leusder Krant.
Fort Hoofddijk; de grootste rotstuin van Nederland
De botanische tuinen verwelkomen het grote publiek
Rotstuin
Veranderingen
Specialisaties
Milieuvriendelijk
onderhoud
(oensdag 29 juli 1992
Pagina 5
Tekst: Daan Bleuel
Foto's: Hans Verhorst
LEUSDEN/UTRECHT - In het Floriade-jaar 1992 mag de tuinbouw in Nederland zich in een
grote belangstelling verheugen. En niet alleen van de Nederlanders zelf; veel Europeanen en zelfs
belangstellenden van buiten Europa, doen dit jaar in groten getale Zoetermeer aan om te zien tot
welke verbluffende staaltjes ons land in staat is, als het gaat om het telen en verzorgen van
planten in de breedste zin van het woord. Nederland heeft als 'plantenland' een naam hoog te
houden en stelt de bezoeker van de ambiteus opgezette expositie in Zoetermeer dan ook niet
teleur.
De verhoogde belangstelling voor alles wat groeit en bloeit leidde op de televisie al tot een
speciale serie 'Ja natuurlijk' afleveringen, waarin de plantenautoriteit Wim Oudshoorn gouden
tips gaf op het gebied van de verzorging van planten in tuin en huiskamer. Ook de inrichting van
de tuin kreeg in die uitzendingen speciale aandacht. RTL-4 doet op dat gebied dit jaar ook al een
stevige duit in de zak met het programma 'Flora-magazine'. Beide programma's, die niet los
kunnen worden gezien van de Floriade, maken de belangstelling bij het grote publiek voor plant
en tuin wakker. De Floriade zal ongetwijfeld honderdduizenden bezoekers trekken.
In die golf van publiciteit wordt echter wel eens wat over het hoofd gezien. De Floriade trekt de
aandacht, maar dat wil niet zeggen dat dat voor de liefhebber de enige plaats is waar men aan zijn
trekken kan komen. Ook in de eigen omgeving is er vaak voldoende te genieten. De Utrechtse
botanische tuin Fort Hoofddijk bijvoorbeeld, is een tuin waar de liefhebber minstens zo onder de
indruk kan raken, als in 'Zoetermeer'. Het voordeel van zo'n minder bekende tuin is echter,
afgezien van de veel lagere toegangsprijs, dat de bezoeker niet verloren raakt in de drommen
mensen, die langs de spectaculair opgemaakte bloembedden schuifelen. Mischien een ideetje voor
een zonnig dagje uit?
Elke zichzelf respecterende universiteit in
Nederland is, vaak al eeuwen lang, in het
bezit van een bijzondere plantencollectie ten
behoeve van biologisch onderzoek. De bota-
lische tuinen ontlenen hun waarde aan
weste verzamelaars die generaties lang on-
mtgonnen gebieden over de hele wereld af-
itroopten, op zoek naar nog onbekende
ilantenrassen en soorten. In het belang van
wetenschappelijk onderzoek werden vele
soorten naar de thuishaven meegenomen
roor nadere studie. Daarbij werd veelal ge-
irobeerd de planten in de nieuwe omgeving
;e kweken.
De verzamelwoede van de vroegere gene
raties botanici had tot gevolg dat bij de di
verse universiteiten heel bijzondere planten-
t-erzamelingen ontstonden. En als een nieu
we soort niet in het Nederlandse klimaat
.vilde gedijen, probeerde men het in kassen,
ivaar temperatuur en luchtvochtigheid zo
tunnen worden geregeld dat de omstandig-
leden in de natuurlijke groeiplaatsen kon-
ien worden nagebootst. De meest zeldzame
loorten en planten die erg hoge eisen stellen
ian hun omgeving vonden door de speciale
landacht die eraan geschonken kon worden
ïn menig botanische tuin een nieuw thuis,
ivaar ze groeiden en bloeiden als in de eigen
latuurlijke omgeving.
Toch is het nog niet zo lang zo dat botani
sche tuinen in den lande hun poorten voor het
jubliek openstelden. Daar waren de collec
tes in eerste instantie niet voor bijeen ge-
iracht Sterker nog, de belangstelling van
buitenaf werd door de wetenschap zelf vaak
ils hinderlijk ervaren. De tuinen hadden
laardoor lange tijd een zeer gesloten karak
ter en bleven voor het grote publiek onbe-
rend.
Daar is de laatste jaren verandering in
jekomen. Noodgedwongen, voor een deel. In
ie jaren van de grote bezuinigingen in het
inderwijs werden vele botanische tuinen met
sluiting bedreigd. Ze hadden hun educatieve
unctie voor een deel verloren door de ont-
vikkeling van goed studiemateriaal en de
ramst van nieuwe leermiddelen als foto, film
in computer en bovendien konden steeds
neer studenten waar ook ter wereld zelf
leldwerk gaan verrichten. Dat nam niet weg
lat in veel universiteitstuinen in de loop der
i)d zoveel waardevols bijeen was gebracht,
lat met een kille bezuinigingsoperatie een
tukje onbetaalbaar cultureel/wetenschap-
lelijk erfgoed voor altijd zou worden vernie
tigd
Dat inzicht leidde in veel universiteiten tot
len herbezinning op de botanische tuinen. In
Amsterdam werd stevig actie gevoerd voor
iet behoud van de beroemde hortus aan de
'lantage Middenlaan. In Groningen werd de
irachtige hortus De Wolff (in Haren) gepri-
atiseerd, waar een stichting nu pogingen in
iet werk stelt de tuin commercieel te exploi-
eren. In Utrecht is een efficiency-operatie
loorgevoerd, waarbij de verschillende col-
ecties die her en der in de provincie waren
lehuisvest, werden geconcentreerd in Fort
loofddijk aan de Budapestlaan in De Uithof
a Utrecht. Daarnaast bezit 'Utrecht' in
loom nog het Von Gimborn arboretum,
laar een bijzondere collectie loof- en naald-
lomen en coniferen is ondergebracht. De ef-
iciency-vergroting betekende dat een deel
an het personeel van de loonlijst verdween.
Verder drong op verschillende plaatsen het
izicht door dat 'openstelling voor publiek'
iet langer meer een vies begrip was. Niet
'leen omdat daarmee een extra bron van
ikomsten zou kunnen worden aangeboord,
Jaar ook om de publieke opinie te kunnen
«invloeden in de strijd om het behoud van
e tuinen. Bovendien zou het teruggelopen
ut van een botanische tuin voor de student
unnen worden gecompenseerd door de toe
komen belangstelling van het grote pu-
uek voor zaken als 'het milieu.' Juist omdat
Manische tuinen een schat aan natuurlijke
lantensoorten van over de hele wereld her-
:rgen, kunnen de universiteiten in de sterk
'poeide behoefte aan milieu-educatie een
ilangrijke rol spelen. Botanische tuinen
leien ook in toenemende mate een rol als
enenbank', waar het erfelijk materiaal van
lft uitsterven bedreigde soorten in de vorm
van zaden worden bewaard en gekweekt,
zodat de plantensoorten niet geheel van de
aardbodem verdwijnen. In sommige gevallen
spelen de botanische tuinen (evenals de die
rentuinen) een rol bij de herintroductie van
soorten in milieu's, waar de soort van nature
allang niet meer voorkwam.
De belangrijkste botanische tuin van de
universiteit van Utrecht is hedentendage
Fort Hoofddijk in het Utrechtse universi
teitscentrum De Uithof. Het complex aan de
Budapestlaan is idyllisch geconcentreerd
rond één van de vele forten uit de vorige
eeuw, die rond de stad Utrecht nog veelvul
dig aanwezig zijn. Eén van die half ingegra
ven en ter camouflage met begroeiing be
dekte militaire complexen, kwam door
schenking in het bezit van de Utrechtse uni
versiteit. Gezien de hoofdstructuur van het
terrein was het volstrekt logisch om op deze
plek een rotstuin aan te leggen Daarmee
werd op deze plek in het begin van de jaren
zestig een begin gemaakt Het bestaande fort
als uitgangspunt nemend, werden in de loop
der jaren tonnen natuursteen voornamelijk
uit de Ardennen aangevoerd om het van na
ture vlakke land het aanzien en karakter van
een berglandschap te geven Het resultaat is
imponerend en Fort Hoofddijk bezit nu dan
ook de grootste rotstuin van ons land en de
grootste alpentum van Europa, gelegen op de
bunkers van het voormalige fort. In de rot
stuin staan meer dan 1.600 soorten rots- en
bergplanten uit de hele wereld.
Maar de functie van de rotstuin is de afge
lopen jaren groter geworden. Zo is er op het
terrein een uitgebreid kassencomplex geko
men, waar de tropische en subtropische
plantencollecties naartoe verhuisden In dat
complex zijn ook de researchkassen voor
wetenschappelijk onderzoek ingericht, sa
men met een aantal proefvelden. Ook de zo
genaamde systeemtuin, waarin diverse
plantensoorten in families bij elkaar zijn ge
zet, is op Fort Hoofddijk (begin jaren '70)
opnieuw opgezet. De bijzondere vormgeving
van dat deel van de tuin, ontving in 1989 de
Archinormprijs voor tuinarchitectuur. Op
het zogenaamde buitenfort groeien in de
heemtuin wilde planten die in het Kromme
Rijngebied steeds zeldzamer worden
Er hebben de laatste jaren binnen de bota
nische tuinen en zeker ook in Fort Hoofddijk
veranderingen plaatsgevonden in de manier
waarop tegen bezoekers wordt aangekeken
Er zijn ook concessies gedaan aan 'het grote
publiek' Toch is het wetenschappelijk as
pect van de tuin nog steeds het belangrijkst
John Nieuwenhuis. chef van het tropische
kassencomplex, daarover: „Het belangrijk
ste blijft het wetenschappelijk karakter van
de tuin Om een voorbeeld te noemen, toen we
moesten bepalen hoe groot de kassen moes
ten worden, is er aan de onderhandelingsta
fel gevochten om de hoogte van de kas. Om
dat we er naar streven in de kas de hele
levenscyclus van bepaalde tropische en sub
tropische planten te laten zien, zal je daar in
de hoogte rekening mee moeten houden. En
omdat sommige boomsoorten wel dertig me
ter of meer hoog worden, wilden sommigen
dat de kassen ook die hoogte zouden krijgen.
Dat heeft het niet gehaald en we proberen
ons doel nu langs andere wegen te bereiken,
maar het is wel tekenend voor de manier
waarop we hier bezig zijn. Het wetenschap
pelijk doel staat voorop en als het publiek het
ook nog leuk vind, is dat meegenomen."
mische bestrijding van ongedierte en andere
ziekten zoveel mogelijk uit te bannen. Met
name in de kassen wordt driftig geëxperi
menteerd met biologische bestrijdingsme-
thoden. Bijvoorbeeld door msekten uit te
zetten, die een natuurlijke vijand zijn voor
bladluizen en ander kruipend en vliegend
gespuis dat het welzijn van de planten be
dreigt. Nieuwenhuis: „De biologische be
strijding verloopt zeer bevredigend, al is het
resultaat nooit honderd procent Aan de an
dere kant was het vroeger zo dat de planten
dusdanig met gif werden bewerkt, dat de
vruchten onmiddellijk moesten worden weg
gegooid omdat ze zonder twijfel een bedrei
ging voor de gezondheid vormden. Nu kun
nen bij wijze van spreken de bananen uit de
kas gewoon gegeten worden."
„Het is ook weieens leuk om de reacties van
bezoekers te horen. Die zien in de kas dat de
Croton hier, net als thuis, last heeft van onge
dierte. 'Meneer, er zit luis in die plant', ver
tellen ze je dan haast triomfantelijk. Tijdens
de open dagen hangen we er weieens een
microscoopje bij, zodat iedereen kan zien
wat een bladluis nu precies voor een diertje is
en wat hij doet. Dat werkt uitstekend. Het is
wel zo dat we op deze manier enige schade
aan de planten niet kunnen voorkomen, in
ieder geval minder dan met chemische be
strijding. We proberen het alleen wel binnen
de perken te houden."
Omdat de botanische tuinen de laatste tijd
minder 'inzichzelf gekeerd' zijn geworden, is
er ook onderling meer afgestemd. Zo zijn
diverse tuinen zich gaan toeleggen op spe
cialisaties, waar vroeger elke tuin zijn best
deed zo compleet mogelijk te zijn. Een der
gelijke ontwikkeling is ook bi) dierentuinen
zichtbaar. De tropische afdeling van de bota
nische tuin in Utrecht is zich vooral gaan
specialiseren in planten uit Zuid-Amerika.
Een groot deel van de collectie in de kassen is
uit die streken afkomstig.
Daarnaast bezit de tuin een collectie vet-
planten en cacteeën, die 's zomers voor een
belangrijk deel naar buiten verhuizen. Daar
krijgen ze gezelschap van de zogenaamde
Kaapse gewassen. Dat zijn veelal in kuipen
gekweekte planten en struiken uit Zuid-
Afnka en het Middellandse Zeegebied, die
onze zomers uitstekend kunnen verdragen.
De winters zijn hier echter vaak te streng,
waardoor ze in het koude seizoen de bescher
ming van een kas nodig hebben
Ook bezit Fort Hoofddijk een fraaie orchi-
deeënverzameling, die echter normaal ge
sproken voor het publiek niet te bezichtigen
is. Alleen tijdens open dagen is het veelal
mogelijk onder leiding dit deel van de kassen
binnen te gaan. Datzelfde geldt voor de kas
sen die gebruikt worden voor wetenschap
pelijk onderzoek.
Dat neemt niet weg dat er voor de geïnte
resseerde leek voldoende te genieten over
blijft. Op een relatief klein oppervlak (al met
al toch nog 11 hectare!) waant de bezoeker
zich het ene moment in de verzengende hitte
van de woestijn en het andere in zwoele,
vochtige hitte van het tropische regenwoud.
Een paar honderd meter verderop neemt het
landschap de vormen aan van de Alpen, maar
eenmaal bovenop de 'berg' staat de bezoeker
ineens oog-in-oog met een Drents vennetje.
Kortom, de botanische tuin Fört Hoofddijk
is een bezoekje waard. Voor 2,- is er zeer
veel te zien. De tuin is zomer en winter ge
opend van 8.30 uur tot 16.00 uur (doorde
weeks). Openingstijden in het weekeinde zijn
van 10 00 uur tot 16.00 uur (alleen vap april
tot en met september). Fort Hoofddijk is be
reikbaar via de snelwegen A27 en A28 (afrit:
De Uithof). Vanaf daar dient de bezoeker de
borden 'botanische tuinen' te volgen. Het
adres is: Budapestlaan 17 (zijweg van de
Leuvenlaan).
Nieuwenhuis: „Dat neemt echter niet weg
dat we bepaalde concessies hebben gedaan
(en graag hoor) voor het grote publiek. Zo
staan er hier planten die er alleen maar zijn
voor de bezoekers. Ik denk daarbij aan plan
ten als koffie, banaan, sinaasappels, citroe
nen, cacao, coca en dergelijke. Of de vanille-
orchidee, waar het vanillestokje vandaan
komt. Dan kunnen de mensen eens zien waar
die alledaagse produkten nu eigenlijk van
daan komen. Die zijn speciaal voor dat doel
geplant. Net als een aantal 'kamerplanten',
die de bezoeker hier op 'ware grootte' kan
bewonderen."
„We vinden het hier belangrijk dat belang
stellenden hier komen kijken. Om verschil
lende redenen. Ten eerste is het belangrijk
om de publieke opinie achter je te krijgen,
zodat men weet wat er zal verdwijnen als de
tuinen weer eens ter discussie staan Maar de
inkomsten uit de entreegelden zijn ook niet
onbelangrijk. Daarmee kunnen we bijvoor
beeld de paden en andere faciliteiten in de
tuin aanleggen en onderhouden. Daar zou
anders geen geld voor zijn. Aan de andere
kant willen we voorkomen een echte 'pu-
bliekstuin' met kermisachtige toestanden te
worden, zoals de Keukenhof of iets derge
lijks. Aan dat soort dingen zullen we maar
mondjesmaat meedoen. Op dit moment wor
den in de tropische kas bijvoorbeeld bandjes
gespeeld met geluiden uit het tropisch regen
woud. Het effect is wel aardig, maar voor mij
hoeven dat soort dingen eigenlijk niet."
Nieuwenhuis vertelt dat in de hortus van
de botanische tuin wordt geprobeerd de che
t