mee te
maken. Het staat ook heel keung
op de rol: Vnj naar feiten mt de
boeken van Marjan Berk. Nou, dat
zegt genoeg. Ze hebben hier een
plotje en daar een situatie gepakt.
Die twee boeken hebben niets
met elkaar te maken. Voor mij
was het dus pijnlijk dat die twee
boeken door elkaar werden ge
haald. Dat was naar mijn smaak
iets dat je absoluut niet kunt
doen!"
Sex
- Sex is een geliefd thema in uw
boeken. Wat hebt u met sex? -
Berk, haastig en wat veront
waardigd: „Nee, nee, ik heb niks
bijzonders met sex en het is ook
geen thema m mijn boeken. Ab
soluut niet. Ik schrijf net zo veel
over erotiek. Sex begint onder je
ceintuur. Erotiek zit impliciet m
mijn boeken. Net zoals het in het
leven zit. Dus ik heb daar niks
mee. Het is voor mij een onder
deel van het leven, en niet iets dat
er uitgelicht wordt. In 'Modern
Ouderschap' (uit 'Liefde en Haat',
1983), dat u noemt, gaat het om
een parabel op de waanzin van de
jaren '60, toen alles moest kun
nen."
„Ik heb dat natuurlijk niet ge
schreven als een sexuele opsom
ming. Opgroeiende kinderen
moeten daar zo ontzetend om la
chen, omdat ze hun ouders daann
herkennen. Het moet allemaal
maar kunnen en als het dan ge
beurt, dan is de geest uit de fles
en dan wordt het allemaal weer
haastig teruggeschroefd. Die
mensen m dat verhaal worden
volkomen op zichzelf terugge
worpen. Dus dat is met anders
dan het aantonen van de waanzin
van die zogenaamde openheid
zonder meer. Ik gebruik die voor
beelden alleen om aan te tonen
dat het zonder meer alles open en
bloot doen net zo zeer als een
boemerang werkt als het niet
doen."
- Er wordt altijd geschreven dat
u leuk kunt amuseren, dat u
schnjft om de lezer een paar ge-
noegehjke uren te bezorgen. Wat
vindt u daarvan? -
„Dat vind ik best, hoor. Als de
lezer genoegelijke uren heeft is
mij dat niet onaangenaam. Maar
als ik schrijf ben ik met bezig met
het publiek, ik ben bezig om het
verhaal dat ik in mijn kop heb zo
mooi mogelijk op papier te krij
gen. Dat ik gebruik maak van de
verworvenheden, die ik in het
theater ingebrand heb gekregen,
namelijk het gevoel voor struc
tuur, spanningsboog en dialoog,
maakt dat dit organisch m mijn
werk zit en de indruk maakt van:
Oh, kijk ze nou weer eens te keer
gaan. Daar kan ik niks mee. Om
het verhaal zo goed mogelijk on
der woorden te brengen pas ik er
alle middelen op toe, die in mijn
bezit zijn."
„Ik heb jaren in het lichte genre
op het toneel gewerkt en dat gen
re wordt altijd onderschat. Het is
moeilijker om mensen aan het la
chen te maken dan ze tot snikken
te bewegen. Er zitten heel veel
technieken in, en het zou niet
goed zijn als de toeschouwer of
de lezer die technieken ziet. Dus
als het licht van toon is doet het
altijd moeiteloos aan Dan wordt
er meteen aan vastgeknoopt dat
het geen moeite zou kosten, maar
niets is minder waar."
- OPZIJ kroonde u als de Konin
gin van het Lichte Boek. Vmdt u
dat een eretitel? -
Breeduit lachend nu zegt ze:
„Ja, dat vind ik een eretitel. In
Engeland hebben light verse en
light comedy een heel speciale
klank. Dat is inderdaad zo licht als
een veertje. Als je hier het woord
licht gebruikt is het net of het heel
zwaar is en niks. Men is er enigs
zins achterdochtig naar. Dat is
een absolute kwestie van intona
tie. Koningin van het Lichte Boek
vind ik een prachtige titel, en ik
ben er heel trots op."
Maija Berk heeft ook een gele-
genheidswerkje geschreven
over de eenwording van Europa.
Vorig jaar op de jaardag van
Buma-Stemra heeft Rob van Bavel
de muziek daarvoor gemaakt en
Lieuwe Visser heeft het gezon
gen. Het was een eenmalig grap
je, zegt ze.
Marjan Berk komt op donder
dag 21 maart in het Vrouwe
nontmoetingscentrum 't Voor
onder, Burgemeester Van der
Postlaan 2. Aanvang 20.00 uur.
Alle vrouwen uit Leusden zijn
welkom. De toegang is gratis.
Berk zal er vertellen hoe ze tot
het schrijven is gekomen. Te
vens zal ze voorlezen uit eigen
werk.
In april komt haar nieuwe ro
man TVIotormama' uit. In de
theatershow 'Moeder en haar
jongens' zat een liedje, Motor
mama. Dat heeft dezelfde men
taliteit als het boek. Het gaat
over een vrouw die gefasci
neerd is door snelheid. Met fy
sieke snelheid kan ze echter
niets. Het is een soort martiale
snelheid. Dus het heeft in die
zin een dubbele betekenis.
Rond Sinterklaas verschijnt
er een nieuw kinderboek van
Marjan Berk.
Anco Mali
)EN - Huisdieren leveren
leen plezier op voor de
ren, maar kunnen ook
hoorlijk wat overlast
Het meest bekende
ild daarvan is de honde-
op de straat. Over katten
eestal minder klachten te
i maar deze dieren kun-
0 ensen soms ook tot wan-
7 irijven. Aan de Prelaten-
woont sinds december
levrouw J. Geleedts. De
tijd had zij nog nergens
i, maar vorig jaar begon
lar de ellende. Afgelopen
ide was voor haar de
maat vol. „In mijn voortuin van
10 m2 telde ik op een zondag 38
hoopjes uitwerpselen," vertelt
zij.
„Van alles heb ik geprobeerd om
de katten uit mijn tuin te houden,
maar niets schijnt te helpen." Dat
zij echt alles geprobeerd heeft
om aan de overlast een einde te
maken, blijkt wel uit de opsom
ming van dingen, die zij het afge
lopen jaar heeft uitgetest. „Ik heb
tussen de coniferen een hek van
plastic draad gezet, koffiedik ge
strooid op de plaatsen waar ze
gaan zitten, houten sate-pnkkers
in de grond gestoken, piep
schuim met kopspelden neerge
legd en zeker een kilo peper ge
strooid," illustreert zij haar wan
hoop.
Ook de gemeente heeft zij in
middels op de hoogte gesteld van
haar probleem. Veel begrip
kreeg zij volgens haar zeggen
met van de ambtenaar op het ge
meentehuis. „Het eerste wat nuj
gevraagd werd, was of er wel een
hek om mijn tuin staat en of ik de
katten-eigenaren wel op hun ver
antwoordelijkheid heb gewezen.
Natuurlijk heb ik met mijn buren
gepraat, maar die zeggen alleen,
dat ik dan maar water over ze
heen moet gooien. Als veront
schuldiging knjg ik dan te horen,
dat zij met de hele dag achter hun
kat kunnen lopen of ze beweren
dat hun kat zoiets met doet."
Mevrouw Geleedts is het ech
ter zat en vmdt dat niet zij degene
is die in actie moet komen, maar
de eigenaren van de katten. Ook
de gemeente zou volgens haar
meer kunnen doen. „Voor hon
den wordt tenminste nog belas
ting betaald, maar voor katten
kan en mag alles," zegt zij geer-
gerd.
Een oplossing voor haar pro
bleem lijkt er echter met te zijn.
„De Algemene Politie Verorde
ning biedt geen mogelijkheden
om iets aan deze overlast," zegt
gemeentelijk woordvoerder
Hans Hermans. „Voor honden zijn
er wel bepalingen in de APV.
Deze moeten bijvoorbeeld aan
gelijnd over straat. Het is voor
katten echter onmogelijk om der
gelijke bepalingen in de APV op
te nemen. De wetgever geeft
deze mogelijkheid met." Dat geldt
volgens Hermans ook voor be
lasting voor katten. „De gemeen
tewet verbiedt voor het houden
van deze dieren belasting te hef
fen."
„Ze kan proberen om een
rechtszaak tegen haar buren te
beginnen," adviseert hij haar.
Veel moet zij daar volgens Her
mans echter met van verwachten.
„Probeer maar eens te bewijzen
van wie de katten zijn, die de
overlast veroorzaken. Om nu een
hele nacht in de turn op de loer te
gaan liggen, lijkt mij ook geen
prettige bezigheid." Volgens hem
zijn er overigens wel hekken in
de handel, waarmee de dieren
effectief weg gehouden kunnen
worden.
Ook op ander gebied lijkt het
bestrijden van kattenoverlast een
onmogelijke zaak. Mevrouw Ge
leedts heeft zelf al advies ge
vraagd aan de dierenbescher
ming. Daar kreeg ze te horen dat
de geur van de plant wijnruit m
sommige gevallen wil helpen,
maar garantie op succes kon niet
worden gegeven.
Dierenarts Werkman bevestigt
dit. Hij geeft mevrouw Geleedts
weinig kans m haar strijd tegen
de katten „Afdoende middelen
zijn er met," zegt hij. „Incidenteel
wil het plaatsen van bepaalde
planten nog wel eens helpen,
maar het werkt met in alle geval
len. Soms plaatsen voliérehou-
Naam: Ton Voortman
Beroep: secretaris Kamer van Koophandel
Bekend van: WD-raadslid
Favoriete plek: „Nieuwbouwwijk 't Ruige Veld"
ders schnkkeldraad om hun hok
ken, maar dat lijkt me erg ngo-
reus. Een verklaring waarom de
katten nu juist de turn van me
vrouw Geleedts uitzoeken, kan hij
niet geven.
„Misschien ligt m haar tuin rulle
aarde, waar de katten graag in
graven. Als er een zijn uitwerp
selen heeft gedeponeerd, willen
er ook wel eens andere katten
langskomen om ook hun territo
rium af te bakenen. Water gooien
kan natuurlijk ook, maar dan moet
je het dier natuurlijk wel eerst
zien." Veel meer dan het advies
om met de buren te overleggen,
kan hij daarom ook met geven.
Mevrouw Geleedts wil dat ook
wel, „want," zegt zij, „ik wil abso
luut geen ruzie met mijn buren.
Het lijkt er echter op dat er voor
haar maar een ding op zit en dat is
het advies opvolgen van de
Amersfoortse Dierenbescher
ming: „U moet er maar mee leren
leven," zou deze instelling tegen
haar gezegd hebben.
„Eigenhjk is mijn meest favoriete plek het Lockhorsterbos en dein speciaal het bruggetje. Helaas
voor mij was iemand anders m deze serie me daar al voor. Maar toen ik m 1976 in Leusden kwam
wonen, maakte die ydillische omgeving een grote indruk op me. En kennelijk op meer Leusdenaren,
getuige deze rubriek.
Voor mij komt het gebiedje waar we nu staan als een goede tweede uit de bus. Ik vind dat in deze
parkachtige omgevmg een prachtige aansluiting tot stand is gebracht tussen de bestaande bebou
wing en de nieuwbouw van 't Ruige Veld. Een schoolvoorbeeld van ruimtehjke ordening, zoals we m
Leusden met name m de jaren zeventig gewend zijn geweest en waarvan ik vind dat we daar best trots
op mogen zijn. Overigens grenst rrujn achtertuin aan dit gebied, zodat ik er elke dag van kan genieten.
„De meeste wijken m Leusden zijn ruim van opzet, terwijl rijkelijk met groen is gestrooid. Dat is één
van de aantrekkelijke kanten van het wonen in Leusden. Het prettige woonklimaat is voor mij en mijn
gezm dan ook een belangrijke overweging geweest om hier te blijven, toen ik werk vond in Flevoland.
En van die beshssmg hebben we ook geen moment spijt gehad. Persoonhjk vind ik dat het karakter
van Leusden bewaard zou moeten bhjven, hoewel dat nog geen eenvoudige opgave zalbhjken De lijst
met woningzoekenden is nog lang en de bouwmogelijkheden zijn beperkt
We zullen veel aandacht aan de kwaliteit van de woonomgeving moeten schenken. Zoals we dat
ook gewend zijn te doen in Leusden. Die bepaalt uiteindehjk ook voor een belangrijk deel het
woongenot van de mensen. Je ziet het al een beetje aan deze wijk hier. De womngdichtheid is veel
groter dan in de rest van Leusden. Maar met architectonische trucjes en grappen is men er toch in
geslaagd een gevarieerde wijk van de te maken. Het is met meer de eenvormige huizenzee in oudere
meuwbouwwijken. Ik zie dat ook als één van de belangrijkste taken van de ruimtelijke ordening in dit
tijdsgewricht. In de jaren zestig en later is er enorm veel ruimte verspild en was de aandacht voor de
kwaliteit van de woonomgeving m het algemeen minder groot Je ziet bijvoorbeeld overal m
Nederland relatief jonge wijken, die nu al weer ondergeschoffeld moeten worden. De ruimtelijke
ordening anno de jaren negentig zal zich moeten nchten op een kwalitatief hoogwaardige mvulhng
van beperkte ruimte. Voor die taak staan wij als gemeentebestuur van Leusden feitelijk ook. En wat
dat betreft gaan we juist nu nog een spannende tijd tegemoet..."