Het rijmwoordenboek helpt
.Leusder Krant.
Sinterklaas vijf in één kinderpuzzel Speelgoed kiezen is moeilijk
Chocolade is een godenspijs
L E U S D E N
Bij het maken van Sinterklaasgedichten
Woensdag 25 november 1992
Pagina 15
Voor het schrijven van
en goed Sinterklaasge-
licht zijn drie dingen van
elang. Het moet rijmen als
en torenklok, lopen als een
jeoliede machine en ge
tuurd worden door een
ïandvol inhoudelijke za
ten, die in elk Sinterklaas
dicht terugkeren. Dat
tlinkt niet erg zaligmakend
oor het genre van de Sint
*Jicolaasversjes. Toch on-
lerscheidcn juist de leuke
iint-gedichten zich, als ze
oldoen aan de drie ge-
ïoemde voorwaarden. De
ijmen moeten nu eenmaal
lan „strenge" eisen vol-
loen, willen ze, als van
Sinterklaas afkomstig, er-
cend worden, herkend blij-
en. Wie het anders aan-
>akt zal hoogstens een be
vlogen of geestig gedicht
ichrijven. Nooit een Sin-
erklaasgedicht.
Lesje in gedichten
Nu komt het er met name
'oor wat betreft de derde eis -
le inhoud - nogal eens op aan
net hoeveel verve en origina-
iteit de vaststaande gemeen-
ilaatsen (topoi genaamd) ge-
lanteerd worden. Voor de in
houd is de Sinterklaasrijmor
goeddeels op zichzelf aange
wezen. Maar voor een kundig
;ebruik voor de twee andere
aspectenhet rijm en het ritme,
can men aardig uit de voeten
net het Nederlands Rijmwoor
denboek van Jaap Bakker
b Bakker, die als hommage aan
iet inmiddels in ongebruik ge-
I raakte rijmwoordenboek van
Hendrik Frijlink uit 1881 zijn
eigen boek dezelfde titel mee
gaf, heeft niet slechts een
woordenboek gemaakt. Aan de
rijmwoordenlijst een tien
F f
hoofdstukken lange inleiding
vooraf.
Voor wie die hoofdstukken
grondig bestudeert, zouden zij
haast een beginnerscursus in
het dichten kunnen betekenen.
De auteur gaat er in op achter
eenvolgens het rijm, rijmfou-
ten, metrum en ritme, rijm
schema's, versregels, couplet
ten, versvormen, allerlei dich
terlijke tierelantijntjes, kunst
grepen, beginnersfoutjes en
liedjes.
Het gebruik
Nu is het vinden van zoveel
mogelijk rijmwoorden in het
boek op het eerste gezicht niet
zo gemakkelijk Gelukkig zet
Bakker in een gebruiksaanwij
zing, voorafgaand aan de inlei
ding, helder uiteen hoe men
met de woordenlijst om dient
te gaan De alfabetische lijst
bestaat uit rubrieken verza
melingen van woorden met de
zelfde rijmuitgang. Een njm-
uitgang is ,,de laatste „volle"
(niet-toonloze) klinker van een
woord, plus alles wat daar op
volgt. Wil ik rijmen op verma
ken dan zoek ik bij aken, neem
ik woekeren dan kijk ik bij oe-
keren
Bakker laat in zijn gebruiks
aanwijzing ook zien hoe met
dubbelzinnigheden om te
gaan: gedicht bijvoorbeeld
staat niet bij icht maar bij igt.
Bakkers boek is uitstekend ge
schikt om inspiratie op te doen
of een afgewogen keuze te ma
ken voor het passende rijm en
het juiste rijmwoord en ritme.
Door de inleiding die het boek
erbij biedt, is het echter ook
uitermate geschikt - ofschoon
niet speciaal voor Sinterklaas-
verzen - voor het bereiken van
een goede inhoud. De inleiding
bevat namelijk talloze voor
beelden van gedichten, foefjes,
schrijftrucs, enz, die de dich-
ter-in-spe op het goede spoor
kunnen zetten.
Om het te illustreren hebben
we met behulp van het Neder
lands Rijmwoordenboek een
Sinterklaasgedicht gemaakt
voor „een vriend" Om wat
spannender te zijn heb ik niet
zo'n beste vriend gekozen (ge
wone vrienden lenen zich in
derdaad ook moeilijker voor
een gedicht). Nee, deze vriend,
zo veronderstel ik, moet een
uiterst onaangenaam persoon
zijn, op wiens gezelschap ik in
het geheel geen prijs stel
Daarvoor moet ik hem natuur
lijk ook allerlei onhebbelijke
eigenschappen toekennen Ik
bedenk dat deze vriend Karei
moest heten, een wel erg on
hebbelijke naam Hij moet het
soort windbuil zijn dat met
plattitudes indruk meent te
maken Die gaan dan altijd
(toppunt van irritantheid) in
het meervoud. Als Karei je te
genkomt zegt hij steevast „Wij
hebben de eer u te groeten", als
telt hij zelf voor twee. Karei
begint al met al vorm aan te
nemen. Ja, ik zie het nu duide
lijk, deze rotkerel teert ook nog
op mijn zak en als je je geld
terugvraagt, luidt het natuur
lijk altijd: „M, zeker, morgen
onmiddellijk". Maar nooit na
tuurlijk. En ja, hij permitteert
zich handtastelijkheden tegen
over mijn inderdaad betover
ende zusjes die hem evenmin
kunnen uitstaan maar er niets
van zeggen. Het is iets waar
door ik van woede wel uit mijn
vel kan springen.
Aan het werk
Ik zet mij dus aan mijn bu
reau. Eerst wil ik een ritme
hebben. In hoofdstuk drie lees
ik van alles over trocheeën,
dactylen en anapesten maar
besluit tot de keuze van een
jambe (daté daté daté enz
Dat is het meest universeel,
lees ik bij Bakker en laat een
grote variatie toe In hoofdstuk
vier lees ik van alles over rijm
schema's. Uit de mogelijkhe
den kies ik voor gekruist rijm:
regel 1 rijmt op regel 3 en 2 op
4. Ik denk dat dit goed in het
gehoor ligt. En nu maar pein
zen.
Daté daté daté daté daté da
daté daté daté daté
Ja zoiets dus, maar dan nog
een keer, want dan heb ik pre
cies een kwatrijn een strofe
van vier regels. Bovendien heb
ik afwisselend slepend en
staand rijm (daté en ta) Nu ga
ik onderwerpen per strofe ver
zinnen (de topoi van mijn ge
dicht). Ik noteer 1 algemene
inleiding, 2 over die rotnaam
van hem, over dat gevlooi met
mijn zusjes. 4 over zijn klaplo-
perig- en lelijkheid, 5 over het
geschenk: sigaren natuurlijk, 6
ik zeg Kareltje de waarheid.
Onder 1 schrijf ik nu op
„meelij met onze Karei heb ik
zelden". Die zin loopt lekker,
vind ik. Toch ben ik niet tevre
den. Dan heb ik een idee. Als ik
nou de hele zaak eens omdraai
en net doe alsof ik te doen heb
met hem. Dan wordt het een
soort bijtend treurdicht dat
langzaamaan zijn ware aard
onthult. Ik overdrijf dus Kareis
deugden In de versleer heet
zo'n stijlfiguur een hyperbool.
Een stukje over stijlfiguren
kom ik bij Bakker helaas niet
tegen. Toch een minpunt ont
dekt. Het hyperbolisch houd ik
in gedachten en kom tot een
volgende regel „Veel meelij
met de mensheid heb ik zel
den" en in een adem noteer ik
ook: „om Karei vangt mij een
wrang verdriet". Voila, voor
een eerste strofe heb ik nu een
slepend en staand rijmende re
gel. Ik kan nu in de woorden
lijst gaan zoeken naar rijm
woorden op zelden en verdriet,
omdat ik ook ongeveer weet
wat er verder in deze strofe
komt.
Enfin, het hele ontstaans
proces hoef ik nu niet uit te
leggen Ik geef hier alleen nog
het gedicht, zoals ik dat met
het Rijmwoordenboek ge
maakt heb Ik ben er wel zeker
van dat, met Bakker bij de
hand, ik Karei nooit terugzie.
Veel meelij met de mensheid
heb ik zelden
De mensen zijn zo slecht en zo
gratuit
Maar Karei moet als uitgezon
derd gelden
Om Karei vangt mij toch een
wrang verdriet
Zijn naam wekt reeds de tra
nen met de tuiten
Aan koning en aan keizer dat
men denkt
maar nee, zijn hangend buikje,
slappe kuiten.
zij wellen weemoed dat het
welhaast krent.
En in zijn huurt ziet men maar
weinig vrouwen
Die lopen voor hem wel een
straatje om
Ofschoon hij graag met zus en
zo zou sjouwen
Maar zus of zo - helaas - is niet
zo dom.
Zijn dikke beurs is meestal
leeg. zorgwekkend
Schrikbarend groot zijn kod
dig Iodderhoofd
Die kwaliteiten zijn fataal,
verstrekkend
Slechts mijn compassie wordt
hier niet gedoofd.
Als Sint behoor ik tot de mis
antropen
Alleen voor Karei spring ik in
de bres
Ik wist verbazend snel wat ik
zou kopen:
Sigaren en een welgevulde fles.
Maar ga nu paf staan zonder
puren
Mijn habijt wordt mij als Sint
te dol
Het heeft me veel te lang af
moeten duren
Neem in ontvangst hier zuiver
alcohol!
Wel proost dan en onstijg aan
Newton
Want „wij" zijn verheugd en
vinden fijn
„De eer te hebben u (nooit
meer) te groeten"
Stik in sigaar, val om van
drank, verdwijn!
vervolg van pagina 13
Het volks
geloof uit de Middeleeuwen
verklaart vele betekenissen
van de stukken, die tot de uit
rusting van de goedheiligman
behoorden Twijfel bestaat er
over, of de schimmel van St.
Nicolaas niet een overblijfsel is
van het ros Sleipnir van de
Bataafse god Wodan De roede
van Zwarte Piet, die oorspron
kelijk voor een levensroede
werd aangezien, blijkt afkom
stig te zijn van de befaamde
schoolmeesteqDlak uit de Mid
deleeuwen, toen in de klooster
scholen dit instrument als
strafwerktuig werd gebruikt.
Zwarte klazen
Is heden ten dage St. Nico
laas met witte baard en tab
berd altijd vergezeld van een of
meer zwarte knechten, in som
mige streken kende de folklore
deze zwarte knechten niet.
Vroeger gingen er in Amster
dam en in Franeker zwarte
Klazen rond, maakten veel ka
baal en bonsden op deuren en
vensters. In Dokkum trokken
jongens met zwarte gezichten
en horens op het hoofd langs de
huizen en rammelden met de
ketting om geld te vragen.
In Franeker hield men hele
optochten. Zes of zeven jon
gens als duivels gekleed wer
den buiten de stad gesloten. In
wanstaltige vermommingen
met fakkellicht ketelmuziek
en hoorngeblaas trok men dooi
de stad In Bergumerheide
droeg de boeman een uitgehol
de raap met een kaars er in,
uitgesneden als een gezicht,
vlas hing hem rond de schou
ders en een ketting comple
teerde het geheel
Van Gorredijk tot Trynwal-
den kende men vroeger het
Sinte-Klazejeyen of het St
Niklaasjagen Gemaskerde
jongens in het wit of zwart
trokken met een zak, een roe en
een ketting aan hun been rond
en werden op de erven, waar zij
veel kabaal maakten, getrak
teerd Een stropop met een
smaadbrief in de hand werd in
Hunzingo bij de jonge meisjes
bezorgd, die zich tegenover de
jongens onvriendelijk hadden
gedragen In Leeuwarden wa
ren het echter de Sinterklazen,
die op de markt hun kluchten
en grollen voor het publiek
brachten en daarbij de lachers
op hun hand hadden.
Patroon
St. Nicolaas is de patroon
van vele beroepen en ambach
ten. Hij is de beschermheilige
van de schippers, waarvan de
St. Nicolaaskerken in Amster
dam getuigen. Hij is de patroon
van de oudeklerenverkopers en
de verkopers van garen en lin
nen, van de wambuismakers en
de ververs
Hele smeekbeden bestaan er
van verliefde meisjes, die St.
Nicolaas om een minnaar vroe
gen. Zo vermeldt een lied
boekje uit 1731 „Sinter-
Niklaas, waarde vriendt Geef
mij toch wat mij dient Mijn
blommetje staat nu in zijn
fleur, achttien jaartjes ben ik
deur Het valt mij te lang Het
valt mij te lang.Wilt mij verho
ren, of ik moet smoren, al mijn
leven lang
Zo gaat het door. In Fries
land kwam iemand, gekleed in
schaapsvel, een ruige kapoets
op en een ketting in de hand
vragen ..of er stoute kinderen
waren" Als de kinderen vroe
ger te oud werden om nog in St.
Nicolaas te geloven, dan kre
gen zij in plaats van geschen
ken en lekkers in hun klomp of
schoen een zakje zout en wer
den daarmee „afgezouten".
Vreemd is, dat men op de
Waddeneilanden wel in Sin
terklaasvermommingen rond
liep, dat dit op Texel en Schier
monnikoog op 12 december en
op Ameland op 4 en 5 december
plaatshad, maar dat deze fees
ten onder de naam van Ouwe-
Sinterklazen of Groot-Sint-
Niklaas in werkelijkheid niets
met het St. Nicolaasfeest te
maken hebben, maar afkom
stig zijn van het aloude Perch-
tenlopen, een carnavalsop
tocht. tussen Kerstmis en Drie
koningen. afkomstig uit Tirol
en Salzburg
De speelgoedwinkels
puilen weer uit en het uit
kiezen is zowel voor de op
voeders als voor de jeugdige
gebruikers moeilijk. De
stichting Goed Speelgoed
bekroont elk jaar het nieu
we speelgoed waarvan de
jury vindt dat in een be
paalde categorie de beste
keuze is. De dames J. van
Dijk en K. van Weegen heb
ben als moeder plaatsgeno
men in de jury van pedago
gen, journalisten en verte
genwoordigers uit de speel
goedbranche. Zij hadden
zoveel invloed op de jury
dat deze meer dan eens haar
mening wijzigde als de
moeders vonden dat de eer
ste keuze pedagogisch ge
zien niet de beste was.
Waar op letten?
Allereerst moeten we kijken
waar het kind de laatste tijd
het meest mee gespeeld heeft
Het is beter het kind niet in een
bepaalde richting te duwen.
We moeten ze zelf laten kiezen,
maar het is wel zaak om op het
nut en op eventuele gevaarlijke
aspecten van de keuze te letten.
Er is nogal wat te doen geweest
over namaak oorlogstuig Je
kunt daar natuurlijk heel ver
schillend over denken, ruim
50% van de onvervraagde ou
ders vond het geen bezwaar als
hun kinderen zulk speelgoed
zouden krijgen Gebleken is
zelfs dat als kinderen die zulk
speelgoed niet krijgen en daar
wel behoefte aan hebben dit
gewoon zelf maken. Hoe pri
mitief dan ook
Bekroond
Natuurlijk is zulk speelgoed
niet bekroond Deze eer viel te
beurt aan „Mijn auto" uit de
nieuwe „Blueminireeks". Vol
gens de deskundige jury zou dit
speelgoed niet alleen de ont
wikkeling van het kind stimu
leren, maar ook de opvoeder-
kind relatie verbeteren. Verder
werd een montagespeelgoed
van Lego „Duplo Toolo" be
kroond
Het kan ook geen kwaad om
voor eenvoudig en vertrouwd
speelgoed te kiezen, vooral als
onze portemonnee niet zo dik
is. Kleurpotloden, houten
blokken (Letter Block Wagon
met cijfers en letters), kwartet
spelen enz en blijven in trek.
Het is wel zaak om op de kwa
liteit te letten. De aanduiding
„gifvrij" mag alleen maar ge
bruikt worden als het speel
goed een ongevaarlijke hoe
veelheid giftige stof bevat. We
moeten dit natuurlijk niet ge
ven aan kinderen die alles nog
in hun mond steken. Op de
leeftijdsaviezen kunnen we
over het algemeen wel vertrou
wen, al is het ene kind duide
lijk wat vlugger dan het ande
re.
Kwaliteit
Het is wel zaak om op de
kwaliteit te letten als het speel
goed lang mee moet. Oerdege
lijke spelen als Backgammon
en halma zijn daarom een goe
de keuze. Het nieuwe spel
„Pats" is een zeer creatief spel
en het is ook nog spannend,
want door de ingrediënten
(boetseerdeeg) moet het binnen
een half uur gespeeld zijn Wie
zijn figuurtjes via het bordspel
het eerst in de koelkast krijgt,
is de winnaar.
Ook een leuk spel is „Cluedo
Junior" voor 1- tot 6- jeugdige
speurders. Een huisdier wordt
vermist. Wie is de dader? Waar
wordt het verborgen gehou
den? Er is een wonderwiel op
het spelbord en de tekeningen
zijn cartoonachtig.
Voor de hele kleintjes zagen
we onder meer de Disney Mu
zikale Lichtbol.Voor de iets
oudere kinderen is er de spel-
lenserie „Disnev Vriendjes
met alle bekende Disney-figu-
ren zoals Donald Duck, Mickey
Mouse, Goofy en Pluto
Tot slot is er natuurlijk Bar
bie die onvermoeibaar is als
het om verkleden gaat. Miljoe
nen kinderen over de hele we
reld hebben al plezier aan haar
beleefd. Anno 1992 is ze mo
dieuzer, sportiever dan ooit en
gaat ze graag uit met haar Ken
Kortom werk aan de winkel
Tot de meest bekende lek
kernijen uit de Sin
terklaastijd behoort de cho
colade. Wij gebruiken de
Theobroma (letterlijk go
denspijs), of te wel cacao,
voor onze sierlijke chocola
deletter, het vrolijke Sin
terklaaspoppetje en als de
luchtige inhoud van een
geglaceerd muisje. De cho
colade, puur of gezoet,
vormt dan ook een belang
rijk onderdeel van onze
i cultuur. De chocolade-
j drank is voor sommige
mensen net zo belangrijk
als een kopje koffie of thee.
Laten we een blik werpen in
de geschiedenis, de samen
stelling en de culturele as-
pekten van de cacao.
Geschiedenis
Het oorspronggebied van de
cacao is Equatoriaal Amerika.
De mysterieuze profeet Quet-
zalcouatl zou de Indianen de
zaden van de plant hebben ge-
schonken.
Europa maakte voor het
I eerst in 1528 kennis met de ca
cao. De conquestador Fernan
do Cortez, die Mexico had ver
overd, waar de Maya's en de
Azteken cacao verbouwden,
nam grote schatten mee naar
Spanje en daaronder bevonden
zich ook grote hoeveelheden
cacaobonen. In het rijk van de
verslagen Azteekse keizer
Montezuma was de cacaoboon
naast basis voor de „goden
spijs" ook betaalmiddel.
Door de Spaanse kolonisten
(die aan de cacao de suiker
hebben toegevoegd) en de
Spaanse gezanten vespreidde
de cacao zich over Europa en
de rest van de wereld. De eerste
chocoladefabriek verrees in
1728 in Engeland.
Cacaoboom
De basis voor de cacao is de
cacaoboon. Deze vrucht groeit
aan de cacaoboom, een typisch
tropisch cultuurgewas, die een
hoogte van 5 tot 6 meter kan
bereiken en het beste groeit in
gematigd vochtige klimaten
Hij brengt per jaar ongeveer
5000 tot 6000 bloempjes voort,
waarvan er na drie dagen al
90% afvallen Van de overige
10% brengt meer dan een klein
deel het tot de cacaoboon.
Er bestaan vele soorten ca
cao, die hun speciale variëtei
ten. types en ondertypes heb
ben, maar in het algemeen gel
den er twee variëten van de
Theobromacacao: de Griollo's
(deze geldt als de beste cacao-
soort) en de Forastero's. De ca
caoculturen vinden we in het
algemeen rond de evenaar. De
ruwe cacaboon bestaat uit:
12% dop, 1% kiem en 87%
kern. De chemische samen
stelling van de kern is gemid
deld vet 53,5%, proteïnen
20%, zetmeel 6%. water 5%,
asgehalte 3%. organische zu
ren 2,5%, theobromie 1,45%,
suiker 1% overige vaste be
standdelen 7,5%.
Als de cacaoboon geplukt is
- er zijn ongeveer twee oogsten
per jaar, de zgn voor- of na-
jaarsoogst en de eigenlijke
grote oogst - wordt hij door het
proces van fermentatie (gis
ting) en drogen geschikt ge
maakt voor de markt
Industrie
In de cacao-industne wordt
via diverse processen uit de ca
caoboon de zgn cacaomassa
(een dikke bruine brei) ge
maakt die men verwerkt tot ca
caopoeder en cacaoboter (een
bijprodukt dus) De cacaopoe
der is een zelfstandig markt-
produkt dat vaak nog wordt
geprepareerd De chocolade
industrie gebruikt de cacao
massa en de cacaoboter fijn
gemalen suiker, melkbestand-
delen. vanille en ook vaak no
ten voor de produktie van cho
colade Veel cacaofabrikanten
richten zich in hoofdzaak op de
produktie van cacaoboter en
beschouwen het cacaopoeder
slechts als bijprodukt. Omdat
er veel meer chocolade- en cho
coladefabrieken zijn, hebben
deze fabrikanten voor de afzet
van cacaoboter een veel betere
markt'
De chocoladefabriek be
stond in Nederland al in de 17e
eeuw De Zeeuwse chocolade -
de Zeeuwse admiraal Abra
ham Crijnssen had de cacao
boon uit de nieuw veroverde
kolonie Suriname naar ons
land gebracht - was in de Gou
den Eeuw zeer vermaard. Voor
het vermalen van de bonen be
stonden er zelfs speciale cacao
molens.