„Er staat een zeer warme winter voor de deur"
.Leusder Krant.
Het Duitse 'Orakel' Wolfgang Röder spreekt:
door Jan Versteegt
Ir Woensdag 4 november 1992
Pagina 6
Lang geleden luisterden we om even voor de klok van half één naar de
mededelingen voor land- en tuinbouw. Altijd een moment, waarop in veel gezinnen absolute stilte
werd gevraagd. Het KNMI lanceerde de weersverwachting voor die middag en de komende 36
De laatste jaren is er nog meer sensatie
in de weersverwachtingen geslingerd. In
Berlijn is een 'orakel' opgestaan met de
naam Wolfgang Röder. Hij heeft een re
putatie opgebouwd als ster op het gebied
van de seizoenvoorspellingen. Op 16
maart dit jaar schreef de Duitser dat
Europa een zeer warme zomer tegemoet
zou gaan, soms gepaard gaande met ex
treme droogte Het resultaat was een tien
met een griffel. Oostenrijk kreeg de
warmste zomer sinds 189 jaar, Wenen
scoorde 41 tropische dagen, Berlijn kreeg
65 zomerse dagen en onze zomer verover
de een vierde plek in deze eeuw. Daarbij
heerste er in de Achterhoek, Drenthe en
Groningen gedurende 9 weken droogte
Op 30 september van dit jaar lanceerde
de Duitse meteoroloog zijn winterver-
wachting voor 1993. De komende winter
wordt zeer warm, met een gemiddelde
etmaaltemperatuur die drie graden bo
ven normaal moet eindigen en waarbij de
„Hoogwinter" in januari meer op het
voorjaar zal gelijken. Ik kan mij zo voor
stellen dat menig schaatsenthousiast
zich voor de zoveelste keer diep ongeluk
kig zal voelen. Zij kunnen gerust zijn; uw
weerman lijdt in stilte mee.
Zoals gebruikelijk, schrijft Röder, zijn
er ook dit jaar weer de nodige mensen die
in de hoeveelheid eikeltjes en het vroege
vertrek van de zwaluwen een koude
winter zien. Maar sinds eeuwen blijkt
dat het weersverloop in de voorgaande
maanden een goede indicatie is voor de
toekomst. De Volksweerkunde puilt uit
van gezegden op dit gebied: ,,Is oktober
warm en fijn, het zal een koude winter
zijn", om maar eens een bekende slogan
uit de doos te halen. De eerste aanpak
van Röder is dan ook het bestuderen van
het atmosferisch gedrag van januari tot
en met september van 1992 en vervolgens
vergelijkingsjaren te gaan zoeken. Daar
bij introduceert hij een zestal criteria. In
beschouwing worden onder meer geno
men:
- het luchtdrukpatroom januari-sep-
tember in midden-Europa in 1992
- het verloop na een 1 graad te warme
maand februari en een 2 graden te warme
maand maart zoals in 1992
- idem maar dan over het voorjaar als
geheel bekeken
- weersverloop in jaren met de warmste
zomer sinds 1941
Vervolgens selecteert hij jaren die ten
minste aan een drietal van de criteria
voldoen. Wat daarbij direct in het oog
valt is de voorkeur voor een warme ja
nuari. Koploper daarbij is 1990, dat een
surplus kende van 3.7 graden en werd
gevolgd door een superwarme februari,
die maar liefst 5 graden te warm werd.
Na de selectie van vergelijkingsjaren
komt Röder tot de conclusie dat vooral de
hoogwinter-penode (januari-februari)
uur. Van die nostalgie is weinig overgebleven: de mededelingenrubriek is geschrapt en op
maandag zien we onze televisie-weermannen al gewag maken van regen, die juist in het
weekeinde ons humeur op de proef moet stellen. Er is eigenlijk geen lol meer aan.
gedomineerd zal worden door zachte
Atlantische luchtmassa's, die zelfs gaan
doordringen tot in het rijk van Koning
Winter, te weten Siberië.
Dat moet dan allemaal worden opge
wekt door de aanwezigheid van een
krachtige depressietrog, die zich in de
wateren van Schotland gaat nestelen bij
gelijktijdige hogedruk boven het zuiden
van Europa. Een dergelijke verdeling
wordt ook wel een westcirculatie ge
noemd en is bepaald anti-winters. Voor
het zover is, moeten we eerst door een te
koude en natte oktober heen.
Oktober wordt in de visie gestuurd
door hogedruk boven Scandinavië. De
aanloop naar de winter zal best koud
kunnen verlopen met zelfs de nodige
sneeuwval in de maanden november en
begin december. In november moet zich
een hogedrukgebied gaan opbouwen bo
ven het gebied IJsland-Groenland bij
Volgens de Duitser Wolfgang Roder staat ons deze winter weinig sneeuwen kou te wachten
(Foto: BDU Archief)
gelijktijdige lagedruk boven het noorden
van Rusland, het gevolg is een noordelij
ke stroming. Juist tegen de Kerst moet de
lagedrukgordel zich verplaatsen naar de
regio IJsland-Schotland en dus krijgen
we opnieuw geen witte Kerst. Na de
voorjaarssfeer in januari komt februari
met een hogedrukopbouw boven de Brit
se Eilanden en neemt de invloed van de
IJslanddepressie wat af. In de zachte si
tuatie zal zich echter weinig wijzigen en
ook maart handhaaft het warme ritme.
Zoals gebruikelijk haalt Röder zijn
grote voorbeeld Dr. Franz Bauer van
stal. De „Oudenwijvenzomerregel"
wordt ook dit maal in de strijd geworpen.
Die regel luidt in het kort: „Als de lucht
druk in Berlijn en Moskou in september
boven het gemiddelde heeft gelegen en er
bovendien in Moskou van 21-30 septem
ber een luchtdrukoverschot van tenmin
ste 2 millibar heerste, staat er in midden
Europa met grote waarschijnlijkheid een
warm januari op het programma.
Röder voorziet de komende winter de
nodige onrust in de atmosfeer. Vooral in
januari moet rekening worden gehouden
met veel wind en hij spreekt zelfs van
stormen. Wie herinnert zich nog de zeer
zware storm van 25 januari 1990? Naast
de nodige wind krijgt het komende win
terseizoen ook te maken met de nattig
heid, niet ongebruikelijk als de depres
sies het alleenrecht opeisen boven de At
lantische Oceaan. Ziezo, we kunnen er
weer mee vooruit. De schaatsen blijven
in het vet, de dakpannen moeten worden
geïnspecteerd en de slee komt mogelijk
alleen in december van zolder.
Om te beginnen lijkt Röder wat okto
ber betreft al te sneuvelen. Hoewel er in
het begin van de maand enige hogedruk-
invloed boven Scandinavië was, trok die
zich vrij snel terug naar de regio Groen
land-IJsland en lag er juist een groot
depressiegebied in die contreien. Boven
dien is de maand nog aan de droge kant,
terwijl Röder veel neerslag had ver
wacht.
Het meest frappeert mij eigenlijk, dat
hij met geen woord meer rept over de
invloed van de vulkaan Pmatubo. Juist
in zijn zomerprognose speelde de vul
kaan een belangrijke rol en op grond
daarvan werd door Berlijn de uiterst
koude zomer in de Verenigde Staten
voorspeld Dit mede in verband met de
top in de ENSO-warm fase (El-Nino
southern Oscillation). Het is te simpel om
nu aan het fenomeen Pmatubo voorbij te
gaan en de warmte in de winter alleen toe
te schrijven aan de drie criteria, in com
binatie met de Bauerregel van de Alt-
weibsommer. Het verbaast mij verder
dat Röder met zijn prognose niet heeft
gewacht tot de oktobermaand zich dui
delijker had blootgelegd. Vorig jaar
kwam zijn verwachting pas half novem
ber van de pers.
Persoonlijk heb ik in diverse radio
praatjes en in de kranten de mening geuit
dat wij aan de vooravond staan van een
extreme winter, gebaseerd op de zo juist
genoemde laatste fase van de ENSO-
warmfall. Röder schrijft ook, dat de
ENSO-kaltfase van start gaat en die
werd meestal voorafgegaan door een
flinke opwarming in de winter. Dat de
winter wel eens warm kan uitvallen is
statistisch gezien geen uitzondering. Im
mers vrijwel alle warme zomers met ka
rakter, zeg maar de top tien, zijn nimmer
gevolgd door een koude of strenge win
ter. Dus op grond daarvan zit Röder met
zijn verwachting helemaal niet slecht
Echter de Pmatubo kon dit jaar wel eens
roet in het eten strooien.
Het feit dat er in het noorden van Eu
ropa al ruim een week extreme kou
heerst, die bepaald geen eendagsvlieg
lijkt te zijn, geeft aanleiding argwanend
te blijven. Een winter met body komt
immers niet zomaar uit de lucht vallen.
Dus is een extreme winter in koude zin
zeker niet verkeken en dat is niet ,.de
wens is de vader van de gedachte". Zaten
het Wetteramt Offenbach en Bauer in
1962 ook niet op een warme golflengte7
Jawel, en toen werd Europa bedolven
onder een drie maanden lang durende
koudegolf.
I-